Gemeente Rhenen - Aanscherping Integraal handhavingsbeleid 2017-2020 voor bouwovertredingen

Geldend van 08-09-2021 t/m heden

Intitulé

Gemeente Rhenen - Aanscherping Integraal handhavingsbeleid 2017-2020 voor bouwovertredingen

De burgemeester en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rhenen, elk voor zover het hun eigen bevoegdheden betreft;

OVERWEGENDE DAT:

op 20 december 2016 het Integraal handhavingsbeleid 2017-2020 is vastgesteld;

met dit handhavingsbeleid een uniforme sanctiestrategie en een richtlijn voor het hanteren van dwangsommen en begunstigingstermijnen voor de Omgevingsdienst regio Utrecht en alle daarbij deelnemende gemeenten zijn gerealiseerd;

in regioverband op basis van dezelfde kaders handhavend wordt opgetreden;

dit beleid vooralsnog ongewijzigd in stand blijft en is verlengd tot 1 januari 20222;

in dit handhavingsbeleid een prioritering is vastgesteld;

wel is gebleken dat in sommige gevallen een illegale activiteit tot gevolg heeft dat meerdere voorschriften worden overtreden waardoor er meerdere grondslagen zijn waarop handhavend optreden kan worden;

regelmatig overtredingen voorkomen waar het bouwverbod van artikel 2.1 lid 1 sub a Wabo wordt overtreden en vaak vindt deze overtreding plaats in combinatie met het verbod om te bouwen in strijd met het bestemmingsplan van artikel 2.1 lid 1 sub c Wabo;

een voorbeeld hiervan is het in strijd met het bestemmingsplan bouwen van een woning zonder omgevingsvergunning, en in de meeste gevallen werd de overtreder tot nu toe voor beide overtredingen aangeschreven;

het toch wenselijk is gebleken voor dergelijke overtredingen meer helderheid te geven over hoe het vastgestelde handhavingsbeleid voor deze overtredingen moet worden toegepast;

hiervoor op 20 juni 2017 ter kennisname een memo met daarin de interne werkwijze in dergelijke gevallen aan het college is voorgelegd;

het in het kader van de kenbaarheid en rechtszekerheid nodig is dat deze interne werkwijze uit de memo van 20 juni 2017 als aanvulling op het handhavingsbeleid 2017-2020 door ons als beleid wordt vastgesteld;

BESLUITEN VAST TE STELLEN:

“Aanscherping Integraal handhavingsbeleid 2017-2020 voor bouwovertredingen”

Onderscheiden worden vier mogelijke varianten waarin de overtredingen zich voordoen (zie de onderstaande tabel).

Alleen als sprake is van het zonder vergunning realiseren van een hoofdgebouw of (tweede) woning in strijd met het bestemmingsplan, zal worden aangeschreven op beide overtredingen (bouwen in strijd met het bouwverbod en strijd met bestemmingsplan).

In andere gevallen zal enkel nog worden aangeschreven op het bouwen in strijd met het bouwverbod van artikel 2.1 lid 1 sub a Wabo. Ieder strijdig bouwwerk wordt daarbij als zelfstandige overtreding aangemerkt.

Het verschil met de huidige aanpak is dat voor ‘overige bouwwerken’ tot nu toe ook werd aangeschreven op het bouwen in strijd met het bestemmingsplan. Dat had tot gevolg dat in een handhavingsbesluit hogere dwangsommen werden opgenomen. De nieuwe werkwijze is vertaald in onderstaande tabel:

Bouwwerk dat zonder vergunning is gebouwd

Strijd met Bestemmings-plan

Prioriteit HH-beleid

Te sanctioneren overtreding

Maximum dwangsom

Begunstigings-termijn

1

Hoofdgebouw/

(2e) woning

Nee

Hoog

Bouwen

€ 100.000

8 weken

2

Hoofdgebouw/

(2e) woning

Ja

Hoog

Bouwen en strijd bestemmings-plan

€ 100.000 bouwen +

€ 20.000 strijd bestemmingsplan

10 weken

3

Overig bouwwerk

Nee

Laag

Bouwen

€ 10.000 bij klein bouwwerk

€ 20.000 bij gemiddeld bouwwerk

8 weken

4

Overig bouwwerk

Ja

Laag /

Gemiddels

Bouwen

Overtredingen met een beperkte ruimtelijke impact worden minder zwaar gesanctioneerd dan tot op heden het geval was. Het handhavingsbeleid bepaalt welke sancties worden opgelegd bij geconstateerde overtredingen. Het beleid gaat daarbij uit van de maximumbedragen die staan genoemd onder ‘maximum dwangsom’. De daarbij te geven begunstigingstermijn bedraagt, afhankelijk van de overtreding, 8 of 10 weken, zoals aangegeven onder ‘begunstigingstermijn’.

De maximumbedragen worden, na verloop van de begunstigingstermijn, in één, twee of drie termijnen verbeurd. Dit is afhankelijk van de uiteindelijke positionering in de interventiematrix uit het handhavingsbeleid 2017-2020. De interventiematrix kent drie positioneringen: licht, gemiddeld en zwaar. De positionering wordt bepaald aan de hand van het gedrag van de overtreder, de aard van de overtreding en bijzondere verzwarende of verzachtende omstandigheden. Goed gedrag resulteert bijvoorbeeld in een minder zware positionering, terwijl onomkeerbare gevolgen of slecht gedrag kunnen leiden tot een zwaardere positionering. De positionering wordt voor iedere overtreding apart bepaald. Is een dwangsom eenmaal verbeurd en wordt die niet vrijwillig betaald? Dan geldt een beginselplicht de dwangsom in te vorderen.

Het bovenstaande resulteert in de volgende sanctietabel bij overtredingen van het bouwverbod, eventueel in combinatie met het verbod om te bouwen in strijd met het bestemmingsplan:

Gebouwd bouwwerk

Overtreding

Positionering

Last

Hoofdgebouw/ 2e woning

Bouwen

Licht

€ 33.334 per week, met maximum van € 100.000

Gemiddeld

€ 50.000 per week, met maximum van € 100.000

Zwaar

€ 100.000, ineens

Hoofdgebouw/ 2e woning

Bouwen en strijd bestemmingsplan

Licht

€ 40.000 per week, met maximum van € 120.000

Gemiddeld

€ 60.000 per week, met maximum van € 120.000

Zwaar

€ 120.000, ineens

Overig (klein) bouwwerk

Bouwen

Licht

€ 3.334 per week, met maximum van € 10.000

Gemiddeld

€ 5.000 per week, met maximum van € 10.000

Zwaar

€ 10.000, ineens

Overig (gemiddeld) bouwwerk

Bouwen

Licht

€ 6.667 per week, met maximum van € 20.000

Gemiddeld

€ 10.000 per week, met maximum van € 20.000

Zwaar

€ 20.000, ineens

Slotbepalingen

  • 1.

    Dit beleid kan worden aangehaald als “Aanscherping Integraal handhavingsbeleid 2017-2020 voor bouwovertredingen”

  • 2.

    Dit beleid treedt in werking onmiddellijk na bekendmaking.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders van Rhenen op 7 september 202

De gemeentesecretaris, de burgemeester

P. Bonthuis drs. J.A. van der Pas