Regeling vervallen per 31-12-2023

Subsidieregeling investeringen accommodaties sportverenigingen Den Haag 2021

Geldend van 13-10-2023 t/m 30-12-2023 met terugwerkende kracht vanaf 01-07-2021

Intitulé

Subsidieregeling investeringen accommodaties sportverenigingen Den Haag 2021

Toelichting

De Subsidieregeling investeringen accommodaties sportverenigingen Den Haag 2021 volgt de Subsidieregeling investeringen accommodaties sportverenigingen Den Haag 2019 (RIS301227) op. De nieuwe regeling stimuleert - evenals de vorige regeling - verenigingen verbeteringen aan hun accommodaties door te voeren en deze toekomstbestendiger te maken. In de nieuwe regeling is meer nadruk gelegd op het stimuleren van energiebesparende maatregelen. Vernieuwend is ook de verhoging van het maximale subsidiebedrag bij een aanvraag met betrekking tot multifunctionaliteit namens meerdere sportverenigingen. Vanwege deze vernieuwingen is een geheel nieuwe subsidieregeling vastgesteld.

Besluitvorming

Het college van burgemeester en wethouders van Den Haag;

gelet op:

  • -

    artikel 5 van de Algemene Subsidieverordening Den Haag 2020;

besluit:

  • -

    vast te stellen de Subsidieregeling investeringen accommodaties sportverenigingen Den Haag 2021:

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1:1 Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

- ASV:

Algemene subsidieverordening Den Haag 2020;

- beheerstichting:

een stichting, statutair gevestigd in Den Haag, die is belast met het beheer van een op Haags grondgebied gelegen sportaccommodatie die bij één of meer sportverenigingen in gebruik is;

- college:

het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Den Haag;

- kleedruimte:

ruimte bestemd voor gebruik als kleedkamer met sanitaire voorzieningen ten behoeve van het beoefenen van een sport;

- multifunctioneel gebruik sportaccommodatie:

gezamenlijk gebruik van een sportaccommodatie door een sportvereniging en minimaal één andere organisatie, voor verschillende activiteiten;

- nieuwe activiteit:

type activiteit welke nog niet wordt uitgeoefend door de aanvrager

- onderzoek ‘Ruimte voor georganiseerde sport in Den Haag’:

een vraag-aanbodanalyse naar binnen-en buitensportaccommodaties in Den Haag (2019-2040) uitgevoerd door het Mulier Instituut (RIS301864);

- particuliere verhuurder:

verhuurder, niet zijnde een gemeente, die een sportaccommodatie ter beschikking stelt aan een sportvereniging en hiervoor een huursom ontvangt;

-project:

samenstel van activiteiten gericht op het bouwkundig tot stand brengen of het bouwkundig verbeteren van een sportaccommodatie;

- projectkosten:

de noodzakelijke uitgaven voor het realiseren van een project.

- regulier onderhoud:

sobere en doelmatige, periodieke werkzaamheden aan de accommodatie, gericht op het in een aanvaardbare conditie houden van de accommodatie;

- sportaccommodatie:

een op Haags grondgebied gelegen voorziening, bestemd en in gebruik voor activiteiten op het gebied van amateursport;

- sportvereniging:

een vereniging, statutair gevestigd in Den Haag zonder winstoogmerk met volledige rechtsbevoegdheid, die zich statutair ten doel stelt het in clubverband beoefenen van een sport;

- VCA-checklist aannemers:

Veiligheid, Gezondheid en Milieu Checklist Aannemers, opgesteld door de Stichting Samenwerken voor Veiligheid.

Artikel 1:2 Toepassingsbereik

Deze subsidieregeling is van toepassing op de verstrekking van subsidies door het college voor de in artikel 1:4 bedoelde activiteiten.

Artikel 1:3 Doel van de subsidie

  • 1.

    Het doel van deze subsidieregeling is het stimuleren en realiseren van voldoende, kwalitatief goede en toegankelijke sportaccommodaties in Den Haag.

  • 2.

    Het achterliggende maatschappelijke doel dat met deze subsidieregeling wordt beoogd is de bevordering van de gezondheid en de persoonlijke ontwikkeling van Haagse inwoners.

Artikel 1:4 Activiteiten

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor activiteiten die bestaan uit:

  • a. werkzaamheden of aankopen ten behoeve van het vervangen en herbouwen van een sportaccommodatie waarvan de technische levensduur is verstreken;

    b. werkzaamheden of aankopen ten behoeve van het bouwkundig verbeteren van een sportaccommodatie;

    c. werkzaamheden of aankopen ten behoeve van het bouwkundig geschikt maken van een sportaccommodatie voor multifunctioneel gebruik;

    d. het treffen van maatregelen ten behoeve van het verbeteren van de toegankelijkheid van een sportaccommodatie, bedoeld in bijlage 1.B van de Subsidieregeling stimulering bouw en onderhoud sportaccommodaties;

    e. werkzaamheden of aankopen ten behoeve van het vervangen van een kleedruimte waarvan de technische levensduur is verstreken;

    f. werkzaamheden of aankopen ten behoeve van het bouwkundig verbeteren van een kleedruimte;

    g. het treffen van maatregelen voor energiebesparing op een sportaccommodatie, bedoeld in bijlage 1.A van de Subsidieregeling stimulering bouw en onderhoud sportaccommodaties.

Artikel 1:5 Doelgroep

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan een rechtspersoon, zijnde een beheerstichting of een sportvereniging, die de in artikel 1:4 bedoelde activiteiten verricht in, aan of ten behoeve van een sportaccommodatie die zij:

  • a. in eigendom hebben;

    b. huren van of in bruikleen hebben van de gemeente Den Haag;

    c. huren van een particuliere verhuurder, mits op basis van een huurovereenkomst met een looptijd van tenminste tien jaar of langer waarvan ten tijde van het indienen van de aanvraag de looptijd nog tenminste negen jaar bedraagt.

Artikel 1:6 Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

  • 1.

    De subsidie heeft uitsluitend betrekking op de redelijkerwijs gemaakte kosten die resteren na aftrek van bijdragen van derden en die naar het oordeel van het college direct verbonden zijn met en noodzakelijk zijn voor de uitvoering van een activiteit als bedoeld in artikel 1:4.

  • 2.

    Voor subsidie in aanmerking komen:

    a. projectkosten waarbij de uitgaven die worden gedaan voor zelfwerkzaamheid kunnen worden aangemerkt als projectkosten tot het bedrag van de maximale vrijwilligersvergoeding;

    b. BTW over de gesubsidieerde kosten voor zover die BTW niet teruggevorderd, verrekend of anderszins in mindering kan worden gebracht.

  • 3.

    Niet voor subsidie in aanmerking komen:

    a. kosten die betrekking hebben op de totstandkoming van het projectplan;

    b. kosten die betrekking hebben op de aanschaf van goederen of op werkzaamheden voor de sportaccommodatie die onder regulier onderhoud vallen;

    c. kosten die betrekking hebben op conventionele veldverlichting;

    d. onvoorziene kosten van het project voor zover deze meer bedragen dan 5% van de begroting;

    e. kosten waarvoor de aanvrager al subsidie ontvangt.

Artikel 1:7 Hoogte van de subsidie

  • 1.

    Een subsidie bedraagt per aanvrager:

    a. voor activiteiten bedoeld in artikel 1:4, onder a, b, c en d: 45 % van de subsidiabele kosten tot een maximum van € 500.000,-;

    b. voor activiteiten bedoeld in artikel 1:4, onder e en f: 55 % van de subsidiabele kosten tot een maximum van € 500.000,-;

    c. voor activiteiten bedoeld in artikel 1:4, onder g: 60 % van de subsidiabele kosten tot een maximum van € 500.000,-;

    d. voor activiteiten bedoeld in artikel 1:4, onder a en e, voor een aanvraag namens twee of drie sportverenigingen ten behoeve van multifunctioneel gebruik waaraan een nieuwe activiteit wordt toegevoegd: 45 % van de subsidiabele kosten tot een maximum van € 750.000,-;

    e. voor activiteiten bedoeld in artikel 1:4, onder a en e: voor een aanvraag namens vier of meer sportverenigingen ten behoeve van multifunctioneel gebruik sportaccommodatie waaraan een nieuwe activiteit wordt toegevoegd: 45 % van de subsidiabele kosten tot een maximum van € 1.000.000,-.

  • 2.

    Indien een rechtspersoon, zijnde een beheerstichting of een sportvereniging, gedurende een periode van vier kalenderjaren voorafgaand aan de aanvraag subsidie heeft ontvangen op grond van deze regeling, de Subsidieregeling investeringen accommodaties sportverenigingen Den Haag 2016 of de Subsidieregeling investeringen accommodaties sportverenigingen Den Haag 2019, wordt de maximum te verlenen subsidie verlaagd met het op grond van deze regelingen verstrekte bedrag.

Artikel 1:8 Subsidieplafonds

  • 1.

    Voor subsidieverlening op grond van deze regeling gelden de volgende subsidieplafonds:

    a. voor de periode 1 augustus 2021 tot en met 31 december 2021 is € 1.000.000,- beschikbaar;

    b. voor het kalenderjaar 2022 is € 2.000.000,- beschikbaar;

    c. voor het kalenderjaar 2023 is € 3.000.000,- beschikbaar.

  • 2.

    De subsidieplafonds bedoeld in het eerste lid, worden verdeeld in de volgende deelplafonds:

    a. voor aanvragen bedoeld in artikel 1:4, onder a tot en met f:

    1◦. voor de periode 1 augustus 2021 tot en met 31 december 2021: € 500.000,-;

    2◦. voor het kalenderjaar 2022: € 1.500.000,-;

    3◦. voor het kalenderjaar 2023: € 2.500.000,-;

    b. voor aanvragen bedoeld in artikel 1:4, onder g:

    1◦. voor de periode 1 augustus 2021 tot en met 31 december 2021: € 500.000,00;

    2◦. voor het kalenderjaar 2022: € 500.000,-;

    3◦. voor het kalenderjaar 2023: € 500.000,-.

  • 3.

    Het college kan het subsidieplafond bij besluit verlagen conform artikel 7 van de ASV.

Artikel 1:9 Wijze van verdeling

  • 1.

    Honorering van aanvragen die in aanmerking komen voor subsidie en die niet worden geweigerd, geschiedt in volgorde van indiening bij het college, totdat het voor de betrokken subsidie vastgestelde subsidieplafond is bereikt.

  • 2.

    Als de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van indiening van de aanvraag de datum waarop de aanvraag volledig is aangevuld.

  • 3.

    Indien het college op de dag dat het subsidieplafond wordt bereikt, meer dan één aanvraag ontvangt, stelt het de onderlinge rangschikking van die aanvragen vast door middel van loting.

Hoofdstuk 2 Aanvraag subsidie en termijnen

Artikel 2.1 Aanvraag subsidie

  • 1.

    In aanvulling op artikel 8, tweede en derde lid, van de Algemene subsidieverordening Den Haag 2020 legt de aanvrager de volgende gegevens over:

    a. een door de Algemene Leden Vergadering goedgekeurde jaarrekening over het voorgaande jaar of, indien de aanvraag is ingediend door een beheerstichting, een door het bestuur van de beheerstichting goedgekeurde jaarrekening;

    b. een volledige ingevulde vragenlijst ten behoeve van het Vitaliteitsonderzoek sportverenigingen Den Haag 2020;

    c. een uittreksel van de Kamer van Koophandel, van maximaal drie maanden oud, met vermelding van de huidige bestuursleden;

    d. een door het bestuur ondertekend verslag van de (Buitengewone) Algemene Leden Vergadering met akkoordverklaring voor de uit te voeren activiteiten aan de sportaccommodatie en de investering van het project. Bij aanvragen die betrekking hebben op multifunctioneel gebruik van de accommodatie: aangevuld met een akkoordverklaring van de organisaties die gebruik gaan maken van de sportaccommodatie;

    e. minimaal drie gespecificeerde, en vergelijkbare, offertes, die zijn opgesteld overeenkomstig met de eisen zoals gesteld in de VCA-checklist aannemers, per projectdeel, met onderbouwing van de keuze voor deze offertes. Bij aanvragen onder de € 10.000,- volstaat 1 offerte;

    f. een eigendomsbewijs, een huur- of bruikleenovereenkomst, afhankelijk van de situatie bedoeld in artikel 1:5;

    g. een akkoordverklaring voor nieuwbouw of verbouw van de eigenaar van de grond, niet zijnde de gemeente Den Haag;

    h. een verklaring van de eigenaar van de grond waaruit blijkt dat de uit te voeren activiteit een investering betreft, die een minimale levensduur kent van 10 jaar;

    i.een vergunning, voor zover de activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd vergunningplichtig zijn. Voor activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd, die niet vergunningplichtig zijn, volstaat een beschrijving waaruit blijkt dat de activiteiten voldoen aan het meest actuele bestemmingsplan;

    j. een beschrijving waaruit blijkt dat de activiteiten bijdragen aan een betere aansluiting tussen de vraag naar en het aanbod van sportaccommodaties voor de betreffende georganiseerde sport in Den Haag.

  • 2.

    Indien meerdere partijen gebruik maken van dezelfde sportaccommodatie kan de aanvrager zijn aanvraag indienen namens deze partijen mits:

    a. de aanvraag een door alle bij de aanvraag betrokken besturen ondertekende verklaring bevat, waarin zij verklaren dat de aanvrager als penvoerder gemachtigd is om hen in het kader van de subsidieverstrekking in en buiten rechte te vertegenwoordigen, en dat alle gegevens die noodzakelijk zijn voor de verantwoording door de penvoerder van de besteding van de subsidie, op verzoek aan de penvoerder worden verstrekt;

    b. de aanvraag een door alle betrokken besturen ondertekende samenwerkingsovereenkomst voor een periode van ten minste 10 jaar bevat, waarin ten minste de volgende onderwerpen zijn geregeld:

    1◦. een overzicht van alle betrokken partners;

    2◦. afspraken met betrekking tot penvoerderschap en correspondentie met het college;

    3◦. afspraken met betrekking tot (gelijkwaardige) aansprakelijkheid;

    4◦. afspraken met betrekking tot gezamenlijk gebruik van de sportaccommodatie;

    5◦. afspraken met betrekking tot eigendom van de sportaccommodatie;

    6◦. toelichting op de te nemen maatschappelijke rol van de partijen;

    7◦. een overzicht van de uit te voeren activiteiten in de sportaccommodatie.

  • 3.

    De aanvrager maakt voor de aanvraag gebruik van het door het college voor deze regeling vastgestelde digitale aanvraagformulier.

Hoofdstuk 3 Weigeringsgronden

Artikel 3.1 Weigeringsgronden

Onverminderd de artikelen 4:25, tweede lid en 4:35 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 11, eerste tweede en derde lid, van de ASV weigert het college een subsidie, indien:

  • a. de aanvraag wordt gedaan voor activiteiten, waarvoor de aanvrager al subsidie ontvangt of heeft ontvangen;

    b. een door het college uitgevoerd onderzoek uitwijst, dat de aanvrager financieel of organisatorisch niet voldoende draagkrachtig is;

    c. de subsidieverlening niet leidt tot een betere aansluiting tussen de vraag naar en het aanbod van sportaccommodaties voor de betreffende georganiseerde sport in Den Haag op basis van het onderzoek ‘Ruimte voor georganiseerde sport in Den Haag;

    d. werkzaamheden waarop de subsidieaanvraag betrekking heeft al gegund of gestart zijn.

Hoofdstuk 4 Verplichtingen en betaling

Artikel 4:1 Verplichtingen

  • 1.

    Onverminderd de artikelen 12 en 14 van de ASV, gelden voor de subsidieontvanger de volgende verplichtingen:

    a. de subsidieontvanger draagt er zorg voor dat de gesubsidieerde sportaccommodatie gedurende 10 jaren na het ontvangen van de subsidie ter beschikking blijft voor de fysieke beoefening van sport in Den Haag;

    b. indien een voorschot wordt betaald, verleent de subsidieontvanger een zakelijk zekerheidsrecht aan het college of een andere vorm van zekerheidsstelling voor de vorderingen die ontstaan uit vorderingen op grond van 4:57 van de Algemene wet bestuursrecht;

    c. indien de activiteiten van de subsidieontvanger plaatsvinden in of op gemeentelijk vastgoed is de moet de subsidieontvanger meervoudig of gezamenlijk gebruik toe te staan;

    d. indien het een aanvraag betreft als bedoeld in artikel 2:1, tweede lid, rusten alle aan de subsidie verbonden verplichtingen op de penvoerder, ongeacht welke bestuur feitelijk is belast met de uitvoering van de daarop betrekking hebbende werkzaamheden.

  • 2.

    Het college kan aan de beschikking tot subsidieverlening de verplichting verbinden, indien de uitoefening van de activiteiten van de subsidieontvanger niet plaatsvinden in of op gemeentelijk vastgoed, dat de subsidieontvanger de huisvesting waarin de activiteiten plaatsvinden, in medegebruik geeft of verhuurt aan andere subsidieontvangers van de gemeente, teneinde meervoudig of gezamenlijk gebruik van het betreffende vastgoed te realiseren.

Artikel 4:2 Bevoorschotting

Op basis van de bouwplanning en de daarbij behorende financiële planning stelt het college bij beschikking een bevoorschottingsschema vast van de verleende subsidie.

Hoofdstuk 5 Eindverantwoording en vaststelling na verlening vooraf

Artikel 5:1 Indieningstermijn aanvraag tot vaststelling

De subsidieontvanger dient conform artikel 17, eerste lid van de ASV de aanvraag tot vaststelling in uiterlijk op 30 april van het kalenderjaar dat volgt op het kalenderjaar waar de subsidieverlening op ziet.

Artikel 5:2 Wijze van verantwoorden

In aanvulling van de op grond van artikel 17, vierde en vijfde lid van de ASV over te leggen gegevens, legt de aanvrager van een vaststellingsbeschikking de volgende gegevens over:

  • a, de rekeningen en betaalbewijzen van de met de subsidie gefinancierde activiteiten;

    b. een overzicht van de activiteiten en de hieraan verbonden uitgaven en inkomsten, waarvan de inrichting gelijk is aan de bij de aanvraag gevoegde begroting;

    c. een bestuursverklaring volgens de Wet normering topinkomens;

    d. een bewijs van inspectie door de afdeling Bouw, Onderhoud en Techniek van de productgroep Sportvoorzieningen van de Gemeente Den Haag.

Hoofdstuk 6 Overige bepalingen

Artikel 6:1 Hardheidsclausule

Het college kan een of meer artikelen van deze regeling buiten toepassing laten of daarvan afwijken, voor zover toepassing ervan gelet op het belang van het doel van deze regeling leidt tot onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 6:2 Inwerkingtreding

  • 1.

    De Subsidieregeling investeringen accommodaties sportverenigingen Den Haag 2019 wordt ingetrokken.

  • 2.

    Deze regeling treedt in werking op 1 juli 2021 en vervalt op 31 december 2023.

Artikel 6:3 Citeertitel

Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling investeringen accommodaties sportverenigingen Den Haag 2021.

Den Haag, 13 juli 2021

Het college van burgemeester en wethouders,

de secretaris,

Ilma Merx

de burgemeester,

Jan van Zanen