Gemeente Heerlen - Beleidsregels van burgemeester en wethouders van Heerlen houdende bepalingen inzake de ontheffing voor het passeren van bussluizen (Beleidsregels 'Passeren van bussluizen')

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze beleidsregels en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

• 1.

  bussluis

• Een infrastructurele maatregel dat gekenmerkt wordt in de vorm van ofwel een verzinkbare paal of een vierkant gat in het wegdek met een dusdanige breedte dat een gemiddelde personenauto er niet overheen kan rijden ofwel een camerabewakingssysteem. Een bussluis is aangegeven met verkeersborden C1 van het RVV 1990.

• 2.

  RVV 1990

• Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990;

• 3.

  ontheffing

• Een in de zin van artikel 87 RVV 1990 door het college van burgemeester en wethouders te verlenen ontheffing, krachtens welke het is toegestaan om met een motorvoertuig de op de ontheffing aangegeven bussluis te passeren;

• 4.

  motorvoertuig

• Hetgeen daaronder wordt verstaan in het RVV 1990;

• 5.

  ontheffinghouder

• De natuurlijke of rechtspersoon aan wie ontheffing is verleend;

• 6.

  bewoner van Leenhofstraat

• Degene die volgens de in de gemeentelijke basisadministratie beschikbare persoonsgegevens woonachtig is op de Leenhofstraat;

• 7.

  vaste ontheffing

• Ontheffing met een geldigheidsduur van één kalenderjaar die jaarlijks automatisch wordt verlengd mits aan de voorwaarden wordt voldaan;

• 8.

  Tijdsvenster

• De periode waarin de verleende ontheffing van toepassing is.

Artikel 2 Aanvraag ontheffing

• 1.

  Een aanvraag om ontheffing voor het passeren van een bussluis met een motorvoertuig moet schriftelijk bij het college van B&W worden ingediend met gebruikmaking van het door het college van B&W vastgestelde formulier. Dit formulier is online beschikbaar via de site van de Gemeente Heerlen (www.heerlen.nl) of bij Publiekszaken (Stadhuis).

• 2.

  Bij de indiening van een aanvraag om een vaste ontheffing door een bewoner van de Leenhofstraat wordt aan de hand van de gemeentelijke basisadministratie getoetst of de aanvrager staat ingeschreven op een adres dat is gelegen aan de Leenhofstraat.

Artikel 3 Beslissingstermijn

• 1.

  Binnen acht weken na de ontvangst van de aanvraag om een ontheffing wordt hierop beslist.

• 2.

  Deze beslissing kan voor ten hoogste vier weken worden verdaagd. Voor afloop van de in het eerste lid van dit artikel gestelde termijn wordt de aanvrager hiervan schriftelijk in kennis gesteld.

• 3.

  Op een aanvraag om een incidentele ontheffing wordt op de dag van indiening van de aanvraag beslist.

Artikel 4 Voorschriften verbonden aan de ontheffing

• 1.

  Een ontheffing bevat in ieder geval de volgende gegevens:

  • a.

    de periode waarvoor de ontheffing geldt en het tijdvak gedurende welke de ontheffing kan worden gebruikt;

  • b.

    de bussluis waarvoor de ontheffing geldt;

  • c.

    een omschrijving van de verboden waarvan ontheffing is verleend.

  • d.

    voor een ontheffing verleend voor het passeren van de bussluis aan de Schaesbergerweg minimaal één kenteken;

• 2.

  Aan een ontheffing kunnen voorschriften worden verbonden die strekken tot bescherming van het belang van het verbeteren van de leefbaarheid en bereikbaarheid van de wijk Meezenbroek-Schaesbergerveld-Palemig (MSP), een goede handhaving van de wegenverkeerswetgeving en de daarop gebaseerde besluiten, het verzekeren van de veiligheid op de weg en het beschermen van weggebruikers en passagiers.

• 3.

  Indien het verkeersbelang, het belang van de openbare orde of veiligheid of andere dringende omstandigheden dat noodzakelijk maken, is het mogelijk afwijkende maatregelen te treffen.

• 4.

  Degene aan wie krachtens deze beleidsregels een ontheffing is verleend, is verplicht de daaraan verbonden voorschriften en beperkingen in acht te nemen.

• 5.

  Wanneer een ontheffing wordt verleend, wordt de ontheffing gekoppeld aan het kenteken van de ontheffingshouder. Dit kenteken krijgt ‘vrije’ doorgang langs de bussluis waarop de ontheffing betrekking heeft. Een ontheffing is dus niet overdraagbaar.

• 6.

  Meerdere ontheffingen (maximaal drie ontheffingen per adres) zijn alleen mogelijk indien er op een adres meerdere voertuigen op naam van de bewoner staat.

• 7.

  Het kenteken dient voldoende leesbaar te zijn voor de aanwezige camera’s.

Artikel 5 Intrekkings- en wijzigingsgronden

• 1.

  Een ontheffing kan worden ingetrokken of gewijzigd:

  • a.

    op verzoek van de ontheffinghouder;

  • b.

    wanneer de houder van de ontheffing uit de Leenhofstraat hier niet meer woonachtig is;

  • c.

    indien de ontheffinghouder handelt in strijd met de ontheffing of de daaraan verbonden voorschriften of beperkingen;

  • d.

    indien blijkt dat bij de aanvraag van de ontheffing onjuiste gegevens zijn verstrekt;

  • e.

    indien sprake is van misbruik van de ontheffing;

  • f.

    indien op grond van een verandering van de omstandigheden of inzichten, opgetreden na het verlenen van de ontheffing, moet worden aangenomen dat intrekking wordt gevorderd door het belang of de belangen ter bescherming waarvan de ontheffing is vereist en verleend;

  • g.

    bij in gebreke blijven van de betaling voor de ontheffing of voor het verlengen van de ontheffing binnen de gestelde termijnen bedoeld in artikel 5 zesde lid;

  • h.

    na overlijden van de ontheffinghouder.

• 2.

  Onder misbruik van de ontheffing wordt in elk geval verstaan:

  • a.

    Het gebruiken van de ontheffing voor een ander doel dan waarvoor de ontheffing is afgegeven.

  • b.

    Het verstrekken van onjuiste en/of onvolledige informatie ter verkrijging van een ontheffing.

  • c.

    Het aanbrengen van wijzigingen op het ontheffingsbewijs die niet door of namens het college zijn aangebracht.

  • d.

    Het niet (volledig) nakomen van het bepaalde bij of krachtens de verordening.

• 3.

  Indien sprake is van misbruik van de ontheffing als gevolg waarvan de ontheffing door het college van B&W is ingetrokken, zal gedurende het lopende en het daaropvolgende kalenderjaar geen nieuwe ontheffing worden verleend.

• 4.

  Bij het intrekken van de ontheffing wordt geen vergoeding aan de ontheffinghouder betaald voor de periode waarover de ontheffing nog geldig zou zijn geweest.

Artikel 6 Vaste ontheffingen voor bijzondere situaties

• a.

  Bussluis Schaesbergerweg:

• 1.

  Aan bewoners van de Leenhofstraat kan een vaste ontheffing worden verleend voor het passeren van de bussluis om een goede bereikbaarheid van/vanuit Heerlen-centrum te allen tijde te garanderen. Een ontheffing voor bewoners is voor één kalenderjaar geldig en wordt automatisch telkens met een jaar verlengd, zolang de bewoner voldoet aan de criteria voor het verkrijgen van de ontheffing.

• 2.

  Houders van individuele zorgontheffingen die conform artikel 3 c van de “Beleidsregel parkeerontheffingen voor vergunninghou-dersplaatsenen parkeerapparatuurplaatsen” aan de huisarts, verpleegkundig specialist en/of verloskundige zijn versterkt, kunnen zonder extra ontheffing gebruik maken van de bussluizen. Ze dienen hiervoor wel hun kenteken door te geven. Indien men kan aantonen dat men patiënten heeft in Heerlen, komen personen met de voornoemde functies uit heel Parkstad Limburg voor een ontheffing in aanmerking.

• 3.

  a. Aan gemeentelijke handhavers voor zover zij een openbare functie uitoefenen kan een vaste ontheffing worden verleend voor het passeren van de bussluis van 00.00 tot 24.00 uur.

  • a.

    de onder a genoemde diensten zijn duidelijk herkenbaar in gemeentelijke voertuigen.

4. Aan reinigingsdiensten (veegwagens) en gladheidsbestrijders (RD4 of namens RD4) die verantwoordelijk zijn voor het schoonhouden van de openbare ruimte of voor de bestrijding van de gladheid van 00.00 – 24.00 uur ten behoeve van het schoonhouden van de openbare ruimte ter plaatse van de bussluis óf het preventief of curatief bestrijden van de gladheid ter plaatse van de bussluis.

• 4.

  Aan hulpdiensten (ambulance, politie, brandweer,…) kan een vaste ontheffing worden verleend voor het passeren van de bussluis van 00.00 tot 24.00 uur.

• 5.

  Aan lijnbussen van het vervoersbedrijf dat op dat moment concessiehouder is kan een vaste ontheffing worden verleend binnen de uren cf. de vastgestelde dienstregeling. Deze ontheffing dient om een goede dienstverlening te garanderen mits de bussluis vervat zit in de route van één of meerdere buslijnen.

b. Bussluis Montfortstraat:

1a. Aan gemeentelijke handhavers voor zover zij een openbare functie uitoefenen kan een vaste ontheffing worden verleend voor het passeren van de bussluis van 00.00 tot 24.00 uur.

1b .de onder a genoemde diensten zijn duidelijk herkenbaar in gemeentelijke voertuigen.

• 2.

  Aan reinigingsdiensten (veegwagens) en gladheidsbestrijders (RD4 of namens RD4) die verantwoordelijk zijn voor het schoonhouden van de openbare ruimte of voor de bestrijding van de gladheid van 00.00 – 24.00 uur, ten behoeve het schoonhouden van de openbare ruimte ter plaatse van de bussluis óf het preventief of curatief bestrijden van de gladheid ter plaatse van de bussluis.

• 3.

  Aan hulpdiensten (ambulance, politie, brandweer,…) kan een vaste ontheffing worden verleend voor het passeren van de bussluis van 00.00 tot 24.00 uur.

• 4.

  Aan lijnbussen van het vervoersbedrijf dat op dat moment concessiehouder is kan een vaste ontheffing worden verleend binnen de uren cf. de vastgestelde dienstregeling. Deze ontheffing dient om een goede dienstverlening te garanderen mits de bussluis vervat zit in de route van één of meerdere buslijnen.

• 5.

  Aan bussen ingezet als treinvervangend vervoer indien er, als gevolg van werkzaamheden of een incident, geen treinen kunnen rijden tussen station Hoensbroek en station Heerlen-centrum.

c. Bussluis Anjelierstraat:

• 1.

  1a. Aan gemeentelijke handhavers voor zover zij een openbare functie uitoefenen kan een vaste ontheffing worden verleend voor het passeren van de bussluis van 00.00 tot 24.00 uur.

• 1b. de onder a genoemde diensten zijn duidelijk herkenbaar in gemeentelijke voertuigen.

• 2.

  Aan reinigingsdiensten (veegwagens) en gladheidsbestrijders (RD4 of namens RD4) die verantwoordelijk zijn voor het schoonhouden van de openbare ruimte of voor de bestrijding van de gladheid van 00.00 – 24.00 uur, ten behoeve het schoonhouden van de openbare ruimte ter plaatse van de bussluis óf het preventief of curatief bestrijden van de gladheid ter plaatse van de bussluis.

• 3.

  Aan hulpdiensten (ambulance, politie, brandweer,…) kan een vaste ontheffing worden verleend voor het passeren van de bussluis van 00.00 tot 24.00 uur.

• 4.

  Aan lijnbussen van het vervoersbedrijf dat op dat moment concessiehouder is kan een vaste ontheffing worden verleend binnen de uren cf. de vastgestelde dienstregeling. Deze ontheffing dient om een goede dienstverlening te garanderen mits de bussluis vervat zit in de route van één of meerdere buslijnen.

• d. Bussluis Sittarderweg:

• 1a. Aan gemeentelijke handhavers voor zover zij een openbare functie uitoefenen kan een vaste ontheffing worden verleend voor het passeren van de bussluis van 00.00 tot 24.00 uur.

• 1b. de onder a genoemde diensten zijn duidelijk herkenbaar in gemeentelijke voertuigen.

• 2.

  Aan reinigingsdiensten (veegwagens) en gladheidsbestrijders (RD4 of namens RD4) die verantwoordelijk zijn voor het schoonhouden van de openbare ruimte of voor de bestrijding van de gladheid van 00.00 – 24.00 uur, ten behoeve het schoonhouden van de openbare ruimte ter plaatse van de bussluis óf het preventief of curatief bestrijden van de gladheid ter plaatse van de bussluis.

• 3.

  Aan hulpdiensten (ambulance, politie, brandweer,…) kan een vaste ontheffing worden verleend voor het passeren van de bussluis van 00.00 tot 24.00 uur.

• 4.

  Aan lijnbussen van het vervoersbedrijf dat op dat moment concessiehouder is kan een vaste ontheffing worden verleend binnen de uren cf. de vastgestelde dienstregeling. Deze ontheffing dient om een goede dienstverlening te garanderen mits de bussluis vervat zit in de route van één of meerdere buslijnen.

Artikel 7 Afwijking

Bij bepaalde omstandigheden dienen gladheidsbestrijders en treinvervangend busvervoer ingezet te worden. Aangezien het extern vracht-/busverkeer betreft en er op voorhand geen kennis is over welke voertuigen ingezet worden, kan in dit geval onmogelijk het juiste kenteken geregistreerd worden. Om die reden worden de kentekens van deze voertuigen niet geregistreerd en worden ze bij de beoordeling van de foto niet verbaliseerd.

Artikel 8 Hardheidsclausule

In gevallen waarin de toepassing van deze beleidsregels tot onaanvaardbare gevolgen voor een betrokkene kan leiden, kan ten gunste van de aanvrager worden afgeweken van deze beleidsregels.

Artikel 9 Inwerkingtreding

Deze beleidsregels treden op 1 juli 2021 in werking.

Artikel 10 Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als “Beleidsregels Passeren van bussluizen”.