Nadere eisen voor inwoning in de gemeente Dalfsen

Geldend van 01-07-2021 t/m heden

Intitulé

Nadere eisen voor inwoning in de gemeente Dalfsen

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Dalfsen;

gelezen het voorstel van de eenheid Ruimtelijke Ontwikkeling, nummer 446039;

overwegende dat de gemeenteraad van Dalfsen op 7 september 2020 opiniërend heeft gesproken over te ontwikkelen beleid voor inwoning en woningsplitsing in de gemeente Dalfsen;

dat de raad tijdens deze vergadering heeft uitgesproken dat de mogelijkheid om inwoning te vergunnen mogelijk moet blijven, maar alleen in bijzondere omstandigheden en onder aangescherpte voorwaarden;

dat deze uitspraak heeft geleid tot het wijzigen van de regels over inwoning in het Chw bestemmingsplan “7e Verzamelplan Buitengebied gemeente Dalfsen” en het aanpassen van de bestaande beleidsregels voor inwoonsituaties in de gemeente Dalfsen;

gelet op artikel 3.6 lid 1 onder d van de Wet ruimtelijke ordening en de artikelen 47.1.1. onder k en 47.1.3 van het Chw Bestemmingsplan 7e Verzamelplan Buitengebied gemeente Dalfsen;

bes l u i t:

vast te stellen de “Nadere eisen voor inwoning in de gemeente Dalfsen

Nadere eisen voor inwoning in de gemeente Dalfsen

Artikel 1 Voorwaarden voor het toestaan van inwoning

Onder de volgende voorwaarden kan een omgevingsvergunning worden verleend voor het toestaan van inwoning:

  • 1.

    Er is sprake van bijzondere omstandigheden, zoals de noodzakelijkheid voor de continuïteit van bedrijfsvoering of van een sociale indicatie (de noodzaak van verzorging van een ouder of een ander familielid). De aanvrager kan voldoende aantonen waarom een inwoonsituatie noodzakelijk is. Daarbij kan door de gemeente een rapport van een onafhankelijke adviseur worden gevraagd.

  • 2.

    Er is sprake van één woning annex bouwmassa:

    • De hoofdvorm van de bestaande woning mag niet worden gewijzigd. Bij (ver-) nieuwbouw situaties moet duidelijk zijn dat het om één hoofdvorm gaat.

    • De inwoonsituatie moet qua woonoppervlakte ondergeschikt zijn aan de oorspronkelijke woning, in die zin dat maximaal 1/3 deel van de woonoppervlakte voor inwoning mag worden gebruikt.

    • De bouw- en meetvoorschriften van het ter plaatse geldende bestemmingsplan/ het omgevingsplan blijven onverkort van toepassing. Door de inwoning mogen deze voorschriften niet worden overschreden. Bij het toestaan van een inwoonsituatie blijft de maximale oppervlakte voor bijbehorende bijgebouwen gelijk aan de bouwmogelijkheden voor één woning, ook als de woning met meer gezinnen wordt bewoond.

  • 3.

    De woning heeft één hoofdingang, die als gemeenschappelijke verkeersruimte fungeert en de verblijfsruimten zijn vanaf die hoofdingang bereikbaar:

    • De woning mag maar één meterkast hebben.

    • In het inwoongedeelte is geen trapopgang aanwezig naar bovengelegen bouwlagen.

    • Het inwoongedeelte bestaat uit slechts twee verblijfsruimten: de woonkamer/keuken en een slaapkamer. Daarnaast is er een aparte douche/toiletruimte.

    • In (ver)nieuwbouwsituaties staan tussen de woning en de (ver)nieuwbouwsituatie normale binnenmuren. Ankerloze spouwmuren zijn niet toegestaan.

  • 4.

    Aan een eventuele kadastrale splitsing van het pand en/of aan eventuele afgifte van meerdere aanslagen Onroerend Zaakbelasting en/of aan het toekennen van een extra huisnummer kunnen planologisch gezien geen rechten worden ontleend. Het pand blijft planologisch gezien te allen tijde één woning, waarin onder de gegeven omstandigheden met twee of meer gezinnen gewoond mag worden.

  • 5.

    Het zonder toestemming van de gemeente bouwkundig splitsen van de woning is niet toegestaan.

  • 6.

    Als de inwoonsituatie eindigt, rest er één (oorspronkelijke) woning. Dit wordt als voorwaarde in de hiervoor verleende omgevingsvergunning opgenomen.

  • 7.

    Deze nadere eisenzijn van toepassing op alle bestemmingsplannen en vanaf de inwerkingtreding van de Omgevingswet op het omgevingsplan voor de gemeente Dalfsen.

Artikel 2 Hardheidsclausule

De hardheidsclausule kan worden toegepast als:

  • 1.

    Bijzondere omstandigheden kunnen worden aangevoerd die tot medewerking in afwijking van het beleid noodzaken en er geen redelijke alternatieven bestaan om hierin te voorzien, mits de ruimtelijke consequenties beperkt blijven en er geen (ongewenste) precedentwerking hoeft te worden gevreesd;

  • 2.

    Het verzoek weliswaar niet binnen het geldende beleid past, maar een beleidswijziging als gevolg van het verzoek in de rede ligt.

Artikel 3 Slotbepaling

  • 1.

    Deze regeling wordt aangehaald als de ‘Nadere eisen voor inwoning in de gemeente Dalfsen’;

  • 2.

    De “Beleidsregels inwoonsituaties 2008” van de gemeente Dalfsen, vastgesteld door het college op 29 juli 2008, worden ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum;

  • 3.

    Deze regeling treedt in werking op de datum waarop het Chw Bestemmingsplan “7e Verzamelplan Buitengebied gemeente Dalfsen” in werking treedt.

Ondertekening

Aldus besloten door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Dalfsen in haar vergadering van 15 juni 2021.

Het college voornoemd,

de burgemeester, de gemeentesecretaris/algemeen directeur,

drs. E. van Lente ing. S.A.D.C. van Geffen

Toelichting

Begripsbepaling inwoning

Het bewonen van een ruimte, die deel uitmaakt van een woning die door een ander huishouden in gebruik is genomen, met dien verstande dat dit slechts is toegestaan binnen de bestaande woning of de maximaal toegestane inhoud van een nieuwe woning en woningsplitsing niet is toegestaan.

De eisen voor inwoning

Om te voorkomen dat een woning met een inwoonsituatie op termijn veranderd in twee aparte woningen, heeft de gemeenteraad in de commissievergadering van 7 september 2020 aangegeven inwoning nog wel mogelijk te blijven maken, maar alleen voor bijzondere gevallen en onder strengere voorwaarden dan in de tot dan geldende beleidsregels uit 2008 waren geformuleerd. De voorwaarden zijn in deze nadere eisen vastgelegd.

De regeling zelf, voor het verlenen van een omgevingsvergunning voor een inwoonsituatie, is opgenomen in artikel 47.1.1. onder k, van de eisen bij het ‘Çhw bestemmingsplan 7e verzamelplan Buitengebied gemeente Dalfsen’. De verwijzing naar de nadere eisen staat in artikel 47.1.3 van dit bestemmingsplan.

Inwoning wordt alleen vergund als er sprake is van bijzondere omstandigheden, zoals de noodzakelijkheid voor de continuïteit van bedrijfsvoering of als er sprake is van een sociale indicatie. In dit laatste geval gaat het om de noodzaak van verzorging van de ouder of een ander familielid. In dat geval is er geen wildgroei van inwoonsituaties meer mogelijk, maar wordt inwoning toegepast in die gevallen waarin het echt een goede oplossing is. Voor aanvragen die niet aan deze voorwaarden voldoen, maar waarvoor inwoning wel noodzakelijk is, kan de hardheidsclausule worden toegepast.

Als de inwoning eindigt is er nog steeds sprake van één woning.