Regeling vervallen per 01-01-2022

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam houdende regels omtrent de subsidie eenmalige noodsteun voor sportaanbieders die in zwaar weer verkeren als gevolg van de coronamaatregelen (Subsidieregeling eenmalige noodsteun voor sportaanbieders die in zwaar weer verkeren als gevolg van de coronamaatregelen)

Geldend van 18-06-2021 t/m 31-12-2021

Intitulé

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam houdende regels omtrent de subsidie eenmalige noodsteun voor sportaanbieders die in zwaar weer verkeren als gevolg van de coronamaatregelen (Subsidieregeling eenmalige noodsteun voor sportaanbieders die in zwaar weer verkeren als gevolg van de coronamaatregelen)

Het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam,

gelet op artikel 3 tweede lid van de Algemene subsidieverordening Amsterdam 2013

besluit de volgende regeling vast te stellen:

Subsidieregeling eenmalige noodsteun voor sportaanbieders die in zwaar weer verkeren als gevolg van de coronamaatregelen

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Accommodatiekosten: huurverplichtingen en/of erfpachtverplichtingen of hypotheeklasten die direct betrekking hebben op de sportaccommodatie in beheer of eigendom van de sportaanbieder, niet zijnde kosten voor gas, elektra of WOZ;

  • b.

    Agenda Sporten en Bewegen: uitwerking van uitgangspunten op het gebied van sportstimulering die vastgesteld zijn in het sportbeleid 2019-2022, het coalitieakkoord en de Sportvisie 2025;

  • c.

    Algemene reserve: vrij besteedbare reserves, waarvoor geen verplichtingen gelden om deze aan te houden op grond van wet, statuten of subsidievoorwaarden, ook wel overige reserves genoemd;

  • d.

    ASA 2013: Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013;

  • e.

    College: college van burgemeester en wethouders van Amsterdam;

  • f.

    Verlies: de uitkomst van de volgende rekenformule over het betreffende subsidietijdvak.:

    • i.

      gemiste inkomsten die de sportaanbieder ten opzichte van dezelfde periode in 2019 in het kader van zijn normale sportactiviteiten als gevolg van de coronacrisis misloopt;

    • ii.

      vermeerderd met de extra kosten als gevolg van de coronacrisis;

    • iii.

      verminderd met extra bijdragen van gelieerde partijen (b.v. steunfonds) of steunmaatregelen van overheden in verband met de coronacrisis;

    • iv.

      verminderd met lagere uitgaven als gevolg van de coronacrisis;

    • v.

      verminderd met het bedrag dat resulteert uit de som van de algemene reserve en de continuïteitsreserves over 2020, voor zover dit bedrag niet nodig is voor het minimale weerstandsvermogen.

  • g.

    Sportaanbieder: een rechtspersoon die op grond van zijn statuten of ondernemingsplan een structureel sportaanbod als hoofddoelstelling heeft;

  • h.

    Sportactiviteit: een lichamelijke bezigheid ter ontspanning of als beroep met een spel- of wedstrijdelement, waarbij conditie en vaardigheid vereist zijn;

  • i.

    Sportvisie 2025: de sportvisie 2025 ‘De Sportieve Stad’ beschrijft de ambities van gemeente Amsterdam in de komende jaren;

  • j.

    Standaard Bedrijfsindeling : een code die uit vier of vijf cijfers bestaat en de activiteit van een bedrijf aangeeft;

  • k.

    Steunmaatregelen: financiële steunregelingen van het Rijk of gemeente Amsterdam om schade door de maatregelen om corona tegen te gaan te compenseren;

  • l.

    Structureel sportaanbod: sportaanbod dat wekelijks wordt aangeboden en minimaal gedurende 32 weken per jaar kan worden beoefend;

  • m.

    weerstandsvermogen: dat deel van de som van de algemene reserve en continuïteitsreserves 2020 dat noodzakelijke is als financiële buffer voor het opvangen van calamiteiten. Het weerstandsvermogen betreft 5 procent van de gerealiseerde baten in 2019;

Artikel 2 Toepasselijkheid Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013

De Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013 is van toepassing, tenzij daarvan in deze regeling uitdrukkelijk wordt afgeweken.

Artikel 3 Doel subsidieregeling

  • 1. Deze subsidieregeling vloeit voort uit het uit collegebesluit VN2021-007294 van 16 maart 2021 over het dekken van coronaschade aan sport in 2021 en richt zich op het behoud van sportaanbod in Amsterdam, dat een bijdrage levert aan de uitvoering van de agenda Sport en Bewegen 2019-2022 en de Sportvisie.

  • 2. Het college beoogt dit doel te bereiken door het verstrekken van een eenmalige subsidie ter hoogte van maximaal de accommodatiekosten, ter verbetering van de financiële positie van sportaanbieders, die als gevolg van de coronacrisis in hun voortbestaan worden bedreigd.

Artikel 4 Subsidiabele activiteiten en de hoogte van de subsidie

  • 1. Het college kan een eenmalige subsidie verlenen van maximaal € 80.000 aan een sportaanbieder als compensatie van de verliezen die worden geleden als gevolg van de coronacrisis, in de periode van 15 december 2020 tot 1 juli 2021.

  • 2. De hoogte van het subsidiebedrag wordt berekend op basis van het bedrag dat de sportaanbieder over de periode van 15 december 2020 tot 1 juli 2021 aan accommodatiekosten betaald heeft of nog moet betalen.

  • 3. Het bedrag aan subsidie als bedoeld in het tweede lid wordt verlaagd voor zover het verlies dat de sportaanbieder in deze periode heeft geleden lager is dan de accommodatiekosten.

Hoofdstuk 2 Het subsidieplafond en de verdeelsleutel

Artikel 5 Subsidieplafond

Voor deze subsidieregeling geldt voor het tijdvak dat loopt van 15 december 2020 tot 1 juli 2021 een subsidieplafond van € 850.000.

Artikel 6 Verdeelsleutel subsidieplafond

  • 1. Indien het subsidieplafond ontoereikend is om alle aanvragen die voor subsidie in aanmerking komen te honoreren, wordt slechts subsidie verstrekt aan sportaanbieders die:

    • a.

      structurele sportactiviteiten en programma’s aanbieden zoals genoemd in de Agenda Sporten en Bewegen;

    • b.

      structurele sportactiviteiten en programma’s aanbieden gericht op een van de volgende doelgroepen:

      • i.

        senioren 65 +;

      • ii.

        mensen met een handicap;

      • iii.

        jeugd (in de leeftijd 2 tot en met 17 jaar) levend in een huishouden met een inkomen lager of gelijk aan 120% van het sociaal minimum;

      • iv.

        statushouders of vluchtelingen;

      • v.

        kwetsbare jeugd (in de leeftijd 2 tot en met 23 jaar);

      • vi.

        Amsterdammers die gebruik maken van de Sportvergoeding Jeugd (SV Jeugd - het Jeugdfonds Sport en Stadspas Sport);

      • vii.

        Amsterdammers die gebruik kunnen maken van het Senioren Sportfonds in Zuidoost en Buitenveldert;

    • c.

      een subsidie-, of inkooprelatie hebben met de gemeente Amsterdam voor het realiseren van maatschappelijke doelen (gezondheid, kwetsbaarheid eenzaamheid, integratie);

    • d.

      partner zijn bij het Amsterdams Sportakkoord.

  • 2. Indien na de selectie als bedoeld in het eerste lid het subsidieplafond nog steeds wordt overschreden, worden alle te verlenen subsidies verlaagd met een gelijk percentage totdat het subsidieplafond wel toereikend is.

Hoofdstuk 3 Subsidieaanvraag

Artikel 7 De aanvrager

Subsidie kan uitsluitend worden aangevraagd door sportaanbieders die voldoen aan de volgende criteria:

  • a.

    die als doelstelling hebben om amateursport voor lokale gebruikers aan te bieden met de daarbij behorende code van de Standaard Bedrijfsindeling;

  • b.

    die niet huren van de gemeente Amsterdam;

  • c.

    die niet voldoen aan de criteria van de rijksregeling Tegemoetkoming Verhuurders Sportaccommodaties.

Artikel 8 Bij de subsidieaanvraag in te dienen gegevens

In aanvulling op artikel 5, tweede lid, van de ASA 2013 worden bij de subsidieaanvraag de volgende gegevens en stukken overgelegd:

  • a.

    het aanvraagformulier coronasport Sport, waarin opgenomen:

    • 1.

      het geraamde verlies voor de periode van 1 januari 2021 tot 1 juli 2021;

    • 2.

      een toelichting waarom de subsidie wordt aangevraagd en waarin wordt aangegeven

      • a.

        dat de sportaanbieder gebruik heeft gemaakt van alle mogelijke steunmaatregelen die van toepassing zijn, maar dat dit nog steeds onvoldoende blijkt om de gevolgen van de coronamaatregelen op te vangen, of,

      • b.

        dat de sportaanbieder niet in aanmerking komt voor andere steunmaatregelen en waarom niet;

      • c.

        wat de sportaanbieder zelf al heeft gedaan om de gevolgen van de coronamaatregelen het hoofd te bieden;

    • 3.

      een specificatie van de huur- of erfpacht- of hypotheeklasten over de periode 1 december 2020 – 1 juli 2021;.

  • b.

    het jaarverslag 2019 en 2020 inclusief de jaarrekening, dan wel een financieel verslag, waarin voor het desbetreffende jaar in ieder geval is opgenomen:

    • i.

      de omvang van de algemene reserve;

    • ii.

      de omvang van de continuïteitsreserves;

    • iii.

      de omvang van de gerealiseerde baten.

  • c.

    een afschrift of kopieën van de facturen waaruit het maandelijkse of periodieke door de sportaanbieder te betalen bedrag aan accommodatiekosten blijkt;

  • d.

    documenten waaruit blijkt dat de sportaanbieder de verhuurder, erfpachtverlener of hypotheekverstrekker gevraagd heeft om kwijtschelding van de accommodatiekosten over de gesubsidieerde periode en wat het resultaat van dit verzoek is.

Artikel 9 Aanvraagtermijn eenmalige subsidie

In afwijking van artikel 6 van de ASA 2013 wordt een aanvraag voor een subsidie uiterlijk 1 juli 2021 ingediend bij het college.

Hoofdstuk 4 Weigering van de subsidie

Artikel 10 Weigeringsgronden

In aanvulling op artikel 9, tweede lid, van de ASA 2013 kan het college geheel of gedeeltelijk weigeren een subsidie te verlenen als:

  • a.

    de aanvrager niet voldoet aan de criteria gesteld in artikel 7 a t/m c

  • b.

    de aanvrager geen of onvoldoende beroep gedaan heeft op de middelen die zij kan ontvangen van een gelieerd steunfonds of gelieerde rechtspersoon;

  • c.

    de aanvrager geen aantoonbare acties heeft ondernomen om de gevolgen van de crisis in verband met het coronavirus zelf op te vangen, te verminderen of de financiële positie te verbeteren;

  • d.

    aanvrager onvoldoende een beroep heeft gedaan op steunmaatregelen ter compensatie van verliezen in verband met de coronamaatregelen;

  • e.

    er in de aanvraag geen of onvoldoende reële onderbouwing is gegeven van het verlies.

Hoofdstuk 5 Verantwoording en vaststelling van de subsidie

Artikel 11. Subsidie vaststelling

In aanvulling op artikel 14, tweede lid, van de ASA 2013 bevat de aanvraag tot subsidievaststelling:

  • a.

    bewijzen van betaling van de accommodatiekosten over de periode waarvoor de subsidie is aangevraagd;

  • b.

    een financieel verslag, waarin een overzicht is opgenomen waaruit blijkt hoeveel verlies over de periode 1 januari 2021 tot 1 juli 2021 is geleden als gevolg van de coronamaatregelen.

Hoofdstuk 6 Slotbepalingen

Artikel 12. Inwerkingtreding, einde regeling

  • 1. Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na bekendmaking.

  • 2. Deze regeling vervalt van rechtswege op 1 januari 2022, met dien verstande dat de regeling van toepassing blijft op de op basis van deze regeling ingediende aanvragen

Artikel 13. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als:

Subsidieregeling eenmalige noodsteun voor sportaanbieders die in zwaar weer verkeren als gevolg van de coronamaatregelen

Ondertekening

Toelichting

De coronacrisis duurt nu ruim een jaar en de schade aan de sport is groot. Het College van B&W van Amsterdam wil belangrijke onderdelen van de Amsterdamse sportinfrastructuur overeind houden en hulp te bieden - in aanvulling op de algemene Rijksmaatregelen die zich op sport richten.

Deze subsidieregeling is gericht op sportaanbieders die in zwaar weer verkeren als gevolg van de coronamaatregelen, niet voldoen aan de criteria van de rijksregelingen gericht op sport en daardoor in een financieel gat vallen.

De subsidieregeling betreft eenmalige noodsteun en is zo ingericht dat de extra financiële steun daar terecht komt waar die het hardst nodig is. Dit betekent dat wordt gekeken naar de omvang van de verliezen en de mate waarin de sportaanbieder zelf in staat is de verliezen op te vangen door inzet van eigen reserves, of met hulp van gelieerde partijen zoals b.v. een steunfonds.

Artikel 3. Doel subsidieregeling

Met de subsidieregeling wil de gemeente belangrijke uitvoerders binnen de Amsterdamse sportinfrastructuur die als gevolg van de coronamaatregelen worden bedreigd in hun voortbestaan overeind houden. De regeling richt zich op lastenverlichting door middel van een subsidie gerelateerd aan de accommodatiekosten

Het uitgangspunt van de regeling is dat de financiële noodsteun terecht komt bij Amsterdamse sportaanbieders die van belang voor de uitvoering van het Amsterdamse Sportbeleid, zoals vastgelegd in de agenda Sporten en Bewegen en de Sportvisie en die als gevolg van de coronamaatregelen in hun voortbestaan worden bedreigd. Zij kunnen een eenmalige bijdrage ontvangen zodat ze hun (herziene) activiteiten kunnen voortzetten als de coronamaatregelen dat toelaten.

Artikel 4 Subsidiabele activiteiten en de hoogte van de subsidie

Een sportaanbieder komt over de periode 15 december 2020 tot 1 juli 2021 in aanmerking voor een eenmalige subsidie van maximaal € 80.000.

De hoogte van de subsidie wordt berekend op grond van de accommodatiekosten over de periode 15 december 2020 tot 1 juli 2021. Het berekende bedrag wordt verlaagd voor zover het verlies dat de sportaanbieder heeft geleden door Corona lager is dan de accommodatiekosten. Bijvoorbeeld de accommodatiekosten bedragen € 12.000 en het verlies over de periode 15 december 2020 tot 1 juli 2021 € 8.000. De sport aanbieder ontvangt in dit voorbeeld dan een subsidie van € 4.000.

Het verlies is de som van:

  • -

    de gemiste inkomsten die de sportaanbieder ten opzichte van dezelfde periode in 2019 in het kader van zijn normale sportactiviteiten als gevolg van de coronacrisis misloopt;

  • -

    de extra kosten als gevolg van de coronamaatregelen;

    verminderd met:

  • -

    de extra inkomsten van gelieerde partijen (steunfonds) of vanuit de algemene en specifieke compensatieregelingen van het Rijk als mede van door andere overheden getroffen (coulance)regelingen;

  • -

    de lagere uitgaven als gevolg van de coronamaatregelen en extra besparingen;

  • -

    het bedrag dat resulteert uit de som van de algemene reserve en de continuïteitsreserves over 2020, voor zover dit bedrag niet nodig is voor het minimale weerstandsvermogen..

Het is dat deel van de som van de algemene reserve en continuïteitsreserves 2020 dat noodzakelijke is als financiële buffer voor het opvangen van calamiteiten. Het minimale weerstandsvermogen betreft 5 procent van de gerealiseerde baten in 2019.

Artikel 5 Subsidieplafond

Voor deze subsidieregeling geldt voor het tijdvak dat loopt van 15 december 2020 tot 1 juli 2021 een subsidieplafond van € 850.000.

Artikel 6 Beoordeling subsidie en verdeelsleutel subsidieplafond

Als het totaal aan subsidieaanvragen het subsidieplafond van 850.000 overschrijdt dan wordt de subsidie uitsluitend verstrekt aan sportaanbieders die een bijdrage leveren aan de uitvoering van de agenda Sporten en Bewegen en de Sportvisie. Het gaat hierbij sportaanvragers die:

Structurele sportactiviteiten en programma’s aanbieden zoals genoemd in de Agenda Sporten en Bewegen;

en/of

structurele sportactiviteiten en programma’s gericht op een van de volgende doelgroepen:

  • a.

    senioren 65 +;

  • b.

    mensen met een handicap;

  • c.

    jeugd (in de leeftijd 2 tot en met 17 jaar) levend in een huishouden met een inkomen lager of gelijk aan 120% van het sociaal minimum;

  • d.

    statushouders of vluchtelingen;

  • e.

    kwetsbare jeugd (in de leeftijd 2 tot en met 23 jaar);

  • f.

    Amsterdammers met een SV Jeugd (het Jeugdfonds Sport en Stadspas Sport);

  • g.

    Amsterdammers die gebruik kunnen maken van het Senioren Sportfonds in Zuidoost en Buitenveldert;

  • of

  • h.

    een subsidie-, of inkooprelatie hebben met de gemeente Amsterdam voor het realiseren van maatschappelijke doelen (gezondheid, kwetsbaarheid eenzaamheid, integratie);

  • i.

    partner zijn bij het Amsterdams Sportakkoord.

Indien na de selectie op grond van deze criteria het subsidieplafond van €850.000 nog steeds wordt overschreden dan worden alle te verlenen subsidies verlaagd met een gelijk percentage totdat het subsidieplafond wel toereikend is. Indien artikel 6 moet worden toegepast betekent dit dat subsidieaanvragen mogelijk worden afgewezen of dat de subsidie lager wordt verleend dan is aangevraagd.

Artikel 7 De aanvrager

Deze subsidie kan worden aangevraagd:

  • a.

    door sportaanbieders die als doelstelling hebben om amateursport voor lokale gebruikers aan te bieden met de daarbij behorende code van de Standaard Bedrijfsindeling;

  • b.

    die niet huren van de gemeente Amsterdam;

  • c.

    die niet voldoen aan de criteria van de rijksregeling Tegemoetkoming Verhuurders Sportaccommodaties.

Artikel 8 Bij de subsidieaanvraag in te dienen gegevens

De onder artikel 8 gevraagde gegevens zijn bedoeld om het recht op - en de hoogte van de subsidie te kunnen vaststellen.

In het Excelformulier corona Sport worden gegevens gevraagd over de aard van het sportaanbod, deelnemersaantallen en de met het sportaanbod bereikte doelgroep(en). U wordt gevraagd in dit Excel formulier schematisch gegevens uit het jaarverslag of financieel verslag in te vullen. Dit formulier is aan te vragen via sportpunt@amsterdam.nl.

Daarnaast wordt een toelichting gevraagd waarom de subsidie nodig is; welke regelingen heeft u aangevraagd, waarom komt het sportaanbod niet in aanmerking voor andere regelingen en welke actie heeft u ondernomen om tijdelijk kwijtschelding of verlaging van bv huur te krijgen? Bewijzen hiervan zijn:

  • Aanvragen, vaststellingen, afwijzingen van rijksregelingen zoals NOW, TVL, Tozo.

  • Emails aan, of reacties daarop van de verhuurder over huurkorting/huurkwijtschelding.

  • Specificatie van de huur- of erfpacht- of hypotheeklasten over de periode 1 december 2020 – 1 juli 2021: facturen, bankafschrijvingen, kopie huurcontract.

Artikel 9 Aanvraagtermijn eenmalige subsidie

In afwijking van artikel 6 van de ASA 2013 wordt een subsidieaanvraag voor een subsidie uiterlijk 30 juni 2021 ingediend bij het college. Deze datum wordt strikt gehanteerd omdat bij overschrijding van het subsidieplafond de verdeelsleutel pas kan worden toegepast als alle aanvragen zijn ontvangen.

Artikel 10 weigeringsgronden

In artikel 10 staat een aantal weigeringsgronden. Voor alle aanvragers geldt dat de aanvraag op de verschillende onderdelen om het verlies te kunnen vaststellen voldoende en reëel onderbouwd is.

Artikel 11 subsidievaststelling en verantwoording

In artikel 11 wordt gevraagd om bewijzen van de accommodatiekosten en van het verlies over de periode 15 december tot en met 30 juni. Omdat op het moment van de subsidieaanvraag deze periode nog niet financieel is afgerond zal de aanvraag in een aantal gevallen een prognose van het verlies bevatten. Als op grond van de bewijsstukken het verlies lager uitvalt in vergelijking met de prognose dan zal de subsidie lager worden vastgesteld.

Artikel 12. Inwerkingtreding, einde regeling

Deze regeling treedt onmiddellijk in werking, met ingang van de dag na de bekendmaking.

Deze regeling blijft van rechtswege gelden tot 1 januari 2022, met dien verstande dat de regeling van toepassing blijft op de op basis van deze regeling ingediende aanvragen

Artikel 13.Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling eenmalige noodsteun voor sportaanbieders die in zwaar weer verkeren als gevolg van de coronamaatregelen