Regeling vervallen per 01-01-2022

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Deventer houdende regels omtrent een eenmalige financiële compensatie aan instellingen waarvan het voortbestaan aantoonbaar in gevaar komt ten gevolge van de coronacrisis (Tijdelijke subsidieverordening coronacompensatie)

Geldend van 15-05-2021 t/m 31-12-2021

Intitulé

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Deventer houdende regels omtrent een eenmalige financiële compensatie aan instellingen waarvan het voortbestaan aantoonbaar in gevaar komt ten gevolge van de coronacrisis (Tijdelijke subsidieverordening coronacompensatie)

Artikel 1 Doel verordening

  • 1. Deze verordening heeft als doel het op aanvraag verstrekken van een eenmalige financiële compensatie aan instellingen waarvan de bedrijfscontinuïteit aantoonbaar in gevaar komt ten gevolge van de coronacrisis.

  • 2. De in het eerste lid genoemde compensatie geldt als een subsidie als bedoeld in artikel 4:21, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht.

  • 3. De subsidie geldt als een aanvulling op de noodmaatregelen die door het rijk en de provincie zijn genomen vanwege de coronacrisis.

Artikel 2 Bevoegdheden van het college

  • 1. Het college is bevoegd te besluiten op aanvragen om subsidie op basis van deze verordening.

  • 2. Het college stelt voor het indienen van aanvragen om subsidie op basis van deze verordening een formulier vast.

  • 3. In afwijking van het bepaalde in artikel 4:29 van de Algemene wet bestuursrecht wordt een subsidie op basis van deze verordening middels een enkele beschikking door het college verstrekt.

Artikel 3 De subsidie-aanvrager

  • 1. Een subsidie op basis van deze verordening kan worden aangevraagd door een instelling:

    • a.

      waarvan de gemeente Deventer aandeelhouder is;

    • b.

      die reeds (structurele) subsidie ontvangt van de gemeente, of

    • c.

      die een brede maatschappelijke functie heeft in de gemeente Deventer en waarvan het doel naar het oordeel van het college overeenkomt met een gemeentelijke doel uit de programmabegroting.

  • 2. Een aanvrager komt uitsluitend voor een subsidie op basis van deze verordening in aanmerking in het geval sprake is van een negatief exploitatieresultaat over het jaar 2020, blijkend uit de ingediende subsidieaanvraag.

Artikel 4 De subsidie-aanvraag

  • 1. Voor de indiening van een aanvraag om subsidie maakt de aanvrager gebruik van het door het college voor dat doel vastgestelde formulier.

  • 2. De aanvrager van een subsidie overlegt bij de aanvraag de volgende gegevens en bescheiden:

    • a.

      de winst-verliesrekening over het jaar 2020;

    • b.

      de oorspronkelijke vastgestelde begroting voor het jaar 2020;

    • c.

      een toelichting op de genomen maatregelen om de financiële gevolgen van de coronacrisis te beperken, inclusief het benutten van de toepasselijke rijksmaatregelen;

    • d.

      een toelichting of en in hoeverre de aanvrager in staat is om het ontstane exploitatietekort op te vangen middels de eigen reserves;

    • e.

      een eventuele toelichting op andere oorzaken van het exploitatietekort dan de coronacrisis.

  • 3. Indien dat nodig is voor het nemen van een beslissing op de aanvraag kan het college in aanvulling op het bepaalde in het tweede lid om aanvullende gegevens en bescheiden vragen.

  • 4. Een aanvraag om subsidie kan worden ingediend binnen de in artikel 7, vierde en vijfde lid, genoemde tijdvakken.

  • 5. Indien een aanvraag om subsidie niet tijdig is ingediend, is het college bevoegd de aanvraag niet in behandeling te nemen.

Artikel 5 Beslistermijn

Het college beslist op een aanvraag om subsidie binnen vier weken na afloop van het tijdvak genoemd in artikel 7, vierde en vijfde lid, en kan deze termijn met ten hoogste vier weken verdagen.

Artikel 6 Grondslag en hoogte van de subsidie

  • 1. De hoogte van de te verstrekken subsidie wordt gebaseerd op het exploitatietekort behorende bij de winst-verliesrekening over het jaar 2020, zijnde het resultaat voor bestemming.

  • 2. De te verstrekken subsidie bedraagt ten hoogste het resterende exploitatietekort.

  • 3. Het resterende exploitatietekort als bedoeld in het tweede lid is het exploitatietekort uit de winst- verliesrekening 2020 dat gecorrigeerd is met een begroot exploitatietekort en met het deel van het exploitatietekort dat in 2020 eventueel is veroorzaakt door andere oorzaken dan de coronacrisis.

  • 4. De winst-verliesrekening dient indien van toepassing melding te maken van eventueel reeds ontvangen overheidssteun vanwege de coronacrisis.

  • 5. Bij het opstellen van de winst-verliesrekening gaat de aanvrager ervan uit dat aan alle betalingsverplichtingen moet worden voldaan, inclusief die van de gemeente. Van het kwijtschelden van betalingsverplichtingen is geen sprake.

Artikel 7 Subsidieplafond

  • 1. Bij de verstrekking van subsidies op basis van deze verordening geldt een subsidieplafond als bedoeld in artikel 4:22 van de Algemene wet bestuursrecht.

  • 2. Het subsidieplafond geldt voor de duur van deze verordening en bedraagt in totaal € 2.286.000,-

  • 3. De raad is bevoegd indien nodig het subsidieplafond te verhogen. De besluitvorming daarover wordt expliciet meegenomen bij de kwartaalrapportages. Een eventuele verhoging van het subsidieplafond wordt openbaar bekendgemaakt.

  • 4. Aanvragen om subsidie kunnen worden ingediend binnen het tijdvak 1 mei tot en met 30 juni 2021.

  • 5. Indien er na het in het vierde lid genoemde tijdvak en na afdoening van alle ontvangen subsidie- aanvragen gelden resteren, of indien de raad gebruik maakt van zijn bevoegdheid genoemd in het derde lid, is het college bevoegd een tweede tijdvak voor indiening van subsidie-aanvragen vast te stellen. Een tweede tijdvak en het daarvoor beschikbare bedrag worden voor aanvang van dat tijdvak openbaar bekend gemaakt.

  • 6. Indien binnen de tijdvakken genoemd in het vierde en vijfde lid het totaal van de voor subsidie in aanmerking komende aanvragen leidt tot overschrijding van het subsidieplafond, wordt het voor dat tijdvak beschikbare bedrag naar evenredigheid over de aanvragers verdeeld.

Artikel 8 Weigeringsgronden

De subsidie kan door het college worden geweigerd indien uit de aanvraag blijkt dat:

  • a.

    de aanvrager niet of in onvoldoende mate gebruik heeft gemaakt van alle mogelijke andere steunregelingen van de Rijksoverheid en koepelorganisaties vanwege de coronacrisis (zoals NOW en TVL);

  • b.

    de aanvrager geen of onvoldoende maatregelen heeft genomen om niet-noodzakelijke uitgaven en/of variabele kosten maximaal terug te brengen;

  • c.

    de aanvrager niet of onvoldoende zelf heeft bijgedragen aan het verminderen van de financiële problemen, door bijvoorbeeld acties onder leden en inzet van eigen reserves;

  • d.

    de aanvrager in staat is het ontstane exploitatietekort op te vangen middels de eigen reserves;

  • e.

    de organisatie van de aanvrager ook na de coronacrisis onvoldoende levensvatbaar is.

Artikel 9 Hardheidsclausule

Het college kan in bijzondere gevallen het bepaalde in deze verordening ten gunste van de aanvrager buiten toepassing laten of daarvan afwijken, indien strikte toepassing ervan leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 10 Terugvordering van de subsidie

Het college kan de verstrekte subsidie intrekken en terugvorderen indien:

  • a.

    de subsidie-ontvanger onjuiste of onvolledige gegevens heeft verstrekt en de verstrekking van juiste of volledige gegevens tot een andere beschikking op de subsidieaanvraag zou hebben geleid;

  • b.

    de subsidieverstrekking anderszins onjuist was en de subsidie-ontvanger dit wist of behoorde te weten.

Artikel 11 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt terstond na bekendmaking in werking en vervalt van rechtswege op 1 januari 2022.

Artikel 12 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Tijdelijke subsidieverordening coronacompensatie.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 28 april 2021

De raad voornoemd,

de griffier,

A. Kerver

de voorzitter,

R.C. König