Regeling vervalt per 31-12-2025

Openstellingsbesluit POP-3 watersystemen Zuid-Holland 2021

Geldend van 24-11-2022 t/m 30-12-2025

Intitulé

Openstellingsbesluit POP-3 watersystemen Zuid-Holland 2021

Gedeputeerde staten van Zuid-Holland,

Gelet op artikel 1.3 van de Uitvoeringsregeling POP-3 Zuid-Holland,

Overwegende dat het wenselijk is dat geïnvesteerd wordt in de (her)inrichting of transformatie van watersystemen om bij te dragen aan de water- en klimaatdoelen;

Besluiten vast te stellen het volgende besluit:

Openstellingbesluit POP-3 watersystemen Zuid-Holland 2021

Artikel 1 Begripsbepaling

In dit openstellingsbesluit wordt verstaan onder Uitvoeringsregeling: Uitvoeringsregeling POP-3 Zuid-Holland.

Artikel 2 Aanvraagperiode

Een aanvraag voor subsidie als bedoeld in paragraaf 2.6 van de Uitvoeringsregeling kan worden ingediend inde periode van 10 mei 2021 tot en met 17 juli 2021.

Een aanvraag is tijdig ingediend indien deze binnen de in het eerste lid genoemde periode is ontvangen.

Artikel 3 Deelplafonds

  • 1. Het deelplafond voor dit openstellingsbesluit bedraagt voor het beheergebied van:

    • a.

      het Hoogheemraadschap van Delfland € 3.839.121,-

    • b.

      het Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard € 1.000.000,-;

    • c.

      het Hoogheemraadschap van Rijnland €3.160.000,-;

    • d.

      het Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden € 0,-;

    • e.

      het Waterschap Amstel Gooi en Vecht € 0,-;

    • f.

      het Waterschap Hollandse Delta € 0,--;

    • g.

      het Waterschap Rivierenland € 0,-;

  • 2. Het deelplafond, bedoeld in het eerste lid onder a, bestaat voor 50% uit ELFPO middelen en voor 50% uit middelen van het waterschap in welk beheergebied de activiteit wordt uitgevoerd.

  • 3. De deelplafonds, bedoeld in het eerste lid onder b en c, bestaan voor 100% uit ELFPO middelen.

Artikel 4 Subsidiabele activiteit

  • 1. In afwijking van artikel 2.6.1 van de Uitvoeringsregeling kan subsidie worden verstrekt voor niet-productieve investeringen in het watersysteem ten behoeve van de herinrichting, inrichting, of transformatie en het beheer van het watersysteem voor landbouw-, water- of klimaatdoelen.

  • 2. Onder het watersysteem, bedoeld in het eerste lid, wordt het samenhangend geheel van een of meer oppervlaktewaterlichamen, grondwaterlichamen met bijbehorende bergingsgebieden, waterbodems, oevers, waterkeringen en ondersteunende kunstwerken verstaan.

Artikel 5 Subsidievereiste

In aanvulling op artikel 2.6.2a van de Uitvoeringsregeling wordt voldaan aan het vereiste dat de activiteit wordt uitgevoerd in het beheergebied van:

  • a.

    het Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden;

  • b.

    het Hoogheemraadschap van Delfland;

  • c.

    het Hoogheemraadschap van Rijnland, of

  • d.

    het Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard.

Artikel 6 Weigeringsgrond

In aanvulling op artikel 1.7 van de Uitvoeringsregeling wordt een subsidie geweigerd indien de activiteit wordt uitgevoerd om te kunnen voldoen aan een wettelijke verplichting.

Artikel 7 Subsidiabele kostentypen

In afwijking van artikel 1.8, eerste lid, van de Uitvoeringsregeling kunnen subsidiabele kosten bestaan uit:

  • a.

    kosten waarvoor van derden een factuur of document met gelijkwaardige bewijskracht kan worden overlegd;

  • b.

    personeelskosten.

Artikel 8 Subsidiabele kosten

In afwijking van artikel 2.6.3,van de Uitvoeringsregeling komen de volgende kosten voor subsidie in aanmerking:

  • a.

    personeelskosten als bedoeld in artikel 1.9a van de uitvoeringsregeling;

  • b.

    niet verrekenbare of compensabele BTW;

  • c.

    kosten van de bouw, verbetering, verwerving of leasing van onroerende goederen;

  • d.

    kosten van de koop van nieuwe machines en installaties tot maximaal de marktwaarde van de activa;

  • e.

    voorbereidingskosten.

Artikel 9 Subsidiehoogte

  • 1. De subsidie bedraagt 100% van de subsidiabele kosten.

  • 2. Indien toepassing van het eerste lid ertoe leidt dat de subsidie minder bedraagt dan € 500.000,- wordt de subsidie niet verleend.

Artikel 10 Selectiecriteria

  • 1. Aanvragen die voor subsidie in aanmerking komen, worden gerangschikt op basis van de volgende criteria:

    • a.

      de mate van effectiviteit van de activiteit;

    • b.

      de haalbaarheid van de activiteit;

    • c.

      de mate van efficiëntie van uitvoering van de activiteit;

    • d.

      de mate van urgentie.

  • 2. Voor ieder van de in het eerste lid bedoelde criteria kunnen 0 tot en met 5 punten worden behaald.

  • 3. De criteria hebben de volgende wegingsfactoren:

    • a.

      het criterium bedoeld in het eerste lid, onder a, heeft een wegingsfactor van 4;

    • b.

      het criterium bedoeld in het eerste lid, onder b, heeft een wegingsfactor van 3;

    • c.

      het criterium bedoeld in het eerste lid, onder c, heeft een wegingsfactor van 2;

    • d.

      het criterium bedoeld in het eerste lid, onder d, heeft een wegingsfactor van 1.

  • 4. Indien een aanvraag minder dan 30 punten behaalt, wordt de aanvraag niet gehonoreerd.

  • 5. Als twee of meer aanvragen een gelijk aantal punten hebben verkregen en hun plaats in de rangschikking zodanig is dat de som van de toe te kennen maximale subsidiebedragen het subsidieplafond overstijgt, wordt met inachtneming van het subsidieplafond subsidie verleend voor de aanvraag om subsidie met het hoogste aantal punten behaald op het criterium, bedoeld in het eerste lid, onderdeel a.

  • 6. Indien de aanvragen, bedoeld in het vijfde lid, een gelijk aantal punten hebben behaald op het criterium, bedoeld in het eerste lid, onderdeel a, wordt de subsidie verleend voor de aanvraag om subsidie met het hoogste aantal punten behaald op het criterium, bedoeld in het eerste lid, onderdeel b.

  • 7. Indien de aanvragen, bedoeld in het zesde lid, een gelijk aantal punten hebben behaald op de criteria, bedoeld in het eerste lid, onderdelen a en b , wordt de subsidie verleend voor de aanvraag om subsidie met het hoogste aantal punten behaald op het criterium, bedoeld in het eerste lid onderdeel c.

Artikel 11 deelbetaling

In afwijking van artikel 1.19, derde lid van de Uitvoeringsregeling heeft een aanvraag om een voorschot betrekking op minimaal € 75.000,- aan subsidiabele kosten.

Artikel 12 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op de dag na de datum van uitgifte van het provinciaal blad waarin dit besluit is geplaatst.

Artikel 13 Werkingsduur

Dit besluit vervalt op 31 december 2025.

Artikel 14 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Openstellingsbesluit POP-3 watersystemen Zuid-Holland 2021.

Ondertekening

Den Haag, 20 april 2021

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland,

Drs. H.M.M. Koek, Secretaris.

Drs. J. Smit, voorzitter.