Regeling vervallen per 01-10-2021

Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Roermond houdende regels omtrent de tijdelijke ondersteuning voor noodzakelijke kosten (Beleidsregels Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten (TONK) gemeente Roermond)

Geldend van 14-04-2021 t/m 30-09-2021 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2021

Intitulé

Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Roermond houdende regels omtrent de tijdelijke ondersteuning voor noodzakelijke kosten (Beleidsregels Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten (TONK) gemeente Roermond)

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Roermond gelet op:

  • artikel 4:81 tot en met 4:84 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • artikel 35 Participatiewet;

  • de Kamerbrief, d.d. 9 december 2020, van de minister van Economische Zaken en Klimaat over aanpassingen in het economische steun- en herstelpakket als gevolg van de ontwikkeling in de bestrijding van het coronavirus;

overwegende dat het wenselijk is om aan te geven in welke situaties en onder welke voorwaarden huishoudens in aanmerking kunnen komen voor een tegemoetkoming Tijdelijke ondersteuning noodzakelijk kosten (TONK) en hiervoor aparte, tijdelijke beleidsregels vast te stellen;

besluit:

de volgende regeling vast te stellen:

Beleidsregels Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten (TONK)

Artikel 1. Begrippen

  • 1. In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

    • a.

      aanvrager: de alleenstaande of de gehuwden/samenwonenden samen, van 18 jaar of ouder, die zijn woonplaats als bedoeld in artikel 40, eerste lid van de wet, in Roermond heeft en die een TONK aanvraagt;

    • b.

      de bijstandsnorm: de bijstandsnorm voor een alleenstaande (ouder) of gehuwden volgens artikel 21 van de wet;

    • c.

      college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Roermond;

    • d.

      het huidige inkomen: het in aanmerking te nemen inkomen volgens onderdeel h, over de maand januari 2021, of in de maand dat er recht bestaat op de TONK;

    • e.

      inkomen vóór de coronacrisis: het in aanmerking te nemen inkomen volgens onderdeel h, over de maand januari 2020;

    • f.

      het huidige vermogen: alle beschikbare geldmiddelen op 1 januari 2021 of op de eerste dag van de eerste maand dat recht bestaat op de TONK;

    • g.

      beschikbare geldmiddelen: geld waarover de aanvrager beschikt of redelijkerwijs kan beschikken, in elk geval: contant geld, geld op betaal- en spaarrekeningen, cryptovaluta (zoals bijvoorbeeld bitcoins) en de waarde van effecten (beleggingsrekeningen met aandelen, obligaties, opties en effecten in depot), met uitzondering van aandelen in het eigen bedrijf en vermogen in het eigen bedrijf of het vermogen zoals dat is opgebouwd in een woning in eigendom;

    • h.

      in aanmerking te nemen inkomen: het inkomen waarover een aanvrager redelijkerwijs kan beschikken volgens artikel 32, lid 1, van de wet; of het inkomen uit bedrijf of zelfstandig beroep zoals opgenomen in artikel 6 van de Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo);

    • i.

      inkomensterugval: een onvoorzienbare, onvermijdelijke terugval in inkomen van de aanvrager door de coronacrisis. Het percentage van de inkomensterugval wordt als volgt berekend: (A-B)/A x 100%, waarbij:

      • A

        = inkomen vóór de coronacrisis;

      • B

        = het huidige inkomen;

    • j.

      wet: Participatiewet.

  • 2. Alle begrippen die in deze beleidsregels worden gebruikt en niet verder worden beschreven, hebben dezelfde betekenis als in de wet.

Artikel 2. Voorwaarden TONK

Een aanvrager heeft recht op de TONK wanneer:

  • a.

    sprake is van een inkomensterugval van ten minste 25% door de Coronacrisis;

  • b.

    het huidige inkomen niet hoger is dan 150% van de toepassing zijnde bijstandsnorm exclusief vakantietoeslag;

  • c.

    het huidige vermogen niet hoger is dan 150% van de vermogensgrenzen zoals deze zijn opgenomen in art. 34, lid 2 en lid 3, van de wet;

  • d.

    de aanvrager woonkosten heeft.

Artikel 3. Aanvraag

  • 1. Een aanvraag TONK wordt schriftelijk ingediend via een aanvraagformulier TONK.

  • De aanvrager verstrekt bij de aanvraag de volgende gegevens:

    • a.

      een geldig legitimatiebewijs (niet zijnde rijbewijs);

    • b.

      de gegevens van het huidige inkomen en het inkomen vóór de coronacrisis;

    • c.

      gegevens van de beschikbare geldmiddelen.

  • 2. Bij de aanvraag kan worden volstaan worden met een schriftelijke verklaring van de aanvrager dat de inkomensterugval komt door de coronacrisis.

  • 3. Een aanvraag voor de TONK kan worden ingediend tot en met uiterlijk 30 september 2021.

Artikel 4. Terugwerkende kracht

Een aanvraag voor een TONK kan met terugwerkende kracht worden gedaan en geldt vanaf 1 januari 2021 tot en met uiterlijk 30 juni 2021.

Artikel 5. Kosten die in aanmerking komen voor de TONK

De TONK is een tegemoetkoming in de woonkosten voor huishoudens die door de Coronacrisis te maken hebben gekregen met een inkomensterugval.

Artikel 6. Hoogte TONK

  • 1. De hoogte van de TONK bedraagt € 285,- per maand.

  • 2. Het college kan in aanvulling op deze beleidsregels bij een nader te nemen besluit bepalen dat het in lid 1 vermelde maximale bedrag wordt verhoogd als de door het Rijk voor de TONK beschikbaar gestelde financiële middelen dit toelaten.

Artikel 7. Geen voorliggende voorziening

De volgende regelingen worden niet als een voorliggende voorziening gezien voor de TONK.

  • a.

    Tegemoetkoming Vaste Lasten (TVL);

  • b.

    Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging voor Werkgelegenheid (NOW);

  • c.

    Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo).

Artikel 8. Duur, betaling en vorm TONK

  • 1. De TONK kan maximaal worden toegekend voor de periode van 1 januari 2021 tot en met 30 juni 2021.

  • 2. De TONK wordt in één keer betaald voor de maanden dat er recht op bestaat.

  • 3. De TONK wordt verstrekt ‘om niet’.

  • 4. In afwijking van het lid 3 kan de TONK als geldlening worden verstrekt als:

    • a.

      redelijkerwijs kan worden aangenomen dat de aanvrager op korte termijn voldoende middelen heeft om over de betreffende periode in de kosten te voorzien;

    • b.

      de noodzaak tot het verlenen van een TONK komt door onvoldoende verantwoordelijkheid van de aanvrager om te voorzien in de kosten van zijn bestaan.

Artikel 9. Hardheidsclausule

Als de aanvrager niet in aanmerking komt voor de TONK kan het college in het individuele geval beoordelen dat de aanvrager in afwijking van deze beleidsregels alsnog in aanmerking komt als bijzondere feiten en/of bijzondere omstandigheden dit noodzakelijk maken.

Artikel 10. Inwerkingtreding, looptijd en toepassingsbereik

  • 1. Deze beleidsregels treden in werking met ingang van de dag na bekendmaking en werken terug tot en met 1 januari 2021.

  • 2. Deze beleidsregels vervallen per 1 oktober 2021.

  • 3. De Beleidsregel bijzondere bijstand Roermond 2015 is niet van toepassing bij een aanvraag voor de TONK.

Artikel 11. Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als ‘Beleidsregels Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten (TONK) gemeente Roermond’.

Ondertekening

Aldus vastgesteld op 30 maart 2021.

Burgemeester en wethouders van Roermond,

De secretaris, ir. J.A.G.M. van Aaken

De burgemeester, M.J.D. Donders – de Leest

Toelichting Beleidsregels Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten (TONK)

Algemeen

Vanuit de wens om huishoudens te ondersteunen waarvoor de bestaande steunmaatregelen geen of onvoldoende soelaas bieden, heeft het kabinet de Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten (TONK) geïntroduceerd.

Huishoudens – werknemers én ondernemers – kunnen door de Coronacrisis te maken krijgen met inkomensterugval. Bijvoorbeeld in het geval van tweeverdieners waarbij één partner haar baan verliest. Of de ondernemer die door de lockdowns geen of onvoldoende omzet meer kan maken.

Deze TONK-tegemoetkoming is bedoeld voor huishoudens die te maken hebben met een inkomensterugval door de Coronacrisis en hierdoor noodzakelijke kosten niet meer kunnen betalen uit het inkomen. Het gaat hierbij om een vergoeding voor noodzakelijke kosten, niet om een inkomensondersteunende regeling. De TONK is bedoeld voor (privé) woonkosten en geldt voor de periode januari 2021 tot en met juni 2021.

De TONK is een vorm van bijzondere bijstand volgens de Participatiewet. Vanwege de zeer bijzondere situatie waardoor grote delen van het economische leven stilliggen, kunnen gemeenten in deze periode de regels van de bijzondere bijstand op onderdelen tijdelijk ruimer toepassen. Met deze beleidsregels geeft het college invulling aan deze opdracht.

Artikel 1.Begrippen

In dit artikel zijn een aantal begrippen nader omschreven die nodig zijn voor de uitvoering van deze beleidsregel. Als de begrippen in deze beleidsregel hier niet verder worden uitgelegd, zijn de begrippen zoals omschreven in de Participatiewet van toepassing.

Artikel 2. Voorwaarden TONK

De TONK is erop gericht huishoudens die verklaren door de coronacrisis te zijn teruggevallen in inkomen en daardoor hun woonkosten niet meer kunnen betalen, in aanmerking te laten komen voor een tegemoetkoming in de woonkosten.

Gelet op de het beperkte budget dat voor de TONK beschikbaar is kunnen niet álle huishoudens ondersteund worden. Het college heeft besloten de TONK beschikbaar te stellen voor huishoudens die als gevolg van de Coronacrisis aangewezen zijn op een inkomen tot 150% van het sociaal minimum (bijstandsnorm).

Voor de toepassing van deze beleidsregel wordt, in het kader van de uitvoerbaarheid, voor de bepaling van het sociaal minimum uitgegaan van de normen alleenstaande (ouder) en gehuwden van 21 jaar tot pensioengerechtigde leeftijd volgens artikel 21 van de Participatiewet, exclusief vakantietoeslag. De overige bijstandsnormen inclusief de kostendelersnorm zijn voor toepassing van deze beleidsregel niet van toepassing.

150% van de bijstandsnorm bedraagt in deze beleidsregel, voor:

  • -

    Een alleenstaande (ouder) € 1.532,51

  • -

    Gehuwden / samenwonenden € 2.189,28

Verdere voorwaarden voor de TONK zijn dat er een substantiële inkomensterugval heeft plaatsgevonden door de Coronacrisis. Deze inkomensterugval wordt door het college in deze beleidsregel bepaald op minimaal 25% van het netto inkomen ten opzichte van het inkomen vóór de Coronacrisis.

Volgens de regels van de bijzondere bijstand wordt er niet alleen gekeken naar de inkomensdaling, maar ook naar het vermogen boven een bepaalde grens. De regering heeft aangegeven dat gemeenten de TONK ruimhartig moet toekennen en er mee rekening moet houden dat er veel huishoudens zijn die door de Coronacrisis financieel geraakt worden. Daarom moet de TONK niet worden beperkt tot de groep minima die normaal gesproken in aanmerking komt voor bijzondere bijstand. Het college gaat in deze beleidsregel uit van hogere vermogensgrenzen en neemt hiervoor, aansluitend op de inkomensgrenzen in deze beleidsregel, 150% van de vermogensgrenzen zoals deze staan in de Participatiewet.

Deze vermogensgrenzen zijn op1 januari 2021:

  • -

    € 9.442,50 voor een alleenstaande

  • -

    € 18.885,00 voor een alleenstaande ouder / gehuwden-samenwonenden

Als het vermogen van de aanvrager hoger is dan deze bedragen, bestaat er geen recht op een TONK.

Bij het vaststellen van het vermogen tellen, anders dan in de Participatiewet, alleen de direct beschikbaar (privé) vermogensbestanddelen mee. Een omschrijving hiervan staat in de Divosa Handreiking TONK voor gemeenten.

Onder vermogen verstaan wij alle direct beschikbare geldmiddelen, zoals spaarrekeningen en andere middelen waar direct een beroep op kan worden gedaan. Dus niet het vermogen zoals opgebouwd in een eigen woning of bijvoorbeeld opgebouwd pensioen van een ondernemer.

Voor het vaststellen van het vermogen volgens de TONK geldt de peildatum 1 januari 2021.

Om in aanmerking te komen voor de TONK zal de aanvrager moeten aantonen dat hij woonkosten heeft.

Artikel 3.Aanvraag

Voor de TONK geldt een beperkte aanvraagperiode (tot en met 30 september 2021). Hiervoor wordt een aanvraagformulier beschikbaar gesteld.

Het college bepaalt de aanspraak op een TONK aan de hand van bewijsstukken en inlichtingen van de aanvrager.

Wijzigingen in iemands financiële situatie ná 1 januari 2021 hebben geen invloed op de hoogte van de TONK.

Artikel 4.Terugwerkende kracht

De TONK kan met terugwerkende kracht worden aangevraagd over de periode 1 januari tot en met 30 juni 2021.

Artikel 5.Kosten die in aanmerking komen voor de TONK

De TONK is een tegemoetkoming in de woonkosten voor huishoudens die door de Coronacrisis te maken hebben gekregen met een inkomensterugval.

Artikel 6.Hoogte TONK

Gelet op het budget dat de rijksoverheid beschikbaar stelt voor de betaling van de TONK, is het nodig om de TONK te maximeren. De maximale bijdrage TONK bedraagt € 285,- per maand oftewel maximaal € 1.710,- voor de periode 1 januari tot en met 30 juni 2021.

Artikel 7. Geen voorliggende voorziening

Voor de noodmaatregel TONK kan er samenloop zijn met andere regelingen uit het steun- en herstelpakket van het Rijk zoals de TVL, NOW of de Tozo. Deze worden niet gezien als voorliggende voorziening. Deze regelingen worden niet toereikend geacht of zijn niet bedoeld voor de (eigen/privé) woonkosten gedurende de crisis.

Artikel 8.Duur, betaling en vorm TONK

De TONK geldt voor de periode 1 januari tot en met 30 juni 2021 en wordt volgens de hoofdregel van de bijzondere bijstand ‘om niet’ betaald.

De hoogte van de TONK wordt vastgesteld per peildatum 1 januari 2021 en in één keer uitbetaald over de gevraagde periode waarover recht op TONK bestaat. Deze bedraagt maximaal over een periode van 6 maanden € 1.710,-.

Bij uitzondering kan de TONK als geldlening worden betaald. Bijvoorbeeld wanneer van tevoren duidelijk is dat de aanvrager op korte termijn aanspraak krijgt op middelen om de hoge woonlasten te betalen, of omdat het beroep op de TONK komt door niet of onvoldoende nemen van eigen verantwoordelijkheid. De bevoegdheid hiertoe is opgenomen in artikel 48 van de wet.

Naar verwachting komen de genoemde situaties niet veel voor.

Artikel 9.Hardheidsclausule

Voor schrijnende situaties, waarbij geen beroep op de TONK kan worden gedaan of wanneer het toepassen van de beleidsregels TONK tot onbillijkheden leidt, is er een hardheidsclausule.

Er moet dan wel sprake zijn van individuele bijzondere feiten of bijzondere omstandigheden, dus uitzonderlijke redenen. Het feit dat een TONK financieel niet toereikend is, vormt op zichzelf geen bijzondere reden of omstandigheid.

Artikel 10.Inwerkingtreding, looptijd en toepassingsbereik

De beleidsregels vervallen per 1 oktober 2021 zodat de mogelijkheid wordt geboden om nog tot en met 30 september een aanvraag in te dienen.

Artikel 11. Citeertitel

Dit artikel hoeft geen toelichting