Besluit van het algemeen bestuur van het openbaar lichaam Veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland houdend regels omtrent alle activiteiten die zich richten op het besturen en beheersen van, het verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële vermogenswaarden, de financiële stromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico’s (Treasurystatuut Veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland 2020)

Geldend van 01-01-2020 t/m heden

Intitulé

Besluit van het algemeen bestuur van het openbaar lichaam Veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland houdend regels omtrent alle activiteiten die zich richten op het besturen en beheersen van, het verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële vermogenswaarden, de financiële stromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico’s (Treasurystatuut Veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland 2020)

Inleiding

In dit treasurystatuut zijn de uitgangspunten, doelstellingen, richtlijnen en limieten vastgelegd van de treasuryfunctie. Het treasurystatuut maakt een objectieve en transparante verantwoording vooraf en achteraf mogelijk. Het treasurystatuut is gebaseerd op de uitgangspunten en doelstellingen die zijn vastgelegd in de Wet financiering decentrale overheden (Wet Fido) en de overige samenhangende wet- en regelgeving.

In het treasurystatuut worden allereerst het begrippenkader, de doelstellingen en uitgangspunten van de treasuryfunctie geformuleerd. Deze worden vervolgens geconcretiseerd voor de verschillende deelgebieden van treasury: uitzetten van gelden, financiering en bankverkeer. Daarna worden de organisatorische randvoorwaarden van de treasuryfunctie weergegeven. Daarbij ligt het accent op de helderheid omtrent de verdeling van de taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden. Tot slot worden de uitgangspunten vastgelegd voor de informatie die noodzakelijk is om het gehele proces beheersbaar en meetbaar te maken en te houden.

Er zijn twee aanleidingen om dit statuut te actualiseren. In de financiële verordening 2018 is vastgelegd dat het Dagelijks Bestuur ten minste eenmaal in de 4 jaar een treasurystatuut ter vaststelling aanbiedt. Het laatste treasurystatuut is per 1-1-2015 in werking getreden (vastgesteld AB van 12 december 2014). Daarnaast is er nieuwe wetgeving (zoals actualisatie wet Fido en wet verplicht schatkistbankieren), welke niet is opgenomen in het bestaande statuut. Reden om het bestaande statuut te herzien en de beleidskaders (opnieuw) vast te leggen.

Treasurystatuut

Begrippenkader

Artikel 1.

In dit statuut wordt verstaan onder:

-

Agentschap

Het agentschap van de Generale Thesaurie is een directie van het ministerie van Financiën. Het agentschap is onder meer verantwoordelijk voor het beleid en uitvoering van schatkistbankieren;

-

Derivaten

Financiële instrumenten die hun bestaan ontlenen aan een bepaalde onderliggende waarde. De onderliggende waarden kunnen financiële producten, zoals leningen of obligaties zijn. Derivaten worden onder andere gebruikt om renterisico’s te sturen en financieringskosten te minimaliseren;

-

Financiering

Het aantrekken van benodigde financiële middelen voor een periode van minimaal één jaar. Deze middelen kunnen bestaan uit zowel eigen vermogen als vreemd vermogen;

-

Fido (wet)

Wet financiering decentrale overheden

-

Geldstromenbeheer

Alle activiteiten die nodig zijn voor het stroomlijnen van geldstromen; zowel binnen de organisatie als tussen de organisatie en derden (betalingsverkeer);

-

Kasgeldlimiet

De kasgeldlimiet bepaalt het bedrag dat via leningen met een looptijd korter dan één jaar maximaal geleend mag worden. De Wet Fido schrijft voor dat de gemiddelde korte financiering (de netto vlottende schuld) per drie maanden getoetst wordt aan de kasgeldlimiet.

-

Kredietrisico

De risico’s op een waardedaling van een vordering ten gevolge van het niet (tijdig) na kunnen komen van de verplichtingen door de tegenpartij als gevolg van insolventie of deficit;

-

Liquiditeitenbeheer

Het financieren en uitzetten van middelen voor een periode tot één jaar;

-

Liquiditeitenplanning

Een gestructureerd overzicht van de toekomstige inkomsten en uitgaven ingedeeld per tijdseenheid;

-

Liquiditeitsrisico

Het risico dat wijzigingen in de liquiditeiten- of meerjarenplanning leiden tot sterk afwijkende resultaten met als gevolg hogere financieringskosten respectievelijk lagere renteopbrengsten;

-

Rating

De inschatting van de kans op eventuele wanbetalingen bij toekomstige rente- en aflossingsbetalingen op schuldpapier;

-

Renterisico

Het gevaar van ongewenste veranderingen van de (financiële) resultaten van de organisatie door rentewijzigingen;

-

Renterisiconorm

Een bij aanvang van het jaar op basis van de Wet fido gefixeerd percentage van het begrotingstotaal voor vaste schuld dat bij de realisatie niet mag worden overschreden. Het renterisico met betrekking tot de renterisiconorm heeft betrekking op de contractuele renteherzieningen en de aflossingen op de vaste schuld. Het renterisico wordt in een jaar getoetst aan de renterisiconorm.

-

Rentetypische looptijd

Het tijdsinterval gedurende de looptijd van een geldlening, waarin op basis van de voorwaarden van de geldlening sprake is van een door de verstrekker van de geldlening niet beïnvloedbare, constante rentevergoeding;

-

Rentevisie

Toekomstverwachting over de renteontwikkeling;

-

Ruddo

Regeling uitzettingen en derivaten decentrale overheden

-

Saldobeheer

Het beheer van de dagelijkse saldi op de rekeningen;

-

Schatkistbankieren

Het verplicht aanhouden van (tijdelijk) overtollige liquide middelen in de schatkist bij het Agentschap van het Ministerie van Financiën.

-

Treasuryfunctie

De treasuryfunctie omvat alle activiteiten die zich richten op het besturen en beheersen van, het verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële vermogenswaarden, de financiële stromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico’s. De treasuryfunctie bestaat uit de deelfuncties: risicobeheer, financiering en kasbeheer;

-

Uitzetting

Het tijdelijk toevertrouwen van liquiditeiten aan derden tegen vooraf overeengekomen condities. Kortlopende uitzettingen hebben betrekking op een periode tot één jaar en langlopende uitzettingen hebben betrekking op een periode van één jaar of langer.

Doelstellingen van de treasuryfunctie

Artikel 2.

De treasuryfunctie van de Veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland dient tot:

  • 1.

    Het verzekeren van duurzame toegang tot financiële markten tegen acceptabele condities;

  • 2.

    Het beschermen van vermogens- en (rente-)resultaten tegen ongewenste financiële risico’s zoals renterisico’s, kredietrisico’s en liquiditeitsrisico’s;

  • 3.

    Het minimaliseren van de interne verwerkingskosten en externe kosten bij het beheren van de geldstromen en financiële posities;

  • 4.

    Het optimaliseren van de renteresultaten binnen de kaders van de Wet Fido en richtlijnen van dit treasurystatuut.

Algemene uitgangspunten uitzettingen van middelen en aantrekken van gelden

Artikel 3.

  • 1. De veiligheidsregio kan middelen uitzetten en aantrekken uit hoofde van de treasuryfunctie indien deze transacties niet zijn gericht op het genereren van inkomsten.

  • 2. Bij risicobeheer wordt gestreefd naar beperking van het renterisico op de lange en korte schuld

    • a.

      De kasgeldlimiet wordt niet overschreden conform de Wet Fido. De kasgeldlimiet begrenst de omvang van financieringen korter dan 1 jaar. De kasgeldlimiet is vastgesteld op 8,2% van het begrotingstotaal van de Veiligheidsregio.

    • b.

      De renterisiconorm wordt niet overschreden conform de Wet Fido, De renterisiconorm heeft als effect dat de herfinanciering van langlopende leningen niet ineens plaatsvindt, maar over een periode van minimaal 5 jaar wordt gespreid.

  • 3. Het drempelbedrag met betrekking tot schatkistbankieren wordt gemiddeld per kwartaal niet overschreden. Het drempelbedrag is het bedrag wat maximaal aan het einde van de dag op de rekening-courant mag staan buiten de schatkist.

  • 4. De omvang en de looptijd van nieuwe financieringen worden afgestemd op de bestaande financiële positie, de liquiditeitenplanning en de rentevisie.

  • 5. Het gebruik van derivaten is niet toegestaan.

  • 6. Valutarisico’s worden uitgesloten door alleen financieringen aan te gaan in euro’s.

  • 7. De Veiligheidsregio streeft naar spreiding in de rente typische looptijden van leningen.

  • 8. Het kader voor de omvang van het aantrekken van geld dient verbonden te zijn met de (investerings)begroting.

Uitzetten van gelden

Artikel 4.

  • 1. Uitzettingen worden gedaan conform de Wet verplicht schatkistbankieren en de Regeling schatkistbankieren decentrale overheden. De gelden worden bij de schatkist aangehouden op een rekening-courant.

Aantrekken van gelden (financieringen)

Artikel 5.

Bij het aantrekken van financieringen zijn de volgende uitgangspunten van toepassing:

  • 1.

    Financieringen worden enkel aangetrokken ten behoeve van de uitoefening van de publieke taak.

  • 2.

    Toegestane instrumenten bij het aantrekken van financieringen met een looptijd van korter dan 1 jaar zijn kasgeldleningen, krediet in rekening courant, en onderhandse leningen.

  • 3.

    Bij financieringen met een looptijd van langer dan 1 jaar vraagt de Veiligheidsregio prijsopgaven op bij minimaal twee financiële instellingen alvorens een financiering wordt aangetrokken. Gekozen wordt voor de financiële instelling waarbij de lening (gemiddeld) de laagste lasten oplevert.

  • 4.

    Financiële instellingen dienen onder Nederlands of Europees toezicht te vallen zoals De Nederlandsche Bank of de Autoriteit Financiële Markten (AFM).

  • 5.

    De rating van de financiële instellingen moet ten minste een A-rating zijn. Deze rating moet zijn afgegeven door twee van de volgende erkende ratingbureau ’s: Moody’s Standard & Poors, Fitch of DBRS.

Betalingsverkeer

Artikel 6.

  • 1. Het liquiditeitsgebruik wordt beperkt door geldstromen in relatie tot de liquiditeitsplanning op elkaar af te stemmen. Hierbij wordt erop toegezien dat de liquiditeitspositie voldoende is om een tijdige nakoming van verplichtingen te kunnen garanderen.

  • 2. Het betalingsverkeer wordt zoveel mogelijk elektronisch uitgevoerd door een bank.

Administratieve organisatie en interne beheersing

Artikel 7: uitgangspunten

Bij de uit te voeren treasury activiteiten is functiescheiding doorgevoerd met als belangrijkste voorwaarden:

  • 1.

    Iedere transactie wordt door minimaal twee verschillende functionarissen uitgevoerd (het zogeheten vierogenprincipe).

  • 2.

    De uitvoering en controle geschiedt door afzonderlijke functionarissen.

Artikel 8: verantwoordelijkheden

De taken en verantwoordelijkheden met betrekking tot de treasuryfunctie staan in onderstaande tabel gedefinieerd:

Functie

Verantwoordelijkheden

Algemeen bestuur

  • Vaststellen van de treasurydoelstellingen, -beleid en beleidskaders, uitgewerkt en vastgelegd in de financiële verordening en dit treasurystatuut van Veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland;

  • Toezicht houden op de uitvoering van het treasurybeleid middels de paragraaf Financiering in begroting en jaarrekening.

Dagelijks bestuur

  • Uitvoeren van het treasurybeleid binnen de kaders van het treasurystatuut;

  • Rapporteren aan het Algemeen bestuur over de uitvoering van het treasurybeleid (middels de paragraaf Financiering in begroting en jaarrekening).

Directeur VrZW

  • Uitvoeren van de aan hem/haar gemandateerde treasuryactiviteiten zoals opgenomen in dit treasurystatuut.

Hoofd Bedrijfsvoering

  • Uitvoeren van de aan hem/haar gemandateerde treasuryactiviteiten zoals opgenomen in dit treasurystatuut.

Concerncontroller

  • Bewaken van de kwaliteit van de treasuryprocessen;

  • Controleren van de volledigheid en betrouwbaarheid van de informatievoorziening van de treasuryfunctie.

Teamleider Financien & Facilitair (TFF)

  • Uitvoeren van de aan hem/haar gemandateerde treasuryactiviteiten zoals opgenomen in dit treasurystatuut;

  • Opstellen en actualiseren van administratieve richtlijnen op het gebied van treasury;

Artikel 9: Bevoegdheden

In onderstaande tabel staan zijn de bevoegdheden m.b.t. uitvoering en autorisatie van treasury activiteiten als volgt gemandateerd:

 

Bevoegd (uitvoering)

Bevoegd (autorisatie)

Saldo-, liquiditeiten- en geldstromenbeheer (< 1 jaar)

  • 1.

    Uitzetten van middelen cf. regeling schatkistbankieren decentrale overheden

financieel adviseur

teamleider F&F/ afdelingshoofd Bedrijfsvoering

  • 2.

    Het aantrekken van financieringsmiddelen (kortlopend, < 1 jaar)

financieel adviseur

financieel adviseur (2e functionaris)

teamleider F&F /afdelingshoofd Bedrijfsvoering

  • 3.

    Betalingsopdrachten fiatteren

financieel adviseur

financieel adviseur (2e functionaris, indien niet als 1e functionaris) / teamleider F&F /afdelingshoofd Bedrijfsvoering

Bankrelatiebeheer

  • 4.

    Bankrekeningen openen/sluiten/wijzigen

Teamleider F&F / afdelingshoofd BV

directeur

  • 5.

    Bankcondities en tarieven afspreken

Teamleider F&F/ afdelingshoofd BV

directeur

Financiering (> 1 jaar)

  • 6.

    Het afsluiten van kredietfaciliteiten

Teamleider F&F/ afdelingshoofd BV

directeur

  • 7.

    Het aantrekken van financieringsmiddelen (langlopend)

Teamleider F&F/ afdelingshoofd BV

directeur

  • 8.

    Het uitzetten van gelden conform de Wet Schatkistbankieren

Teamleider F&F/ afdelingshoofd BV

directeur

Risicobeheer

Artikel 10.

Het risicobeheer is gericht op het beheersen, verminderen en spreiden van (toekomstige) risico’s. In dit kader worden de volgende uitgangspunten gehanteerd:

  • 1.

    Het gebruik van derivaten is niet toegestaan.

  • 2.

    De kasgeldlimiet wordt conform de wet fido niet overschreden;

  • 3.

    De renterisiconorm wordt conform de wet fido niet overschreden;

  • 4.

    Valutarisico’s worden in de organisatie uitgesloten door uitsluitend leningen te verstrekken, aan te gaan of te garanderen in de euro.

Citeertitel en inwerkingtreding

Artikel 11.

Dit statuut wordt aangehaald onder de naam ‘Treasurystatuut Veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland 2020’ en treedt in werking met ingang van 1 januari 2020. Dit statuut vervangt het ‘Treasurystatuut 2015 Veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland’ zoals vastgesteld in de algemene bestuursvergadering van 12 december 2014.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van het Algemeen bestuur van de Veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland op 9 oktober 2020.