Besluit submandaat, subvolmacht en submachtiging secretaris-directeur van Wetterskip Fryslân d.d. 15 december 2020

Geldend van 01-01-2021 t/m 30-06-2023

Intitulé

Besluit submandaat, subvolmacht en submachtiging secretaris-directeur van Wetterskip Fryslân d.d. 15 december 2020

Overwegende dat mandatering aan ambtenaren in dienst van Wetterskip Fryslân een belangrijke bijdrage kan leveren tot:

  • verbetering van de dienstverlening;

  • verduidelijking van verantwoordelijkheden;

  • verkorting van procedures;

  • verhoging van de doelmatigheid van de ambtelijke organisatie van Wetterskip Fryslân;

  • vergroting van de slagvaardigheid van het management.

Gelet op de nieuwe organisatiestructuur, zoals die geldt vanaf 1 januari 2021, de afdeling 10.1.1. van de Algemene wet bestuursrecht, titel 3 van boek 3 van het Burgerlijk Wetboek, het Delegatiebesluit van Wetterskip Fryslân, de cao Waterschappen en het Besluit mandaat, volmacht en machtiging Wetterskip Fryslân.

BESLUIT:

  • I.

    Het Besluit submandaat, volmacht en machtiging voor het verrichten van bestuurs- en beheerbevoegdheden namens het dagelijks bestuur van Wetterskip Fryslân vastgesteld door de secretaris-directeur van Wetterskip Fryslân d.d. 3 december 2019 te wijzigen.

  • II.

    Vast te stellen het hierna volgende Besluit submandaat, subvolmacht en submachtiging voor het verrichten van bestuurs- en beheerbevoegdheden namens het dagelijks bestuur van Wetterskip Fryslân inhoudende:

Voor submandaat, subvolmacht en submachtiging komen in aanmerking de voorbereiding, besluitvorming en afdoening van zaken, die naar hun aard, aantal of inhoud, geen bestuurlijke afweging vergen.

  • 1.

    Aan de adjunct-directeur, de opgavemanagers en de vakgroepleiders wordt ter zake het voorbereiden, ondertekenen en afdoen van de zaken, vermeld op de bij dit besluit behorende lijst onder de daarbij vermelde voorwaarden, een submandaat, een subvolmacht dan wel een submachtiging verstrekt, voor zover dit hun specifieke taak betreft.

  • 2.

    Bij twijfel over de vraag of dit besluit van toepassing is pleegt de adjunct-directeur, opgavemanager of vakgroepleider overleg met de secretaris-directeur van Wetterskip Fryslân.

  • 3.

    Bij ontstentenis van de submandataris, subgevolmachtigde, subgemachtigde worden zijn bevoegdheden uitgeoefend door de gene die daartoe bij het separaat vast te stellen vervangingsbesluit, is aangewezen.

  • 4.

    Besluiten tot het aangaan en afwikkelen van verplichtingen geschiedt overeenkomstig het bepaalde krachtens het Financieel Volmachtbesluit Wetterskip Fryslân.

  • 5.

    Het besluit submandaat,subvolmacht en submachtiging geldt niet voor:

  • gevallen waarin het waterschap aan een van de vennootschappen waarin hij participeert, vergunning verleent;

  • zaken die een bestuurlijke afweging vereisen.

  • 6.

    De adjunct-directeur de opgavemanagers en de vakgroepleiders zijn onder eventueel nader door hen te stellen voorwaarden en na verkregen toestemming van de secretaris-directeur bevoegd om ten aanzien van de punten vermeld op de bij dit besluit behorende lijst, submandaat, subvolmacht of submachtiging te verlenen of te doen verlenen. Het verlenen van submandaat, subvolmacht en submachtiging, zoals bedoeld in dit artikel, is alleen mogelijk als het aangelegenheden betreft, die behoren tot het werkterrein van betrokkenen en die naar aard en inhoud niet een zodanig gewicht hebben dat zij door de mandans, of degene die de volmacht of de machtiging heeft verstrekt, zelf behoren te worden afgedaan. De aldus ontstane bevoegdheden dienen in een centraal register te worden geregistreerd, waarvan het beheer berust bij de vakgroepleider Juridische zaken en Eigendomsbeheer.

  • 7.

    Indien over de wijze van de uitoefening van de in het kader van dit besluit verstrekte bevoegdheden geen overeenstemming kan worden bereikt tussen de vakgroepleider en de businesspartner dan wordt dit voorgelegd aan de naast hogere opgavemanager. Indien ook met de naast hogere opgavemanager geen overeenstemming kan worden bereikt dan wordt dit voorgelegd aan de secretaris-directeur.

  • 8.

    De adjunct-directeur, de opgavemanagers en de vakgroepleiders rapporteren aan de secretaris-directeur omtrent de binnen het verleende submandaat, subvolmacht en submachtiging verrichte handelingen en genomen besluiten. De rapportage betreft met name beleidsgevoelige onderwerpen.

  • A.

    Dit besluit kan worden aangehaald als het “Besluit submandaat, subvolmacht en submachtiging secretaris-directeur Wetterskip Fryslân”.

  • B.

    Dit gewijzigde besluit treedt in werking op 1 januari 2021.

Aldus vastgesteld door de secretaris-directeur van Wetterskip Fryslân d.d. 15 december 2020.

O. Bijlsma,

Secretaris-directeur

Lijst behorend bij het besluit Submandaat, Subvolmacht en Submachtiging van de secretaris-directeur van 15 december 2020. Wanneer opgavemanagers en vakgroepleiders niet nader zijn gespecificeerd, worden ze allemaal bedoeld.

No.1

Bevoegdheid adjunct-directeur, opgavemanagers en de vakgroepleiders voor zover behorende tot het werkterrein van betrokkene.

Aanwijs/clausulering

1.

Toezending ter goedkeuring, ter uitvoering of ter informatie van genomen besluiten of standpunten van het dagelijks bestuur en het algemeen bestuur en de correspondentie hieromtrent.

Een stuk dat ter goedkeuring moet worden aangeboden is bijvoorbeeld het projectplan waarop de projectprocedure ex artikel 5.5 Waterwet van toepassing is. Correspondentie tussen het dagelijks bestuur met besturen van andere overheden dient te geschieden via een door de dijkgraaf en secretaris-directeur te ondertekenen brief.

2.

Correspondentie ter voorbereiding of afdoening van bestuurlijk overleg tussen (leden van) het dagelijks bestuur met derden.

3.

Niet beleidsgevoelige correspondentie waarbij inlichtingen van feitelijke aard worden gevraagd of gegeven.

Er dient bij het verstrekken van gegevens rekening te worden gehouden met privacygegevens van personen of rechtspersonen.

4.

Aanbesteding van werken, leveringen en diensten en de daarop volgende gunning, c.q. opdrachtverlening tot het verrichten van werken/leveringen en diensten.

Overeenkomstig de voorwaarden het Financieel Volmachtbesluit en het aanbestedingsbeleid van het waterschap.

5.

Het naar voren brengen van zienswijzen over aanvragen dan wel het inbrengen van bedenkingen ten aanzien van ontwerpbesluiten.

Ter uitvoering van ter zake gepleegde besluitvorming dan wel binnen de daartoe door het algemeen bestuur of dagelijks bestuur gestelde kaders.

6.

Het verrichten van al die rechtmatige feitelijke handelingen die voortvloeien uit de reglementaire en wettelijke taken van het waterschap en voor zover die in de bij dit besluit behorende lijst al niet nader zijn omschreven.

Dit is bedoeld als een soort ‘rest-bepaling’. Hier geldt in hoge mate dat vooraf overleg en afstemming gewenst is.

7.

Het regelen van het medegebruik door het waterschap van provinciale objecten voor het waterkwantiteitsbeheer.

8.

Reacties op plannen, nota’s waarbij geen bestuurlijke afweging is vereist.

9.

Het aanvragen van vergunningen en de correspondentie hieromtrent.

10.

Reacties op plannen, nota’s waarbij geen bestuurlijke afweging is vereist.

11.

Het aanvragen van subsidies bij derden en het toekennen van subsidies op basis van de algemene en bijzondere subsidieverordeningen.

12.

Het verstrekken van opdrachten tot het verrichten van onderhoudswerkzaamheden.

Met onderhoudswerkzaamheden worden niet alleen bedoeld onderhoudswerkzaamheden aan waterstaatswerken, doch bijvoorbeeld ook aan waterschapsgebouwen.

13.

De bevoegdheid tot het nemen van uitvoerende besluiten in het kader van de toepassing van de Algemene wet bestuursrecht.

Het gaat hier louter om uitvoerende besluiten. Te denken valt daarbij aan het zenden van een ontvangstbevestiging, het om advies vragen bij de bezwarencommissie, het verdagen van besluiten etc.

14.

Het aangaan van verplichtingen tot het verrichten van werken voor derden.

15.

Het aangaan, wijzigen, verlengen van een arbeidsovereenkomst.

Met in achtneming van het daarover bepaalde in hoofdstuk 2 van de cao waterschappen.

16.

Het vertegenwoordigen van het waterschap bij de uitvoering tot het aangaan, wijzigen van een arbeidsovereenkomst (ondertekenen).

17.

  • Het uitvoeren van hoofdstuk 3 van de cao waterschappen betreffende de beloning van de werknemer behoudens het daarin bepaalde over het toekennen van een arbeidsmarktoelage en datgene wat naar zijn aard niet hoort bij de taken van degene aan wie het submandaat is verstrekt.

  • Het uitvoeren van hoofdstuk 4 van de cao betreffende werktijd, vakantie en verlof.

  • Het uitvoeren van een activerend personeelsbeleid volgens hoofdstuk 5 van de cao.

  • Het uitvoeren van hoofdstuk 6 van de cao betreffende ziekte en arbeidsongeschiktheid.

  • De uitvoering van de Regelingen belonen en gesprekscyclus volgens bijlage 2 van de cao, voor zover daar niet een andere regeling voor geldt.

18.

De bevoegdheid tot het met de werknemer maken van afspraken over de toepassing van de wachtdiensttoelage, ploegendiensttoelage, een toelage voor storingswachtdienst, aanvullende beloning en gratificatie.

Binnen de kaders van de cao en de bestaande regelingen en waar nodig in overleg met een HRM adviseur.

De werknemer krijgt een brief waarin de gemaakte afspraken kenbaar worden gemaakt.

19.

De bevoegdheid tot het toe- of afwijzen van dienstauto's en het plegen van alle daaruit voortvloeiende noodzakelijke feitelijke handelingen en rechtshandelingen.

Op basis van de daartoe gestelde criteria in de regeling dienstauto’s en het ontwikkelde beleid.

20.

Over te gaan tot de aanschaf en gebruik van een eHerkenningsmiddel op alle betrouwbaarheidsniveaus zulks ten behoeve van de dienstverlening door andere organisaties aan het waterschap.

21.

Factureren van uitgevoerd werk voor derden.

22.

Ter uitvoering van het in artikel 2 lid 4 en 5 van het Financieel Volmachtbesluit gestelde, het budgetbeheer en het kredietbeheer zoals bedoeld in respectievelijk de artikelen 6 en 7 van het Financieel Volmachtsbesluit op te dragen aan één of meer budgethouders.

Binnen de grenzen van het aan verleende budgethouderschap

Dit onder de voorwaarde dat over de gebruikmaking van deze bevoegdheden jaarlijks wordt gerapporteerd aan de hoofdbudgethouder.

23.

Het vergoeden van zaken aan de medewerker die zijn betaald in het kader van de inrichting van de thuiswerkplek

Met in achtneming van het daarover bepaalde in hoofdstuk 10 van de cao waterschappen.

No.2

Bevoegdheid, adjunct-directeur, opgavemanager Bedrijfsvoering en de vakgroepleider Juridische zaken en Eigendomsbeheer.

Aanwijs/clausulering

1.

Correspondentie in verband met de aan- en verkoop, alsmede ruiling van gronden/water, zakelijke rechten en andere gebruiksrechten.

2.

Het aangaan van overeenkomsten met betrekking tot aan- en verkoop, ruiling van grond/water, de vestiging van zakelijke rechten en overeenkomsten met betrekking tot jacht en visserij.

Binnen de grenzen van het door het dagelijks bestuur vastgestelde Financieel Volmachtbesluit.

3.

Tussentijdse herziening van pachtprijzen, huurprijzen en erfpacht- en opstalcanons.

Gelijk aan het gestelde onder 2.

4.

Verlenging/overschrijving huur-, pacht-, opstal- en erfpachtovereenkomsten zonder wijziging van de tegenprestatie.

Gelijk aan het gestelde onder 2.

5.

Verlenging/overschrijving huur-, pacht-, opstal- en erfpachtovereenkomst met wijziging van de tegenprestatie.

Gelijk aan het gestelde onder 2.

6.

Het aansprakelijk stellen van derden voor schade aan eigendommen, rechten of belangen van het waterschap.

De bevoegdheid betreft tevens de bevoegdheid schade aan te melden bij het Waarborgfonds Motorverkeer.

7.

Beslissen op aansprakelijkstellingen en verzoeken om vergoeding van aan derden toegebrachte schade.

De volmacht omvat tevens de bevoegdheid schade aan te melden bij de verzekering. De volmacht omvat ook het afdoen van verzoeken om nadeelcompensatie op grond van de daar toe vastgestelde regelingen zulks met inachtneming van het gestelde in het Financieel Volmachtbesluit.

8.

Het aangaan en wijzigen van verzekeringsovereenkomsten.

Dit met inachtneming van het Financieel Volmachtbesluit.

9.

Het in rekening brengen van recognities/retributies wegens gebruik van waterschapseigendommen.

10.

De bevoegdheid tot het nemen van uitvoerende besluiten in het kader van de toepassing van de Algemene wet bestuursrecht.

Het gaat hier louter om uitvoerende besluiten. Te denken valt daarbij aan het zenden van een ontvangstbevestiging, het om advies vragen aan de bezwarencommissie, het verdagen van besluiten etc.

11.

Het beslissen op aanvragen in het kader van de Wet openbaarheid van bestuur.

In geval er sprake is van extra gevoelige informatie (imago waterschap, privé-aangelegenheden) vindt vooraf overleg plaats met de secretaris-directeur.

12.

Het beslissen op aanvragen in het kader van de Uitvoeringswet Algemene verordening gegevensbescherming.

13.

Het doen van aangifte bij de politie of het Openbaar Ministerie van door derden jegens het waterschap gepleegde (veronderstelde) strafbare feiten.

De bevoegdheid is op deze plaats gelegd met het oog op de zware gevallen. Voor ‘lichtere’ aangelegenheden kan in overleg een praktische werkwijze worden gekozen.

14.

Het naar voren brengen van zienswijzen over aanvragen dan wel het inbrengen van bedenkingen tegen ontwerpbesluiten, het instellen van bezwaar of beroep, het indienen van verzoeken om schorsing of voorlopige voorziening, het voeren van civiele procedures. alsmede het vertegenwoordigen van het waterschap in rechtsgedingen en procedures, het voeren van verweer en het berusten in rechtsgedingen en procedures.

Het submandaat betreft het voeren van de procedures (opstellen pleitnotities, verweerschriften, aanwijzing van vertegenwoordiging van het waterschap).

Vooraf aan het instellen van een gerechtelijke procedure wordt overleg gepleegd met de dijkgraaf en achteraf binnen vier maanden na het starten van de procedure wordt het voeren van de procedure ter bekrachtiging aan het dagelijks bestuur voorgelegd.

15.

Het vertegenwoordigen van het waterschap of een bestuursorgaan van het waterschap in woord en geschrift in alle soorten rechtsgedingen (waaronder bezwaar- en procedures bij de bestuursrechter en de civiele rechter en bij alternatieve vormen van geschillenbeslechting zoals (pre) mediation en arbitrage.

16.

Het nemen van conservatoire maatregelen en doen wat nodig is ter voorkoming van verjaring of verlies van recht of bezit.

Gelijk aan het onder punt 14 gestelde.

17.

Het voegen in strafzaken als bedoeld in artikel 332 van het Wetboek van strafvordering.

Gelijk aan het onder punt 14 gestelde.

18.

Het indienen van verzoeken op grond van de Belemmeringwet Privaatrecht.

Gelijk aan het onder punt 14 gestelde.

19.

Het nemen van gedoogbeschikkingen op grond van de artikelen 5.21 en 5.24 van de Waterwet.

No.3

Bevoegdheid adjunct-directeur, opgavemanager Bedrijfsvoering en de vakgroepleider Control, Financiën en Inkoop

Aanwijs/clausulering

1.

Aangiften/afdrachten loonbelasting, pensioenpremies en GAK-premies.

2.

Het doen van betalingen.

3.

Correspondentie van feitelijke aard inzake betalingen.

4.

Aangiften Omzetbelasting.

5.

Saldobevestigingen van geldgevers en leveranciers/aannemers.

6.

Het maken van bindende afspraken ter voorbereiding op het aangaan van geldleningen met een looptijd van ten hoogste één jaar ter voorziening in behoefte aan kasgeld.

Het gaat om een volmacht tot het daadwerkelijk afsluiten van geldleningen nadat daarover besluitvorming heeft plaatsgevonden conform het treasurystatuut.

7.

Het maken van bindende afspraken ter voorbereiding van het aangaan van vaste geldleningen tot een totaalbedrag als in de begroting c.q. in een begrotingswijziging voor het desbetreffende jaar voor geldleningen is geraamd.

Gelijk aan het onder 6 gestelde.

8.

Het maken van bindende afspraken ter voorbereiding op het herbeleggen van tijdelijk beschikbaar kasgeld.

Gelijk aan het onder 6 gestelde.

9.

Het instellen van (dwang) invorderingsmaatregelen ter zake aan het waterschap verschuldigde bedragen niet zijnde belastingen.

De volmacht betreft onder meer de bevoegdheid tot inschakeling van deurwaarders, beslaglegging, uitwinning e.d., de bevoegdheid tot het treffen van betalingsregelingen, schikkingen e.d., alsmede de uitoefening van de bevoegdheden op grond van de Faillissementswet.

10.

Het afdoen van kwesties die gerelateerd zijn aan de aanslagoplegging door Noordelijk Belastingkantoor.

No.4

Bevoegdheid adunct-directeur, alle opgavemanagers behalve de opgavemanager Bedrijfsvoering, de vakgroepleiders Plannen en Projecten Boezem, Primaire KeringenWatersystemen Waterketen en Bestuursadvisering, Communicatie en Omgeving

Aanwijs/clausulering

1.

Correspondentie met gemeenten inzake rioleringsaangelegenheden.

2.

Correspondentie met de inliggende gemeenten inzake het overleg in het kader van artikel 3.1.1. Besluit op de ruimtelijke ordening (watertoets).

No. 5

Bevoegdheid adjunct-directeur, opgavemanager Bedrijfsvoering en de vakgroepleider IM Demand

Aanwijs/clausulering

1.

Het ondertekenen van verklaringen van vernietiging van archiefstukken en lijsten van te vernietigen documenten.

2.

De verantwoordelijkheid voor het beheer en onderhoud van de kantoren van het waterschap en het zo nodig stellen van regels daarover.

Passend binnen de daarvoor beschikbare begrotingsruimte.

No.6

Bevoegdheid adjunct-directeur, alle opgavemanagers behalve de opgavemanager Bedrijfsvoering, ,de vakgroepleiders Plannen en Projecten Primaire Keringen, Waterketen,Boezem en Watersystemen.

Aanwijs/clausulering

1.

Het functioneren als opdrachtgever in het kader van de realisering van een project.

Met inachtneming van de eventueel daartoe door de bevoegde bestuursorganen en of de secretaris-directeur van het waterschap gestelde randvoorwaarden (projecten ter verbetering van de organisatie worden niet gemandateerd).

2.

De aanwijzing van procesmanagers projectleiders/directie van een werk en het schriftelijk stellen van nadere voorwaarden ten aanzien van de bevoegdheid van de procesmanager projectleider/directie van het werk.

Met inachtneming van de eventueel daartoe door de bevoegde bestuursorganen en/of de secretaris-directeur van het waterschap gestelde randvoorwaarden.

3.

Het vaststellen van projectplannen waarvan niet in betekenende mate een wijziging van de bestaande waterstaatkundige situatie of van de hoogte van de te heffen omslagen is te verwachten.

Het dagelijks bestuur ontving van het algemeen bestuur de bevoegdheid gemandateerd tot het vaststellen van projectplannen waarvan het krediet via een verzamelbesluit wordt verstrekt; dit mandaat heeft betrekking op projectplannen die ‘niet in belangrijke mate de waterhuishouding of de lastenheffing beïnvloeden (“’criterium uit inspraakverordening”).

4.

Het bepalen of er wel dan niet inspraak zal worden verleend voorafgaand aan de vaststelling van projectplannen waarvan niet in betekenende mate een wijziging van de bestaande waterstaatkundige situatie of van de hoogte van de te heffen omslagen is te verwachten en leggerbesluiten.

Het betreft hier de inspraak over de projectplannen en de leggerbesluiten zoals omschreven zoals bovengemeld onder 3r 3 van deze lijst. Het besluit over wel dan niet verlenen van inspraak dient te geschieden binnen de kaders van de inspraakverordening. Het dagelijks bestuur neemt naar gelang de gevolgde procedure een besluit op bezwaar dan wel een besluit met in achtneming van de ingediende zienswijzen.

5.

Het vaststellen van leggerbesluiten als bedoeld in artikel 5.1 van de Waterwet en artikel 78 van de Waterschapswet.

Het betreft hier de vaststelling van de legger, waarin is omschreven waaraan waterstaatswerken naar ligging, vorm en constructie moeten voldoen en de legger waarin de onderhoudsverplichtingen en de onderhoudsplichtigen worden aangewezen zulks op basis van de uitgangspunten zoals door het algemeen bestuur vastgesteld. In geval van zienswijzen neemt het dagelijks bestuur daarover een besluit.

No.7

Bevoegdheid adjunct-directeur, opgavemanagers Primaire keringen en de vakgroepleider Vergunningverlening

Aanwijs/clausulering

1.

Correspondentie naar aanleiding van (voor) overleg directe of indirecte lozingen of aanvragen van (voor) een watervergunning.

2.

Het verlenen/weigeren van Watervergunningen op grond van de Keur en hoofdstuk 6 van de Waterwet en daaraan gerelateerde voorbereidende besluiten.

Passend binnen de daartoe geformuleerde beleidskaders en alleen uitdrukkelijk voor zaken die geen bestuurlijke afweging vereisen.

3.

Het afhandelen van meldingen en het ter zake stellen van maatwerkvoorschriften.

Idem aan het bovengemelde onder 2.

4.

Het adviseren aan het bevoegd gezag omtrent een vergunning voor indirecte lozingen op oppervlaktewater.

Idem aan het bovengemelde onder 2.

5.

Het vaststellen van leggerbesluiten als bedoeld in artikel 5.1 van de Waterwet en artikel 78 van de Waterschapswet.

Het betreft hier de vaststelling van de legger, waarin is omschreven waaraan waterstaatswerken naar ligging, vorm en constructie moeten voldoen en de legger waarin de onderhoudsverplichtingen en de onderhoudsplichtigen worden aangewezen zulks op basis van de uitgangspunten zoals door het algemeen bestuur vastgesteld. In geval van zienswijzen neemt het dagelijks bestuur daarover een besluit.

No.8

Bevoegdheid adjunct-directeur, opgavemanager Strategie & Omgeving en Bedrijfsvoering en de vakgroepleider Laboratorium

Aanwijs/clausulering

1.

Correspondentie over zaken binnen het vakgebied van het laboratorium van Wetterskip Fryslân.

2.

Het aangaan van verplichtingen tegen betaling tot het verrichten van milieuonderzoek voor derden.

No.9

Bevoegdheid adjunct-directeur, opgavemanager Assetmanagement, en de vakgroepleider Assetbeheer

Aanwijs/clausulering

1.

Het vaststellen van projectplannen (Waterwet) voor zover ze niet door het dagelijks bestuur dan wel het algemeen bestuur worden vastgesteld.

Het dagelijks bestuur ontving van het algemeen bestuur de bevoegdheid gedelegeerd tot het vaststellen van projectplannen waarvan het krediet via een verzamelbesluit wordt verstrekt; dit mandaat heeft betrekking op projectplannen die ‘niet in belangrijke mate de waterhuishouding of de lastenheffing beïnvloeden “criterium uit inspraakverordening”.

2.

Het vaststellen van leggerbesluiten als bedoeld in artikel 5.1 van de Waterwet en artikel 78 van de Waterschapswet.

Het betreft hier de vaststelling van de legger, waarin is omschreven waaraan waterstaatswerken naar ligging, vorm en constructie moeten voldoen en de legger waarin de onderhoudsverplichtingen en de onderhoudsplichtigen worden aangewezen zulks op basis van de uitgangspunten zoals door het algemeen bestuur vastgesteld. In geval van zienswijzen neemt het dagelijks bestuur daarover een besluit.

3.

Het bepalen of er wel dan niet inspraak zal worden verleend voorafgaand aan de vaststelling van de projectplannen en leggerbesluiten.

Het betreft hier de inspraak over de projectplannen en de leggerbesluiten zoals bovengemeld onder 1 en 2 Het besluit over wel dan niet verlenen van inspraak dient te geschieden binnen de kaders van de inspraakverordening. Het dagelijks bestuur neemt naar gelang de gevolgde procedure een besluit op bezwaar dan wel een besluit met in achtneming van de ingediende zienswijzen.

No.10

Bevoegdheid adjunct-directeur, opgavemanager Strategie & Omgeving en de vakgroepleider Handhaving

Aanwijs/clausulering

1.

Toestemmingsbrieven voor lozingen per as.

2.

Correspondentie naar aanleiding van controles en administratieve verplichtingen genoemd in de vergunningvoorschriften.

3.

Correspondentie inzake de behandeling van klachten over verontreiniging van het oppervlaktewater en (illegale) lozingen.

4.

Het doen uitgaan van een ambtelijke voorwaarschuwing inzake het mogelijk toepassen van bestuursdwang of het opleggen van een dwangsom.

Passend binnen de kaders van het handhavingsbeleid en alleen uitdrukkelijk voor die zaken die geen bestuurlijke afweging vereisen.

5.

Correspondentie inzake meting, bemonstering en analyses.

6.

Het uitvaardigen van een bestuurlijke strafbeschikking tot een bedrag van € 10.000, -.

Bestuurlijke strafbeschikkingen boven het bedrag van € 5000, - worden opgelegd met tussenkomst van de portefeuillehouder Handhaving.

7.

Het opleggen van een last onder bestuursdwang of een last onder dwangsom tot een bedrag van € 10.000, -.

Bestuursdwang en dwangsommen waarmee een bedrag gemoeid is van meer van € 5000, - worden opgelegd via tussenkomst van de portefeuillehouder.

8.

Het nemen van een invorderingsbeschikking als bedoeld in artikel 5:37 van de Algemene wet bestuursrecht.

No.11

Bevoegdheid adjunct-directeur, opgavemanagers Waterketen en Bedrijfsvoering en de vakgroepleider IM ICT

Aanwijs/clausulering

1.

Het bijhouden van een machtigingenregister waarin staat vermeld welke managers/medewerkers gebruik maken van E-herkenning om bij andere organisaties diensten aan te vragen.

No.12

Bevoegdheid adjunct-directeur, opgavemanager Waterketen en de vakgroepleiders Waterzuivering Noord en Zuid

Aanwijs/clausulering

1.

Correspondentie met gemeenten inzake rioleringsaangelegenheden.

2.

Correspondentie over zaken binnen het vakgebied van Waterzuiveringsactiviteiten van het waterschap.

3.

Afsluiten van contracten met derden voor het verwerken van afvalstromen.

4.

De verantwoordelijkheid voor het beheer en onderhoud van de bedieningsgebouwen en installaties van het waterschap en het zo nodig stellen van regels daarover.

Passend binnen de daarvoor bestaande begrotingsruimte.

No.13

Bevoegdheid adjunct-directeur, opgavemanager Boezem en de vakgroepleider Onderhoud E/PA

Aanwijs/clausulering

1.

De verantwoordelijkheid voor het beheer en onderhoud van de werkplaatsen van het waterschap en het zo nodig stellen van regels daarover.

Passend binnen de daarvoor bestaande begrotingsruimte.

No.14

Bevoegdheid adjunct-directeur,opgavemanagers

Aanwijs/clausulering

1.

Het nemen van besluiten over kennelijke niet ontvankelijkheid, niet-ontvankelijkheid en kennelijke ongegrondverklaring van bezwaarschriften op basis van een daarover door de bezwarencommissie uitgebracht advies.

De managers mogen deze bevoegdheid niet uitoefenen indien het primaire besluiten van henzelf betreft.

No.15

Bevoegdheid adjunct-directeur, opgavemanager Assetmanagement en de vakgroepleider Hydrologie, Ecologie en Monitoring

Aanwijs/clausulering

1.

Het vaststellen van zwemwaterprofielen.

Over de gebruikmaking van deze bevoegdheid wordt jaarlijks gerapporteerd aan het dagelijks bestuur.

Ondertekening