Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR650754
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR650754/1
Regeling vervallen per 01-01-2022
Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Uden houdende regels omtrent de heffing en invordering van begrafenisrechten (Verordening begrafenisrechten Uden 2021)
Geldend van 24-12-2020 t/m 31-12-2021
Intitulé
Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Uden houdende regels omtrent de heffing en invordering van begrafenisrechten (Verordening begrafenisrechten Uden 2021)De Raad van de gemeente Uden;
gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van 10 november 2020;
gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;
b e s l u i t
vast te stellen de
Verordening op de heffing en de invordering van begrafenisrechten 2021
Artikel 1. Begripsomschrijvingen
Deze verordening verstaat onder:
- a.
begraafplaats: de gemeentelijke begraafplaats aan de Bronkhorstsingel;
- b.
graf : een zandgraf of keldergraf;
- c.
grafkelder een betonnen of gemetselde constructie waarin een of meerdere lijken worden begraven of asbussen worden bijgezet; grafkelders kunnen onderdeel zijn van een bovengrondse muur of wand;
- d.
particulier graf: een graf, waarvoor aan een natuurlijke of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot het doen:
- -
begraven en begraven houden van het lijken;
- -
bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;
- -
verstrooien van as;
- -
- e.
algemeen graf: een graf bij de gemeente in beheer waarin gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van lijken;
- f.
particulier urnengraf: een graf, waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen; het doen verstrooien van as;
- g.
algemeen urnengraf: een graf bij de gemeente in beheer waarin gelegenheid wordt geboden tot het doen bijzetten van asbussen met of zonder urnen;
- h.
particuliere urnennis: een nis, waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;
- i.
particuliere gedenkplaats: een plaats waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend om overledene te gedenken;
- j.
gedenkzuil : een zuil waarop gedenkplaatjes kunnen worden bevestigd;
- k.
gedenkplaatje : een door de gemeente beschikbaar gesteld rechthoekig plaatje welke bevestigd kan worden op een de gedenkzuil;
- l.
asbus : een bus bestemd voor het bergen van as van een overledene;
- m.
urn : een voorwerp ter berging van één of meer asbussen;
- n.
particulier kindergraf : een graf, waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon voor bepaalde tijd het recht is verleend tot het doen:
- -
begraven en begraven houden van lijken van personen beneden de leeftijd van 12 jaar;
- -
bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen van personen beneden de leeftijd van 12 jaar;
- -
verstrooien van as van overledenen beneden de leeftijd van 12 jaar;
- -
- o.
rechthebbende : natuurlijk of rechtspersoon aan wie het uitsluitend recht is verleend op een particulier graf, een particulier urnengraf, een particulier urnennis, een particuliere gedenkplaats of een particulier kindergraf.
Artikel 2. Belastbaar feit
Op basis van deze verordening worden, onder de naam van begrafenisrechten, rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats.
Artikel 3. Belastingplicht
De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.
Artikel 4. Vrijstellingen
Algemene graven worden, onverminderd het bepaalde in de artikelen van de tarieventabel, kosteloos ter beschikking gesteld.
Artikel 5. Maatstaf van heffing en belastingtarief
-
1. De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel;
-
2. Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.
Artikel 6. Belastingjaar
-
1. Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.
-
2. Met betrekking tot de rechten genoemd in hoofdstuk 1 van de tarieventabel is het belastingtijdvak gelijk aan de periode waarvoor het recht wordt verleend.
-
3. Met betrekking tot de rechten genoemd in hoofdstuk 4.2 van de tarieventabel is het belastingtijdvak gelijk aan de periode waarvoor wordt afgekocht.
-
4. Het tijdvak van de rechten genoemd in hoofdstuk 1 van de tarieventabel lopen gelijk met de rechten genoemd in hoofdstuk 4 van de tarieventabel.
Artikel 7. Wijze van heffing
-
1. De onderhoudsrechten, bedoeld in hoofdstuk 4.1 van de tarieventabel, worden geheven bij wege van aanslag.
-
2. Andere rechten als die bedoeld in hoofdstuk 4.1 van de tarieventabel worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt door toezending (elektronische toezending daaronder begrepen) of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Artikel 8. Ontstaan van de belastingschuld
-
1. De onderhoudsrechten, als bedoeld in hoofdstuk 4.1 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van het belastingtijdvak of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.
-
2. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt zijn de rechten bedoeld in hoofdstuk 4.1 van de tarieventabel verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
-
3. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor de rechten bedoeld in hoofdstuk 4.1 van de tarieventabel voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Artikel 9 Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten
Andere rechten als die bedoeld in hoofdstuk 4.1 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.
Artikel 10. Termijnen van betaling
-
1. In afwijking van artikel 9, eerste lid van de Invorderingswet 1990 moeten de rechten worden voldaan binnen één maand na dagtekening van de kennisgeving of de dagtekening van het aanslagbiljet.
-
2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijn.
Artikel 11. Kwijtschelding
Bij de invordering van de rechten genoemd onder hoofdstuk 1 en hoofdstuk 4.2 van de tarieventabel wordt geen kwijtschelding verleend.
Artikel 12. Nadere regels door het College van burgemeester en wethouders
Het College van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de rechten.
Artikel 13. Inwerkingtreding en citeerartikel
-
1. De Begrafenisrechtenverordening Uden 2020 van 19 december 2019 wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
-
2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van bekendmaking.
-
3. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2021.
-
4. Deze verordening kan worden aangehaald als 'Verordening begrafenisrechten Uden 2021'.
Ondertekening
Vastgesteld in de openbare vergadering van 17 december 2020
De Raad voornoemd
de griffier
drs. M.A.J.R. Hermans
de burgemeester
drs. H.A.G. Hellegers
Bijlage 1 TARIEVENTABEL
BEHORENDE BIJ DE VERORDENING BEGRAFENISRECHTEN 2021
Hoofdstuk 1. Verlenen van rechten |
||
|
€ |
976,00 |
|
€ |
436,00 |
|
€ |
273,00 |
|
€ |
572,00 |
|
€ |
390,00 |
|
€ |
271,00 |
|
€ |
175,00 |
|
€ |
487,00 |
|
€ |
222,00 |
|
€ |
130,00 |
Hoofdstuk 2. Begraven / asbestemming |
||
|
€ |
884,00 |
|
€ |
219,00 |
|
€ |
437,00 |
|
€ |
84,00 |
|
€ |
402,00 |
|
€ |
259,00 |
|
€ |
201,00 |
|
€ |
168,00 |
|
€ |
133,00 |
|
||
|
||
Hoofdstuk 3. Gedenkteken |
||
|
€ |
141,00 |
|
||
|
€ |
97,00 |
|
€ |
49,00 |
|
€ |
372,00 |
|
€ |
159,00 |
|
€ |
30,95 |
Hoofdstuk 4. Onderhoud |
||
|
||
|
€ |
57,00 |
|
€ |
36,10 |
|
€ |
48,25 |
|
€ |
36,10 |
|
||
|
||
|
€ |
254,00 |
|
€ |
465,00 |
|
€ |
778,00 |
|
||
|
€ |
161,00 |
|
€ |
293,00 |
|
€ |
490,00 |
|
||
|
€ |
215,00 |
|
€ |
392,00 |
|
€ |
656,00 |
|
||
|
€ |
161,00 |
|
€ |
293,00 |
|
€ |
490,00 |
|
€ |
465,00 |
|
€ |
293,00 |
|
||
Hoofdstuk 5. Opgraven |
||
|
€ |
509,00 |
|
€ |
573,00 |
|
€ |
207,00 |
|
€ |
483,00 |
|
€ |
137,00 |
Behoort bij besluit van de Raad van 17 december 2020
De griffier van de gemeente Uden
drs. M.A.J.R. Hermans
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl