Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR649775
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR649775/2
Regeling vervallen per 01-01-2022
Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Langedijk houdende regels omtrent de heffing en invordering van leges (Legesverordening 2021)
Geldend van 21-01-2021 t/m 05-08-2021
Intitulé
Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Langedijk houdende regels omtrent de heffing en invordering van leges (Legesverordening 2021)De raad van de gemeente Langedijk;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 17 november 2020, nummer XX;
gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet;
b e s l u i t :
vast te stellen de volgende verordening:
VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN LEGES 2021
(Legesverordening 2021)
Artikel 1 Definities
In deze verordening wordt verstaan onder:
- a.
dag: de periode van 00:00 uur tot 24:00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;
- b.
week: een aaneengesloten periode van 7 dagen;
- c.
maand: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;
- d.
jaar: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;
- e.
kalenderjaar: de periode van 1 januari tot en met 31 december;
- f.
een goed doel: een activiteit die uitsluitend wordt georganiseerd ten behoeve van een goed doel:
- -
een activiteit georganiseerd ten behoeve van een stichting, vereniging, fonds of een andere niet-natuurlijke rechtspersoon die erkend is door het Centraal Bureau Fondsenwerving, of
- -
een ander door het college aangewezen goed doel, waarvan de opbrengst onder aftrek van de gemaakte kosten volledig ten goede komt aan het goede doel.
- -
Artikel 2 Belastbaar feit
Onder de naam leges worden rechten geheven voor:
- 1.
a. het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;
- `1.
het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of reisdocument;
-
een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel en tabel eenheidsprijzen bouwkosten.
- `1.
- 2.
Hetgeen in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel is bepaald over een Nederlandse identiteitskaart voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is van overeenkomstige toepassing op een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor personen met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon.
Artikel 3 Belastingplicht
Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst of van de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.
Artikel 4 Vrijstellingen
Leges worden niet geheven voor:
- a.
diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;
- b.
diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;
- c.
diensten die ingevolge wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend.
Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven
-
1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel en tabel eenheidsprijzen bouwkosten.
-
2. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.
-
3. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel en/of tabel eenheidsprijzen bouwkosten genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.
Artikel 6 Wijze van heffing
De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Artikel 7 Termijnen van betaling
-
1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:
- a.
mondeling wordt gedaan: op het moment van het doen van de kennisgeving;
- b.
schriftelijk wordt gedaan: op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.
- a.
-
2. De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen.
Artikel 8 Vermindering of Teruggaaf
-
1. Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel en/of tabel eenheidsprijzen bouwkosten omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel en/of tabel eenheidsprijzen bouwkosten opgenomen bepaling.
-
2. Voor de toepassing van artikel 28, vierde lid van de Invorderingswet 1990 wordt de teruggaaf van leges, bedoeld in het eerste lid, aangemerkt als een vermindering van de belastingaanslag.
-
3. Bij tussentijdse beëindiging van een abonnement, indien dit plaatsvindt voordat een halfjaar van de geldigheidsduur is verstreken en het abonnement ten hoogste voor de helft van het aantal inlichtingen c.q. exemplaren van de bescheiden, waarop het recht heeft, is verbruikt, wordt op aanvraag teruggaaf verleend tot de helft van de voor het abonnement verschuldigde leges.
-
4. Indien het niet verstrekken, intrekken of wijzigen van een vergunning het gevolg is van het verstrekken van onjuiste gegevens door, namens of vanwege de aanvrager, vindt geen teruggaaf van de verschuldigde leges plaats.
Artikel 9 Voorlopige vordering
Indien een aanvraag voor een bouwvergunning of een wijzigingsvergunning wordt ingediend en de bouwkosten genoemd in de tarieventabel in titel 2, hoofdstuk 1 en in de tabel eenheidsprijzen bouwkosten, op het moment van in behandeling nemen van de aanvraag niet tot het definitieve bedrag kunnen worden vastgesteld, kan een voorlopige vordering worden opgelegd tot ten hoogste het bedrag waarop de vordering vermoedelijk zal worden vastgesteld. De voorlopige vordering moet altijd gevolgd worden door een kennisgeving van het definitief gevorderde bedrag.
Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden
Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:
- a.
van zuiver redactionele aard zijn;
- b.
een tariefsverlaging betreffen;
- c.
een gevolg is van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:
- 1.
hoofdstuk 1 (burgerlijke stand);
- 2.
hoofdstuk 2 (reisdocumenten);
- 3.
hoofdstuk 3 (rijbewijzen);
- 4.
onderdeel 1.7.1 (verklaring omtrent het gedrag);
- 5.
onderdeel 1.7.2 (optiegelden);
- 6.
hoofdstuk 10 (kansspelen);
- 1.
een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.
Artikel 11 Inwerkingtreding en citeertitel
-
1. De “Legesverordening 2020” van 10 december 2019 wordt ingetrokken met ingang van de in het vijfde lid genoemde datum van ingang van heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
-
2. De bekendmaking van het in onderdeel 2.3.5.2 van de bij deze verordening behorende tarieventabel genoemde NEN normblad 2580 en de in onderdeel 2.1.1.1 en 2.1.1.2 genoemde UAV 2012 geschiedt door schriftelijke terinzagelegging in de centrale hal van het gemeentehuis.
-
3. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 11, vijfde lid, genoemde datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de rechten hiervoor in die periode plaatsvindt.
-
4. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.
-
5. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2021.
-
6. Deze verordening wordt aangehaald als: “Legesverordening 2021”.
Ondertekening
Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Langedijk in zijn openbare
vergadering van 15 december 2020.
De voorzitter,
L.A.M. Kompier
De griffier,
R. Vennik
Bijlage 1: Tarieventabel, behorende bij de Legesverordening 2021.
Indeling tarieventabel |
||
|
|
|
Titel 1 |
Algemene dienstverlening |
|
Hoofdstuk 1 |
Burgerlijke stand |
|
Hoofdstuk 2 |
Reisdocumenten |
|
Hoofdstuk 3 |
Rijbewijzen |
|
Hoofdstuk 4 |
Verstrekkingen uit de basisregistratie personen |
|
Hoofdstuk 5 |
Bestuursstukken |
|
Hoofdstuk 6 |
Informatie |
|
Hoofdstuk 7 |
Overige publiekszaken |
|
Hoofdstuk 8 |
Gemeentearchief |
|
Hoofdstuk 9 |
Huisvestingswet |
|
Hoofdstuk 10 |
Kansspelen |
|
Hoofdstuk 11 |
Ondergrondse infrastructuren |
|
Hoofdstuk 12 |
Verkeer en vervoer |
|
Hoofdstuk 13 |
Havengelden (Broek op Langedijk) |
|
Hoofdstuk 14 |
Leegstandswet |
|
Hoofdstuk 15 |
Diverse (vergunningen / ontheffingen / uittreksels / overige informatie) |
|
|
|
|
Titel 2 |
Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving / omgevingsvergunning |
|
Hoofdstuk 1 |
Begripsomschrijvingen |
|
Hoofdstuk 2 |
Vooroverleg / beoordelen conceptaanvraag |
|
Hoofdstuk 3 |
Omgevingsvergunning |
|
Hoofdstuk 4 |
Vermindering |
|
Hoofdstuk 5 |
Teruggaaf |
|
Hoofdstuk 6 |
Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project |
|
Hoofdstuk 7 |
Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten |
|
Hoofdstuk 8 |
In deze titel niet benoemde beschikking |
|
|
|
|
Titel 3 |
Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn |
|
Hoofdstuk 1 |
Horeca |
|
Hoofdstuk 2 |
Organiseren evenementen |
|
Hoofdstuk 3 |
Diverse vergunningen / ontheffingen |
|
|
|
|
Titel 1 |
Algemene dienstverlening |
Tarieven 2021 |
|
|
|
Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand |
||
1.1.1 |
Voor de voltrekking van een huwelijk c.q. registratie partnerschap bedraagt het tarief: |
|
1.1.1.1 |
op maandag tot en met vrijdag, waarop het bureau van de burgerlijke stand is geopend, indien de voltrekking van het huwelijk op verzoek van de aanvrager plaatsvindt |
|
1. |
in de trouwzaal van het gemeentehuis te Zuid-Scharwoude |
€ 368,00 |
2. |
in het afmijnlokaal van museum BroekerVeiling om 11.30 uur |
€ 520,00 |
3. |
in het afmijnlokaal van museum BroekerVeiling in de middag |
€ 674,00 |
4. |
in de Kooger Kerk te Zuid-Scharwoude |
€ 520,00 |
5. |
in de Witte Kerk te Sint Pancras |
€ 520,00 |
6. |
in de Regenboogkerk te Sint Pancras |
€ 520,00 |
7. |
in Het Regthuis te Oudkarspel |
€ 417,00 |
8. |
in of op een door het bruidspaar gekozen locatie, niet zijnde de in lid 1 tot en met 7 genoemde locaties, waarbij geen toets naar de brandveiligheid ingesteld dient te worden |
€ 392,00 |
9. |
in of op een door het bruidspaar gekozen locatie, niet zijnde de in lid 1 tot en met 7 genoemde locaties, waarbij wel een toets naar de brandveiligheid ingesteld dient te worden |
€ 496,00 |
10. |
van een 'eenvoudige huwelijksvoltrekking' op maandagmorgen of woensdagmorgen om 10.00 uur, 10.30 uur, 11.00 uur of 11.30 uur met een korte standaard toespraak |
€ 157,00 |
1.1.1.2.1 |
gedurende de tijd waarop het bureau van de burgerlijke stand op zondag en op daarmee gelijkgestelde dagen kan worden geopend, worden de tarieven van artikel 1.1.1.1 verhoogd met |
€ 913,00 |
1.1.1.2.2 |
gedurende de tijd waarop het bureau van de burgerlijke stand op zaterdag kan worden geopend, worden de tarieven van artikel 1.1.1.1 verhoogd met |
€ 317,00 |
1.1.1.2.3 |
gedurende de tijd dat het bureau van de burgerlijke stand op maandag tot en met vrijdag is geopend na 17.00 uur, worden de tarieven van artikel 1.1.1.1 verhoogd met |
50% |
1.1.2 |
Het tarief voor een trouwboekje of een duplicaat-trouwboekje is |
€ 29,00 |
1.1.3 |
Voor het gebruik maken in diensttijd van ambtenaren, in dienst van de gemeente, om op te treden als getuige bij een huwelijk, bedraagt het tarief per ambtenaar, per kwartier. |
€ 25,00 |
1.1.4 |
Voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, waarbij gebruik wordt gemaakt van één der zalen welke als trouwlocaties dienst doen, zijn de tarieven genoemd in de artikelen 1.1.1.1 tot en met 1.1.1.2.2 van toepassing. |
€ 14,00 |
1.1.5 |
Voor het verstrekken van een attestatie de vita (internationaal model) als bedoeld in artikel 19k van Boek 1 BW bedraagt het tarief |
€ 14,00 |
1.1.6 |
Voor elk afschrift van een akte van de burgerlijke stand bedraagt het tarief |
€ 14,00 |
1.1.7 |
Voor elk uitreksel van een akte van geboorte, van huwelijk, van registratie van een partnerschap of van overlijden bedraagt het tarief |
€ 14,00 |
1.1.8 |
Voor elke verklaring van huwelijksbevoegdheid als bedoeld in artikel 49a van Boek 1 BW bedraagt het tarief |
€ 24,60 |
1.1.9 |
Voor een meertalig modelformulier behorende bij een afschrift, uitreksel of attestatie de vita bedraagt het tarief |
€ 14,00 |
1.1.10 |
Voor een meertalig modelformulier behorende bij een verklaring van huwelijksbevoegdheid bedraagt het tarief |
€ 18,90 |
|
|
|
Hoofdstuk 2 Reisdocumenten |
||
1.2 |
Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag: |
|
1.2.1 |
van een nationaal paspoort: |
|
1.2.1.1 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is |
€ 74,75 |
1.2.1.2 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt |
€ 56,55 |
1.2.2 |
van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel 1.2.1 (zakenpaspoort): |
|
1.2.2.1 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is |
€ 74,75 |
1.2.2.2 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt |
€ 56,55 |
1.2.3 |
van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort): |
|
1.2.3.1 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is |
€ 74,75 |
1.2.3.2 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt: |
€ 56,55 |
1.2.4 |
van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen |
€ 56,55 |
1.2.5 |
van een Nederlandse identiteitskaart: |
|
1.2.5.1 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is |
€ 64,00 |
1.2.5.2 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt |
€ 32,90 |
1.2.5.3 |
hetgeen in deze tarieventabel is bepaald over een Nederlandse identiteitskaart voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is van overeenkomstige toepassing op een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor personen met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon |
|
1.2.6 |
voor een versnelde uitreiking van de in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemde documenten worden de in die onderdelen genoemde leges vermeerderd met een bedrag van |
€ 50,80 |
1.2.7 |
voor het op verzoek van de burger thuis laten bezorgen van een reisdocument extra per document |
€ 16,05 |
1.2.7.1 |
voor ieder extra document dat op hetzelfde adres bezorgd moet worden |
€ 3,75 |
|
|
|
Hoofdstuk 3 Rijbewijzen |
||
1.3.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
1.3.1.1 |
tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs |
€ 41,00 |
1.3.1.2 |
tot het verstrekken van gegevens uit het Centraal Register Rijbewijzen |
€ 2,55 |
1.3.1.3 |
als genoemd in artikel 1.3.1.1 wordt bij een spoedlevering het tarief vermeerderd met een bedrag van |
€ 34,10 |
|
|
|
Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de basisregistratie personen |
||
1.4.1. |
Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd. |
|
1.4.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens als bedoeld in artikel 10, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen per verstrekking. (uitreksel BRP) |
€ 8,00 |
1.4.3 |
Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de basisregistratie personen, voor ieder daaraan besteed kwartier of deel daarvan (erfgename onderzoek) |
€ 25,00 |
1.4.4 |
Het tarief bedraagt voor het schriftelijk opvragen van gegevens door afnemers welke als landelijke datanetafnemers zijn geautoriseerd, na het overleggen van de zogenaamde no-hit verklaring, per verstrekking |
€ 2,45 |
|
||
Hoofdstuk 5 Bestuursstukken |
||
1.5.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: |
|
1.5.1.1 |
een exemplaar van de Bouwverordening |
€ 31,75 |
1.5.1.2 |
een exemplaar van de Algemene Plaatselijke Verordening |
€ 31,75 |
1.5.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: |
|
1.5.2.1 |
een exemplaar van het verslag van een raadsvergadering c.q. de besluitenlijsten van de foravergaderingen of een exemplaar van de stukken behorende bij een raads- c.q. forumvergadering, per pagina |
€ 0,30 |
1.5.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: |
|
1.5.3.1 |
een exemplaar van het gemeenteblad, per pagina |
€ 0,30 |
1.5.3.2 |
een abonnement op het gemeenteblad, per pagina |
€ 0,30 |
|
|
|
Hoofdstuk 6 Informatie |
||
1.6.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: |
|
1.6.1.1 |
gewaarmerkte afschriften of uittreksels van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina |
€ 3,85 |
1.6.1.2 |
afschriften, doorslagen, fotokopieën van stukken of uittreksels, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina: |
|
|
A4 formaat |
€ 2,00 |
|
A3 formaat |
€ 3,90 |
1.6.1.3 |
kaarten, tekeningen en lichtdrukken, al dan niet behorend bij de in de subonderdelen 1.6.1.1 en 1.6.1.2 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening of lichtdruk |
€ 10,90 |
1.6.1.4 |
een beschikking op een verzoek, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen |
€ 19,00 |
1.6.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het verrichten van onderzoek in het bij de gemeente Langedijk berustend materiaal, ongeacht het resultaat, per kwartier of een gedeelte daarvan |
€ 25,00 |
|
|
|
Hoofdstuk 7 Overige publiekszaken |
||
1.7.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een verklaring omtrent het gedrag |
€ 41,35 |
1.7.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
1.7.2.1 |
voor het afleggen van een enkelvoudige optieverklaring ter verkrijging van het Nederlanderschap |
€ 196,00 |
1.7.2.2 |
voor het afleggen van een gemeenschappelijke optieverklaring ter verkrijging van het Nederlanderschap |
€ 335,00 |
1.7.2.3 |
voor het verkrijgen van het Nederlanderschap door optie door een minderjarige |
€ 22,00 |
1.7.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
Naturalisatie enkelvoudig standaard |
€ 925,00 |
|
Naturalisatie enkelvoudig verlaagd |
€ 688,00 |
|
Naturalisatie gemeenschappelijk standaard |
€ 1.181,00 |
|
Naturalisatie gemeenschappelijk verlaagd |
€ 945,00 |
|
Meenaturaliserend minderjarig kind |
€ 137,00 |
|
|
|
Hoofdstuk 8 Gemeentearchief |
||
1.8.1 |
Het tarief bedraagt voor het doen van nasporingen, ongeacht het resultaat, in de in het gemeentearchief berustende stukken door een ambtenaar van het gemeentearchief per kwartier of deel daarvan |
€ 25,00 |
1.8.2 |
Onverminderd het in 1.8.1 bepaalde, bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: |
|
1.8.2.1 |
een afschrift van een in het gemeentearchief berustend stuk, per pagina |
€ 2,00 |
1.8.2.2 |
een uittreksel uit een in het gemeentearchief berustend stuk, per pagina |
€ 2,00 |
|
|
|
Hoofdstuk 9 Huisvestingswet |
||
1.9.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
1.9.1.1 |
tot het onttrekken van een woning aan het woningbestand als bedoeld in artikel 30, eerste lid, onderdeel a, van de Huisvestingswet 2014 |
€ 89,55 |
|
|
|
Hoofdstuk 10 Kansspelen |
||
1.10.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
1.10.1.1 |
tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning) |
€ 32,80 |
1.10.1.2 |
tot het verlenen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen: |
|
1.10.1.2.1 |
voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat op grond van artikel 3 van het Speelautomatenbesluit 2000 of wijzigingen daarvan |
€ 56,50 |
1.10.1.2.2 |
voor een periode van twaalf maanden voor twee kansspelautomaten op grond van artikel 3 van het Speelautomatenbesluit 2000 of wijzigingen daarvan |
€ 90,50 |
|
|
|
Hoofdstuk 11 Ondergrondse infrastructuren |
||
1.11.1 |
De kosten bedragen voor het in behandeling nemen van een aanvraag in verband met het verkrijgen van een instemmingsbesluit, als bedoeld in de Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren (AVOI), omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden: |
|
1.11.1.1 |
indien het betreft tracés vanaf 25 tot 250 m¹ |
€ 258,00 |
1.11.1.2 |
indien het betreft tracés vanaf 250 tot 1000 m¹ |
€ 391,00 |
1.11.1.3 |
indien het betreft tracés vanaf 1000 tot 2500 m¹ |
€ 591,00 |
1.11.1.4 |
indien het betreft tracés vanaf 2500 m¹ |
obv begroting |
1.11.1.5 |
Indien een begroting als bedoeld in 1.11.1.4 is uitgebracht, wordt een aanvraag pas in behandeling genomen nadat de uitgebrachte begroting is geaccordeerd. |
|
1.11.2 |
Indien het betreft het in behandeling nemen van een graafmelding tot 25 m¹: |
€ 73,00 |
1.11.3 |
Indien het betreft dat er met betrekking tot een aanvraag overleg moet plaatsvinden tussen de gemeente en de netbeheerder of de gemeente, andere beheerders van openbare gronden en de netbeheerder, wordt het in 1.11.1 genoemde bedrag per overleg verhoogd met: |
€ 350,00 |
|
|
|
Hoofdstuk 12 Verkeer en Vervoer |
||
1.12.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
1.12.1.1 |
tot het verstrekken van een invalidenparkeerkaart of gehandicaptenkaart, als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer |
€ 26,35 |
1.12.1.2 |
tot het verstrekken van een invalidenparkeerkaart of gehandicaptenparkeerkaart, als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer waarbij een medische keuring door de GGD benodigd is |
€ 149,50 |
|
|
|
Hoofdstuk 13 Havengelden (Broek op Langedijk) |
||
|
De bedragen hieronder genoemd zijn inclusief omzetbelasting indien deze verschuldigd is. |
|
1.13.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het gebruik van een ligplaats voor maximaal 2 x 24 uur: |
|
1.13.1.1 |
per etmaal per meter boot of deel daarvan |
€ 0,95 |
1.13.1.2 |
Het tarief voor het nemen van een douche bedraagt |
€ 0,50 |
1.13.1.3 |
Het tarief voor het afnemen van water per 0,1 m³ bedraagt |
€ 0,50 |
1.13.1.4 |
Het tarief voor het afnemen van stroom per kWh bedraagt |
€ 0,50 |
1.13.1.5 |
Het tarief voor het gebruik van wasmachine en droger bedraagt |
€ 7,00 |
1.13.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een ligplaats ten behoeve van de pleziervaart voor de periode van 30 september t/m 1 april, per meter boot of deel daarvan per maand |
€ 3,10 |
1.13.3 |
Het tarief bedraagt voor het passeren van de sluis per boot |
€ 2,00 |
|
|
|
Hoofdstuk 14 Leegstandswet |
||
1.14 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
1.14.1 |
tot het verlenen van een vergunning voor tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid van de Leegstandswet |
€ 128,40 |
1.14.2 |
tot het verlengen van een vergunning voor tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid van de Leegstandswet |
€ 64,30 |
|
|
|
Hoofdstuk 15 Diverse (vergunningen / ontheffingen / uittreksels / overige informatie) |
||
1.15.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
1.15.1.1 |
tot het verlenen van de volgende vergunningen: alarminstallaties, gebruik openbaar water, vaarverbod Oosterdelgebied, verbod vuur te stoken, gebruik gemeentewapen en vlag, weg anders dan bestemming |
€ 17,45 |
1.15.1.2 |
tot het verlenen van een ontheffing voor het buiten een inrichting in werking hebben van geluidsapparaten, per aanvraag |
€ 17,45 |
1.15.2.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift of uittreksel uit het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingen-registratie, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring (belast- c.q. onbelast verklaring), als bedoeld in artikel 9, eerste lid, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen, per pagina |
€ 2,00 |
1.15.2.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek tot inzage in het gemeentelijke beperkingenregister: |
|
a. |
voor het verstrekken van een gewaarmerkte kopie, per pagina |
€ 2,00 |
b. |
voor het verstrekken van een toelichting op het ter inzage verleende dossier per kwartier of deel daarvan |
€ 25,00 |
1.15.3 |
Het tarief voor het in behandeling nemen van een verzoek om informatie door middel van het door de gemeente vastgestelde formulier, gedaan door een makelaar dan wel een vergelijkbare instantie, bedraagt |
€ 62,55 |
1.15.4 |
Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het aanleggen, beschadigen of veranderen van een weg op grond van artikel 2:11 Algemene Plaatselijke Verordening bedraagt |
€ 269,85 |
|
|
|
Titel 2 |
Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving / omgevingsvergunning |
|
|
|
|
Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen |
||
2.1.1 |
Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder: |
|
2.1.1.1 |
aanlegkosten: |
|
|
de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft; |
|
2.1.1.2 |
bouwkosten: |
|
|
onder de bouwkosten wordt in dit hoofdstuk verstaan de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen ten behoeve van de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, exclusief omzetbelasting. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft; Als de bouwkosten worden geraamd wegens het ontbreken van de aannemingssom, worden de bouwkosten exclusief BTW geraamd op basis van het product van de eenheidsprijzen voor het uit te voeren werk en de inhoud c.q. oppervlakte c.q. lengte van het bouwwerk, conform de bij deze verordening behorende en bijgevoegde bijlage ‘Tabel eenheidsprijzen bouwkosten 2019’. |
|
2.1.1.3 |
Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. |
|
2.1.2 |
In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld. |
|
2.1.3 |
In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld. |
|
|
|
|
Hoofdstuk 2 Vooroverleg / beoordeling conceptaanvraag |
||
2.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
2.2.1 |
om vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is, of (een aanvraag) om de beoordeling van een conceptaanvraag, per activiteit |
€ 140,60 |
2.2.2 |
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.2.1 bedraagt het tarief, indien tijdens de beoordeling van de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een welstandstoets noodzakelijk is: |
€ 133,70 |
2.2.3 |
Het tarief onder 2.2.1 wordt verminderd met 40% voor zover dit betrekking heeft op de beoordeling van een vooroverleg / conceptaanvraag voor de activiteit 'bouwen' en dit vooroverleg / conceptaanvraag hierbij getoetst moet worden aan een bestemmingsplan waarvoor niet is voldaan aan de verplichting als bedoeld in artikel 3.1 lid 2 Wet ruimtelijke ordening. |
|
|
|
|
Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning |
||
2.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd. |
|
|
|
|
2.3.1 |
Bouwactiviteiten |
|
2.3.1.1 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
|
2.3.1.1.1 |
indien de bouwkosten minder dan € 5.000,-- bedragen: |
€ 291,65 |
2.3.1.1.2 |
indien de bouwkosten € 5.000,-- of meer bedragen, doch minder dan € 20.000,-- |
€ 629,95 |
2.3.1.1.3 |
indien de bouwkosten € 20.000,-- tot € 50.000,-- bedragen: |
€ 629,95 |
vermeerderd met: |
3,83% |
|
van het bedrag waarmee die bouwkosten € 20.000,-- te boven gaan; |
||
2.3.1.1.4 |
indien de bouwkosten € 50.000,-- tot € 500.000,-- bedragen: |
€ 1.823,00 |
vermeerderd met: |
3,83% |
|
van het bedrag waarmee die bouwkosten € 50.000,-- te boven gaan; |
||
2.3.1.1.5 |
indien de bouwkosten € 500.000,-- tot € 5.000.000,-- bedragen: |
€ 19.256,57 |
vermeerderd met: |
3,54% |
|
van het bedrag waarmee die bouwkosten € 500.000,-- te boven gaan; |
||
2.3.1.1.6 |
indien de bouwkosten € 5.000.000 te boven gaat bedragen: |
€ 180.786,77 |
vermeerderd met: |
3,22% |
|
van het bedrag waarmee die bouwkosten € 5.000.000,-- te boven gaan; |
||
2.3.1.1.8 |
Het tarief dat voortvloeit uit de berekening in onderdeel 2.3.1.1 wordt verminderd met 10% wanneer de aanvraag mede dient te worden getoetst aan een bestemmingsplan waarvoor niet is voldaan aan de verplichting uit artikel 3.1 lid 2 Wet ruimtelijke ordening. |
|
|
|
|
|
Extra welstandstoets |
|
2.3.1.2 |
Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien zich tijdens de beoordeling van de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wijzigingen voordoen in het bouwplan en daarvoor een nieuwe welstandstoets noodzakelijk is: |
€ 133,70 |
|
|
|
|
Verplicht advies agrarische commissie |
|
2.3.1.3 |
Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld: |
€ 133,70 |
|
|
|
|
Achteraf ingediende aanvraag |
|
2.3.1.4 |
Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit: |
€ 0,00 |
|
|
|
|
|
|
2.3.1.6 |
Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien uit de constructietoets blijkt dat een extra toets van de constructiegegevens noodzakelijk is, voor elke extra constructietoets een tarief van |
€ 92,15 |
|
|
|
2.3.2 |
Aanlegactiviteiten |
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
2,32% |
van de aanlegkosten, met een minimum van: |
€ 95,10 |
|
en een maximum van: |
€ 63.404,20 |
|
|
|
|
2.3.3 |
Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit |
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1: |
|
2.3.3.1 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking): |
€ 269,70 |
2.3.3.2 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking): |
€ 269,70 |
2.3.3.3 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking): |
€ 3.804,25 |
2.3.3.4 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan): |
€ 269,70 |
2.3.3.5 |
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving): |
€ 269,70 |
2.3.3.6 |
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving): |
€ 269,70 |
2.3.3.7 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit): |
0,00 |
|
|
|
2.3.4 |
Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit |
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
|
2.3.4.1 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking): |
€ 269,70 |
2.3.4.2 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking): |
€ 269,70 |
2.3.4.3 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking): |
€ 3.804,25 |
2.3.4.4 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan): |
€ 269,70 |
2.3.4.5 |
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving): |
€ 269,70 |
2.3.4.6 |
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving): |
€ 269,70 |
2.3.4.7 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit): |
€ 0,00 |
|
|
|
2.3.5 |
In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid |
|
2.3.5.1 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
€ 293,00 |
2.3.5.2 |
Dit tarief wordt verhoogd voor een bouwwerk met een gebruiksoppervlakte van: |
|
2.3.5.2.1 |
0 m² t/m 100 m² met € 279,00 |
|
2.3.5.2.2 |
101 m² t/m 500 m² met € 114,00 plus € 1,65 per m² |
€ 1,65 |
2.3.5.2.3 |
501 m² t/m 2.000 m² met € 638,00 plus € 0,62 per m² |
€ 0,62 |
2.3.5.2.4 |
2.001 m² t/m 5.000 m² met € 1.591,00 plus € 0,16 per m² |
€ 0,16 |
2.3.5.2.5 |
5.001 m² t/m 50.000 m² met € 2.196,00 plus € 0,05 per m² |
€ 0,05 |
2.3.5.2.6 |
meer dan 50.001 m² met € 3.537,00 plus € 0,01 per m² |
€ 0,01 |
|
Voor de bepaling van de gebruiksoppervlakte wordt aangesloten bij het normblad NEN 2580 |
|
2.3.5.3 |
Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen dan wel uitbreiden van een gebruiksvergunning bedraagt: |
|
2.3.5.3.1 |
indien de aanvraag betrekking heeft op een uitbreiding van de inrichting: het basisbedrag + toeslag zoals genoemd onder 2.3.5.1 en 5.3.5.2 met dien verstande dat de toeslag uitsluitend berekend wordt over de oppervlakte van de uitbreiding |
|
2.3.5.3.2 |
indien de aanvraag betrekking heeft op een herindeling, interne verbouwing of gewijzigd gebruik van de gehele inrichting, danwel een deel van de inrichting: 50% van het legestarief zoals genoemd onder 2.3.5.1 en 2.3.5.2, met dien verstande dat de toeslag uitsluitend berekend wordt over de oppervlakte van de wijziging. |
|
|
|
|
2.3.6 |
Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten |
|
2.3.6.1 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder b, van de Wabo in samenhang met de provinciale erfgoedverordening of een in de Erfgoedverordening Langedijk aangewezen monument, waarvoor op grond van die provinciale erfgoedverordening of artikel 10, tweede lid, van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
|
2.3.6.1.1 |
voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument: |
€ 269,70 |
2.3.6.1.2 |
voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht: |
€ 269,70 |
2.3.6.2 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, van de Wabo, op het slopen van een bouwwerk in een krachtens provinciale erfgoedverordening of de Erfgoedverordening Langedijk aangewezen stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder c, van de Wabo, waarvoor op grond van die provinciale erfgoedverordening of artikel 22, tweede lid van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
€ 269,70 |
|
|
|
2.3.7 |
Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht |
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
€ 405,75 |
|
|
|
2.3.8 |
Aanleggen of veranderen van een weg |
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of Algemene Plaatselijke Verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
€ 269,70 |
|
|
|
2.3.9 |
Uitweg / inrit |
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of de Algemene Plaatselijke Verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
€ 133,70 |
|
|
|
2.3.10 |
Kappen |
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 4.11 van de Algemene Plaatselijke Verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
€ 133,70 |
|
|
|
2.3.11 |
Opslag van roerende zaken (gereserveerd) |
|
|
|
|
2.3.12 |
Natura 2000-activiteiten |
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder a, van het Besluit ruimtelijke ordening (Natura 2000-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
€ 133,70 |
|
|
|
2.3.13 |
Flora- en fauna-activiteiten (bescherming van soorten) |
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder b, van het Besluit omgevingsrecht (flora- en fauna-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
€ 133,70 |
|
|
|
2.3.14 |
Andere activiteiten |
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling: |
|
2.3.14.1 |
behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
€ 133,70 |
2.3.14.2 |
behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
€ 133,70 |
2.3.14.2.1 |
als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning. Als de activiteit in geen enkel geval kan worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning bedraagt het tarief: |
€ 133,70 |
2.3.14.2.2 |
als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het College van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
|
|
|
|
2.3.15 |
Omgevingsvergunning in twee fasen |
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
|
2.3.15.1 |
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft; |
|
2.3.15.2 |
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft. |
|
|
|
|
2.3.16 |
Beoordeling bodemrapport |
|
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld: |
|
2.3.16.1 |
voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport |
€ 255,90 |
2.3.16.2 |
voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport |
€ 255,90 |
|
|
|
2.3.17 |
Advies |
|
2.3.17.1 |
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het College van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
|
2.3.17.2 |
Indien een begroting als bedoeld in 2.3.17.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
|
|
|
|
2.3.18 |
Verklaring van geen bedenkingen |
|
2.3.18.1 |
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo: |
|
2.3.18.1.1 |
indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: |
€ 133,70 |
2.3.18.1.2 |
Indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het College van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
|
2.3.18.2 |
Indien een begroting als bedoeld in 2.3.18.1.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
|
|
|
|
Hoofdstuk 4 Vermindering |
||
2.4.1 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag om vooroverleg of beoordeling van een conceptaanvraag als bedoeld in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van het vooroverleg of de beoordeling van de concept aanvraag geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van de omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 3. In het geval de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning zoals hiervoor bedoeld, is voorafgegaan door meer dan één vooroverleg of conceptaanvraag, worden slechts van maximaal één, het laatste, vooroverleg of conceptaanvraag de geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning die hierop volgt. |
|
2.4.2 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op meer dan vijf activiteiten, bestaat aanspraak op vermindering van leges, met uitzondering van het legesdeel in verband met adviezen of verklaringen van geen bedenkingen als bedoeld in de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18. De vermindering bedraagt: |
|
2.4.2.1 |
bij 5 tot 10 activiteiten: |
5% |
|
van de voor die activiteiten verschuldigde leges; |
|
2.4.2.2 |
bij 10 tot 15 activiteiten: |
7,5% |
|
van de voor die activiteiten verschuldigde leges; |
|
2.4.2.3 |
bij 15 of meer activiteiten: |
10% |
|
van de voor die activiteiten verschuldigde leges. |
|
|
|
|
Hoofdstuk 5 Teruggaaf |
||
2.5.1 |
Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten |
|
|
Als een aanvrager zijn aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: |
|
2.5.1.2 |
indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen 3 weken na het in behandeling nemen ervan |
75% |
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges; |
||
2.5.1.3 |
indien de aanvraag wordt ingetrokken na 3 weken na het in behandeling nemen ervan |
50% |
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. |
||
|
|
|
2.5.2 |
Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten |
|
|
Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 12 maanden na het onherroepelijk worden van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt: |
25% |
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. |
||
|
|
|
2.5.3 |
Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten |
|
2.5.3.1 |
Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: |
25% |
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. |
||
2.5.3.2 |
Onder een weigering bedoeld in subonderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak. |
|
|
|
|
2.5.4 |
reserveren |
|
|
|
|
2.5.5 |
Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen |
|
|
Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18 wordt geen teruggaaf verleend. |
|
|
|
|
Hoofdstuk 6 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project |
||
2.6 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project: |
€ 133,70 |
2.6.1 |
indien deze aan de welstandscommissie voorgelegd moet worden: |
€ 267,45 |
|
|
|
Hoofdstuk 7 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten |
||
2.7.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1 eerste lid van de Wet ruimtelijke ordening, waarop artikel 6.12 van de Wet ruimtelijke ordening niet van toepassing is, en waarvoor de aanvrager het (ontwerp)bestemmingsplan opstelt of laat opstellen |
€ 3.804,25 |
2.7.1.1 |
Indien de gemeente het (ontwerp)bestemmingsplan zelf moet opstellen of moet laten opstellen wordt het tarief onder 2.7.1 verhoogd met |
€ 6.916,80 |
2.7.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van het bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6 eerste lid onder a van de Wet ruimtelijke ordening en waarvoor de aanvrager het (ontwerp)wijzigingsplan opstelt of laat opstellen |
€ 864,60 |
2.7.2.1 |
Indien de gemeente het (ontwerp)wijzigingsplan zelf moet opstellen of moet laten opstellen wordt het tarief onder 2.7.2 verhoogd met |
€ 2.305,65 |
|
|
|
Hoofdstuk 8 In deze titel niet benoemde beschikking |
||
2.8.1 |
Vergunningsvrij bouwwerk |
|
2.8.1.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek tot afgifte van een verklaring dat een bouwwerk vergunningsvrij mag worden gerealiseerd |
€ 51,15 |
2.8.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking: |
€ 267,20 |
2.8.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een, al dan niet persoonsgebonden en / of tijdelijke, gedoogbeschikking voor handelingen in strijd met wet- of regelgeving |
€ 593,35 |
|
|
|
Titel 3 |
Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn |
|
|
|
|
Hoofdstuk 1 Horeca |
||
3.1.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
3.1.1.1 |
tot het verlenen van een vergunning ingevolge artikel 3 van de Drank- en Horecawet |
€ 246,40 |
3.1.1.1.2 |
tot het verlenen van een gewijzigd aanhangsel ingevolge artikel 30a van de Drank- en Horecawet waarbij uitsluitend de leidinggevenden worden gewijzigd |
€ 69,95 |
3.1.1.2 |
tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet |
€ 92,25 |
3.1.1.3 |
tot het verlenen van een vergunning ingevolge artikel 30 van de Drank- en Horecawet waarbij de inrichting wordt gewijzigd |
€ 126,75 |
3.1.1.4 |
tot het verlenen van een ontheffing op grond van artikel 4 lid 4 van de Drank- en Horecawet |
€ 88,20 |
3.1.1.5 |
tot het verlenen van een vergunning ingevolge artikel 2:28 van de Algemene Plaatselijke Verordening |
€ 246,40 |
3.1.1.5.1 |
tot het verlenen van een gewijzigde vergunning ingevolge artikel 2:28 joº 1:6 sub e van de Algemene Plaatselijke Verordening |
€ 126,75 |
3.1.2 |
Indien de aanvrager de aanvraag intrekt, dan wordt een teruggaaf van de geheven leges als bedoeld in de artikelen 3.1.1.1, 3.1.1.1.2, 3.1.1.2, 3.1.1.3, 3.1.1.4, 3.1.1.4.1, 3.1.1.5 of 3.1.1.5.1 toevoegen verleend van |
50% |
3.1.3 |
Indien de gevraagde vergunning of ontheffing niet wordt verleend, dan wordt een teruggaaf van de geheven leges als bedoeld in de artikelen 3.1.1.1, 3.1.1.1.2, 3.1.1.2, 3.1.1.3, 3.1.1.4, 3.1.1.4.1, 3.1.1.5 of 3.1.1.5.1 toevoegen verleend van |
25% |
|
|
|
Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen |
||
3.2.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag per aaneengesloten periode: |
|
3.2.1.1 |
tot het verlenen van een vergunning voor een regulier evenement (categorie A van de risicoscan) |
€ 52,75 |
3.2.1.2 |
tot het verlenen van een vergunning voor een evenement met verhoogde veiligheidsaandacht (categorie B1 van de risicoscan tot en met 25 punten) |
€ 421,80 |
3.2.1.3 |
tot het verlenen van een vergunning voor een evenement met sterk verhoogde veiligheidsaandacht (categorie B2 van de risicoscan van 26 tot en met 30 punten) |
€ 4.373,40 |
3.2.1.4 |
tot het verlenen van een vergunning voor een risico-evenement (categorie C van de risicoscan), het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het College van burgemeester en wethouders is opgesteld, met een minimum van € 4.313,- en een maximum van € 30.000,--. |
|
3.2.2 |
Indien de aanvraag ziet op een tijdelijk bouwsel, bestemd voor meer dan 150 personen tegelijk, vindt een brandbeveiligingstoets plaats. |
|
|
Het basistarief hiervoor bedraagt: |
€ 135,00 |
|
Dit tarief wordt verhoogd voor een bouwsel met een gebruiksoppervlakte van: |
|
|
0 - 100 m² met € 128,00 |
|
|
101 m² t/m 500 m² met € 53,00 plus € 0,77 per m² |
€ 0,77 |
|
501 m² t/m 2.000 m² met € 238,00 plus € 0,30 per m² |
€ 0,30 |
|
2.001 m² t/m 5.000 m² met € 710,00 plus € 0,08 per m² |
€ 0,08 |
|
5.001 m² t/m 50.000 m² met € 953,00 plus € 0,01 per m² |
€ 0,01 |
|
meer dan 50.001 m² met € 1.549,00 plus € 0,01 per m² |
€ 0,01 |
|
|
|
Hoofdstuk 3 Diverse vergunningen / ontheffingen |
||
3.3.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag per aangevraagde datum: |
|
|
tot het verlenen van een ontheffing tot het open houden |
|
|
van een vergunningslokaliteit na het algemeen sluitingsuur: |
|
a. |
met één uur of minder |
€ 26,35 |
b. |
met twee uur of minder, doch méér dan één uur |
€ 36,50 |
c. |
met meer dan twee uur |
€ 46,65 |
3.3.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag per aangevraagde datum: |
|
3.3.2.1 |
tot het verlenen van een ontheffing voor een incidentele festiviteit |
€ 26,35 |
3.3.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
3.3.3.1 |
tot het verlenen van een vergunning tot het innemen van een incidentele standplaats, niet deel uitmakende van de weekmarkt in de gemeente Langedijk voor: |
|
a. |
een dag |
€ 16,30 |
b. |
één dag per week, per jaar |
€131,80 |
c. |
een seizoensgebonden standplaats |
€ 55,75 |
3.3.3.2 |
tot het verstrekken van een verklaring van geen bezwaar in het kader van de vergunningverlening krachtens de Luchtvaartwet |
€ 17,25 |
3.3.3.3 |
tot het verlenen van de volgende vergunning: verkoop vuurwerk |
€ 46,64 |
3.3.3.4 |
tot het verlenen van de volgende vergunningen: straatartiest, straatfotograaf en snuffelmarkten |
€ 69,95 |
3.3.4 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
3.3.4.1 |
tot het verlenen van een ontheffing gevelreiniging |
€ 38,55 |
Behoort bij raadsbesluit van 15 december 2020.
De griffier van de gemeente Langedijk,
R. Vennik
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl