Raadsbesluit Parkeerverordening 2020

Geldend van 06-11-2020 t/m heden

Intitulé

Raadsbesluit Parkeerverordening 2020

volgnummer : 20.065

datum raad : 27 oktober 2020

agendapunt :

onderwerp : vaststellen Parkeerverordening 2020 en intrekken Parkeerverordening 2018

De raad van de gemeente Veldhoven;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 8 september 2020, nummer 20.0000045;

overwegende dat het wenselijk is de Parkeerverordening 2020 vast te stellen in verband met de invoering van diverse blauwe zones in het Citycentrum, zulks onder gelijktijdige intrekking van de Parkeerverordening 2018;

gelet op Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens (RVV) 1990 en de Wegenverkeerswet 1994;

b e s l u i t :

vast te stellen de “Parkeerverordening 2020”.

Afdeling I. Begripsomschrijvingen

Artikel 1

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    RVV 1990: het Reglement verkeersregels en verkeerstekens van 26 juli 1990;

  • b.

    motorvoertuig: hetgeen daaronder wordt verstaan in het RVV 1990 met inbegrip van brommobielen, zoals bedoeld in artikel 1 onder ia van het RVV 1990;

  • c.

    parkeren: het gedurende een aaneengesloten periode laten stilstaan van een voertuig anders dan gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in- of uitstappen van passagiers of voor het onmiddellijk laden of lossen van goederen;

  • d.

    houder: degene op wiens naam het voor het motorrijtuig opgegeven kenteken ten tijde van het parkeren was ingeschreven in het kentekenregister als bedoeld in de Wegenverkeerswet 1994;

  • e.

    parkeerapparatuur: parkeermeters, parkeerautomaten met inbegrip van verzamelparkeermeters, centrale computer en hetgeen naar maatschappelijke opvatting overigens onder parkeerapparatuur wordt verstaan;

  • f.

    parkeerapparatuurplaats: een parkeerplaats waarvoor parkeerbelasting wordt geheven door middel van parkeerapparatuur;

  • g.

    belanghebbendenplaats: een parkeerplaats die:

    • 1.

      is aangeduid met bord E9 uit bijlage I van het RVV 1990; of

    • 2.

      gelegen is binnen een zone aangeduid met bord E9 uit bijlage I van het RVV 1990, met het opschrift zone, voor zover deze plaats niet is uitgezonderd;

  • h.

    blauwe zone parkeerplaats (parkeerschijfzone): parkeerplaats, gemarkeerd met een blauwe belijning, die valt binnen de geldende blauwe zone, aangegeven met de borden E10 (zone in) en E11 (zone uit);

  • i.

    parkeervergunning of -ontheffing: een vergunning, op grond waarvan het is toegestaan een motorvoertuig te parkeren op daartoe aangewezen parkeerapparatuur-, belanghebbenden of -blauwe zone parkeerplaatsen;

  • j.

    vergunninghouder: de natuurlijke of rechtspersoon aan wie een parkeervergunning of -ontheffing is verleend

Afdeling II. Plaatsen voor vergunninghouders en parkeervergunningen en -ontheffingen

Artikel 2

  • 1.

    Burgemeester en wethouders kunnen bij openbaar te maken besluit, weggedeelten aanwijzen waar parkeren voor vergunninghouders kan worden ingevoerd.

  • 2.

    De in het eerste lid genoemde weggedeelten zijn aangegeven op overzichtstekening nr. 2020-192 en gespecificeerd in een straatnamenlijst, beiden behorende bij deze Parkeerverordening.

  • 3.

    Burgemeester en wethouders kunnen bij openbaar te maken besluit, tijdstippen vaststellen waarop het parkeren door vergunninghouders is toegestaan.

Artikel 3

  • 1.

    Burgemeester en wethouders kunnen op aanvraag een parkeervergunning of -ontheffing verlenen voor het parkeren op belanghebbendenplaatsen, parkeerapparatuurplaatsen of blauwe zone parkeerplaatsen.

  • 2.

    Een bewonersparkeervergunning of -ontheffing (I, II en II A) kan worden verleend aan de eigenaar of houder van een motorvoertuig, wanneer deze volgens de Basisregistratie Personen als ingezetene staat ingeschreven op een adres waar belanghebbendenplaatsen, parkeerapparatuurplaatsen of blauwe zone parkeerplaatsen in de directe nabijheid aanwezig zijn.

  • 3.

    Een bewonersparkeervergunning of -ontheffing I wordt als bewonersparkeervergunning of -ontheffing II aangemerkt als de eigenaar of houder van een motorvoertuig beschikt over een eigen adequate parkeervoorziening in de directe nabijheid van de woning.

  • 4.

    Om als adequate parkeervoorziening te worden aangemerkt gelden minimale afmetingen van 2.60 x 4.60 m.

  • 5.

    Per adres geldt in principe een maximum van twee bewonersvergunningen of -ontheffingen.

  • 6.

    Personen die volgens de Basisregistratie Personen als ingezetene staan ingeschreven op een adres waar belanghebbendenplaatsen, parkeerapparatuur-plaatsen of blauwe zone parkeerplaatsen in de directe nabijheid aanwezig zijn, kunnen voor hun bezoek dagvergunningen of -ontheffingen (bezoekerskaarten) aanschaffen.

  • 7.

    Burgemeester en wethouder kunnen op aanvraag aan iedere eigenaar of houder van een motorvoertuig een algemene parkeervergunning of -ontheffing verlenen voor de gebieden I en II.

  • 8.

    Een ondernemersparkeervergunning of -ontheffing voor de gebieden I en II wordt alleen verleend aan de eigenaar of houder van een motorvoertuig, wanneer deze volgens het handelsregister van de Kamer van Koophandel een onderneming heeft in gebied I. Per inschrijving bij de Kamer van Koophandel wordt maximaal één ondernemersparkeervergunning of -ontheffing verleend.

  • 9.

    Burgemeester en wethouders kunnen aan een parkeervergunning of -ontheffing beperkingen verbinden die betrekking hebben zowel de te gebruiken parkeerplaatsen als op de tijdstippen waarop de parkeervergunning of -ontheffing van kracht is.

  • 10.

    Burgemeester en wethouders kunnen aan een parkeervergunning of -ontheffing ook andere voorschriften en beperkingen verbinden. Deze voorschriften mogen alleen strekken tot bescherming van het belang van een goede verdeling van de beschikbare parkeerruimte.

  • 11.

    Burgemeester en wethouders kunnen in bijzondere gevallen afwijken van alle in dit artikel bedoelde voorschriften, wanneer dit niet strijdig is met het beschermen van het belang van een goede verdeling van de beschikbare parkeerruimte.

Artikel 4

  • 1.

    Burgemeester en wethouders beslissen op een aanvraag voor een parkeervergunning of -ontheffing binnen vier weken na ontvangst van de aanvraag.

  • 2.

    Burgemeester en wethouders kunnen de in het eerste lid genoemde termijn met ten hoogste vier weken verlengen. Van een verlenging wordt de aanvrager, voor afloop van de in het eerste lid genoemde termijn, schriftelijk in kennis gesteld.

Artikel 5

  • 1.

    Een bewonersparkeervergunning of -ontheffing wordt voor een kalenderjaar verleend.

  • 2.

    Een bewonersparkeervergunning of -ontheffing bevat ten minste informatie over het gebied, de periode en het kenteken van het motorvoertuig waarvoor de parkeervergunning of -ontheffing geldt.

  • 3.

    Een algemene- of ondernemersparkeervergunning of -ontheffing wordt voor een kalenderjaar of een twaalfde deel daarvan verleend.

  • 4.

    Een algemene- of ondernemersparkeervergunning of -ontheffing bevat ten minste informatie over het gebied, de dagen, de periode en het kenteken van het motorvoertuig waarvoor de parkeervergunning of -ontheffing geldt.

Artikel 6

Burgemeester en wethouders kunnen een parkeervergunning of -ontheffing intrekken of wijzigen:

  • 1.

    op verzoek van de vergunning- of ontheffinghouder;

  • 2.

    wanneer de vergunning- of ontheffinghouder niet meer woonachtig is op het adres of geen onderneming meer heeft in het gebied, waarvoor de parkeervergunning of -ontheffing is verleend;

  • 3.

    wanneer zich een wijziging voordoet in een van de omstandigheden die relevant waren voor het verlenen van de parkeervergunning of -ontheffing;

  • 4.

    wanneer voor het betreffende gebied het stelsel van parkeervergunningen of -ontheffing komt te vervallen;

  • 5.

    wanneer de vergunning- of ontheffinghouder in strijd handelt met de aan de parkeervergunning of -ontheffing verbonden voorwaarden;

  • 6.

    wanneer blijkt dat bij de aanvraag van de parkeervergunning of -ontheffing onjuiste gegevens zijn verstrekt;

  • 7.

    om redenen van openbaar belang.

Afdeling III. Verbodsbepalingen

Artikel 7

  • 1.

    Het is verboden om enig voorwerp, niet zijnde een motorvoertuig te plaatsen of te laten staan:

    • a.

      op een parkeerapparatuurplaats;

    • b.

      op een belanghebbendenplaats;

    • c.

      op een blauwe zone parkeerplaats.

  • 2.

    Het is verboden een fiets, bromfiets of enig ander voorwerp op zodanige wijze tegen of bij parkeerapparatuur te plaatsen of te laten staan, dat daardoor een normaal gebruik ervan wordt belemmerd of verhinderd.

  • 3.

    Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in het eerste lid van dit artikel.

Artikel 8

  • 1.

    Het is verboden op een parkeerapparatuurplaats gedurende de tijden waarop het parkeren daar slechts tegen betaling is toegestaan:

    • a.

      een motorvoertuig te parkeren indien de parkeerapparatuur niet in werking is gesteld of niet onmiddellijk na aanvang van het parkeren in werking wordt gesteld;

    • b.

      een motorvoertuig geparkeerd te houden indien de parkeerapparatuur aangeeft dat de parkeertermijn is verstreken.

  • 2.

    Het in het eerste lid vervatte verbod geldt niet wanneer aan de eigenaar of houder van het motorvoertuig een vergunning of ontheffing is verleend voor het parkeren op de betreffende parkeerapparatuurplaatsen en niet gehandeld wordt in strijd met de aan die vergunning of ontheffing verbonden voorwaarden.

  • 3.

    Het in het eerste lid vervatte verbod is niet van toepassing op motorvoertuigen die geparkeerd staan op parkeerapparatuurplaatsen terwijl op grond van de Parkeerbelastingverordening 2020 naheffingsaanslagen zijn opgelegd wegens het niet betalen van het verschuldigde parkeergeld.

  • 4.

    Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in het eerste lid van dit artikel.

Afdeling IV. Strafbepaling

Artikel 9

Overtreding van het bepaalde in afdeling III van deze verordening wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste een maand of geldboete van de eerste categorie.

Afdeling V. Overgangs- en slotbepalingen

Artikel 10

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de door burgemeester en wethouders aangewezen personen.

Artikel 11

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op de 1e dag na bekendmaking, medio november 2020.

  • 2.

    De “Parkeerverordening Veldhoven 2018”, vastgesteld bij raadsbesluit van 28 november 2017 wordt ingetrokken met ingang van de in het eerste lid genoemde datum.

  • 3.

    Vergunningen die zijn verleend krachtens de “Parkeerverordening Veldhoven 2018” worden geacht te zijn verleend krachtens deze verordening.

  • 4.

    Deze verordening kan worden aangehaald als “Parkeerverordening 2020”.

Straatnamenoverzicht behorende bij Parkeerverordening 2020

gebied III straatnaam

huisnummers*

Armehoefstraat

 

Begijnstraat

 

Bossebaan

17 t/m 61

gebied III wordt begrensd door

Burg. van Hoofflaan

100 t/m 130 en 155 t/m 177

Lange Kruisweg

Ceciliastraat

53 t/m 69 en 114 t/m 120

Hermannistraat

De Bussels

 

Aerdmennekesbaan

De Heufkens

 

Adriaansdreef

De Koolhof

 

Hagendorenseweg

De Ligt

 

Kapelstraat-noord

De Mortelhof

 

Korteweg

De Reijenburg

1 t/m 8

Hoogepat

De Uilenburg

2 t/m 94

Djept-zuid

Dennebeek

 

Heerbaan

Eikebeek

 

Het Groen

Geer

20 t/m 26

voetpad van Lover naar Wal westzijde school

Olmebeek

De Loop

Putter

Goudenakkerstraat

 

Het Lover

 

Heuvelstraat

9 t/m 59 en 12 t/m 68

Hoenderakkerstraat

 

Hoogepat

1 t/m 37 en 2 t/m 26

Iepebeek

 

Kapelstraat-Zuid

37 t/m 61 en 38 t/m 68

Kerktorenstraat

1 t/m 39 en 2 t/m 52

Klaverpad

 

Klaverplein

 

Koraal

 

Lange Mees

 

Lariksbeek

 

Lijsterbesbeek

 

Mastebeek

 

Meidoornbeek

 

Merefeltstraat

54 t/m 116 en 63 t/m 81

Olmebeek

9 t/m 45 en 18 t/m 58

Papenvoort

 

Pietershoek

 

Plataanbeek

 

Potakkerstraat

 

Ringoven

 

Schimmerik

 

Sledsenpad

 

Sparrebeek

 

Tasveld

 

Valgaten

 

Van Aelstlaan

1 t/m 21

Van Vroonhovenlaan

59

Veken

 

Wal

56 t/m 144 en 173 t/m 299

Wikkebeek

 

Wilgenakkerstraat

 

Wolfakkerstraat

 

 

 

Blauwe zones binnen gebied I

Parkeerterrein Meent Noord

Parkeerterrein Meent Zuid

Parkeerterrein Braak Noord

Parkeerterrein Braak Zuid

Parkeerterrein Lei

Parkeerterrein Meiveld

Parkeerterrein Geer

Blauwe zones binnen gebied III

Bossebaan

parkeerterrein muziekschool

Schimmerik

tegenover nrs 12 t/m 24

Polkestraat

 

Kapelstraat-Zuid

62 t/m 68

Hagendorenseweg

35

Heuvelstraat

59 t/m 67

De Reijenburg

9 t/m 197

* waar geen huisnummers vermeld worden, gelden alle huisnummers in de genoemde straat

Ondertekening