Besluit van de gemeenteraad van de gemeente Albrandswaard houdende regels omtrent de afhandeling van klachten

Geldend van 07-11-2014 t/m heden

Intitulé

Besluit van de gemeenteraad van de gemeente Albrandswaard houdende regels omtrent de afhandeling van klachten

De raad van de gemeente Albrandswaard;

Gezien het advies van het presidium van 22 september 2014;

Gelezen het voorstel van de griffier en de voorzitter van de raad;

Overwegende, dat het wenselijk is ook voor raad en griffie een klachtenregeling vast te stellen;

Gelet op artikel 149 van de Gemeentewet en Hoofdstuk 9 van de Algemene wet bestuursrecht;

B E S L U I T :

Vast te stellen de

Klachtenregeling gemeenteraad en griffie gemeente Albrandswaard 2014

HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE BEPALINGEN

Artikel 1 Begripsbepalingen

Deze regeling verstaat onder:

  • a.

    Wet: Algemene wet bestuursrecht;

  • b.

    Gemeenteraad: het orgaan zoals bedoeld in titel II hoofdstuk II van de Gemeentewet;

  • c.

    Griffier: de functionaris, zoals bedoeld in artikel 107 van de Gemeentewet;

  • d.

    Griffiemedewerker: medewerker van de gemeente die hiërarchisch onder de griffier valt;

  • e.

    Klager: de natuurlijke persoon of de rechtspersoon die een klacht heeft ingediend;

  • f.

    Klacht: een uiting van ongenoegen over de wijze waarop de gemeenteraad, een lid van de gemeenteraad, een (buitengewoon) commissielid, de griffier of een griffiemedewerker zich in een bepaalde aangelegenheid tegenover de klager heeft gedragen;

  • g.

    Gedraging: het in een bepaalde aangelegenheid handelen of nalaten te handelen tegenover een natuurlijk persoon of rechtspersoon door de gemeenteraad, een lid van de gemeenteraad, een (buitengewoon) commissielid, de griffier of een griffiermedewerker;

  • h.

    Klaagschrift: een schriftelijk of elektronisch ingediende klacht;

  • i.

    Klachtenbehandelaar: de ambtenaar die, of het orgaan dat, verantwoordelijk is voor de behandeling en registratie van een klacht;

  • j.

    Presidium: het presidium zoals bedoeld in Organisatieverordening van de raad van de gemeente Albrandswaard 2014;

  • k.

    Commissielid: lid als bedoeld in de Organisatieverordening van de raad van de gemeente Albrandswaard 2014;

  • l.

    Werkgeverscommissie: de werkgeverscommissie als bedoeld in artikel 2.3 van de Organisatieverordening van de raad van de gemeente Albrandswaard 2014.

Artikel 2 Algemene bepalingen

  • 1. Een ieder heeft het recht om over de wijze waarop de gemeenteraad, een lid van de gemeenteraad, een commissielid, de griffier of een griffiemedewerker zich in een bepaalde aangelegenheid jegens hem of haar heeft gedragen een klacht in te dienen bij de gemeenteraad.

  • 2. De gemeenteraad draagt zorg voor een behoorlijke behandeling van mondelinge en schriftelijke klachten.

  • 3. Mondelinge klachten worden in beginsel mondeling afgedaan. Wordt de klacht niet tot tevredenheid van de klager afgedaan, dan wordt de klager gewezen op de mogelijkheid van schriftelijke klachtenbehandeling.

  • 4. Zodra naar tevredenheid van de klager aan zijn klacht tegemoet is gekomen, vervalt de verplichting tot verdere behandeling van de klacht. Bij een schriftelijke klacht wordt dit schriftelijk aan de klager en aan degene over wie is geklaagd, bevestigd.

Artikel 3 Beslistermijn

  • 1. De klacht wordt binnen zes weken afgehandeld.

  • 2. De afhandeling kan voor ten hoogste vier weken worden verdaagd, waarvan schriftelijk aan partijen mededeling wordt gedaan.

Artikel 4 Klachtenbehandelaar

  • 1. Bij een klacht over een griffiemedewerker is de klachtenbehandelaar de griffier.

  • 2. Bij een klacht over de gemeenteraad, een lid van de gemeenteraad, een commissielid, of de griffier is de klachtenbehandelaar het presidium.

HOOFDSTUK 2 INDIENING VAN KLACHTEN

Artikel 5 Wijze van indiening

  • 1. Een klacht kan tot uiterlijk twaalf maanden nadat de gedraging heeft plaatsgevonden mondeling of schriftelijk worden ingediend.

  • 2. Bij een mondelinge klacht wordt door de betrokken ambtenaar van de griffie getracht deze informeel (mondeling) af te doen.

  • 3. Indien de klager hierom verzoekt is de betrokken ambtenaar verplicht de behandeling van de klacht over te dragen aan de griffier, die de klacht eveneens informeel (mondeling) tracht af te doen.

  • 4. Indien de klacht is gericht tegen de gemeenteraad, wordt door de voorzitter van de raad getracht deze informeel (mondeling) af te doen.

  • 5. De klager wordt er altijd op gewezen dat, indien de mondelinge klacht niet naar genoegen is afgehandeld, hij een schriftelijke klacht kan indienen.

  • 6. Het klaagschrift wordt ingediend bij de gemeenteraad.

  • 7. Het klaagschrift moet zijn ondertekend en bevat ten minste:

    • a.

      de naam en het adres van de indiener;

    • b.

      de dagtekening;

    • c.

      een omschrijving van de gedraging waartegen de klacht is gericht.

Artikel 6 Ontvangstbevestiging

De ontvangst van een klaagschrift wordt binnen tien werkdagen schriftelijk bevestigd en bevat daarnaast informatie over de verdere procedure.

Artikel 7 Registratie en publicatie

  • 1. De klachtenbehandelaar draagt zorg voor de registratie van de klacht.

  • 2. De geregistreerde klachten worden jaarlijks gepubliceerd via het jaarverslag van de griffie.

HOOFDSTUK 3 BEHANDELING VAN KLACHTEN

Artikel 8 Buiten behandeling laten

  • 1. Een klaagschrift wordt niet in behandeling genomen indien:

    • a.

      niet is voldaan aan de in artikel 9:4 van de wet vermelde vereisten en klager dit ook niet binnen veertien dagen nadat klager daarvan op de hoogte is gebracht, heeft hersteld;

    • b.

      het een klacht betreft die betrekking heeft op een van de in artikel 9:8 lid 1 van de wet genoemde gedragingen of indien artikel 9:8 lid 2 van de wet van toepassing is.

  • 2. Van het niet in behandeling nemen van de klacht wordt klager zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen vier weken na ontvangst van de klacht schriftelijk in kennis gesteld, onder vermelding van de redenen daarvan.

Artikel 9 Onderzoek

  • 1. De klachtenbehandelaar is in verband met de voorbereiding van de behandeling van een klacht bevoegd rechtstreeks alle gewenste inlichtingen in te winnen of te doen inwinnen.

  • 2. De klachtenbehandelaar kan bij derden en/of deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en hen zo nodig uitnodigen daartoe op gesprek als bedoeld in artikel 11 van deze regeling te verschijnen.

Artikel 10 Hoor en wederhoor

  • 1. De klachtenbehandelaar stelt de klager en degene op wiens gedraging de klacht betrekking heeft in de gelegenheid te worden gehoord.

  • 2. Zowel de klager als degene op wiens gedraging de klacht betrekking heeft, kunnen tot uiterlijk een week voor de hoorzitting stukken indienen die van belang kunnen zijn voor de afhandeling van de klacht.

  • 3. Zowel de klager als degene op wiens gedraging de klacht betrekking heeft, kunnen zich bij het horen door iemand van hun keuze voor eigen rekening laten vergezellen of bijstaan.

  • 4. Het horen geschiedt achter gesloten deuren.

  • 5. De klachtenbehandelaar kan van het horen afzien indien de klacht kennelijk ongegrond is dan wel indien de klager heeft verklaard geen gebruik te willen maken van het recht te worden gehoord.

  • 6. De klachtenbehandelaar draagt zorg voor een verslag van horen.

Artikel 11 Uitnodiging zitting

  • 1. De klachtenbehandelaar nodigt de klager en degene op wiens gedraging de klacht betrekking heeft tenminste twee weken voor de hoorzitting uit.

  • 2. Binnen drie dagen na verzending van de uitnodiging kan de klager of degene op wiens gedraging de klacht betrekking heeft onder opgaaf van redenen de klachtenbehandelaar verzoeken het tijdstip te wijzigen.

  • 3. De beslissing van de klachtenbehandelaar op dit verzoek wordt uiterlijk een week voor het tijdstip van de zitting aan de partijen meegedeeld.

  • 4. De klachtenbehandelaar is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken of afwijking toe te staan van de termijnen die genoemd zijn in het eerste tot en met het derde lid.

Artikel 12 Afdoening

  • 1. De griffier brengt als klachtenbehandelaar advies uit aan de werkgeverscommissie.

  • 2. De werkgeverscommissie heeft mandaat om klachten tegen griffiemedewerkers af te doen.

  • 3. Het presidium brengt als klachtenbehandelaar advies uit aan de gemeenteraad.

  • 4. Adviezen ten aanzien van klachten over de griffier of een griffiemedewerker zijn niet openbaar.

  • 5. Eventuele behandeling van het advies van het presidium dat betrekking heeft op een klacht over de griffier vindt plaats in een besloten raadsvergadering.

  • 6. Een advies van het presidium dat betrekking heeft op een klacht over de gemeenteraad, een lid van de gemeenteraad of een commissielid wordt in een openbare raadsvergadering behandeld.

  • 7. De werkgeverscommissie respectievelijk de gemeenteraad stelt de klager en de persoon waar de klacht tegen gericht is schriftelijk en gemotiveerd in kennis van de bevindingen van het onderzoek, haar/zijn oordeel daarover en over de eventuele conclusies die daaruit zijn getrokken.

Artikel 13 Nationale Ombudsman

Bij het toezenden van de bevindingen genoemd in artikel 12 lid 7 van deze regeling, vermeldt de gemeenteraad binnen welke termijn klager eventueel een klacht kan indienen bij de Nationale Ombudsman in Den Haag.

HOOFDSTUK 4 SLOTBEPALINGEN

Artikel 14 Onvoorzien

In alle gevallen waarin deze regeling niet voorziet, besluit de gemeenteraad.

Artikel 15 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking op de dag na bekendmaking.

Ondertekening

Aldus besloten in openbare vergadering

van de raad van de gemeente Albrandswaard,

d.d. 27 oktober 2014

de griffier

mr. Renske van der Tempel

de voorzitter

drs. Hans-Christoph Wagner

Toelichting Klachtenregeling gemeenteraad en griffie gemeente Albrandswaard 2014

Een deel van de artikelen die in deze regeling zijn opgenomen, staan ook in hoofdstuk 9 van de Algemene wet bestuursrecht. Voor de leesbaarheid van deze regeling zijn deze (wets)artikelen hierin echter ook opgenomen.

Artikel 1 Begripsbepalingen

Dit artikel spreekt voor zich. Het maakt duidelijk dat deze regeling enkel ziet op bejegeningsklachten en derhalve niet op klachten die gaan over bijvoorbeeld losliggende tegels.

Artikel 2 Algemene bepalingen

De eerste twee leden komen overeen met artikel 9:1en 9:2 van de Algemene wet bestuursrecht. Om ervoor te zorgen dat niet onnodig formeel wordt omgesprongen met klachten, is ervoor gekozen om mondelinge klachten waar mogelijk mondeling af te doen. Wanneer dat niet mogelijk blijkt, wordt klager gewezen op de mogelijkheid zijn klacht schriftelijk in te dienen. Ook dan bestaat nog de mogelijkheid dat de klacht naar tevredenheid wordt afgehandeld. Het vierde lid komt overeen met artikel 9:5 van de Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 3 Beslistermijn

Deze bepaling komt overeen met artikel 9:11 van de Algemene wet bestuursrecht. Dit artikel bepaalt overigens ook nog dat verder uitstel in overleg met klager mogelijk is.

Artikel 4 Klachtenbehandelaar

In dit artikel is aangegeven wie de klacht behandelt. Waar het presidium als klachtbehandelaar is vermeld, wordt bedoeld een delegatie van het presidium. De klachtbehandelaar hoort de klager en de beklaagde en adviseert ten aanzien van de afhandeling van de klacht.

Artikel 5 Wijze van indiening

In dit artikel is opgenomen waaraan de klacht moet voldoen om behandeld te kunnen worden. Uiteraard moet de klacht binnen een redelijke termijn worden ingediend, deze is gesteld op een jaar. Verder is in dit artikel bepaald dat mondelinge klachten zo veel mogelijk informeel worden afgehandeld. De vereisten waaraan een klaagschrift moet voldoen zijn ook opgenomen in artikel 9:4 van de Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 6 Ontvangstbevestiging

Dit artikel komt overeen met artikel 9:6 van de Algemene wet bestuursrecht. Daarnaast dient in de ontvangstbevestiging informatie over de verdere procedure te worden gegeven.

Artikel 7 Registratie en publicatie

Dit artikel regelt – de titel zegt het al – de registratie van klachten de verslaglegging daarvan in het jaarverslag van de griffie. Dit komt overeen met artikel 9:12a van de Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 8 Buiten behandeling laten

In dit artikel is opgenomen wanneer een klacht buiten behandeling kan worden gesteld. Verwezen wordt naar de artikelen 9:4 en 9:8 van de Algemene wet bestuursrecht. Deze luiden als volgt:

Artikel 9:4 Awb

  • 1.

    Indien een schriftelijke klacht betrekking heeft op een gedraging jegens de klager en voldoet aan de vereisten van het tweede lid, zijn de artikelen 9:5 tot en met 9:12 van toepassing.

  • 2.

    Het klaagschrift wordt ondertekend en bevat ten minste:

    • a.

      de naam en het adres van de indiener;

    • b.

      de dagtekening;

    • c.

      een omschrijving van de gedraging waartegen de klacht is gericht.

  • 3.

    Artikel 6:5, derde lid, is van overeenkomstige toepassing.

Artikel 9:8 Awb

  • 1.

    Het bestuursorgaan is niet verplicht de klacht te behandelen indien zij betrekking heeft op een gedraging:

    • a.

      waarover reeds eerder een klacht is ingediend die met inachtneming van de artikelen 9:4 en volgende is behandeld;

    • b.

      die langer dan een jaar voor indiening van de klacht heeft plaatsgevonden;

    • c.

      waartegen door de klager bezwaar gemaakt had kunnen worden;

    • d.

      waartegen door de klager beroep kan worden ingesteld, tenzij die gedraging bestaat uit het niet tijdig nemen van een besluit, of beroep kon worden ingesteld;

    • e.

      die door het instellen van een procedure aan het oordeel van een andere rechterlijke instantie dan een bestuursrechter onderworpen is, dan wel onderworpen is geweest of,

    • f.

      zolang terzake daarvan een opsporingsonderzoek op bevel van de officier van justitie of een vervolging gaande is dan wel indien de gedraging deel uitmaakt van de opsporing of vervolging van een strafbaar feit en terzake van dat feit een opsporingsonderzoek op bevel van de officier van justitie of een vervolging gaande is.

  • 2.

    Het bestuursorgaan is niet verplicht de klacht te behandelen indien het belang van de klager dan wel het gewicht van de gedraging kennelijk onvoldoende is.

  • 3.

    Van het niet in behandeling nemen van de klacht wordt de klager zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen vier weken na ontvangst van het klaagschrift schriftelijk in kennis gesteld. Artikel 9:12, tweede lid, is van overeenkomstige toepassing.

Artikel 9 Onderzoek

Dit artikel regelt de bevoegdheid van de klachtenbehandelaar inlichtingen in te winnen en advies te vragen wanneer de klacht daartoe aanleiding geeft. De klachtenbehandelaar is ook degene die uitnodigt voor het horen zoals bedoeld in het hiernavolgende artikel 11.

Artikel 10 Hoor en wederhoor

Een niet weg te denken beginsel in het recht wordt in dit artikel geregeld. Zowel klager als beklaagde worden in de gelegenheid gesteld op adequate wijze hun zienswijze te geven op de klacht en daarbij zo nodig stukken te overleggen. Beide partijen hebben het recht om zich bij de behandeling van de officiële klacht voor eigen rekening door derden te laten vergezellen of bijstaan.

Vanwege het feit dat bejegeningsklachten nagenoeg altijd over personen gaat, is ervoor gekozen het horen achter gesloten deuren te laten plaatsvinden. Er is dus geen sprake van een openbare zitting.

Artikel 11 Uitnodiging zitting

Dit artikel regelt een en ander rond de uitnodiging voor het horen en spreekt verder voor zich.

Artikel 12 Afdoening

In dit artikel wordt aangegeven aan wie de klachtenbehandelaar van artikel 4 advies uitbrengt. Het bestuursorgaan onder wiens verantwoordelijkheid de beklaagde zijn handelingen heeft verricht, is bevoegd de klacht af te doen. Een advies uitgebracht door het presidium wordt gedragen door de meerderheid van stemmen. Bij de griffier, de griffiemedewerkers en de raad is de raad het bevoegde bestuursorgaan. Voor klachten tegen griffiemedewerkers is het, gezien de bevoegdheden die aan de werkgeverscommissie zijn toegekend, voor de hand liggend, dat deze commissie ook de klachten tegen griffiemedewerkers afdoet. Zij doet dit uiteraard in mandaat, dus namens de raad. Hoewel individuele raadsleden niet onder de verantwoordelijkheid van de gemeenteraad vallen, is het wel aan te raden deze klachten ook in de raad af te doen.

Tegen de afdoening van de klacht kan geen bezwaar worden ingediend, want er kan geen beroep worden ingesteld (artikel 7:1 Awb). Dit blijkt uit artikel 9:3 van de Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 9:3 Awb Tegen een besluit inzake de behandeling van een klacht over een gedraging van een bestuursorgaan kan geen beroep worden ingesteld.

De Nationale Ombudsman neemt onder voorwaarden klachten over gedragingen van bestuursorganen in behandeling. Dat geldt dus ook voor klachten ten aanzien van de gemeenteraad, maar niet noodzakelijkerwijs voor individuele raadsleden aangezien zij niet onder de verantwoordelijkheid van de gemeenteraad vallen. Wel heeft de ombudsman uitgesproken dat hij meent dat gemeenteraden aan onethisch gedrag van raadsleden aandacht moeten besteden in een openbare raadsvergadering. Alleen zo kunnen kiezers zich een oordeel vormen of raadsleden over de schreef gaan. Raadsleden zijn uiteindelijk alleen aan de kiezer verantwoording schuldig (http://www.nationaleombudsman.nl/rapporten/2011/343).

Artikel 13 Nationale Ombudsman

Na de klachtafdoening kan nog geklaagd worden bij de Nationale Ombudsman. Een ieder heeft het recht de ombudsman schriftelijk te verzoeken een onderzoek in te stellen naar de wijze waarop een bestuursorgaan zich in een bepaalde aangelegenheid jegens hem of een ander heeft gedragen, bepaalt artikel 9:18 van de Algemene wet bestuursrecht. Wanneer de Nationale Ombudsman een onderzoek instelt en dit is afgesloten, stelt hij een rapport op waarin hij zijn bevindingen en oordeel weergeeft.

De termijn voor het indienen van een dergelijk verzoek bij de Nationale Ombudsman is één jaar nadat de klacht door het bestuursorgaan is afgedaan (artikel 9:24 van de Algemene wet bestuursrecht). (NASCHRIFT: PER 1 JANUARI 2016 HEEFT DE GEMEENTE ALBRANDSWAARD EEN EIGEN OMBUDSMAN: https://www.ombudsmanrotterdam.nl/aangesloten-organisaties/albrandswaard/)