Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Alkmaar houdende nadere regels omtrent de subsidie voor het sociaal domein

Geldend van 29-05-2020 t/m heden

Intitulé

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Alkmaar houdende nadere regels omtrent de subsidie voor het sociaal domein

Het college van burgemeester en wethouders van Alkmaar,

Gelet op artikel 3 van de Algemene Subsidieverordening Alkmaar 2019,

Besluit: vast te stellen nadere regels Sociaal Domein

Artikel 1 begripsbepalingen

In deze nadere regels wordt verstaan onder:

  • -

    Algemene reserve: reserve zonder bestemming, om onverwachte risico’s te dekken.

  • -

    ASV: Algemene subsidieverordening Alkmaar 2019.

  • -

    Bestemmingsreserve: reserve waaraan een bepaalde bestemming is gegeven, d.w.z. de toekomstige aanwending is vastgelegd terwijl er nog geen sprake is van een financiële verplichting.

  • -

    Brede school: een basisschool die een visie heeft ontwikkeld en vastgesteld waarin is verwoord hoe de school werkt aan de brede ontwikkeling van kinderen door het bieden van activiteiten na schooltijd (brede school activiteiten).

  • -

    Diversiteit: de erkenning en herkenning van de verschillen tussen mensen en de acceptatie en het respect daarvoor.

  • -

    Eigen vermogen: het vermogen van een organisatie, vermeld op de balans van een organisatie, niet zijnde vreemd vermogen en voorzieningen, zonder aftrek van bestemmingsreserves, inclusief algemene reserve.

  • -

    Ervaringsdeskundigen: een persoon die toegerust is om zijn/haar ervaring van tegenslag, ziekte, beperking, lotgeval of levensomstandigheid voor anderen in te zetten.

  • -

    Gemeentelijk onderwijsachterstandenbeleid (GOAB): beleid dat erop is gericht om onderwijskansen te vergroten. Gemeenten doen dat samen met educatieve partners.

  • -

    Inclusie: de insluiting van inwoners van alle identiteiten – zichtbaar of niet – bij activiteiten waarbij zij zich veilig en gerespecteerd kunnen voelen en zonder voorbehoud kunnen participeren.

  • -

    Jeugdpreventie: preventieve activiteiten gericht op het versterken van perspectief en het voorkomen van problematiek bij jeugdigen en die effectief bijdragen aan een veilige, gezonde en kansrijke opvoed- en opgroeiomgeving.

  • -

    KPI’s: (Kritische Prestatie Indicatoren): meetbare indicatoren die aantonen hoe beleidsdoelstellingen behaald gaan worden.

  • -

    Laaggeletterden: volwassenen met een taal- en rekenniveau onder 2F.

  • -

    Minima: volwassenen met een inkomen tot 120% van het sociaal minimum. Kinderen tot 18 jaar van wie de ouders/verzorgers aan bovenstaand criterium voldoen.

  • -

    Positieve gezondheid: een benadering binnen de gezondheidszorg die niet de ziekte, maar een betekenisvol leven van mensen centraal stelt. De nadruk ligt op de veerkracht, eigen regie en het aanpassingsvermogen van de mens en niet op de beperkingen of ziekte zelf.

  • -

    Schakelklas: dit is een klas waarin leerlingen extra les krijgen in taal, lezen en woordenschat. Het taalprogramma is intensief en er is veel begeleiding.

  • -

    Sociaal Domein: alle taken en verantwoordelijkheden die door de gemeente uitgevoerd worden op het gebied van de Jeugdwet, Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo), (Passend) onderwijs en werk en inkomen (Participatiewet).

  • -

    Startkwalificatie: een havo of vwo diploma of minimaal een mbo-2 diploma.

  • -

    VOG: Verklaring Omtrent Gedrag

  • -

    Volwasseneneducatie: Onderwijs aan niet-inburgeringsplichtige 18+-ers.

  • -

    VSV: Voortijdig schoolverlaten.

  • -

    VSV’ers: jongeren van 12 tot 23 jaar die zonder startkwalificatie het onderwijs verlaten.

  • -

    VVE: Voor- en Vroegschoolse Educatie.

  • -

    WEB: Wet Educatie en Beroepsonderwijs.

Artikel 2 subsidiabele activiteiten

Subsidie kan periodiek of éénmalig worden verleend voor activiteiten die bijdragen aan de vastgestelde beleidsdoelstellingen binnen het Sociaal Domein. Activiteiten richten zich op de volgende leefgebieden en onderdelen:

  • a.

    Jeugdigen tot en met 18 jaar kunnen gezond, veilig en actief opgroeien (jeugd)

    • -

      Het aanbieden van zinvolle vrijetijdsbesteding;

    • -

      Vergroten beweegparticipatie en stimuleren van creatieve ontwikkeling;

    • -

      Het stimuleren en ontwikkelen van talenten;

    • -

      Het versterken van de eigen kracht waardoor problemen in opvoeden en opgroeien zoveel mogelijk worden voorkomen.

  • b.

    Inwoners krijgen de kans om zich te ontwikkelen, te ontdekken en te leren (onderwijs)

    • -

      Het stimuleren en ontwikkelen van talenten waaronder brede school activiteiten;

    • -

      Het gezamenlijk met onderwijspartners uitvoeren van activiteiten voor leerlingen en/of ouders, die tot doel hebben onderwijsachterstanden terug te dringen (GOAB);

    • -

      De toeleiding naar Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE), ondersteuning en optimalisering van VVE;

    • -

      Taal, rekenen en digitale trajecten gericht op laaggeletterde niet-inburgeringsplichtige volwassenen;

    • -

      Het bevorderen van een geslaagde schoolloopbaan en het behalen van een startkwalificatie.

  • c.

    Inwoners zijn zoveel mogelijk zelfredzaam en ondanks eventuele belemmeringen kunnen zij langer zelfstandig blijven wonen en meedoen in de samenleving (wmo)

    • -

      Ontmoeting, gezelschap en een luisterend oor door sociale en recreatieve activiteiten;

    • -

      Praktische hulp zoals maaltijdservice, klussendiensten, boodschappenservice en vrijwilligersvervoer;

    • -

      Mantelzorgondersteuning, onafhankelijke cliëntondersteuning en andere hulp bij regelzaken;

    • -

      Lichte vormen van zorg, ondersteuning en dagbesteding zowel individueel als in groepsverband;

    • -

      Maatschappelijke opvang, beschermd wonen, verslavingszorg en openbare geestelijke gezondheidszorg.

  • d.

    Door meer gebruik van beschikbare voorzieningen, verbetert de kwaliteit van leven van mensen die leven van een sociaal minimum (aanpak tegen armoede)

    • -

      Noodhulp door verstrekking van voedselpakketten aan minima;

    • -

      Bieden van sport- en cultuuractiviteiten aan kinderen van 4 t/m 17 jaar die in armoede opgroeien, en sport- en cultuurparticipatie onder kinderen uit die doelgroep vergroten;

    • -

      Voorkomen van sociale uitsluiting van minima.

  • e.

    In Alkmaar kun je zijn wie je bent en doet iedereen volwaardig mee ongeacht ras, afkomst, religie, geslacht of seksuele oriëntatie (diversiteit)

    • -

      Dialoog en verbinding tussen groepen bewerkstelligen, opbouw van netwerken en het bespreekbaar maken van de kernwaarden van de democratische staat;

    • -

      Activiteiten die gericht zijn op het opzetten en inrichten van een vrijwilligers(zelf)organisatie voor een groep die relevant is voor het Diversiteitsbeleid.

  • f.

    Gezondheid

    • -

      De vitaliteit van inwoners verbetert door het verkleinen van gezondheidsverschillen en het stimuleren van positieve gezondheid;

    • -

      Activiteiten zijn gericht op versterking van netwerken voor een gezonde leefstijl en een gezonde omgeving.

Artikel 3 drempelvereisten aanvrager

  • 3.1

    De aanvrager is een rechtspersoon, uitgezonderd van de aanvrager voor activiteiten die vallen onder artikel 2e;

  • 3.2

    De aanvrager heeft aantoonbaar eigen inkomsten en/of cofinanciering;

  • 3.3

    Indien er sprake is van een samenwerkingsverband dient één van de betrokken partijen als penvoerder de aanvraag in.

Artikel 4 indieningstermijn

In afwijking van het bepaalde in artikel 7 van de Asv.

  • 4.1

    Voor het indienen van subsidieaanvragen voor activiteiten die gedurende een schooljaar plaatsvinden, is de jaarlijkse deadline voor het indienen van een aanvraag 1 mei in het voorafgaande schooljaar (brede schoolactiviteiten) of tenminste 8 weken voor aanvang van de activiteiten.

Artikel 5 subsidiecriteria

  • 5.1 De te subsidiëren activiteiten sluiten aan bij de door de Raad vastgestelde beleidsvisies Sociaal Domein en het op dat moment geldende coalitieakkoord;

  • 5.2 De te subsidiëren activiteiten dragen aantoonbaar bij aan het realiseren van de KPI’s uit de programmabegroting van de gemeente Alkmaar. Het betreft de KPI’s uit het programma vitaliteit, specifiek voor de onderdelen onderwijs, maatschappelijke ondersteuning, jeugd, iedereen doet mee en diversiteit ;

  • 5.3 De te subsidiëren activiteiten zijn aanvullend op overige voorzieningen en activiteiten in Alkmaar en sluiten waar mogelijk aan bij het integraal werken in de wijken;

  • 5.4 De te subsidiëren activiteiten komen ten goede aan inwoners van de gemeente Alkmaar. Uitgezonderd voor de activiteiten waarbij de gemeente Alkmaar Centrumgemeente is, dan betreft het ook inwoners buiten de gemeente Alkmaar;

  • 5.5 De te subsidiëren activiteiten sluiten aan bij de behoefte en vragen van de doelgroep en worden bij voorkeur zo veel mogelijk ontwikkeld en gerealiseerd met betrokkenheid van de doelgroep en/of de inzet van ervaringsdeskundigen;

  • 5.6 De te subsidiëren activiteiten zijn breder dan eigen belang en worden opengesteld voor alle inwoners die vallen binnen de doelgroep waar de activiteit zich op richt;

  • 5.7 Accommodaties waar de activiteiten plaatsvinden zijn zoveel mogelijk bereikbaar en fysiek toegankelijk voor alle inwoners van Alkmaar;

  • 5.8 In communicatie over activiteiten dient er rekening te worden gehouden met Alkmaarse inwoners die laaggeletterd zijn of visuele of auditieve beperkingen hebben;

  • 5.9 Voor de te subsidiëren schakelklassen in het Primair Onderwijs (GOAB) gelden de met de schoolbesturen overeengekomen uitgangspunten voor subsidieaanvragen Schakelklassen;

  • 5.10 Voor de te subsidiëren brede school activiteiten gelden de uitgangspunten en verdeelcriteria die jaarlijks met de schoolbesturen worden aangescherpt en vastgesteld;

  • 5.11 Voor de te subsidiëren activiteiten Volwasseneneducatie geldt dat deze activiteiten moeten voldoen aan de eisen die de WEB stelt.

Artikel 6: berekening subsidie

  • 6.1 Subsidie heeft betrekking op de kosten die resteren na aftrek van bijdragen van derden zoals cofinanciering vanuit fondsen, inkomsten uit huur, horeca en eigen bijdragen;

  • 6.2 Subsidie kan enkel worden verstrekt voor door het college noodzakelijk te achten kosten ten behoeve van de activiteiten;

  • 6.3 Voor de brede school activiteiten geldt een berekening op basis van het leerlingaantal op een school. Het betreft de leerling telling van 1 oktober van het voorgaande schooljaar.

Artikel 7 algemene verdeelcriteria bij subsidieplafond

  • 7.1 Indien er sprake is van een subsidieplafond worden de volgende kwalitatieve verdeelcriteria gehanteerd:

    • a.

      De mate waarin de activiteit bijdraagt aan het doel van deze subsidieregeling;

    • b.

      De mate waarin de activiteit bijdraagt aan de prioriteiten van het college met betrekking tot het sociaal domein;

    • c.

      De mate van continuïteit van dienstverlening aan inwoners;

    • d.

      De mate waarin sprake is van aantoonbare samenwerking met partners;

    • e.

      De mate waarin middelen efficiënt worden ingezet;

    • f.

      De mate waarin de activiteit zich richt op diversiteit, inclusie en emancipatie;

    • g.

      De mate waarin blijk wordt gegeven van doorontwikkeling van aanbod en innovatieve manieren van werken.

    De subsidies worden verleend op basis van een rangorde waarbij het bedoelde onder artikel 7.1 a t/m e het zwaarst wegen

Artikel 8 specifieke verdeelcriteria onderwijs bij subsidieplafond

In afwijking van het bepaalde in artikel 7 gelden voor het onderwijs (de activiteiten als bedoeld in artikel 2 onder b) bij een subsidieplafond specifieke verdeelcriteria.

  • 8.1.

    Als er sprake is van een subsidieplafond geldt de volgende prioritering van verlening, waarbij eerst wordt toegekend, volgens aangegeven volgorde:

    • a.

      Ouderkamers

    • b.

      Bibliotheek op School

    • c.

      Playing for Success

    • d.

      VoorleesExpress

    • e.

      Schakelklassen

    • f.

      Brede school.

  • 8.2

    Met betrekking tot Volwasseneneducatie geldt dat het college een wettelijke verantwoordelijkheid heeft voor een voldoende regionaal gespreid aanbod in Noord-Holland Noord;

  • 8.3

    Voor de brede school geldt een evenredige verdeling van de subsidiegelden op basis van leerlingaantallen van 1 oktober van het voorafgaande kalenderjaar.

Artikel 9 weigeringsgronden

Onverminderd het bepaalde in artikel 9 van de ASV kan (een deel van) de subsidie naar oordeel van het college geweigerd worden indien:

  • 9.1

    De activiteiten onvoldoende aantoonbaar aansluiten bij de behoefte van de doelgroep of gericht is op doelgroepen die al voldoende worden bereikt;

  • 9.2

    De te subsidiëren activiteiten onvoldoende effect zullen hebben;

  • 9.3

    Er onvoldoende samenwerking is met lokale partners en er te weinig gebruik wordt gemaakt van de aanwezige lokale infrastructuur;

  • 9.4

    De activiteit reeds vanuit een andere subsidieverlener of vanuit een ander beleidsveld is verleend;

  • 9.5

    Er sprake is van belangenverstrengeling en/of er is sprake van commercieel belang;

  • 9.6

    De activiteit gericht is op leer-werktrajecten;

  • 9.7

    Het gaat om re-integratietrajecten.

Artikel 10 verplichtingen

Onverminderd het bepaalde in de ASV zijn aan de subsidie de volgende verplichtingen verbonden:

  • 10.1

    De organisatie is in het bezit van vereiste verzekeringen;

  • 10.2

    De organisatie voldoet aan de richtlijnen met betrekking tot de VOG.

Artikel 11 rekening en verantwoording

In afwijking van het bepaalde in artikel 13 en 15 van de ASV wordt de verantwoording van activiteiten in samenwerking met het onderwijs ingediend uiterlijk op 30 oktober volgend op het betreffende schooljaar.

Artikel 12 betaling en voorschotten

De subsidie wordt betaald volgens het in de verleningsbeschikking opgenomen bevoorschottingsschema.

Artikel 13 algemene reserve

In afwijking van het bepaalde in artikel 17 lid 4 van de ASV kan het college vooraf toestemming verlenen voor het vormen van bestemmingsreserves. Deze vallen dan buiten de Algemene reserve waarvoor artikel 17 van de ASV geldt.

Artikel 14 slotbepalingen

  • - De nadere regels WMO en Preventie Jeugdhulp, zoals vastgesteld door het college op 7 mei 2019 wordt ingetrokken.

  • - Verleende subsidies voor 1 juni 2020 worden afgehandeld op grond van de in lid 1 ingetrokken nadere regels. Bezwaarschriften over subsidies die zijn ingediend voor 1 juni worden ook afgehandeld volgens de in lid 1 ingetrokken regels.

  • - Deze regeling treedt in werking met ingang van 29 mei 2020. Of, indien de bekendmaking plaatsvindt na deze datum, op één dag na de dag van bekendmaking en werken terug tot en met 29-05-2020.

Ondertekening

Aldus besloten in de vergadering van 12 mei 2020

Het college van burgemeester en wethouders van Alkmaar,

P.M. Bruinooge, burgemeester

W. van Twuijver, secretaris