Nadere subsidieregels Sociale Agenda Limburg 2020-2023

Geldend van 08-02-2022 t/m heden

Intitulé

Nadere subsidieregels Sociale Agenda Limburg 2020-2023

Gedeputeerde Staten van Limburg

maken ter voldoening aan het bepaalde in de Provinciewet en de Algemene Subsidieverordening Provincie Limburg 2017 e.v. bekend dat zij in hun vergadering van 7 april 2020 hebben vastgesteld:

Nadere subsidieregels Sociale Agenda Limburg 2020-2023

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

  • 1. Armoede: Mensen zijn arm wanneer zij gedurende langere tijd niet de middelen hebben om te kunnen beschikken over de goederen en voorzieningen die in hun samenleving als minimaal noodzakelijk gelden (gebaseerd op begrip zoals gebezigd door het Sociaal Cultureel Planbureau, 2019).

  • 2. Bewezen interventies: methoden en werkwijzen die al meerdere malen in de praktijk zijn toegepast, aantoonbaar positief resultaat hebben opgeleverd en die gebaseerd zijn op de best beschikbare informatie over doelmatigheid en doeltreffendheid (‘evidence-based practice’).

  • 3. Digibetisme: term voor mensen die grote moeite hebben met het gebruiken van digitale informatie en de benodigde vaardigheden missen die noodzakelijk zijn om volwaardig te kunnen functioneren in de maatschappij.

  • 4. Doenvermogen: niet-cognitieve kenmerken die samenhangen met de mentale vermogens ‘in actie komen’, ‘met tegenslag omgaan’, ‘volhouden’. (gebaseerd op begrip zoals gebezigd door de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid 2017).

  • 5. Duale projecten: trajecten waarbij onderwijs en arbeid worden gecombineerd.

  • 6. Gezonde Basisschool van de Toekomst: een school die gevestigd is in de Nederlandse provincie Limburg, behoort tot het primair onderwijs en voorkomt op de lijst van deelnemende Gezonde Basisscholen van de Toekomst. Deze lijst is online raadpleegbaar op de website van de Gezonde Basisschool van de Toekomst.

  • 7. Kwetsbare positie: positie waarin mensen verkeren die (tijdelijk) niet zelfredzaam zijn en onvoldoende in staat zijn de regie over hun eigen leven te voeren.

  • 8. Laaggeletterdheid: term voor mensen die grote moeite hebben met het gebruiken van gedrukte en geschreven informatie dat noodzakelijk is om volwaardig te kunnen functioneren in de maatschappij.

  • 9. Lage SES-wijk: wijk met een ‘lage sociaal economische status’. Het betreft wijken die een stevige sociale en fysieke opgave hebben.

  • 10. NEET-jongeren: jonge mensen die niet werken en geen onderwijs of opleiding volgen (not in employment, education or training).

  • 11. NT1: de doelgroep mensen waarbij Nederlands de eerste taal is.

  • 12. NT2: de doelgroep mensen waarbij Nederlands de tweede taal is.

  • 13. RMC-regio: Regionaal Meld- en Coördinatiepunt voortijdig schoolverlaten

  • 14. Standaardnederlands: de variant van het Nederlands, die vroeger Algemeen Beschaafd Nederlands (ABN) werd genoemd. Nederlandse dialecten vallen derhalve niet onder de definitie.

  • 15. Uitvoeringskader Sociale Agenda: het Uitvoeringskader Sociale Agenda, zoals vastgesteld door Provinciale Staten van Limburg op 7 februari 2020.

  • 16. VSV-programma: Programma voortijdig schoolverlaten dat inzet op het voorkomen dat jongeren tussen de 12 en 23 zonder startkwalificatie de school verlaten.

Artikel 2 Doel van de regeling

Het ondersteunen van activiteiten die bijdragen aan het vergroten van de zelfredzaamheid en samenredzaamheid van inwoners van de Nederlandse provincie Limburg die in een kwetsbare positie verkeren en het verbeteren van hun participatie in de samenleving.

Artikel 3 Aanvrager

Voor een subsidie komen uitsluitend rechtspersonen (privaatrechtelijk en publiekrechtelijk) in aanmerking.

Artikel 4 Vooroverleg

Subsidieverlening is één van de manieren waarop de Provincie Limburg de in artikel 2 genoemde activiteiten kan ondersteunen. Daarom is het noodzakelijk dat vóór het indienen van een subsidieaanvraag wordt nagegaan óf provinciale betrokkenheid mogelijk is en zo ja op welke manier. Hierbij worden alle mogelijke vormen van provinciale ondersteuning samen met de initiatiefnemer onderzocht, zoals in de toelichting beschreven.

Hoofdstuk 2 Criteria

Artikel 5 Algemene subsidiecriteria

Om voor een subsidie in aanmerking te komen, dient aan alle volgende algemene subsidiecriteria te worden voldaan:

  • 1.

    De activiteiten leveren een bijdrage aan het realiseren van één of meer van de hieronder genoemde doelen uit één van de volgende programmalijnen:

    • a.

      Kans op ontwikkeling en werk:

      • -

        Realiseren van 758 leerwerkplekken (als onderdeel van 8000 leerwerkplekken) voor NEET jongeren in samenwerking met de 2 Limburgse RMC-regio’s, VSV-programma’s en gemeenten;

    • b.

      Vitale gemeenschappen:

      • -

        Ondersteunen en stimuleren van gemeenten en andere partners bij 5 initiatieven op het gebied van ‘community building’ (gemeenschapsopbouw), waaronder gemeenschapsaccommodaties met een functie op het gebied van welzijn en zorg;

      • -

        Onze betrokkenheid bij de integrale wijkenaanpak voor lage SES-wijken voortzetten bij minimaal 2 wijken.

  • 2.

    De activiteiten zijn zoveel mogelijk gebaseerd op reeds bewezen interventies.

  • 3.

    De activiteiten leveren concrete en meetbare resultaten op voor de inwoners van de Nederlandse provincie Limburg en hebben daarmee maatschappelijke impact.

  • 4.

    De activiteiten zijn reproduceerbaar met de mogelijkheid van schaalvergroting.

  • 5.

    De activiteiten worden ontwikkeld en uitgevoerd in een netwerk waaraan alle relevante inhoudelijk betrokken publieke en private partijen deelnemen.

  • 6.

    De uitvoerbaarheid van de activiteiten is haalbaar gelet op de samenstelling, expertise (en financiële capaciteit) van de subsidieaanvrager en/of andere uitvoerende organisatie(s).

  • 7.

    Het zonder commercieel oogmerk overdragen van de opgedane kennis uit de activiteiten aan geïnteresseerde partijen en het verder benutten van de resultaten maken deel uit van de activiteiten.

Artikel 5a Specifieke subsidiecriteria laaggeletterdheid en digibetisme

Om voor een subsidie in aanmerking te komen, dient bij laaggeletterdheid en/of digibetisme aan de volgende specifieke subsidiecriteria te worden voldaan:

  • 1.

    Activiteiten die betrekking hebben op de doelgroep NT1 en/of NT2 zijn gericht op het voorkomen en/of bestrijden van laaggeletterdheid en/of digibetisme.

  • 2.

    Activiteiten die betrekking hebben op de doelgroep NT1 en/of NT2 worden uitgevoerd in het Standaardnederlands.

  • 3.

    Activiteiten die betrekking hebben op de doelgroep NT1 en/of NT2 dienen te voldoen aan één of meer van de onderstaande criteria:

    • i.

      activiteiten leggen een koppeling met armoede zoals gedefinieerd onder artikel 1 sub 1 en/of;

    • ii.

      activiteiten zijn gericht op mensen in de leeftijd tot en met 23 jaar en/of;

    • iii.

      activiteiten stimuleren arbeids- en/of maatschappelijke participatie, duale projecten in het bijzonder.

  • 4.

    Voor activiteiten die betrekking hebben op de doelgroep NT2 gelden aanvullend aan het eerste, tweede en derde lid de volgende criteria:

    • i.

      de activiteiten dragen bij aan een inclusieve, open en participatieve samenleving zoals beschreven in uitgangspunt 2 van het Collegeprogramma ‘Vernieuwend Verbinden’ 2019-2023 en;

    • ii.

      de activiteiten stimuleren arbeids- en/of maatschappelijke participatie en;

    • iii.

      de activiteiten stimuleren het nemen van eigen verantwoordelijkheid van de doelgroep NT2 en;

    • iv.

      de activiteiten zijn gericht op het delen van opgedane kennis en ervaring met andere partijen (zoals gemeenten, onderwijs, maatschappelijke organisaties).

Artikel 5b Specifieke subsidiecriteria armoede

Om voor een subsidie in aanmerking te komen, dient bij armoede aan de volgende specifieke subsidiecriteria te worden voldaan:

  • 1.

    Activiteiten dragen bij aan het verbeteren van het doenvermogen, die ontplooid worden om mensen helpen in actie te komen, die hen leren om met tegenslag om te gaan en om een nieuw ingezette lijn te blijven volhouden.

  • 2.

    Activiteiten zijn gericht op het voorkomen en/of bestrijden van armoede.

  • 3.

    Activiteiten dienen te voldoen aan één of meer van onderstaande criteria:

    • i.

      de activiteiten richten zich op leerlingen/studenten in het voortgezet onderwijs (met name in het VMBO en in het MBO) en/of leerlingen in groep 7 en/of 8 van een Gezonde Basisschool van de Toekomst waarbij ingezet wordt op het verwerven van financiële vaardigheden en/of;

    • ii.

      de activiteiten richten zich op professionals werkzaam in het voorschools en/of basisonderwijs en zijn gericht op het herkennen van signalen betreffende armoede. Deze activiteiten dragen tevens bij aan het vergroten van kennis over de ondersteuningsmogelijkheden (zoals fondsen en stichtingen die zich inzetten tegen armoede) en aan het vergroten van gespreksvaardigheden (zoals het voeren van oudergesprekken) en/of;

    • iii.

      activiteiten zijn gericht op het voorkomen en/of bestrijden van armoede bij volwassenen vanaf 18 jaar, daarbij wordt ook ingezet op het verbeteren van de leefsituatie van deze volwassenen.

Artikel 6 Afwijzingsgronden

In aanvulling op artikel 17 van de Algemene Subsidieverordening Provincie Limburg 2017 e.v., wordt de subsidieaanvraag afgewezen, indien:

  • a.

    de activiteiten niet bijdragen aan de doelstelling, zoals bepaald in artikel 2;

  • b.

    de subsidieaanvraag niet is ingediend door een aanvrager zoals opgenomen in artikel 3;

  • c.

    geen vooroverleg heeft plaatsgevonden, zoals beschreven in artikel 4;

  • d.

    niet wordt voldaan aan (één van) de algemene en/of specifieke criteria in artikelen 5, 5a en 5b;

  • e.

    de subsidieaanvraag betrekking heeft op een gemeenschapsaccommodatie;

  • f.

    de Provincie Limburg dezelfde activiteiten al op een andere wijze subsidieert en/of financiert;

  • g.

    de subsidieaanvraag is ontvangen buiten de periode zoals vermeld in artikel 11.

Hoofdstuk 3 Financiële aspecten

Artikel 7 Subsidiebedrag

Het subsidiebedrag bedraagt niet meer dan 50% van de totale subsidiabele kosten.

Artikel 8 Niet-subsidiabele kosten

In aanvulling op artikel 15, eerste lid, van de Algemene Subsidieverordening Provincie Limburg 2017 e.v. zijn de volgende kosten niet-subsidiabel:

  • -

    Reguliere exploitatiekosten;

  • -

    Bouw-, verbouw- en onderhoudskosten;

  • -

    Voeding/levensmiddelen;

  • -

    Inzet en uren van pedagogische medewerkers binnen het reguliere onderwijs;

  • -

    Interne kosten van een organisatie, die al met (andere) overheidsmiddelen zijn gedekt (zoals reguliere loon-, huisvestings- en overige overheadkosten);

  • -

    Onvoorziene kosten.

Artikel 9 Subsidieplafond

  • 1. Gedeputeerde Staten stellen voor de looptijd van deze regeling de subsidieplafonds van deze nadere subsidieregels vast voor (i) overige initiatieven Sociale Agenda, (ii) laaggeletterdheid en/of digibetisme en (iii) armoede.

  • 2. De wijze van verdeling van de subsidieplafonds kunt u raadplegen op www.limburg.nl/subsidies > subsidieplafonds.

Hoofdstuk 4 Aanvraagprocedure

Artikel 10 Indienen aanvraag

  • 1. Een subsidieaanvraag kan na het vooroverleg, zoals omschreven in artikel 5, uitsluitend worden ingediend bij Gedeputeerde Staten met gebruikmaking van het standaard (digitaal) aanvraagformulier dat geplaatst is op de website van de Provincie Limburg: www.limburg.nl/subsidies > actuele subsidieregelingen.

  • 2. Het standaard (digitaal) aanvraagformulier dient volledig ingevuld en rechtsgeldig ondertekend te worden en te zijn voorzien van alle bijlagen zoals aangegeven op het formulier en dient te worden verzonden naar het op het formulier aangegeven adres (Gedeputeerde Staten van Limburg, Cluster Subsidies, Postbus 5700, 6202 MA Maastricht), dan wel digitaal middels eHerkenning (aanvragen van organisaties). Een aanvraag per e-mail is niet mogelijk.

Artikel 11 Termijn voor indienen aanvraag

  • 1. De subsidieaanvraag dient uiterlijk 30 juni 2023 te zijn ontvangen door Gedeputeerde Staten.

  • 2. Voor de datum van ontvangst is de datum van de ontvangststempel van de Provincie Limburg bepalend en bij digitale aanvragen de datum van digitale ontvangst.

Hoofdstuk 5 Slotbepalingen

Artikel 12 Hardheidsclausule

  • 1. In alle gevallen waarin deze regeling niet voorziet beslissen Gedeputeerde Staten.

  • 2. Indien toepassing van het bepaalde in deze regeling, naar het oordeel van Gedeputeerde Staten, tot kennelijke onbillijkheden leidt, dan kunnen Gedeputeerde Staten van enige bepaling afwijken.

Artikel 13 Inwerkingtreding, beëindiging en citeertitel

  • 1. Deze Nadere subsidieregels treden in werking met ingang van de dag na de dag van publicatie in het Provinciaal Blad.

  • 2. Deze Nadere subsidieregels vervallen met ingang van 1 juli 2023, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op subsidieaanvragen die vóór die datum zijn ontvangen door Gedeputeerde Staten en subsidiebesluiten die vóór die datum zijn genomen, ook voor de volgende stappen in het subsidietraject.

  • 3. Deze regeling kan worden aangehaald als Nadere subsidieregels Sociale Agenda Limburg 2020-2023.

Ondertekening

Aldus besloten in de vergadering van Gedeputeerde Staten, gehouden op 7 april 2020

Gedeputeerde Staten voornoemd

de voorzitter,

de heer drs. Th.J.F.M. Bovens

secretaris

de heer drs. G.H.E. Derks MPA

Toelichting

Algemeen

Deze subsidieregeling is gebaseerd op het Uitvoeringskader Sociale Agenda Limburg, dat op 7 februari 2020 is vastgesteld door Provinciale Staten. Voor een goed begrip van het doel en de inhoud van deze subsidieregeling is het daarom van belang ook kennis te nemen van het Uitvoeringskader Sociale Agenda, met name van paragraaf 1.2 met de titel ‘De versterking van de Sociale Agenda 2020-2023’. Hierin zijn het doel, de scope, de uitgangspunten en de criteria van de Sociale Agenda voor de periode 2020-2023 vastgelegd.

Artikel 4

In dit artikel is bepaald dat overleg met de Provincie Limburg noodzakelijk is voordat een subsidieaanvraag formeel wordt ingediend. Dit vooroverleg en/of contact vindt plaats met (een) ambtelijk vertegenwoordiger(s) van Gedeputeerde Staten. In dit gesprek wordt, op basis van vooraf te overleggen informatie over de inhoud van het initiatief, nagegaan óf provinciale ondersteuning mogelijk is en zo ja in welke vorm.

Mogelijk sluit het initiatief waarvoor men een subsidie in het kader van de Sociale Agenda wil aanvragen beter aan bij andere provinciale kaders en regelingen. Bovendien is subsidieverlening slechts één van de ondersteuningsmogelijkheden die de Provincie Limburg kan bieden. Er zijn ook andere vormen van financiële ondersteuning zoals het afgeven van een borgstelling of garantstelling, het verstrekken van een lening of opdrachtverlening.

Naast financiële ondersteuning kan de Provincie ook ondersteuning bieden op niet-financieel gebied. Daarbij kan gedacht worden aan ondersteuning door het bij elkaar brengen van partijen, kennisdeling, het leveren van menskracht en expertise en het ontwikkelen van beleid en regelgeving.

In het vooroverleg kan ook aan de orde komen hoe de concept aanvraag verder kan worden geoptimaliseerd gelet op de doelstellingen van de subsidieregeling. Tenslotte zal uitleg gegeven worden over de procedure.

De uitkomst van het vooroverleg kan zijn dat subsidieverlening op basis van de Nadere subsidieregels Sociale Agenda Limburg 2020-2023 niet mogelijk is.

Artikel 5

Lid 7: Kennisoverdracht dient expliciet opgenomen te worden in het op te stellen activiteitenplan. Een van de mogelijkheden is het plaatsen van projectinformatie op het online platform ‘Wij zijn Limburg‘. Andere mogelijkheden van kennisdeling worden verder toegelicht in hoofdstuk 6 van het Uitvoeringskader Sociale Agenda Limburg.