Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Maassluis houdende regels omtrent riolering (Aansluitverordening Riolering Gemeente Maassluis (d.d. 1 januari 2020))

Geldend van 14-02-2020 t/m heden

Intitulé

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Maassluis houdende regels omtrent riolering (Aansluitverordening Riolering Gemeente Maassluis (d.d. 1 januari 2020))

De raad der gemeente Maassluis;

gelezen het voorstel van het college van 19 november 2019;

gelet op de artikelen 147 en 149 van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

vast te stellen de volgende Aansluitverordening riolering gemeente Maassluis

Afdeling 1 Begripsomschrijvingen

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    Aansluitpunt: 1. bij Gemengde en Gescheiden stelsels het punt waar het Particulier riool is aangesloten op het Openbaar riool; 2. bij Drukriolering het punt waar het Particulier riool is aangesloten op de pompput, vacuümput of Verzamelleiding; 3. bij Individuele Behandeling van Afvalwater (IBA’s) het punt waar het Particulier riool is aangesloten op de IBA.

  • b.

    Aanvraagformulier: het bij deze verordening behorende door het college van burgemeester en wethouders vastgestelde aanvraagformulier om goedkeuring te verkrijgen als bedoeld in artikel 2 lid 1;

  • c.

    Aansluitvergunning: het document met daarin opgenomen de bepaling geldend voor de perceelaansluitleiding zoals vermeld in deze aansluitverordening; Afvalwater: alle water waarvan de houder zich ontdoet, voornemens is zich te ontdoen of zich moet ontdoen;

  • d.

    Drukriolering: het Openbaar riool, voor de afvoer van Afvalwater exclusief hemelwater, waarbij het transport door het riool plaats vindt door middel van onder- of overdruk;

  • e.

    Gemeente: de gemeente Maassluis;

  • f.

    Gemengd stelsel: het Openbaar riool voor de afvoer van Afvalwater, inclusief hemelwater;

  • g.

    Gescheiden stelsel: het Openbaar riool met een buizenstelsel voor de afvoer van hemelwater en een apart buizenstelsel voor de afvoer van het (overige) Afvalwater;

  • h.

    IBA: voorziening voor de Individuele Behandeling van Afvalwater, in eigendom bij de Gemeente;

  • i.

    Openbaar riool: het gedeelte van de riolering dat bij de Gemeente in eigendom en beheer is en bestemd is voor de inzameling en transport van Afvalwater, met inbegrip van de daartoe behorende rioolgemalen, IBA’s, Verzamelleidingen, persleidingen en werken en installaties van overeenkomende aard, met uitzondering van het Particulier riool;

  • j.

    Particulier riool: 1. de leiding vanaf de voorziening als bedoeld in paragraaf 3.8.1 of 3.8.2 van het Bouwbesluit 2003 tot en met het Aansluitpunt, inclusief eventueel ontstoppingsstuk; 2. de leiding(en) van een drainagestelsel; 3. de leiding(en) van een bronneringspomp; 4. de leiding(en) van een Koude-Warmte-Opslag;

  • k.

    Rechthebbende: 1. de (rechts)persoon die een Particulier riool op het Openbaar riool heeft aangesloten, wil aansluiten of wil wijzigen; 2. de rechtverkrijgende (rechts)persoon onder algemene of bijzondere titel van de onder 1 bedoelde (rechts)persoon;

  • l.

    Richtlijnen: de bij deze verordening behorende door het college van burgemeester en wethouders vast te stellen nadere regels;

  • m.

    Verzamelleiding: een leiding die verschillende leidingen, als bedoeld onder artikel 1 sub j punt 1, verbindt met het Openbaar riool.

Afdeling 2 De aansluitvergunning

Artikel 2 Vergunningsplicht

  • 1. Het is niet toegestaan om zonder aansluitvergunning van burgemeester en wethouders een aansluiting van een Particulier riool op het Openbaar riool tot stand te brengen of te wijzigen.

  • 2. Burgemeester en wethouders verlenen alleen aansluitvergunning voor: a. de afvoer van Afvalwater, eventueel inclusief hemelwater, naar het daarvoor bedoelde buizenstelsel, indien ter plaatse een Gemengd of Gescheiden stelsel aanwezig is; b. de afvoer van Afvalwater zonder hemelwater, indien ter plaatse Drukriolering of een IBA aanwezig is.

  • 3. Indien meer dan één aansluiting van een Particulier riool op het Openbaar riool tot stand dient te worden gebracht, alsmede wanneer meer dan één aansluiting dient te worden gewijzigd, is het eerste lid voor iedere aansluiting of wijziging afzonderlijk van toepassing.

  • 4. Burgemeester en wethouders kunnen nadere voorwaarden stellen aan de aansluitvergunning.

Artikel 3 De vergunningaanvraag

  • 1. De aanvraag voor de aansluitvergunning als bedoeld in artikel 2 lid 1 wordt digitaal of schriftelijk met behulp van het Aanvraagformulier ingediend door of namens de Rechthebbende.

  • 2. Bij een aanvraag voor een aansluitvergunning dienen de volgende gegevens door de Rechthebbende te worden vermeld:

    • a.

      de naam en het adres van de Rechthebbende; b. indien van toepassing, de ligging van het aan te sluiten dan wel aangesloten bouwwerk aan de hand van straat en huisnummer of, indien nog geen huisnummer is toegekend, aan de hand van het kadastraal nummer van het betreffende perceel en een situatieschets van 1:1000 of grotere schaal; c. de aard van het af te voeren Afvalwater; d. van het aan te sluiten of te wijzigen Particulier riool tenminste de volgende gegevens: 1 de exacte locatie van het Aansluitpunt; 2 het toe te passen duidelijke verschil in kleur of symbolen tussen de verschillende soorten Afvalwater.

  • 3. De vergunning om een aansluiting tot stand te brengen of te wijzigen wordt pas verleend nadat alle in het tweede lid vermelde gegevens in het bezit van de Gemeente zijn, gecontroleerd en akkoord zijn bevonden. Bij het ontbreken van gegevens wordt de Rechthebbende daarover geïnformeerd en in de gelegenheid gesteld deze gegevens alsnog aan te vullen.

  • 4. Burgemeester en wethouders kunnen, naast de in het tweede lid vermelde gegevens, aanvullende gegevens vragen.

  • 5. Burgemeester en wethouders verlenen de aansluitvergunning binnen acht weken nadat alle gegevens zijn ontvangen.

Artikel 4 Het weigeren van een aansluitvergunning

  • 1. Een aansluitvergunning kan slechts worden geweigerd indien aansluiting of wijziging van een Particulier riool op het Openbaar riool vanwege technische, juridische, milieutechnische of milieueconomische redenen bezwaarlijk is.

  • 2. Burgemeester en wethouders stellen in een Richtlijn een nadere uitwerking van de weigeringgronden vast.

  • 3. Een weigering van een aansluitvergunning is met redenen omkleed, waarbij burgemeester en wethouders de nadere eisen aangeven waaraan moet worden voldaan om voor verlening van de vergunning in aanmerking te komen.

Artikel 5 Uitvoering aanleg of wijziging van een aansluiting

  • 1. De aanleg of wijziging van de aansluiting van een Particulier riool op het Openbaar riool vindt plaats door of namens de Rechthebbende. 2. In afwijking van lid 1, kunnen burgemeester en wethouders bepalen dat de Gemeente zelf de (te wijzigen) aansluiting uitvoert. Dit wordt in de schriftelijke toestemming als bedoeld in artikel 2 lid 1 aan de Rechthebbende medegedeeld. De Gemeente meldt het tijdstip van uitvoering minimaal 5 werkdagen van te voren aan de Rechthebbende.

Afdeling 3 Kosten

Artikel 6 (Beheer)kosten

  • 1. De kosten voor het onderhoud, renovatie dan wel vervanging van een Particulier riool op particulier terrein komen voor rekening van de Rechthebbende, tenzij onomstotelijk vaststaat dat de noodzaak tot onderhoud is veroorzaakt door inspoeling vanuit het Openbaar riool of wanneer aanpassing van de aansluitleiding noodzakelijk is ten gevolge van een wijziging van het Openbaar riool.

  • 2. Indien aannemelijk is dat de betreffende onderhouds- dan wel herstelwerkzaamheden dienen te worden uitgevoerd ten gevolge van boomwortels van gemeentelijke bomen, komen de kosten voor rekening van de Gemeente.

  • 3. De gemeente neemt het onderhoud (niet het beheer of eigendom) van een huisaansluitingen in openbaargebied over indien Rechthebbende hierom verzoekt en er een doorspuitpunt op of nabij de erfgrens aanwezig is (binnen 30 cm).

  • 4. Voordat een Rechthebbende zelf onderhoud wil plegen aan een huisaansluiting in openbaar gebied is een graafmelding via www.moorwerkt.nl en is er toestemming nodig van zowel de kabel en leidingen beheerder en de rioolbeheerder.

Afdeling 4 Verwijdering

Artikel 7 Beëindiging Particulier riool

  • 1. Indien het gebruik van een Particulier riool definitief wordt beëindigd, is de Rechthebbende verplicht de Gemeente hiervan schriftelijk in kennis te stellen.

  • 2. Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan het verwijderen en het geheel of gedeeltelijk buiten gebruikstellen van een Particulier riool.

Afdeling 5 Overgangs- en slotbepalingen

Artikel 8 Overgangsrecht

  • 1. De aanvragen tot wijziging of aansluiting van een Particulier riool op het Openbaar riool, die vóór de datum van inwerkingtreding van deze verordening zijn ingediend, vallen onder de bepalingen van deze verordening.

  • 2. Op aansluitingen van Particuliere riolen op het Openbaar riool, die op het moment van de inwerkingtreding van deze verordening krachtens de tot dan toe geldende regelgeving en voorschriften reeds zijn aangelegd, zijn de bepalingen van deze verordening van toepassing.

Artikel 9 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. Deze verordening treedt in werking per 1 januari 2020.

  • 2. Deze verordening kan worden aangehaald als: Aansluitverordening Riolering Gemeente Maassluis (d.d. 1 januari 2020).

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 17 december 2019.

De griffier,

mr. R. van der Hoek

De voorzitter,

dr. T.J. Haan 

Toelichting Aansluitverordening Riolering gemeente Maassluis

Paragraaf 1.1 Algemene toelichting

In de Bouwverordening (artikel 5.3.4) is de eis opgenomen om bouwwerken aan te sluiten op de openbare riolering. Inzameling en transport van afvalwater is een taak van de gemeente. Voor het uitvoeren van deze taak heeft de gemeente rioolstelsels aangelegd en zorgt de gemeente voor het beheer van deze stelsels. De aansluitverordening regelt de verhouding tussen particulieren en de gemeente betreffende de aansluiting op het gemeentelijk/openbaar rioolstelsel. In een aansluitverordening worden voorwaarden gesteld aan de wijze waarop de aansluiting op het openbaar riool wordt verkregen. Daarnaast wordt ook geregeld wie verantwoordelijk is voor het beheer van het particulier riool. Dit strekt tot voordeel van alle betrokkenen, omdat er zo geen onduidelijkheid bestaat over de verwachtingen die de particulier en de gemeente van elkaar mogen hebben.

Paragraaf 1.2 Opzet van de verordening

Het hoofddoel van deze aansluitverordening is het eenduidig vastleggen van de beheerverantwoordelijkheid van het openbaar riool ten opzichte van het particulier riool. Het openbaar riool is in eigendom en beheer bij de gemeente. Indien het openbaar riool op particulier terrein ligt, is er doorgaans een zakelijk recht op gevestigd. Dit is bijvoorbeeld het geval bij pompputten en persleidingen in het buitengebied.

Door het eenduidig vastleggen van het onderscheid van een particulier en een openbaar/gemeentelijk deel wordt de verdeling van de verantwoordelijkheid voor beheer en onderhoud duidelijk. Deze aansluitverordening brengt een kleine wijziging tot stand van het huidige beleid. De particulier blijft verantwoordelijk voor het particulier riool en de gemeente blijft verantwoordelijk voor het openbaar riool. De rechthebbende kan de gemeente verzoeken het onderhoud (niet het beheer of eigendom) van een huisaansluitingen in openbaar gebied over te nemen, indien er een doorspuitpunt op of nabij de erfgrens aanwezig is.

Daarnaast heeft deze aansluitverordening tot doel het reguleren van aansluitingen op het openbaar riool. Het openbaar riool bestaat uit verschillende buizen voor de afvoer van gemengd afvalwater, vuilwater en hemelwater. Welke leidingen ter plaatse aanwezig zijn verschilt van straat tot straat. Om te kunnen beoordelen of de juiste afvalwatersoort op de juiste leiding van het openbaar riool wordt aangesloten, is het verplicht te beschikken over een schriftelijke goedkeuring van de gemeente. Overigens, in de praktijk was reeds sprake van een schriftelijke goedkeuring van de gemeente, dus ook in dit opzicht verandert de aansluitverordening niets aan de huidige situatie. Uitgangspunt van deze verordening is dat voor een nieuwe aansluiting op het openbaar riool of een wijziging van de bestaande aansluiting, een aansluitvergunning van de gemeente is vereist. De aansluitvergunning is een besluit als bedoeld in artikel 1:3 van de Algemene wet bestuursrecht. De aanvraag wordt op technische, juridische, milieutechnische en milieueconomische aspecten beoordeeld. De aanvrager krijgt schriftelijk bericht over de beslissing op de aanvraag. Een weigering wordt met redenen omkleed, waarbij nadere eisen worden aangegeven waaraan moet worden voldaan om voor een aansluitvergunning in aanmerking te komen.

Paragraaf 1.3 Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1

In artikel 1 worden de begripsbepalingen aangegeven. De begrippenlijst is uitgebreid om te voorkomen dat onnodige discussie kan ontstaan over de betekenis van bepaalde begrippen. Voor de uitleg van de bepalingen in de aansluitverordening gelden de begrippen van artikel 1. a. Omdat het aansluitpunt de scheidingslijn vormt tussen de beheerverantwoordelijkheid van de gemeente en de beheerverantwoordelijkheid van de rechthebbende, is het belangrijk dat een duidelijke definitie wordt gegeven van het aansluitpunt die ook goed past bij de situatie in de gemeente. In de gemeente liggen verschillende typen rioolstelsels. In artikel 1 worden daarom drie varianten van een aansluitpunt aangeduid, namelijk één voor de aansluitingen op de gemengde en gescheiden stelsels, één voor de aansluitingen in het buitengebied op de drukriolering en één voor de aansluitingen op de IBA’s. Indien er sprake is van een aansluitblok op het openbaar riool, dan maakt het aansluitblok onderdeel uit van het particulier riool. Dit betekent dat het aansluitblok onder de beheerverantwoordelijkheid van de particulier valt. c. Deze definitie is ontleend aan de Wet milieubeheer. In het kader van deze verordening wordt onder het begrip ‘afvalwater’ het volgende verstaan: huishoudelijk afvalwater, bedrijfsafvalwater, proceswater, grondwater, bronneringswater, drainagewater en hemelwater. i. Een verzamelleiding maakt in principe deel uit van het openbaar riool, mits de verzamelleiding in eigendom en beheer is bij de gemeente. In de praktijk komt het echter voor dat een verzamelleiding bijvoorbeeld op grond van een overeenkomst in beheer is bij een particulier. Indien een verzamelleiding in beheer is bij de particulier, valt die verzamelleiding niet onder de reikwijdte van de definitie ‘openbaar riool’. De verzamelleiding valt dan onder de verantwoordelijkheid van de particulier. Hetzelfde geldt overigens ook voor (vuilwater)pompen die in beheer zijn van de particulier. j. Deze leiding betreft de zogenaamde particuliere rioolhuisaansluiting. In de paragrafen 3.8.1 en 3.8.2 van het Bouwbesluit 2003 wordt onder andere bepaald dat zowel een te bouwen bouwwerk als een bestaand bouwwerk een zodanige voorziening voor de afvoer van afvalwater en fecaliën heeft dat een voor de gezondheid nadelige situatie wordt voorkomen. De huisaansluiting is dus de leiding tussen een dergelijke voorziening en het aansluitpunt. Indien in de huisaansluiting tevens een ontstoppingsstuk aanwezig is, maakt dit ontstoppingsstuk onderdeel uit van de huisaansluiting. Een ontstoppingsstuk is een voorziening in de aansluitleiding als tussenstuk ter verzekering van de goede werking of de goede staat van het openbaar riool, dan wel ter voorkoming van hinder voor andere aangeslotenen aan het openbaar riool, ingeval de hoeveelheid of de aard van de af te voeren stoffen daartoe aanleiding geeft. k. De rechthebbende is de (rechts)persoon die bevoegd is een (te wijzigen) aansluiting op het openbaar riool aan te vragen. Als rechthebbende wordt niet alleen aangemerkt de pandeigenaar, maar ook bijvoorbeeld de zakelijke gerechtigde van een aan te sluiten perceel. Ook de rechtsopvolger van deze eigenaar of zakelijk gerechtigde wordt aangemerkt als rechthebbende.

Artikel 2

In dit artikel wordt bepaald dat aansluiting van een particulier riool op het openbaar riool of wijziging van een dergelijke aansluiting, niet toegestaan is zonder aansluitvergunning van de gemeente. Op grond van lid 4 kan de gemeente nadere voorwaarden stellen aan de goedkeuring. Hierbij kan gedacht worden aan het verlenen van een tijdelijke aansluitvergunning voor het lozen van bronneringswater of drainagewater op het openbaar riool.

Artikel 3

In dit artikel wordt bepaalt dat de aansluitvergunning moet worden aangevraagd door of namens de rechthebbende. Het is dus ook mogelijk dat een gemachtigde van de rechthebbende de aanvraag namens de rechthebbende indient. De aanvraag kan zowel schriftelijk als digitaal worden gedaan.

Artikel 4

In dit artikel artikel 4 is vastgelegd op welke gronden de aansluitvergunning geweigerd kan worden. In lid 1 is aangegeven dat het moet gaan om technische, juridische, milieutechnische of milieueconomische weigeringsgronden. Bij een weigering wordt, indien dat aan de orde is, aangegeven aan welke eisen moet worden voldaan om alsnog voor goedkeuring in aanmerking te komen.

Artikel 5

Geen toelichting.

Artikel 6

Dit artikel bepaalt dat de aanleg of wijziging, evenals, beheer, onderhoud, renovatie en vervanging van een particulier riool voor rekening komt van de rechthebbende. De rechthebbende is zelf verantwoordelijk voor het particulier riool. De gemeente neemt het onderhoud (niet het beheer of eigendom) van een huisaansluitingen in openbaargebied over indien rechthebbende hierom verzoekt en er een degelijk doorspuitpunt op of nabij de erfgrens aanwezig is (binnen 30 cm).

Artikel 7

De meldingen als bedoeld in dit artikel dienen te worden gericht aan de cluster Stad die het gebied beheert waarbinnen het betreffende particulier riool is gelegen.

Artikel 8

Met lid 1 wordt beoogd dat een aanvraag tot aansluiting of wijziging van een particulier riool, die vóór de datum van inwerkingtreding is ingediend, wordt behandeld als een aanvraag in de zin van deze verordening. Ten aanzien van de aanvragen die onder lid 1 vallen, zal er immers ook sprake zijn van een privaatrechtelijke toestemming in de zin van deze verordening. Met lid 2 wordt beoogd dat een particulier riool, dat reeds was aangelegd vóór de datum van inwerkingtreding, onder de werking valt van deze verordening. Deze verordening heeft, om dezelfde reden als hierboven beschreven, geen gevolgen voor de reeds aangelegde particuliere riolen.

Artikel 9

Geen toelichting.