Regeling vervallen per 19-11-2021

Marktverordening

Geldend van 19-08-1986 t/m 18-11-2021

Intitulé

Marktverordening

De raad van de gemeente Langedijk;gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 12 november 1985, nr. 147;gelet op artikel 168 der gemeentewet;b e s l u i t :vast te stellen de navolgende verordening:Marktverordening

Hoofdstuk Algemene bepalingen

Artikel 1

In deze verordening wordt verstaan onder:

a. markt: de warenmarkt, welke krachtens besluit van de raad op de daartoe aangewezen plaats wordt gehouden, op donderdag tussen 12.00 en 17.00 uur;

b. marktterrein: de gehele oppervlakte openbare of voor het publiek toegankelijke grond, welke bij besluit van de raad voor het uitoefenen van de markthandel is of wordt aangewezen;

c. standplaats: de op en voor de duur van een markt door het bevoegde gezag aangewezen ruimte voor het uitoefenen van de markthandel;

d. vaste plaats: een standplaats, die tot wederopzeggens beschikbaar wordt gesteld;

e. dagplaats: een standplaats die per marktdag beschikbaar wordt gesteld;

f. standwerkersplaats: een standplaats, bestemd voor het uitoefenen van de markthandel op een wijze als bij standwerken gebruikelijk is;

g. standplaatshouder: ieder aan wie door het bevoegde gezag is toegestaan om gedurende een markt een standplaats te bezetten;

h. marktmeester: de als zodanig door burgemeester en wethouders aangewezen ambtenaar.

Artikel 2

1. Onverminderd het bepaalde in de Winkelsluitingswet 1976 wordt, op door burgemeester en wethouders op grond van bijzondere gelegenheden daartoe aangewezen dagen, geen markt gehouden.

2. Bij het samenvallen van een marktdag met een der in het vorige lid bedoelde dagen, kunnen burgemeester en wethouders voor het houden van de markt een andere dag aanwijzen.

3. Zij brengen hun besluiten als bedoeld in lid 1 en 2 tijdig ter kennis van belanghebbenden; bovendien wordt hiervan hunnerzijds mededeling gedaan in een ter plaatse verschijnend weekblad.

Artikel 3

1. Burgemeester en wethouders kunnen, indien dringende redenen hiertoe noodzaken, tijdelijk een andere plaats voor het houden van de markt aanwijzen.

2. Het bepaalde in het 3e lid van artikel 2 vindt in dit geval overeenkomstige toepassing.

Artikel 4

1. Burgemeester en wethouders bepalen ten aanzien van de markt:

a. het aantal standplaatsen;

b. de afmetingen van de standplaatsen;

c. de opstelling en indeling van de markt, inclusief de verkoopwagens;

d. welke plaatsen op het marktterrein uitsluitend bestemd zijn voor standwerken.

2 Burgemeester en wethouders kunnen het aantal standplaatsen per branche vaststellen.

3. Burgemeester en wethouders kunnen desgewenst, voor zover de beschikbare ruimte zulks toelaat, vaste plaatsen toewijzen ter grootte van driemaal de standaardmaat van de op de markt in gebruik zijnde kramen, zulks overeenkomstig door hen tevoren vast te stellen en ter openbare kennis te brengen regelen.

Artikel 5

1. Het is verboden op het marktterrein ruimte in te nemen zonder dat daarvoor door burgemeester en wethouders toestemming is verleend.

2. Het is verboden een andere standplaats in te nemen dan de plaats, welke is toegewezen.

Artikel 6

1. Het is verboden zonder vergunning van burgemeester en wethouders op het marktterrein kramen, tafels en dergelijke te plaatsen of op te slaan of gebruik te maken van verkoopwagens.

2. Burgemeester en wethouders kunnen aan deze vergunning voorwaarden verbinden.

Artikel 7

Het is verboden zonder toestemming van burgemeester en wethouders voor de verlichting van een standplaats gebruik te maken van andere dan elektrische verlichting alsmede elektrische stroom te betrekken van een ander dan degene, die door burgemeester en wethouders voor het leveren van elektriciteit is aangewezen, dan wel hierin zelf te voorzien.

Artikel 8

1. Het is verboden artikelen, welke krachtens een besluit van burgemeester en wethouders niet op de markt verhandeld mogen worden, op de markt in voorraad te houden, uit te stallen, ten verkoop aan te bieden of te verkopen.

2. Burgemeester en wethouders kunnen, indien hun dit in het belang van de orde op de markt of van de volksgezondheid noodzakelijk voorkomt, de handel in bepaalde artikelen gedurende een bepaalde termijn verbieden.

Hoofdstuk Toewijzing en bezetting van standplaatsen

Artikel 9

1. De standplaatsen op een markt worden als regel als vaste plaatsen toegewezen.

2. Een vrijgekomen vaste plaats wordt als dagplaats beschouwd en blijft als zodanig aangemerkt, zolang zij niet als vaste plaats is toegewezen.

Artikel 10

1. De toewijzing van vaste plaatsen geschiedt door burgemeester en wethouders.

2. De toewijzing van dagplaatsen geschiedt door of namens burgemeester en wethouders.

Artikel 11

Een ieder, die een standplaats op een markt bezet of wenst te bezetten, dient zich tegenover de marktmeester te kunnen legitimeren door middel van een door een officiële instantie afgegeven, van een goedgelijkende foto voorzien, identiteitsbewijs. Hij moet dit identiteitsbewijs op eerste aanvrage aan de daartoe aangewezen ambtenaar tonen.

Artikel 12

1. Van de toewijzing van een vaste plaats wordt door burgemeester en wethouders aan de standplaatshouder een schriftelijk bewijs afgegeven, vermeldende:

a. naam en voornamen, geboortedatum en -plaats alsmede woonplaats en adres;

b. een duidelijke omschrijving van de toegewezen vaste plaats met vermelding van het nummer daarvan;

c. de artikelen of de groep van artikelen, welke door de standplaatshouder op de hem toegewezen standplaats mogen worden verkocht.

2. Houders van vaste plaatsen worden met vermelding van en in volgorde van de datum, waarop aan hen voor het eerst een vaste plaats is toegewezen, op een doorlopend te nummeren lijst ingeschreven. Bij deze inschrijving worden tevens de artikelen of de groep van artikelen als bedoeld in lid 1, onder c, vermeld.

Artikel 13

1. Om voor een vaste plaats in aanmerking te komen is vereist, dat de aanvrager, die een natuurlijk persoon dient te zijn, aantoont:

a. handelingsbekwaam te zijn;

b. dat hij voldaan heeft aan alle voorgeschreven publiekrechtelijke verplichtingen op het gebied van bedrijfsuitoefening en bedrijfsorganisatie;

c. dat hij van het bedrijven van handel zijn hoofdberoep maakt;

d. dat hij genoegzaam verzekerd is tegen eisen tot het betalen van schadeloosstellingen, waartoe hij als gebruiker van een verkoopinrichting op een markt krachtens wettelijke aansprakelijkheidsbepalingen zou kunnen worden verplicht wegens aan derden toegebracht lichamelijk letsel en wegens beschadiging van eigendommen van derden. Betrokkene dient jaarlijks over te leggen het bewijs, dat de door hem terzake verschuldigde premie is voldaan.

2. Burgemeester en wethouders kunnen van het bepaalde in lid 1, onder c. en d., in zeer bijzondere gevallen ontheffing verlenen.

3. Een marktkoopman wordt geacht aan het in lid 1, onder d., genoemde voorschrift te hebben voldaan, indien hij overlegt een geldig bewijs van lidmaatschap van een organisatie, welke voor al haar leden een collectieve verzekering als in lid 1, onder d., bedoeld, heeft afgesloten.

4. Aanvrager behoort bovendien tenminste drie maanden op de in artikel 17, lid 1., bedoelde lijst te zijn ingeschreven. Burgemeester en wethouders kunnen van deze bepaling ontheffing verlenen.

Artikel 14

1. Bij de toewijzing van vaste plaatsen, waartoe op gezette tijden, doch tenminste eenmaal per jaar de gelegenheid wordt geboden, komen daarvoor allereerst in aanmerking de houders van vaste plaatsen, die aan burgemeester en wethouders de wens te kennen hebben gegeven van standplaats te willen veranderen, zulks in volgorde, waarin zij op de in artikel 12, lid 2., bedoelde lijst zijn ingeschreven.

2. Daarna komen in aanmerking degenen, die zich op de in artikel 17, lid 1., bedoelde lijst hebben laten inschrijven, zulks in volgorde van hun inschrijving op deze lijst.

3. Indien voor de markt een branche-indeling geldt, wordt hiermede rekening gehouden bij toepassing van het bepaalde in de voorgaande leden, zulks overeenkomstig door burgemeester en wethouders tevoren vast te stellen regelen.

4. Degenen, die de leeftijd van 65 jaar hebben bereikt, kunnen alleen dan voor een vaste plaats in aanmerking komen» indien zij zich tenminste drie maanden voor het bereiken van genoemde leeftijd als gegadigde op de in artikel 17, lid 1., bedoelde lijst hebben doen inschrijven.

Artikel 15

1. Het recht op een vaste plaats vervalt:

a. op eigen verzoek;

b. bij overlijden van de standplaatshouder;

c. wanneer niet langer wordt voldaan aan één of meer van de eisen, gesteld in artikel 13, lid 1.;

d. indien de standplaatshouder niet tenminste eenmaal per twee weken zijn plaats op de markt inneemt, zulks met inachtneming van het bepaalde in de artikelen 22, 23 en 24;

e. indien de standhouder gedurende vier marktdagen aaneen niet op de markt verschijnt, zonder daarvan melding te maken aan de marktmeester.

2. Indien het bepaalde in het voorgaande lid toepassing vindt, wordt de inschrijving op de in artikel 12, lid 2., bedoelde lijst van houders van vaste plaatsen doorgehaald.

3. Bij het overlijden van de standplaatshouder wordt het recht op de vaste plaats overgeschreven op de overblijvende echtgenote (echtgenoot), indien een daartoe strekkend verzoek binnen één maand na het overlijden wordt ingediend. De verzoekster (verzoeker) bedoeld in de eerste alinea van dit lid, die rechthebbende is op een andere vaste plaats op dezelfde markt, verliest het recht op die plaats. De inschrijving op de lijst bedoeld in artikel 12, lid 2, wordt dienovereenkomstig gewijzigd.

Artikel 16

1. Degene, aan wie een vaste plaats is toegewezen, dient deze plaats uiterlijk om 11.30 uur bezet te hebben, bij gebreke waarvan de betreffende plaats voor die dag als dagplaats wordt aangemerkt.

2. Het bepaalde in het vorige lid is niet van toepassing, indien de rechthebbende de marktmeester voor dit tijdstip onder opgave van een geldige reden, welke hem belet tijdig aanwezig te zijn, heeft verzocht de plaats vrij te houden.

Artikel 17

1. Gegadigden voor een dagplaats worden in volgorde van de datum, waarop zij voor de eerste maal blijkens aanmelding bij de marktmeester hebben getracht een plaats op de markt te verkrijgen, ingeschreven op een doorlopend te nummeren lijst, welke naar branchegroepen kan worden gesplitst. Bij inschrijving op deze lijst worden behalve de datum van inschrijving vermeld de artikelen of de groepen van artikelen, welke door de gegadigde mogen worden verkocht. Hem wordt daarvan een schriftelijk bewijs verstrekt.

2. Om voor inschrijving op de in het eerste lid bedoelde lijst in aanmerking te komen, dienen gegadigden te voldoen aan de in artikel 13, lid 1., vermelde vereisten, met uitzondering van het bepaalde onder c. van dit artikellid. Het tweede en derde lid van artikel 13 zijn van overeenkomstige toepassing.

Artikel 18

1. Om voor een dagplaats in aanmerking te komen, dient aanvrager op de in artikel 17, lid 1., bedoelde lijst te zijn ingeschreven. Toewijzing van dagplaatsen geschiedt op het in artikel 16, lid 1., genoemde tijdstip in volgorde van de datum van inschrijving op deze lijst.

2. Indien voor de markt een branche-regeling geldt, wordt hiermede rekening gehouden bij toepassing van het bepaalde in het voorgaande lid, zulks overeenkomstig door burgemeester en wethouders vast te stellen regelen.

Artikel 19

De inschrijving op de in artikel 17, lid 1., bedoelde lijst van gegadigden voor een dagplaats wordt doorgehaald:

a. op verzoek van de ingeschrevene;

b. bij overlijden van de ingeschrevene;

c. wanneer niet langer wordt voldaan aan één of meer van de eisen, bedoeld in artikel 17, lid 2;

d. indien de ingeschrevene niet tenminste eenmaal per drie weken een plaats op de markt inneemt of zich bij de marktmeester heeft aangemeld en getracht heeft een dagplaats te verkrijgen, zulks met inachtneming van het bepaalde in de artikelen 22, 23 en 24;

e. wanneer aan de ingeschrevene een vaste plaats wordt toegewezen;

f. wanneer de ingeschrevene voor een vaste plaats in aanmerking komt, doch zonder geldige redenen weigert een vaste plaats te aanvaarden.

Artikel 20

1. Het is uitsluitend op daartoe aangewezen plaatsen toegestaan als standwerker op een warenmarkt op te treden.

2. De toewijzing van standwerkersplaatsen geschiedt per marktdag bij loting, ter bepaling van de volgorde van keuzen met inachtneming van de wijze van werken. Het hier bepaalde geldt niet voor degenen, die als standwerker het recht op een vaste standwerkersplaats hebben verkregen. Op standwerkers is overigens artikel 17, lid 2., van toepassing.

3. Tot de loting voor een standwerkersplaats worden toegelaten:

a. de marktkooplieden, die blijkens een over te leggen geldig registratiebewijs als standwerker bij het Hoofdbedrijfschap voor de Detailhandel zijn geregistreerd en die overigens bij voortduring daadwerkelijk als standwerker optreden, zulks ter beoordeling van de marktmeester;

b. degenen, die een bewijs van het Centraal Registratiekantoor van het Hoofdbedrijfschap voor de Detailhandel kunnen tonen, waaruit blijkt, dat zij een aanvrage voor registratie als standwerker hebben ingediend, doch waarop nog niet is beslist.

4. Indien het totaal aantal gegadigden voor een standwerkersplaats het beschikbare aantal standwerkersplaatsen overschrijdt en zich daarbij gegadigden als bedoeld in lid 3, onder b., bevinden, zal voor hen - indien zij overigens op grond van de loting voor een plaats in aanmerking komen - slechts een tevoren vastgesteld maximum aantal plaatsen beschikbaar zijn.

5. Geschiedt de toewijzing van plaatsen volgens een bepaald branchepatroon, dan zal voor de verkoop van een artikel, waarvoor de brancheregeling geldt, niet meer dan eenmaal per maand één standwerkersplaats voor elk van die artikelen kunnen worden toegewezen.

Artikel 21

1. Een standplaats moet door de houder ervan persoonlijk worden ingenomen; hij mag deze derhalve niet aan een ander afstaan of in gebruik geven.

2. De houder van een standplaats mag zich doen bijstaan.

Artikel 22

1. Houders van vaste plaatsen, die wegens ziekte verhinderd zijn hun standplaats te bezetten, dienen de marktmeester daarvan schriftelijk in kennis te stellen.

2. Deze schriftelijke mededeling dient tijdig voor de betreffende marktdag te worden ingezonden. Bij plotselinge verhindering moet de marktmeester mondeling of telefonisch worden ingelicht, gevolgd door een schriftelijke bevestiging van deze melding.

3 Bij langdurige afwezigheid van een marktkoopman wegens ziekte dient ten bewijze van deze reden van verhindering iedere drie maanden een geneeskundige verklaring te worden overgelegd.

4. Aan de marktkooplieden, die hebben voldaan aan het bepaalde in de voorgaande leden en die houder zijn van een vaste standplaats kan desgewenst worden toegestaan, zich tijdens de duur van de ziekte te laten vervangen.

Artikel 23

1. Zij, die wegens vakantie een markt niet kunnen bezoeken, dienen daarvan tijdig onder opgave van de duur van de vakantie, met inachtneming van het hierna onder lid 2 bepaalde, schriftelijke mededeling te doen aan de marktmeester.

2. De in artikel 15, lid 1, onder d., vervatte regeling inzake de verplichting tot een regelmatige bezetting van een toegewezen vaste plaats teneinde de verkregen rechten op de vaste plaats te behouden, alsmede de in artikel 19, onder d., vervatte regeling inzake de verplichting tot een regelmatige aanmelding op de markt teneinde de inschrijving op de in artikel 17, lid 1, bedoelde lijst gehandhaafd te doen blijven, blijft per kalenderjaar ten hoogste vier marktdagen buiten werking, indien de rechthebbende, na te hebben voldaan aan het onder lid 1 genoemde voorschrift, wegens vakantie afwezig is.

3. De rechthebbenden als hierboven bedoeld kunnen op buitenwerkingstelllng van de onder lid 2 aangeduide regelingen alleen dan aanspraak maken, indien zij op de marktdag, voorafgaande aan hun afwezigheid wegens vakantie de hun toegewezen vaste plaats hebben bezet dan wel als op de in artikel 17, lid 1, bedoelde lijst ingeschreven gegadigden een plaats hebben toegewezen gekregen of blijkens hun aanmelding bij de dienstdoende marktmeester getracht hebben een plaats te verkrijgen.

4. De rechthebbenden als bedoeld onder lid 2 hebben voorts, tot behoud van hun eerder omschreven rechten, de verplichting op de eerste marktdag, volgend op die, waarop zij - binnen het onder lid 2 gestelde maximum aantal marktdagen - wegens vakantie afwezig waren, hun vaste plaats weder in te nemen dan wel zich weder ter markt te melden teneinde te trachten een opengebleven marktplaats toegewezen te krijgen.

Artikel 24

1. In bijzondere omstandigheden kan door of vanwege burgemeester en wethouders aan hen, die zijn ingeschreven op de in artikel 12, lid 2, bedoelde lijst of aan hen, die zijn ingeschreven op de in artikel 17, lid 1, bedoelde lijst op schriftelijk verzoek tijdelijk ontheffing worden verleend van de verplichting om zelf op hun vaste plaats aanwezig te zijn, dan wel zich bij de marktmeester aan te melden voor het verkrijgen van een dagplaats.

2. In de gevallen, bedoeld in het eerste lid van dit artikel, alsmede in die, bedoeld in artikel 22 of in artikel 23 kunnen burgemeester en wethouders de houder van een vaste plaats vergunning verlenen zich te laten vervangen.

Hoofdstuk Overige maatregelen van orde

Artikel 25

Het is verboden vroeger dan 1 3/4 uur voor de aanvang van de markt goederen of waren ter markt aan te voeren. De aanvoer moet zijn beëindigd 15 minuten voor de aanvang van de markt, behoudens bijzondere omstandigheden, zulks ter beoordeling van de marktmeester. De afvoer moet zijn beëindigd en de voertuigen moeten verwijderd zijn uiterlijk 1 uur na de sluitingstijd van de markt.

Artikel 26

Het is de standplaatshouder niet toegestaan zijn standplaats voor de sluitingstijd van de markt te verlaten. Door of namens burgemeester en wethouders kan in bijzondere gevallen te hunner beoordeling van deze verbodsbepaling ontheffing worden verleend.

Artikel 27

Het is verboden rij- en voertuigen, waarmede goederen of waren ter markt worden of zijn aangevoerd, op de markt aanwezig te hebben op een andere plaats dan die, welke door of namens burgemeester en wethouders is aangewezen.

Artikel 28

Het is de standplaatshouder verboden:

a. zich behoudens toestemming van burgemeester en wethouders langer dan 45 minuten van zijn uitstalling te verwijderen; gedurende deze tijd mag hij zijn standplaats niet onbeheerd achterlaten;

b. op het marktterrein op een andere dan voor de markt bestemde tijd goederen of waren te koop aan te bieden, te verkopen of af te leveren;

c. meer ruimte in te nemen dan hem is toegestaan;

d. de opstal op zijn standplaats tijdens de markt af te breken of te verplaatsen; e. de doorgang in de wandelgangen op en langs het marktterrein op enigerlei wijze te hinderen of te belemmeren;

f. zich behoudens toestemming van de marktmeester aan de voorzijde van de standplaats op te houden bij het te koop aanbieden, verkopen of afleveren van goederen of waren;

g. op de standplaats andere goederen of waren in voorraad te hebben dan die, waarvoor toestemming is verleend.

Artikel 29

1. De standplaatshouder is verplicht er zorg voor te dragen, dat zijn standplaats, zulks ter beoordeling van burgemeester en wethouders steeds een goed verzorgd aanzien biedt.

2. Tijdens de markt dient hij zijn afvallen, verpakkingsmaterialen e.d. zelf in te zamelen.

3. Alvorens hij het marktterrein verlaat dient hij zijn standplaats en de onmiddellijke omgeving daarvan schoon op te leveren en het afval in de stortplaatsen of anderszins te deponeren, dan wel het afval zelf mee te nemen.

Artikel 30

1 Het is verboden tijdens de markt op het marktterrein gebruik te maken van luidsprekers, versterkers en andere 'middelen ter versterking van het geluid.

2. Het op de standplaats aanwezig hebben van radiotoestellen,

grammofoons, bandrecorders en dergelijke toestellen, anders dan ten verkoop, is evenmin toegestaan.

3. Burgemeester en wethouders kunnen in bijzondere gevallen van de in het eerste en tweede lid gestelde verboden ontheffing verlenen, zo nodig onder door hen te stellen voorwaarden.

Artikel 31

1. Het is de standplaatshouder verboden verwarmingstoestellen en/of bak- en kookinstallaties te gebruiken.

2. Burgemeester en wethouders kunnen van het in het eerste lid gestelde verbod ontheffing verlenen onder door hen te stellen voorwaarden.

Artikel 32

Standplaatshouders, wie het is toegestaan op hun standplaats geringe eet- en drinkwaren voor de consumptie gereed te maken, dienen aan de voorzijde van hun kraam of verkoopgelegenheid een tweetal korven of bakken van voldoende grootte te plaatsen, zulks ten genoegen van de marktmeester.

Artikel 33

Standplaatshouders zijn verplicht gedurende de tijd, dat zij hun goederen of waren ten verkoop aanbieden, op een duidelijk zichtbare plaats aan hun marktkramen of verkoopgelegenheid een bord ter breedte van 40 centimeter en ter hoogte van 20 centimeter te hebben, waarop duidelijk leesbaar de voorletters, de naam, het adres en de woonplaats van de rechthebbende op de betreffende standplaats zijn aangegeven. Het naambord moet ten genoegen van de marktmeester in goede staat worden gehouden.

Artikel 34

Indien de ten verkoop aangeboden goederen of waren geprijsd worden, moet de prijsaanduiding tot generlei misverstand aanleiding kunnen geven en voor het publiek duidelijk leesbaar zijn.

Artikel 35

De standplaatshouder aan wie is toegestaan eet- en drinkwaren te verkopen is verplicht zijn goederen of waren op zodanige wijze uit te stallen, dat zij voldoende beschermd zijn tegen verontreiniging door stof, vuil of anderszins.

Artikel 35a

Standhouders zijn verplicht eet- en drinkwaren, welke niet zijn voorzien van een gesloten omhulling en die evenmin plegen te worden geschild of gewassen dan wel een warmtebehandeling plegen te ondergaan alvorens te worden geconsumeerd, deze waren, indien zij op een verkooptafel of anderzins worden uitgestald, onder een doorzichtige afscherming (zogenaamde vitrine) te plaatsen op zodanige wijze, dat zij niet voor het publiek bereikbaar zijn.

Artikel 36

1. De standplaatshouder, die zijn goederen of waren per maat of gewicht verkoopt, is verplicht te zorgen, dat zijn meet- of weegwerktuigen in deugdelijke staat verkeren.

2. Het weegwerktuig moet zodanig aan de naar het publiek gekeerde zijde van de standplaats zijn geplaatst of aangebracht, dat het daarop bij de weging aangegeven gewicht steeds voor het publiek duidelijk leesbaar is.

Artikel 37

Behoudens het bepaalde in artikel 27 is het verboden zich op marktdagen met een voertuig op het marktterrein te bevinden of een voertuig op het marktterrein aanwezig te hebben.

Artikel 38

Behoudens het bepaalde in artikel 27 is het verboden zich op marktdagen met een voertuig op het marktterrein te bevinden of een voertuig op het marktterrein aanwezig te hebben.

Artikel 39

Behoudens het bepaalde in artikel 27 is het verboden zich op marktdagen met een voertuig op het marktterrein te bevinden of een voertuig op het marktterrein aanwezig te hebben.

Artikel 40

1. Door burgemeester en wethouders wordt een marktcommissie ingesteld, bestaande uit ten hoogste 7 leden.

2. De samenstelling, werkwijze en benoeming van leden wordt vastgesteld in een door burgemeester en wethouders afzonderlijk vast te stellen reglement.

3. Over alle zaken betreffende de markt wordt het advies van de marktcommissie ingewonnen, tenzij dat in spoedeisende gevallen niet mogelijk is.

Hoofdstuk Straf- en slotbepalingen

Artikel 41

Degene, die in strijd handelt met de bepalingen van deze verordening of zich aan wangedrag of bedrog op de markt schuldig maakt, het marktpersoneel in de uitoefening van zijn taak belemmert, dan wel direct of indirect de orde op de markt verstoort of in gevaar brengt, een en ander ter beoordeling van burgemeester en wethouders kan, onverminderd het bepaalde in de artikelen 42 en 44 door of namens burgemeester en wethouders gelast worden zich met zijn goederen of waren ogenblikkelijk van de markt te verwijderen, aan welke last onmiddellijk gevolg dient te worden gegeven.

Artikel 42

Burgemeester en wethouders kunnen het recht op een vaste plaats, al dan niet voorwaardelijk vervallen verklaren of de inschrijving op de in artikel 17, lid 1, bedoelde lijst doen doorhalen, dan wel het recht op een standplaats telkens voor ten hoogste twee achtereenvolgende marktdagen ontnemen, indien:

a. de rechthebbende de in deze verordening opgenomen bepalingen overtreedt;

b. van de plaats gebruik wordt gemaakt, strijdig met' het doel, waarvoor zij is bestemd;

c. de rechthebbende zich schuldig maakt aan wangedrag of bedrog;

d. de rechthebbende niet of niet tijdig het marktgeld voldoet.

Artikel 43

Ieder, die wegens wanbetaling het recht op zijn vaste plaats heeft verloren, of wiens inschrijving op de in artikel 17, lid 1, bedoelde lijst om deze reden is doorgehaald, wordt niet opnieuw als gegadigde voor een standplaats ingeschreven, zolang het verschuldigde marktgeld niet is voldaan.

Artikel 44

Overtreding van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 5, 6, 7, 8, 25, 27, 35, 35a, 37, 38 en 39 dezer verordening wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste twee maanden of geldboete van de eerste categorie.

Artikel 45

Burgemeester en wethouders zijn gemachtigd de uitvoering van de artikelen 5, 6, 7, 10, 24, 26, 27, 29, 30, 31 en 38 op te dragen aan een door hen aan te wijzen marktmeester.

Artikel 46

In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslissen burgemeester en wethouders.

Artikel 47

Van een beslissing door de marktmeester op grond van deze verordening genomen, kan degene, te wiens aanzien deze beslissing geldt, binnen dertig dagen, nadat de beslissing te zijner kennis is gebracht, schriftelijk bij burgemeester en wethouders in beroep gaan.

Artikel 48

Van een beslissing door burgemeester en wethouders op grond van deze verordening in eerste aanleg genomen, kan degene, te wiens aanzien deze beslissing genomen is binnen dertig dagen, nadat de beslissing te zijner kennis is gebracht, bij de raad in beroep komen door middel van een met redenen omkleed beroepschrift.

Artikel 49

Deze verordening kan worden aangehaald als Marktverordening Langedijk.

Artikel 50

Deze verordening treedt in werking op de derde dag na die, waarop zij is afgekondigd.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door de raad der gemeente Langedijk in zijn openbare
vergadering van 26 november 1985.
De voorzitter,
De secretaris,