Besluit mandaat, volmacht en machtiging 2019

Geldend van 17-05-2024 t/m heden

Intitulé

Besluit mandaat, volmacht en machtiging 2019

Kenmerk: B2019/3023

Het dagelijks bestuur van het waterschap Vechtstromen;

gezien het advies d.d. 11 november 2019;

gelet op de artikelen 10:3 en 10:12 van de Algemene wet bestuursrecht, artikel 3:60 van het Burgerlijk Wetboek en de artikelen 84, lid 1, en 95 van de Waterschapswet;

BESLUIT

vast te stellen het Besluit mandaat, volmacht en machtiging waterschap Vechtstromen 2019

Artikel 1. Begripsbepalingen

In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  • a.

    mandaat: de bevoegdheid om in naam van het dagelijks bestuur besluiten te nemen;

  • b.

    volmacht: de bevoegdheid om in naam van het dagelijks bestuur privaatrechtelijke rechtshandelingen te verrichten;

  • c.

    machtiging: de bevoegdheid om in naam van het dagelijks bestuur handelingen te verrichten die geen besluit of privaatrechtelijke rechtshandeling zijn;

  • d.

    secretaris-directeur: de secretaris, als bedoeld in artikel 53 van de Waterschapswet, tevens directeur van waterschap Vechtstromen.

Artikel 2. Mandaat, volmacht en machtiging

  • 1.

    Aan de secretaris-directeur wordt mandaat verleend voor de uitoefening van de aan het dagelijks bestuur toegekende wettelijke bevoegdheden, uitgezonderd de bevoegdheden vermeld in artikel 3.

  • 2.

    Het verlenen van mandaat voor het nemen van een besluit ter uitoefening van een bevoegdheid omvat het nemen van alle voorbereidingsbesluiten en het verrichten van alle voorbereidingshandelingen en de volmacht voor het verrichten van de daarmee verbonden privaatrechtelijke rechtshandelingen en de machtiging voor het verrichten van daarmee samenhangende feitelijke handelingen.

Artikel 3. Begrenzing gebruik mandaat, volmacht en machtiging

  • 1.

    De secretaris-directeur maakt van het mandaat, de volmacht en de machtiging gebruik voor zover het aangelegenheden betreft, die behoren tot zijn werkterrein en taak, zoals weergegeven in zijn functiebeschrijving en die naar aard of inhoud niet een zodanig gewicht hebben dat zij door het dagelijks bestuur behoren te worden afgedaan.

  • 2.

    De secretaris-directeur maakt van het mandaat, de volmacht en de machtiging gebruik onder de voorwaarde dat deze worden uitgeoefend binnen het door het bestuur vastgestelde beleid en binnen gegeven aanwijzingen en daarvoor voldoende financiële middelen beschikbaar zijn gesteld.

  • 3.

    Mandaat wordt niet verleend voor:

    • a.

      het doen van voorstellen aan het algemeen bestuur;

    • b.

      de bevoegdheid tot het vaststellen van beleidsregels als bedoeld in 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht;

    • c.

      het nemen van maatregelen in geval van dringend of dreigend gevaar, als bedoeld in artikel 96 van de Waterschapswet;

    • d.

      het opleggen van gedoogplichten op grond van artikel 10.17 van de Omgevingswet;

    • e.

      besluiten tot het vaststellen van projectbesluiten op grond van artikel 5.44 van de Omgevingswet;

    • f.

      het nemen van m.e.r.-boordelingsbesluiten als bedoeld in artikel 16.43 van de Omgevingswet voor projectbesluiten;

    • g.

      het nemen van een besluit tot het al dan niet verlenen van inspraak of het starten van een participatieproces op grond van de Inspraak- en participatieverordening waterschap Vechtstromen of het toepassen van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht;

    • h.

      het afwijken van het inkoop- en aanbestedingsbeleid voor zover voor wordt afgeweken van procedures die gelden voor Europese aanbestedingen;

    • i.

      besluiten over de rechtspositie van de secretaris-directeur of andere directeuren;

    • j.

      aangelegenheid die de secretaris-directeur persoonlijk, of zijn bloed- of aanverwanten tot de tweede graad ingesloten, direct of indirect aangaat of waarin hij als gemachtigde is betrokken;

    • k.

      het sluiten van een cao;

    • l.

      voor een besluit inzake schadevergoeding of nadeelcompensatie groter dan € 10.000;

    • m.

      het nemen van besluiten over klachten over leden van het bestuur of de bestuursorganen van het waterschap;

    • n.

      voor het beslissen op bezwaarschriften;

    • o.

      het besluiten over en het voeren van civielrechtelijke en strafrechtelijke rechtsgedingen en bestuursrechtelijke procedures en het instellen van rechtsmiddelen, zowel eisend als verwerend, en het nemen van de daarbij behorende beslissingen ter voorbereiding, ter voorkoming of ter beëindiging van deze procedures, indien een recht daartoe bij wettelijk voorschrift aan het waterschap of aan het waterschapsbestuur toekomt;

    • p.

      het indienen van zienswijzen, bezwaren en klaagschriften indien een recht daartoe bij wettelijk voorschrift aan het waterschap of aan het waterschapsbestuur toekomt;

    • q.

      het aangaan van vaststellingsovereenkomsten of schikkingen alsmede het opdragen van geschillenbeslechting aan scheidslieden;

    • r.

      het berusten in rechtsvorderingen;

    • s.

      het nemen van besluiten over het aanvragen van surseances van betaling, faillissementen, derdenbeslagen, verpandingen en cessies;

    • t.

      het vaststellen van de beheerbegroting;

    • u.

      het vaststellen van het exploitatiebudget per beleidsprogramma, c.q. per beleidsveld en beleidsproduct;

    • v.

      het binnen een programma schuiven met begrote netto-kosten of investeringskredieten;

    • w.

      het aangaan van borgstellingen;

    • x.

      het vaststellen van een subsidieplafond en de wijze van verdeling ervan.

Artikel 4. Vervanging

Bij afwezigheid van de secretaris-directeur wordt het verleende mandaat, volmacht en machtiging uitgeoefend door de door het dagelijks bestuur daartoe aangewezen plaatsvervanger als bedoeld in artikel 55a van de Waterschapswet.

Artikel 5. Inlichtingen

De secretaris-directeur rapporteert op verzoek van het dagelijks bestuur over de uitoefening van het mandaat, de volmacht en de machtiging.

Artikel 6. Ondermandaat, ondervolmacht en machtiging

De secretaris-directeur is bevoegd ondermandaat, ondervolmacht en machtiging te verlenen voor het kunnen uitoefenen van de aan hem bij dit besluit gegeven bevoegdheden. Het bepaalde in artikel 3 van dit besluit is daarbij van overeenkomstige toepassing.

Artikel 7. Ondertekening

Het in een document vastleggen van een besluit, een privaatrechtelijke rechtshandeling of een andere handeling, kan zowel op analoge als langs elektronische wijze plaatsvinden met vermelding van “Waterschap Vechtstromen” in het document en aan het slot:

”Het dagelijks bestuur van waterschap Vechtstromen,

namens deze”,

gevolgd door de functienaam, de naam en in voorkomende gevallen de (elektronische) handtekening van de secretaris-directeur, al dan niet voorzien van wettelijk toegestane titulatuur.

Artikel 8. Slotbepalingen

  • 1.

    Het Besluit mandaat, volmacht en machtiging van 2 januari 2015 wordt ingetrokken.

  • 2.

    De Instructie financiële bevoegdheden gemandateerde waterschap Vechtstromen 2015 wordt ingetrokken.

  • 3.

    Dit besluit treedt in werking op de eerste dag na die van haar bekendmaking.

  • 4.

    Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit mandaat, volmacht en machtiging waterschap Vechtstromen 2019.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering d.d. 19 november 2019.

Het dagelijks bestuur,

dr. S.M.M. Kuks, watergraaf drs. R.I. Andringa, secretaris