Verordening van de raad van Woerden houdende regels voor de interferentiegebieden bodemenergiesystemen (Verordening interferentiegebieden bodemenergiesystemen gemeente Woerden 2019)

Geldend van 26-11-2019 t/m heden

Intitulé

Verordening van de raad van Woerden houdende regels voor de interferentiegebieden bodemenergiesystemen (Verordening interferentiegebieden bodemenergiesystemen gemeente Woerden 2019)

De raad van de gemeente Woerden;

gelezen het voorstel d.d. 24 september 2019 van:

- burgemeester en wethouders

gelet op het bepaalde in de Gemeentewet;

Gelet op artikelen 121 en 147 Gemeentewet, artikel 2.2b Besluit omgevingsrecht (Bor) en overwegende dat:

ter voorkoming van interferentie tussen gesloten en tussen gesloten en open bodemenergiesystemen onderling of anderszins ter bevordering van een doelmatig gebruik van bodemenergie, bij gemeentelijke verordening interferentiegebieden kunnen worden aangewezen;

Voor het installeren van een gesloten bodemenergiesysteem met een vermogen van 70 kW of meer, dan wel een gesloten bodemenergiesysteem met een vermogen van minder dan 70 kW dat is gelegen binnen een interferentiegebied, een Omgevingsvergunning met beperkte milieutoets verplicht wordt;

In gebieden waar grote drukte is of wordt verwacht van bodemenergiesystemen, de kans groot is dat zonder vergunningsplicht negatieve interferentie optreedt en dat ter voorkoming daarvan het wenselijk is een interferentiegebied aan te wijzen waardoor in het betreffende gebied een vergunningplicht geldt voor gesloten bodemenergiesysteem met een vermogen van minder dan 70 kW;

Het wenselijk is nadere voorschriften te bepalen om interferentie tussen bodemenergiesystemen te voorkomen en om het meest doelmatige gebruik van bodemenergiesystemen te bevorderen;

b e s l u i t:

de “Verordening interferentiegebieden bodemenergiesystemen gemeente Woerden 2019” vast te stellen.

Artikel 1 Begripsomschrijving

In deze verordening en de toelichting wordt verstaan onder:

  • gesloten bodemenergiesysteem: installatie waarmee, zonder grondwater te onttrekken en na gebruik in de bodem terug te brengen, gebruik wordt gemaakt van de bodem voor de levering van warmte of koude ten behoeve van de verwarming of koeling van ruimten in bouwwerken, door middel van een gesloten circuit van leidingen, met inbegrip van een bijbehorende warmtepomp circulatiepomp en regeneratievoorziening, voor zover aanwezig;

  • open bodemenergiesysteem: installatie waarmee van de bodem gebruik wordt gemaakt voor de levering van warmte of koude ten behoeve van de verwarming of koeling van ruimten in bouwwerken, door grondwater te onttrekken en na gebruik in de bodem terug te brengen, met inbegrip van bijbehorende bronpompen en warmtewisselaar en, voor zover aanwezig, warmtepomp en regeneratievoorziening;

  • interferentiegebied: een of meerdere aangewezen gebieden binnen de gemeente Woerden waarin ordening van bodemenergiesystemen wenselijk is met het oog op het voorkomen van negatieve onderlinge beïnvloeding van meerdere bodemenergiesystemen of anderszins ter bevordering van het doelmatig gebruik van bodemenergie;

  • eerste watervoerende pakket (1e wvp): de eerste watervoerende laag in de ondergrond bestaande uit zandpakket afgewisseld met kleilaagjes, dat zich bevindt vanaf 5 meter minus maaiveld tot een diepte van 50 tot 60 meter minus maaiveld alwaar een dik en dicht kleipakket begint.

Artikel 2 Aanwijzing interferentiegebieden

Ter voorkoming van interferentie tussen gesloten (en tussen gesloten en open) bodemenergiesystemen onderling of anderszins ter bevordering van een doelmatig gebruik, worden de plangebieden Snellerpoort, Middelland-Noord en Stationsgebied Woerden, zoals omkaderd op bijlage A, aangewezen als interferentiegebied in de zin van artikel 2.2b van het Besluit Omgevingsrecht.

Artikel 3 Aanwijzing interferentiegebieden

Burgemeester en wethouders oefenen namens de raad de bevoegdheid uit om interferentiegebieden aan te wijzen en vast te stellen in de zin van artikel 2.2b Besluit omgevingsrecht, indien zij van oordeel zijn dat dit ter voorkoming van interferentie tussen gesloten en tussen gesloten en open bodemenergiesystemen onderling of anderszins ter bevordering van een doelmatig gebruik van bodemenergie nodig is. Over het aanwijzen van interferentiegebieden vindt afstemming plaats met Gedeputeerde Staten van Utrecht.

Artikel 4 Wijzigingsbevoegdheid interferentiegebieden

Burgemeester en wethouders oefenen namens de raad de bevoegdheid uit om de grenzen van een interferentiegebied te wijzigen en opnieuw vast te stellen, indien zij van oordeel zijn dat dit ter voorkoming van interferentie tussen gesloten en tussen gesloten en open bodemenergiesystemen onderling of anderszins ter bevordering van een doelmatig gebruik van bodemenergie nodig is. Over deze wijziging vindt afstemming plaats met Gedeputeerde Staten van Utrecht.

Artikel 5 Vaststellen en wijzigen bodemenergieplannen

Burgemeester en wethouders oefenen namens de raad de bevoegdheid uit om bodemenergieplannen vast te stellen en te wijzigen voor interferentiegebieden. Deze bodemenergieplannen bevatten beleidsregels voor het gebruik van bodemenergie door gesloten en open bodemenergiesystemen. Over het vaststellen en wijzigen van bodemenergieplannen voor een interferentiegebied vind afstemming plaats met Gedeputeerde Staten van Utrecht.

Artikel 6 Aanleg gesloten bodemenergiesystemen binnen interferentiegebied

  • 1.

    Voor het aanleggen van een gesloten bodemenergiesysteem binnen een interferentiegebied is een vergunning (een omgevingsvergunning beperkte milieutoets) van het college van burgemeester en wethouders nodig.

  • 2.

    In aanvulling op artikel 5.13b van het Besluit omgevingsrecht weigert het college van burgemeester en wethouders de in lid 1 genoemde vergunning, als niet voldaan wordt aan de eisen zoals opgenomen in het bij het interferentiegebied behorende bodemenergieplan.

  • 3.

    Indien nog geen bodemenergieplan voor een interferentiegebied of een deel daarvan is vastgesteld worden vergunningaanvragen getoetst aan het vigerend beleid.

Artikel 7 Overgangsrecht

Op een melding of aanvraag om vergunning, ingediend voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening, is deze Verordening niet van toepassing.

Artikel 8 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in op de dag na die waarop zij is bekendgemaakt.

Artikel 9 Citeerartikel

Deze verordening wordt aangehaald als: “Verordening interferentiegebieden Bodemenergiesystemen gemeente Woerden 2019”.

Ondertekening

Aldus besloten door de raad van de gemeente Woerden in zijn openbare vergadering, gehouden op 14 november 2019

De griffier, De voorzitter,

drs. M.J.W. Tobeas V.J.H. Molkenboer

Toelichting

Wettelijke grondslag

Artikelen 121 en 147 van de Gemeentewet, artikel 2.2b van het Besluit omgevingsrecht.

Algemeen

De verordening bodemenergiesystemen richt zich op één specifiek ondergronds belang: het meest doelmatige gebruik van bodemenergie, de opslag van warmte en koude in de bodem, bevorderen. Door een betere ordening van de ondergrond kunnen in een interferentiegebied meer bodemenergiesystemen worden geïnstalleerd, zonder dat ze elkaar onderling beïnvloeden en hierdoor afbreuk doen aan het verwachte energierendement. Daarom is deze Verordening interferentiegebieden bodemenergiesystemen gemeente Woerden 2019 opgesteld.

Wat zijn bodemenergiesystemen?

Bodemenergiesystemen maken voor de verwarming en koeling van gebouwen gebruik van de warmte en koude die in de bodem is opgeslagen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen open en gesloten bodemenergiesystemen. Bij open bodemenergiesystemen wordt ’s zomers relatief koud grondwater uit de koudwaterbron of -bel onttrokken om daarmee gebouwen te koelen. Na opwarming in het gebouw wordt de warmte terug in de bodem gebracht in de warmwaterbron (of -bel). ’s Winters wordt relatief warm gebleven grondwater uit de warmwaterbron onttrokken om daarmee gebouwen te verwarmen. Na afkoeling door afgifte van warmte in het gebouw wordt de koude in de bodem teruggebracht in de koudwaterbron en begint de cyclus opnieuw. Open bodemenergiesystemen kunnen ook alleen voor verwarming of alleen voor koeling worden gebruikt. Bij gesloten bodemenergiesystemen wordt water, vaak met toegevoegde glycol (antivries), in veelal verticale buizen door de bodem geleid, zonder dat het in direct contact met het grondwater komt. Bij gesloten systemen is geen sprake van verplaatsing van grondwater.

Waarom wijzen wij deze interferentiegebieden aan?

Door een betere ordening van de ondergrond kunnen in een interferentiegebied meer bodemenergiesystemen worden gerealiseerd, zonder dat ze onderling interfereren en hierdoor afbreuk doen aan het verwachte energierendement. Daarnaast maken de ordeningsregels het mogelijk bescherming te bieden aan grote collectieve, meer efficiënte bodemenergiesystemen. Dergelijke systemen hebben vaak een lange voorbereidingstijd en kunnen belemmerd worden door kleine snelle initiatieven omdat zonder ordeningsregels geldt: ‘Wie het eerst komt, het eerst pompt’. Doel is ook dat latere initiatieven evenveel kans krijgen gebruik te maken van bodemenergie dan eerder gerealiseerde initiatieven.

Wat zijn de gevolgen van aanwijzen interferentiegebieden?

Het rechtsgevolg van het aanwijzen van interferentiegebieden is dat een Omgevingsvergunning beperkte milieutoets (Obm) verplicht wordt voor het installeren van een klein gesloten bodemenergiesysteem als het binnen een interferentiegebied ligt. Buiten interferentiegebieden en voor grote systemen veranderen de procedures en regels niet (zie de hiernavolgende tabel, alleen verandering voor de twee vetgedrukte categorieën).

Onveranderd blijft dat buiten interferentiegebieden voor het realiseren van grote gesloten bodemenergiesystemen nu al een Obm aangevraagd moet worden, op grond van artikel 2.2a lid 6 van het Besluit omgevingsrecht, en dat voor kleine gesloten systemen (minder dan 70kW) een meldingsplicht geldt op grond van artikel 1.21a van het Activiteitenbesluit milieubeheer dan wel artikel 1.10a van het Besluit lozen buiten inrichtingen. Voor open bodemenergiesystemen wordt interferentie meegenomen bij de verlening van de Watervergunning krachtens artikel 6.4, eerste lid, onder b, van de Waterwet. In de Watervergunning wordt rekening gehouden met het voorkomen van negatieve interferentie en het bevorderen van een doelmatig gebruik van bodemenergie.

Voor wie gelden de regels?

In onderstaande tabel is ter verduidelijking de structuur van de rijksregelgeving rond bodemenergiesystemen weergegeven. De regeling voor bodemenergiesystemen is door het Rijk geïntegreerd in de diverse omgevingsrecht-regelingen. Daarmee is bereikt dat degene voor wie de regels gelden, voor zijn activiteit in beginsel maar met één regeling te maken heeft (zie het Besluit van 25 maart 2013 in verband met regels inzake bodemenergiesystemen, Staatsblad 2013, nr. 112).

 

Klein gesloten energiesysteem

(vermogen <70 kW)

Groot gesloten energiesysteem

(vermogen ≥ 70 kW)

Open energiesysteem (bevoegd gezag provincie)

Buiten inrichting

 

Buiten interferentiegebied

Besluit lozen buiten inrichtingen

Besluit lozen buiten inrichtingen

+Obm

Waterwetvergunning (o.g.v. provinciale milieuverordening melding voor systemen < 10 m3/uur, tenzij in boringsvrije zone of interferentiegebied)

Binnen interferentiegebied19

Besluit lozen buiten inrichtingen

+Obm als gevolg van aanwijzing als bedoeld in art. 1

Besluit lozen buiten inrichtingen

+Obm

Waterwetvergunning

Binnen inrichting

 

Buiten interferentiegebied

Activiteitenbesluit milieubeheer

Activiteitenbesluit milieubeheer

+

Obm

Waterwetvergunning (o.g.v. provinciale milieuverordening melding voor systemen < 10 m3/uur, tenzij in boringsvrije zone of interferentiegebied)

Binnen interferentiegebied

Activiteitenbesluit milieubeheer

+Obm, als gevolg van aanwijzing als bedoeld in art. 1

Activiteitenbesluit milieubeheer

+

Obm

Waterwetvergunning 

Overige situaties

Grondwaterbeschermingsgebied, boringsvrije zone en waterwingebied

Naast bovenstaande regelgeving is de provinciale milieuverordening van toepassing.

Andere bijzondere functies en waarden van de bodem

Naast bovenstaande regelgeving kan de provinciale milieuverordening of andere specifieke regelgeving (zoals de Natuurbeschermingswet 1998 of de Monumentenwet 1988) van toepassing zijn

Bodemverontreiniging

In gebieden waar sprake is van bodemverontreiniging kunnen via gebiedsgebonden grondwaterbeheer en via het bodemenergieplan aanvullende eisen gesteld worden aan het gebruik van bodemenergie.

Voor meer achtergrondinformatie over bodemenergiesystemen zie: https://soilpedia.nl/Bikiwiki%20documenten/SKB%20Cahiers/Bodemenergie.pdf

Toelichting Artikelsgewijs

Artikel 1

Begripsomschrijving

Artikel 2

Het installeren van een gesloten bodemenergiesysteem met een bodemzijdig vermogen van 70 kW of meer is nu al vergunningplichtig. Door deze aanwijzing tot interferentiegebied wordt een gesloten bodemenergiesysteem met een bodemzijdig vermogen van minder dan 70 kW dat is gelegen binnen een interferentiegebied eveneens vergunningplichtig. In de bijlage is aangegeven welke gebieden worden aangewezen.

Artikel 3

Delegeert de bevoegdheid om nieuwe interferentiegebieden aan te wijzen en vast te stellen aan het College. In beginsel wordt met name bij grotere nieuwbouwprojecten een interferentiegebied aangewezen. In het kader van de energietransitie kan ook bij bestaande bebouwing een interferentiegebied worden aangewezen.

Omdat Gedeputeerde staten bevoegd gezag zijn voor de realisatie van open bodemenergiesystemen en het aanwijzen van een interferentiegebied ook betrekking heeft op open bodemenergiesystemen vindt afstemming plaats met Gedeputeerde staten.

Artikel 4

Delegeert de bevoegdheid om de grenzen van een bestaand interferentiegebied te wijzigen en opnieuw vast te stellen aan het College.

Omdat Gedeputeerde staten bevoegd gezag zijn voor de realisatie van open bodemenergiesystemen en het wijzigen van een interferentiegebied ook betrekking heeft op open bodemenergiesystemen vindt afstemming plaats met Gedeputeerde Staten.

Artikel 5

Delegeert de bevoegdheid om bodemenergieplannen en de daaruit voortvloeiende beleidsregels vast te stellen en te wijzigen aan het College. Over het vaststellen en wijzigen van bodemenergieplannen de daaruit voortvloeiende beleidsregels vindt afstemming plaats met Gedeputeerde Staten.

Artikel 6

Lid 1

Het installeren van een gesloten bodemenergiesysteem met een bodemzijdig vermogen van 70 kW of meer is nu al licht vergunningsplichtig (een omgevingsvergunning beperkte milieutoets). Door deze aanwijzing wordt een gesloten bodemenergiesysteem met een bodemzijdig vermogen van minder dan 70 kW dat is gelegen binnen een interferentiegebied eveneens licht vergunningsplichtig.

Open bodemenergiesystemen zijn al vergunningplichtig en worden in het vervolg, na vaststelling door Gedeputeerde Staten van de regels uit het bodemenergieplan die betrekking hebben op open systemen, binnen het interferentiegebied getoetst aan het bodemenergieplan.

Lid 2

In het door het college van B&W vast te stellen bodemenergieplan worden de regels opgenomen waaraan een aanvraag voor een bodemenergiesysteem wordt getoetst. Als niet aan de regels uit dit plan wordt voldaan wordt de vergunning geweigerd.

Artikel 7 tot en met 9

De artikelen 7 tot en met 9 regelen respectievelijk het overgangsrecht, het in werking treden en de citeertitel van deze verordening.

BIJLAGE A, BEHOREND BIJ VERORDENING INTERFERENTIEGEBIEDEN BODEMENERGIESYSTEMEN GEMEENTE WOERDEN 2019

Kaart aanwijzing interferentiegebied bodemenergiesystemen

afbeelding binnen de regeling