Regeling vervallen per 29-12-2023

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Medemblik houdende regels omtrent muziekonderwijs (Nadere regels subsidie Muziekonderwijs Medemblik 2020 – 2022)

Geldend van 27-09-2019 t/m 28-12-2023

Intitulé

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Medemblik houdende regels omtrent muziekonderwijs (Nadere regels subsidie Muziekonderwijs Medemblik 2020 – 2022)

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Medemblik;

overwegende dat

  • het gewenst is om, conform de ‘Cultuurnota 2019-2022’, zoveel mogelijk kinderen actief in aanraking te laten komen met muziekonderwijs en

  • het gewenst is om zodoende, conform de ‘Cultuurnota 2019-2022’, het volgen van instrumentaal en vocaal muziekonderwijs door de kinderen en jeugd van de gemeente Medemblik te stimuleren en de mogelijkheid te bieden zich hierin verder te bekwamen.

gelet op het bepaalde in artikel 3 van de Algemene Subsidieverordening gemeente Medemblik.

besluit vast te stellen de volgende regeling:

Artikel 1 Begripsomschrijving

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    ASV: Algemene Subsidieverordening gemeente Medemblik.

  • b.

    muziekonderwijs: erkende muziekopleidingen die voldoen aan de richtlijnen en kwaliteitseisen voor instrumentale muziekopleidingen (KunstKeur), of zoals onder meer vastgelegd in het ‘Raamleerplan voor de HaFaBra-sector’, alsmede daarmee naar inhoud en kwaliteit vergelijkbare opleidingen voor niet-HaFaBra muziekinstrumenten (zoals gitaar, piano, viool, e.d.).

  • c.

    klassikaal muziekonderwijs: met een groep van 10 of meer kinderen vocaal en instrumentaal muziekonderwijs volgen, bijvoorbeeld Algemene Muzikale Vorming (AMV) en voorbereidend Instrumentaal Onderwijs (VIO).

  • d.

    gekwalificeerd docent: docent waarvan de kwalificatie voor het geven van les blijkt uit het feit dat deze succesvol de eerste opleidingsfase (bachelor) van het conservatorium of andere kunstvakopleiding heeft afgerond, dan wel dat deze beschikt over een daarmee gelijk te stellen kwalificatie op tenminste HBO werk- en denkniveau.

  • e.

    Meer Muziek in de klas: het actief deelnemen aan instrumentaal en vocaal muziekonderwijs in het basisonderwijs, waarbij leerlingen leren zich muzikaal uit te drukken en ook technieken en materialen leren kennen.

  • f.

    Meer Muziek in de kinderopvang: het actief deelnemen aan instrumentaal en vocaal muziekonderwijs in zowel de kinderopvang als buitenschoolse opvang, waarbij leerlingen leren zich muzikaal uit te drukken en ook technieken en materialen leren kennen.

  • g.

    kleine basisschool: een school waarvan het aantal normatieve groepen 5 of minder is.

  • h.

    kinderopvang groep: een groep van een kinderdagverblijf of buitenschoolse opvang (BSO), bestaande uit 8-10 deelnemende kinderen.

  • i.

    overheadkosten: onder overhead wordt verstaan huisvestingskosten, coördinatie en overleg en organisatie van alle activiteiten gerelateerd aan muziekonderwijs.

Artikel 2 Uitgangspunten subsidie

Een subsidie vanuit deze regeling kan worden verleend voor:

  • 1.

    het geven van vocaal/instrumentaal muziekonderwijs aan leerlingen in de leeftijd van 2 tot 21 jaar (peildatum 1 januari van het betreffende kalenderjaar) plus bijbehorende samenspelmogelijkheden en optredens;

  • 2.

    het geven van klassikaal muziekonderwijs aan leerlingen in de leeftijd van 2 tot 21 jaar (peildatum 1 januari van het betreffende kalenderjaar) bij muziekverenigingen en muziekscholen;

  • 3.

    het uitvoeren van projecten en activiteiten om kinderen in de leeftijd van 2 tot en met 12 jaar (peildatum 1 januari van het betreffende kalenderjaar) kennis te laten maken met muziek.

Artikel 3 Toetsingscriteria

Om voor een subsidie in aanmerking te komen, moet aan de volgende voorwaarden worden voldaan:

  • a.

    subsidie wordt alleen verstrekt aan instellingen zonder winstoogmerk, waarvan het doel van de activiteiten is gelegen op het vlak van muziekbeoefening dan wel op het vlak van muzikale vorming;

  • b.

    de door de instellingen, bedoeld in dit artikel onder a, verzorgde opleidingen dienen open te staan voor een ieder die behoort tot de doelgroep, zoals die in artikel 2 is gedefinieerd;

  • c.

    alle lessen worden gegeven door gekwalificeerde docenten;

  • d.

    de gekwalificeerde docenten zijn aangesloten bij een collectief, muziekschool of -vereniging of een andere muziekinstelling.

Artikel 4 Grondslagen subsidie

  • 1. Kosten die noodzakelijk zijn voor het bieden van muziekonderwijs, samenspelmogelijkheden en optredens en activiteiten om kinderen actief kennis te laten maken met muziek (waaronder docentkosten) kunnen in aanmerking komen voor subsidie.

  • 2. Kosten die naar het oordeel van het college noodzakelijk zijn voor de overhead van muziekscholen kunnen in aanmerking komen voor subsidie.

  • 3. Kosten voor consumpties en verblijfskosten komen niet in aanmerking voor subsidie.

  • 4. De hoogte van de subsidie voor ‘Meer muziek in de klas’, ‘Meer muziek in de kinderopvang’ en overige projecten is maximaal 50% van de ingediende begroting.

Artikel 5 Verdeling subsidie basisonderwijs

De subsidie voor muziekonderwijs voor het basisonderwijs wordt op de volgende wijze verdeeld:

  • a.

    Na het verstrijken van de indieningstermijn voor de subsidie ‘Meer Muziek in de klas’ worden alle aanvragen beoordeeld.

  • b.

    Aan iedere voor subsidie in aanmerking komende kleine basisschool wordt een extra bijdrage van € 500,-- toegekend.

  • c.

    Na verdeling van de extra bijdrage aan de kleine basisscholen, wordt aan iedere voor subsidie in aanmerking komende basisschool maximaal € 20,-- per leerling toegekend.

  • d.

    Indien de ingediende begrotingen het beschikbare budget voor ‘Meer Muziek in de klas’ overschrijden, worden alle te verlenen subsidies naar rato van het aantal leerlingen verlaagd tot het plafond niet meer wordt overschreden.

Artikel 6 Verdeling subsidie kinderopvang

De subsidie voor muziekonderwijs voor de kinderopvang wordt op de volgende wijze verdeeld:

  • a.

    Na het verstrijken van de indieningstermijn voor de subsidie ‘Meer Muziek in de kinderopvang’, worden alle aanvragen beoordeeld.

  • b.

    Kinderopvangorganisaties ontvangen voor ‘Meer Muziek in de kinderopvang’ voor kinderen in de leeftijd van 2 tot en met 12 jaar een maximale bijdrage van € 250,-- per kinderopvang groep met een maximum van € 500,-- per locatie per jaar.

  • c.

    Indien de ingediende begrotingen het beschikbare budget voor ‘Meer muziek in de kinderopvang’ overschrijden, dan worden alle te verlenen subsidies met eenzelfde percentage verlaagd tot het plafond niet meer wordt overschreden.

Artikel 7 Verdeling subsidie muziekscholen

De subsidie voor muziekonderwijs voor muziekscholen wordt op de volgende wijze verdeeld:

  • a.

    Na het verstrijken van de indieningstermijn worden alle aanvragen beoordeeld.

  • b.

    Muziekscholen ontvangen voor vocaal/instrumentaal muziekonderwijs maximaal € 250,-- per leerling.

  • c.

    Muziekscholen ontvangen als bijdrage in de overheadkosten van muziekonderwijs, als bedoeld in lid b van dit artikel, maximaal € 220,-- per leerling.

  • d.

    Muziekscholen ontvangen voor klassikaal muziekonderwijs maximaal € 20,-- per leerling.

  • e.

    Indien de ingediende begrotingen het beschikbare budget voor muziekscholen overschrijden, dan worden alle te verlenen subsidies naar rato van het aantal leerlingen verlaagd tot het plafond niet meer wordt overschreden.

Artikel 8 Verdeling subsidie muziekverenigingen

De subsidie voor muziekonderwijs voor muziekverenigingen met een jeugdafdeling wordt op de volgende wijze verdeeld:

  • a.

    Na het verstrijken van de indieningstermijn worden alle aanvragen beoordeeld.

  • b.

    Muziekverenigingen ontvangen een structurele activiteitensubsidie van € 3.055,--.

  • c.

    Na verdeling van de structurele activiteitensubsidie, wordt aan iedere voor subsidie in aanmerking komende muziekvereniging maximaal € 250,-- per leerling toegekend.

  • d.

    Muziekverenigingen ontvangen voor klassikaal muziekonderwijs maximaal € 20,-- per leerling.

  • e.

    Indien de ingediende begrotingen het beschikbare budget voor muziekverenigingen overschrijden, dan worden alle te verlenen subsidies naar rato van het aantal leerlingen verlaagd tot het plafond niet meer wordt overschreden.

Artikel 9 Overschrijding (deel)subsidieplafond

Als na beoordeling van alle aanvragen binnen een aanvraagtermijn niet het volledige beschikbare deelplafond wordt verleend, kan het college het resterende budget toevoegen aan een ander deelsubsidieplafond binnen deze subsidieregeling.

Artikel 10 Overgangsregeling

Voor de Muziekschool Oostelijk West-Friesland wordt de subsidie afgebouwd in drie stappen: 33%, 33% en 33%.

Artikel 11 Subsidieaanvraag

  • 1. Een aanvraag voor een subsidie wordt ingediend met behulp van een bij deze nadere regels behorend, volledig ingevuld en ondertekend aanvraagformulier.

  • 2. In afwijking van artikel 6 lid 1 van de ASV worden subsidieaanvragen op grond van deze nadere regels voor 2020 uiterlijk 1 december ingediend.

  • 3. Subsidie voor ‘Meer Muziek in de klas’ wordt aangevraagd door de desbetreffende basisschool. Het subsidiebedrag wordt verstrekt aan het schoolbestuur van deze basisschool.

Artikel 12 Subsidieverlening en -vaststelling

  • 1. Het college kan met inachtneming van deze nadere regels eens per jaar een subsidie verstrekken aan een aanvrager.

  • 2. In afwijking van artikel 12 lid 2 van de ASV worden subsidieverleningen tot € 10.000,-- bij vaststelling vastgesteld.

Artikel 13 Hardheidsclausule

Het college kan van een of meer bepaalde artikelen of artikelleden van deze regeling afwijken, als daaraan vasthouden voor een subsidieaanvrager of –ontvanger gevolgen zou hebben die onevenredig zouden zijn tot de daarmee te dienen belangen.

Artikel 14 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking op de dag volgende op de dag van bekendmaking.

Artikel 15 Citeertitel

Deze regeling kan worden aangehaald als: ‘Nadere regels subsidie muziekonderwijs 2020 - 2022’.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Medemblik op 3 september 2019.

De secretaris, De burgemeester,