Gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Kennemerland 2019

Dit is een toekomstige tekst! Geldend vanaf 01-05-2025

Intitulé

Gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Kennemerland 2019

De colleges van burgemeester en wethouders van de gemeenten Beverwijk, Bloemendaal, Haarlem, Haarlemmermeer, Heemskerk, Heemstede, Uitgeest, Velsen en Zandvoort, elk voor zover zij voor de eigen gemeente bevoegd zijn;

overwegende dat

  • -

    de Wet veiligheidsregio’s (hierna: wet) bepaalt dat de colleges van burgemeester en wethouders uit een regio een gemeenschappelijke regeling treffen, waarbij een openbaar lichaam wordt ingesteld met de aanduiding veiligheidsregio;

  • -

    deze wet beoogt een efficiënte en kwalitatief hoogwaardige organisatie van de brandweerzorg, geneeskundige hulpverlening, rampenbestrijding en crisisbeheersing onder één regionale bestuurlijke regie te realiseren;

  • -

    in de wet de omvang van de veiligheidsregio Kennemerland is bepaald en deze bestaat uit het grondgebied van de negen deelnemende gemeenten;

  • -

    de Wet publieke gezondheid bepaalt dat de gemeenten voor hetzelfde geografische gebied via het treffen van een gemeenschappelijke regeling zorgen voor de instelling en instandhouding van een regionale gezondheidsdienst in de regio;

  • -

    het aanbeveling verdient vanuit het oogpunt van doelmatigheid en doeltreffendheid de behartiging van de gemeentelijke belangen op het gebied van publieke gezondheidszorg en die liggend op het terrein van de veiligheidsregio, onder te brengen bij één publieke organisatie;

  • -

    het verder aanbeveling verdient om vanuit het oogpunt van doelmatigheid en doeltreffendheid in de gemeenschappelijk regeling op te nemen dat gemeenten de uitvoering van andere gemeentelijke taken op het gebied van veiligheid, brandweer en gezondheid, maatschappelijke zorg en jeugd kunnen opdragen aan de veiligheidsregio;

  • -

    de colleges per 1 november 2011 hebben besloten tot de vaststelling van een gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Kennemerland; waarin wordt samengewerkt ten aanzien van de taken op het terrein van brandweerzorg, publieke gezondheidszorg, geneeskundige hulpverlening en rampenbestrijding;

  • -

    dat deze regeling per 1 juli 2013 is gewijzigd op het punt van directiestructuur en bestuursrapportages;

  • -

    dat de regeling per 1 januari 2017 is gewijzigd in verband met de wijziging van de Wet veiligheidsregio’s per 1 januari 2013 en de Wet gemeenschappelijke regelingen per 1 januari 2015;

  • -

    dat de regeling per 1 januari 2019 gewijzigd dient te worden vanwege de opheffing van de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude, en daarnaast tekstuele vereenvoudiging en verduidelijking van de regeling wenselijk werd geacht.

gelet op de Wet veiligheidsregio’s, de Wet publieke gezondheidszorg, de Tijdelijke wet ambulancezorg, de Politiewet 2012, de Wet gemeenschappelijke regelingen en de Gemeentewet mede gelet op de door elk van de raden van de negen gemeenten in de regio Kennemerland verleende toestemming.

besluiten:

de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Kennemerland gewijzigd vast te stellen:

Artikel 1 Begripsbepalingen

  • a.

    algemeen bestuur: het algemeen bestuur van de veiligheidsregio;

  • b.

    colleges: de colleges van burgemeester en wethouders van de deelnemende gemeenten;

  • c.

    dagelijks bestuur: het dagelijks bestuur van de veiligheidsregio;

  • d.

    directie: de medewerkers in de ambtelijke organisatie die conform de organisatieverordening de directie vormen;

  • e.

    gedeputeerde staten: het college van gedeputeerde staten van Noord-Holland;

  • f.

    gemeente(n): de aan deze regeling deelnemende gemeente(n);

  • g.

    GGD: het onderdeel van de veiligheidsregio dat zich bezig houdt met de uitvoering van de publieke gezondheidszorg;

  • h.

    regeling: deze gemeenschappelijke regeling;

  • i.

    veiligheidsregio: het openbaar lichaam als bedoeld in artikel 3 van deze regeling;

  • j.

    voorzitter: de voorzitter van de veiligheidsregio.

Artikel 2

Vervallen

Artikel 3 Het openbaar lichaam

  • 1. Er is een rechtspersoonlijkheid bezittend openbaar lichaam genaamd Veiligheidsregio Kennemerland.

  • 2. Het openbaar lichaam is gevestigd te Haarlem.

Artikel 4

Vervallen

Artikel 5 Omvang

Het verzorgingsgebied van de regeling omvat het grondgebied van de deelnemende gemeenten

Artikel 6 Belangen

De veiligheidsregio behartigt de belangen van de gemeenten op de volgende terreinen:

  • a.

    veiligheid en publieke gezondheid;

  • b.

    brandweerzorg;

  • c.

    maatschappelijke zorg en jeugd;

  • d.

    rampenbestrijding en crisisbeheersing in brede zin;

  • e.

    risicobeheersing;

  • f.

    samenwerking en coördinatie in de uitvoering van rampenbestrijding en crisisbeheersing;

  • g.

    het beheer van een gemeenschappelijke meldkamer;

  • h.

    het fungeren als overlegplatform voor onderwerpen op het gebied van veiligheid en gezondheid, maatschappelijke zorg en jeugd voor zover deze het verzorgingsgebied van de gemeenten gezamenlijk betreffen.

Artikel 7 Taken

  • 1. De veiligheidsregio is belast met de uitvoering van alle taken die bij of krachtens de wet aan de veiligheidsregio worden opgedragen.

  • 2. De veiligheidsregio stelt de GGD in en houdt deze in stand.

  • 3. De GGD is belast met

    • a.

      Taken als bedoeld in de artikelen 2,5 en 6 van de Wet publieke gezondheid, met uitzondering van artikel 5, lid 2 sub a tot en met d voor zover het betreft 0-4 jarigen;

    • b.

      Taken op het gebied van ambulancezorg;

    • c.

      Gemeentelijke lijkschouw;

    • d.

      Hygiënisch woningtoezicht;

    • e.

      Andere taken die bij of krachtens de wet aan de GGD worden opgedragen.

  • 4. De veiligheidsregio is belast met de taak Veilig Thuis, zoals benoemd in hoofdstuk 4 van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning, met uitzondering voor de gemeente Uitgeest.

  • 5. De veiligheidsregio stimuleert en faciliteert de samenwerking tussen de verschillende veiligheids- , maatschappelijke en gezondheidspartners

Artikel 8 Bevoegdheden

De veiligheidsregio heeft alle bevoegdheden tot regeling, bestuur en beheer die nodig zijn voor de uitvoering van de aan de veiligheidsregio opgedragen taken op basis van artikel 7 en artikel 9.

Artikel 9 Aanvullende taken

  • 1. De veiligheidsregio is bevoegd tot het verrichten van diensten voor een of meer gemeenten en/of derden.

  • 2. De dienstverlening geschiedt op basis van een overeenkomst tussen de veiligheidsregio en de gemeente(n) en/of derden die het aangaat(n). In deze overeenkomst wordt neergelegd welke prestaties de veiligheidsregio zal leveren, de kosten die daarvoor in rekening worden gebracht en de voorwaarden waaronder tot dienstverlening wordt overgegaan en de beëindiging daarvan.

Artikel 10 Zienswijze gemeenteraden

  • 1. Aan gemeenteraden wordt een zienswijze gevraagd wanneer

    • a.

      de VRK overweegt een opdracht van een of meer gemeenten of derden te aanvaarden, die leidt tot een belangrijke wijziging van het takenpakket of belangrijke uitbreiding van de formatie van de organisatie.

    • b.

      de VRK anderszins plannen maakt die de strategische koers van de organisatie wijzigen.

  • 2. In andere dan al in deze regeling of in wettelijke regelingen genoemde gevallen, besluit het Algemeen Bestuur tot het vragen van een zienswijze van gemeenteraden op zijn voorgenomen besluiten, wanneer drie gemeenteraden of drie leden van het Algemeen Bestuur daar schriftelijk om verzoeken.

  • 3. Een verzoek tot vragen van een zienswijze wordt niet gehonoreerd wanneer zwaarwegende bestuurlijke overwegingen zich tegen een zienswijzeprocedure verzetten.

Artikel 11 Burgerparticipatie

Het Algemeen Bestuur regelt de wijze waarop burgers worden betrokken bij de taken van de VRK.

Artikel 12 Evaluatie

  • 1. De doeltreffendheid van de gemeenschappelijke regeling wordt eenmaal per vier jaar door het Algemeen Bestuur geëvalueerd.

  • 2. De gemeenteraden worden in staat gesteld onderwerpen aan te dragen die bij de evaluatie worden betrokken.

  • 3. De gemeenteraden worden geïnformeerd over de uitkomst van de evaluatie.

Artikel 13 Organen

Het bestuur van de veiligheidsregio bestaat uit de volgende bestuursorganen:

  • a.

    het algemeen bestuur;

  • b.

    het dagelijks bestuur;

  • c.

    de voorzitter.

Artikel 14 Samenstelling

  • 1. Het algemeen bestuur bestaat uit negen leden.

  • 2. De leden van het algemeen bestuur zijn de burgemeesters van de gemeenten.

  • 3. Vervallen

  • 4. Het lidmaatschap van het algemeen bestuur eindigt van rechtswege op het moment dat het lid de hoedanigheid van burgemeester verliest.

Artikel 15 Bevoegdheden

Het algemeen bestuur heeft in het kader van de uitvoering van deze regeling:

  • a.

    de bevoegdheid tot het instellen van een commissie met het oog op de behartiging van bepaalde belangen zoals bedoeld in artikel 25 van de Wet gemeenschappelijke regelingen;

  • b.

    bevoegdheden zoals omschreven in artikel 25, derde lid onder a. tot en met c. van de Wet gemeenschappelijke regelingen;

  • c.

    de bevoegdheden tot oprichting van en deelneming in privaatrechtelijke rechtspersonen als omschreven in artikel 31a van de Wet gemeenschappelijke regelingen.

Artikel 16 Besluitvorming

  • 1. Het algemeen bestuur vergadert ten minste tweemaal per jaar.

  • 2. Het algemeen bestuur besluit bij meerderheid van stemmen. Bij het staken der stemmen geeft de stem van de voorzitter de doorslag. De voorzitter oefent zijn doorslaggevende stem alleen uit in een volgende vergadering wanneer in deze vergadering de stemmen over hetzelfde onderwerp opnieuw staken.

  • 3. De leden van het algemeen bestuur hebben in de vergadering van het algemeen bestuur ieder één stem.

  • 4. In afwijking van het bepaalde in het tweede en derde lid geldt voor het vaststellen en wijzigen van de begroting en begrotingswijzigingen en het vaststellen van de jaarrekening dat als twee van de leden namens de gemeente Haarlem, Haarlemmermeer of Velsen overwegende bezwaren hebben tegen een besluit en met het oog daarop deze twee leden tegenstemmen, die gezamenlijke tegenstemmen leiden tot verwerping van het besluit.

  • 5. In het Reglement van Orde conform artikel 19 regelt het algemeen bestuur de stemprocedures.

  • 6. De vergaderingen van het algemeen bestuur zijn openbaar. De deuren worden gesloten wanneer een vijfde van het aantal aanwezige leden dit verzoekt of de voorzitter dit nodig oordeelt. Het algemeen bestuur beslist vervolgens of met gesloten deuren zal worden vergaderd.

Artikel 17 Verantwoording

  • 1. Een lid van het algemeen bestuur of bestuurscommissie geeft het college waar hij deel van uitmaakt alle inlichtingen die door een of meer leden van het college worden gevraagd.

  • 2. Een lid van het algemeen bestuur of bestuurscommissie kan door het college waar hij deel van uitmaakt ter verantwoording worden geroepen voor het door hem in het algemeen bestuur respectievelijk bestuurscommissie gevoerde beleid.

  • 3. Het bepaalde in het eerste en tweede lid is van overeenkomstige toepassing ten aanzien van de raden van de deelnemende gemeenten.

  • 4. Het algemeen bestuur en de bestuurscommissies verschaffen de raden, de colleges en gedeputeerde staten desgevraagd alle informatie over alle zaken de veiligheidsregio betreffende.

  • 5. Het dagelijks en algemeen bestuur respectievelijk de bestuurscommissies informeren de raden actief over vergaderingen, over genomen besluiten en uitvoering daarvan en over andere zaken die van belang zijn voor de raden.

Artikel 18 Advies en informatie

  • 1. Het algemeen bestuur is bevoegd ongevraagd aan een of meer colleges advies te geven of voorstellen te doen, die in verband met deze regeling nodig worden geacht.

  • 2. De desbetreffende colleges delen op zo kort mogelijke termijn aan het algemeen bestuur mee of een advies of voorstel aanleiding is geweest tot het treffen van maatregelenn.

Artikel 19 Reglement van Orde

  • 1. Het algemeen bestuur stelt met inachtneming van de bepalingen van deze regeling een Reglement van Orde voor zijn vergaderingen vast.

  • 2. Dit reglement wordt ter kennisneming gezonden aan de raden van de gemeenten en aan gedeputeerde staten.

Artikel 20 Bestuurscommissies

Het algemeen bestuur stelt in ieder geval in

  • een bestuurscommissie ten behoeve van de taken op het gebied van (fysieke) veiligheid, rampenbestrijding en crisisbeheersing

  • een bestuurscommissie ten behoeve van de taken op het gebied van publieke gezondheid

  • een bestuurscommissie ten behoeve van de taken op het gebied van maatschappelijke zorg en veiligheid.

artikel 21 t/m 29

Vervallen

Artikel 30 Samenstelling

  • 1. Het dagelijks bestuur bestaat uit de burgemeester van Haarlem, Haarlemmermeer en Velsen en twee leden met de functie van wethouder vanuit de bestuurscommissies, aan te wijzen door het algemeen bestuur.

  • 2. De voorzitter wordt benoemd bij Koninklijk Besluit, zoals geregeld in de Wet veiligheidsregio’s. Een voordracht van het AB zal bestaan uit een van de drie in lid 1 genoemde burgemeesters.

  • 3. De leden van het dagelijks bestuur zijn afkomstig uit vijf verschillende gemeenten.

Artikel 31 Benoeming

Voor de leden van het dagelijks bestuur die wethouder zijn in een van de gemeenten, geldt:

  • a.

    De voorbereiding en uitvoering van de besluitvorming in het algemeen bestuur.

  • b.

    zij kunnen te allen tijde ontslag nemen. Van dit ontslag stellen zij de voorzitter terstond in kennis.

  • c.

    in vacatures wordt in de eerstvolgende vergadering van het algemeen bestuur voorzien.

  • d.

    een lid dat het vertrouwen van het algemeen bestuur niet meer bezit, kan te allen tijde het lidmaatschap van het dagelijks bestuur worden ontzegd.

Artikel 32 Taken

Het dagelijks bestuur heeft tot taak:

  • a.

    De voorbereiding en uitvoering van de besluitvorming in het algemeen bestuur;

  • b.

    De coördinatie van de agendering van de bestuurscommissies;

  • c.

    De externe representatie van de veiligheidsregio;

  • d.

    Het beheer van de organisatie. In het kader hiervan is het dagelijks bestuur bevoegd alle beslissingen te nemen op het gebied van personeel en organisatie.

Artikel 33 Vergaderingen

  • 1. Het dagelijks bestuur vergadert zo dikwijls als het dagelijks bestuur dit nodig oordeelt.

  • 2. De vergaderingen van het dagelijks bestuur zijn niet openbaar.

Artikel 34 Aanwezigheid

Het dagelijks bestuur nodigt de leden van het algemeen bestuur en de bestuurscommissies uit om aanwezig te zijn bij de vergaderingen van het dagelijks bestuur.

Artikel 35 Verantwoording

  • 1. Het dagelijks bestuur geeft het algemeen bestuur alle inlichtingen die het algemeen bestuur voor de uitoefening van zijn taak nodig heeft.

  • 2. Het dagelijks bestuur en elk van zijn leden afzonderlijk zijn aan het algemeen bestuur verantwoording verschuldigd over het door het dagelijks bestuur gevoerde bestuur.

Artikel 36 Reglement van Orde

Het dagelijks bestuur stelt met inachtneming van de bepalingen van deze regeling een Reglement van Orde voor zijn vergaderingen vast.

Artikel 37 Taak

  • 1. De voorzitter is belast met de leiding van de vergaderingen van het algemeen en het dagelijks bestuur.

  • 2. De voorzitter ondertekent alle stukken die van het algemeen bestuur en het dagelijks bestuur zijn.

Artikel 38 Algemeen

  • 1. Het dagelijks bestuur benoemt, schorst en ontslaat de secretaris na het horen van het algemeen bestuur en stelt een instructie voor hem vast.

  • 2. De functie van secretaris is onverenigbaar met het lidmaatschap van het algemeen bestuur.

  • 3. De secretaris is aanwezig bij de vergaderingen van het algemeen bestuur en het dagelijks bestuur.

  • 4. De secretaris ondertekent alle stukken die van het algemeen bestuur en het dagelijks bestuur uitgaan.

  • 5. Bij afwezigheid wordt de secretaris vervangen op een door het dagelijks bestuur bepaalde wijze.

Artikel 39 Ambtelijke organisatie

  • 1. De veiligheidsregio beschikt over een ambtelijke organisatie voor de uitvoering van zijn taken.

  • 2. Het dagelijks bestuur stelt de inrichting van de ambtelijke organisatie vast in een organisatieverordening.

  • 3. Het dagelijks bestuur besluit welke bezoldigings- en overige rechtspositieregelingen van toepassing zijn op de medewerkers in dienst van de veiligheidsregio.

Artikel 40 Directie en overige medewerkers

  • 1. Het dagelijks bestuur benoemt, schorst en ontslaat leden van de directie, tenzij een wettelijke bepaling het algemeen bestuur aanwijst.

  • 2. De taken en bevoegdheden van de directie worden geregeld in de organisatieverordening.

  • 3. [vervallen]

  • 4. Het dagelijks bestuur benoemt, schorst en ontslaat alle overige medewerkers van de veiligheidsregio.

Artikel 41 Financiële regels

  • 1. Het algemeen bestuur stelt regels vast met betrekking tot de inrichting van de financiële organisatie, alsmede met betrekking tot de uitgangspunten van het financieel beleid, het financieel beheer, de financiële administratie en de controle.

  • 2. Deze regels bevatten in elk geval een beschrijving van:

    • a.

      het bestuurlijk begrotings- en verantwoordingsinstrumentarium;

    • b.

      het begrotings- en budgetbeheer;

    • c.

      de wijze waarop de financiering plaatsvindt;

    • d.

      de wijze waarop de inwonerbijdrage van de gemeenten wordt berekend;

    • e.

      het stelsel van kostentoerekeningen;

    • f.

      het reservebeleid;

    • g.

      de wijze waarop de waardering en afschrijving van activa plaatsvindt;

    • h.

      de wijze waarop de controle plaatsvindt op de financiële organisatie, het financieel beheer en de financiële administratie.

Artikel 42 Begroting

  • 1. Het dagelijks bestuur zendt de ontwerpbegroting twaalf weken voordat zij aan het algemeen bestuur wordt aangeboden, toe aan de raden van de deelnemende gemeenten. De ontwerpbegroting is voorzien van een behoorlijke toelichting.

  • 2. De raden van de deelnemende gemeenten kunnen bij het dagelijks bestuur hun zienswijze over de ontwerpbegroting naar voren brengen.

  • 3. Het dagelijks bestuur voegt de commentaren waarin deze zienswijze is vervat, samen met zijn reactie daarop, bij de ontwerpbegroting, zoals deze aan het algemeen bestuur wordt aangeboden.

  • 4. [vervallen]

  • 5. Terstond na de vaststelling zendt het algemeen bestuur de begroting ter kennisneming aan de raden van de gemeenten.

  • 6. Het dagelijks bestuur zendt de begroting binnen twee weken na de vaststelling, doch in ieder geval vóór 15 september van het jaar voorafgaande aan dat waarvoor de begroting dient, aan gedeputeerde staten.

Artikel 43 Wijziging van de begroting

Het bepaalde in artikel 42 is-met uitzondering van de genoemde data- van overeenkomstige toepassing op besluiten tot wijziging van de bijdrage aan de begroting door gemeenten,

  • a.

    indien een dergelijke wijziging van invloed is op de omvang van de bijdragen van de gemeenten,

  • b.

    en indien die wijziging niet het gevolg is van een opdracht aan de VRK door een of meer regiogemeenten.

Artikel 44 Bijdragen van de gemeenten

  • 1. In de begroting wordt aangegeven welke bijdrage de gemeenten verschuldigd zijn in het kalenderjaar waarop de begroting betrekking heeft. De omvang van bijdragen per inwoner wordt vastgesteld aan de hand van het aantal inwoners per gemeente, zoals gepubliceerd door het Centraal Bureau voor de Statistiek per 1 januari van het jaar dat vooraf gaat aan het jaar waarop de begroting betrekking heeft.

  • 2. De gemeenten betalen in het kalenderjaar waarop de bijdrage betrekking heeft, bij wijze van voorschot maandelijks een twaalfde deel van deze bijdrage.

Artikel 45 Jaarverslag

  • 1. Het dagelijks bestuur zendt, gehoord de bestuurscommissies, het ontwerpjaarverslag over het afgelopen kalenderjaar voor 15 april van het daaropvolgende jaar aan het algemeen bestuur. Het jaarverslag is vergezeld van een accountantsverklaring en een verslag van bevindingen, zoals bedoeld in artikel 213 van de Gemeentewet.

  • 2. Bij het ontwerpjaarverslag is gevoegd een specificatie van de door elk van de gemeenten verschuldigde bijdrage.

  • 3. De gemeenteraden ontvangen het ontwerpjaarverslag ter informatie.

  • 4. [vervallen]

  • 5. Vaststelling van het jaarverslag strekt het dagelijks bestuur tot décharge, behoudens later in rechte gebleken valsheid in geschrift of andere omstandigheden.

  • 6. Terstond na de vaststelling zendt het algemeen bestuur het jaarverslag ter kennisneming aan de raden van de gemeenten.

  • 7. Het dagelijks bestuur zendt het jaarverslag binnen twee weken na de vaststelling, doch in ieder geval voor 15 juli van het jaar volgend op het jaar waarop het jaarverslag betrekking heeft, aan gedeputeerde staten.

Artikel 46 Verrekening van de voorschotten inwonerbijdrage

Verrekening van het verschil tussen de betaalde voorschotten en de werkelijk verschuldigde inwonerbijdrage van de gemeenten vindt plaats onmiddellijk na vaststelling van de rekening.

Artikel 47 Bestuursrapportages

Het dagelijks bestuur stelt tweemaal per jaar een bestuursrapportage vast en biedt deze ter informatie aan de bestuurscommissies, de colleges en de gemeenteraden aan.

Artikel 48 Archief

  • 1. Het dagelijks bestuur draagt zorg voor de archiefbescheiden overeenkomstig en volgens een door het algemeen bestuur vast te stellen regeling ingevolge artikel 40 van de Archiefwet 1995.

  • 2. De directie is belast met de bewaring en het beheer van deze archiefbescheiden.

Artikel 49 Toetreding

[vervallen]

Artikel 50 Toe- en uittreding

  • 1. Toe- en uittreding van colleges van burgemeester en wethouders tot de gemeenschappelijke regeling is slechts mogelijk na wijziging van de verdeling van gemeenten in regio’s, als bedoeld in artikel 8 van de Wet veiligheidsregio’s.

  • 2. Het algemeen bestuur regelt de gevolgen van de toetreding of de uittreding en kan hieraan voorwaarden verbinden.

  • 3. De voorwaarden voor uittreding zien in ieder geval op de gevolgen voor personeel, contracten, huisvesting en investeringen.

  • 4. De uittredende gemeente draagt de kosten die het rechtstreekse gevolg zijn van de uittreding en de overige gemeenten ondervinden geen financieel nadeel van de uittreding.

Artikel 51 Wijziging

  • 1. Het algemeen bestuur, het dagelijks bestuur en de bestuursorganen van de gemeenten kunnen voorstellen tot wijziging van de regeling doen.

  • 2. De regeling wordt gewijzigd wanneer de bestuursorganen van de gemeenten daartoe eensluidend besluiten.

  • 3. De wijziging treedt in werking met ingang van de eerste dag van de maand volgend op die waarin het besluit tot wijziging door de gemeente Haarlem bekend is gemaakt.

Artikel 52 Opheffing

  • 1. De bestuursorganen van de gemeenten kunnen bij eensluidend besluit besluiten tot de opheffing van de regeling indien dit noodzakelijk is.

  • 2. In geval van opheffing van de regeling besluit het algemeen bestuur tot liquidatie en stelt daarvoor de nodige regels, waaronder het tijdstip van opheffing.

  • 3. Het algemeen bestuur stelt, na het horen van de bestuursorganen van de gemeenten, ten minste zes maanden voor het tijdstip van opheffing, een liquidatieplan en een sociaal plan voor het personeel vast. Het liquidatieplan voorziet in de financiële gevolgen van de opheffing.

Artikel 53 Geschillenregeling

Ten aanzien van geschillen omtrent de toepassing van de regeling in de ruimste zin van het woord, is artikel 28 van de Wet gemeenschappelijke regelingen van toepassing.

Artikel 54 Bekendmaking

  • 1. Het college van de gemeente Haarlem draagt zorg voor de toezending van deze regeling en van de besluiten tot toe-en uittreding, wijziging of opheffing aan gedeputeerde staten en is belast met de bekendmaking in alle deelnemende gemeenten.

  • 2. [vervallen]

  • 3. [vervallen]

  • 4. [vervallen]

Artikel 55 Inwerkingtreding en duur

  • 1. De regeling treedt in werking op de eerste dag van de maand volgend op die waarin het besluit tot wijziging door de gemeente Haarlem bekend is gemaakt.

  • 2. De regeling wordt aangegaan voor onbepaalde tijd.

Artikel 56 Titel

De regeling wordt aangehaald als: gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Kennemerland 2024.

Artikel 57 Overgangsbepaling

Vervallen