Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR623743
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR623743/1
Regeling vervallen per 02-06-2020
Beleidsregels tegemoetkomingen minimabeleid gemeente Westerkwartier 2019
Geldend van 01-05-2019 t/m 01-06-2020
Intitulé
Beleidsregels tegemoetkomingen minimabeleid gemeente Westerkwartier 2019Het college van de gemeente Westerkwartier,
Overwegende dat iedereen moet kunnen meedoen aan culturele, maatschappelijke en sportieve voorzieningen en activiteiten wordt het ondersteunen door middel van diverse tegemoetkomingen voor mensen met een laag inkomen belangrijk geacht. Daarnaast moet iedereen met een laag inkomen in aanmerking kunnen komen voor een tegemoetkoming in de gemeentelijke belasting en heffingen.
gelet op artikel 108, 147 en 149 van de Gemeentewet en artikel 35 Participatiewet en de Verordening tegemoetkomingen minimabeleid ;
B E S L U I T :
vast te stellen de
Beleidsregels tegemoetkomingen minimabeleid gemeente Westerkwartier 2019
Artikel 1 Begripsbepalingen
-
1. Alle begrippen die in deze beleidsregels worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Participatiewet en de Algemene wet bestuursrecht.
Artikel 2 Inhoud tegemoetkomingen minimabeleid
- 1.
Participatiefonds:
- a.
een tegemoetkoming voor culturele, maatschappelijke of sportieve activiteiten;
Als tegemoetkoming in de kosten voor sociale, culturele en sportieve activiteiten wordt per jaar vergoed aan:
- een alleenstaande € 165,00
- gehuwden € 280,00
- verhoging per ten laste komend kind € 118,00.
Voorwaarden en nadere bepalingen:
- men dient op 1 januari van het betreffende jaar inwoner van de gemeente Westerkwartier te zijn om in aanmerking te komen voor het volledige bedrag;
- wanneer men gedurende het jaar inwoner van de gemeente Westerkwartier wordt, bestaat er recht naar rato;
- men dient aan de inkomensnorm èn de vermogenstoets te voldoen;
- wanneer wordt voldaan aan de voorwaarden wordt het bedrag gestort op de eigen rekening van belanghebbenden (tenzij zij anders aangeven);
- iedereen met een uitkering op grond van de Participatiewet heeft recht op deze vergoeding. De vergoeding wordt zoveel mogelijk ambtshalve toegekend.
- Iedereen met een IOAW of IOAZ-uitkering kan een aanvraag indienen om in aanmerking te komen voor deze vergoeding;
- iedereen die is toegelaten tot de Wet schuldsanering natuurlijke personen (WSNP) wordt gedurende het schuldsaneringstraject geacht aan de inkomensnorm van artikel 4 van deze regels te voldoen;
- bij de toekenning van de vergoeding wordt men er op gewezen dat het toegekende bedrag aan de sociale, culturele en sportieve activiteiten dient te worden besteed en de feitelijke besteding (achteraf) steekproefsgewijs kan worden getoetst.
Deze tegemoetkoming kan zowel ambtshalve als op aanvraag worden verstrekt. De aanvraag kan pas worden ingediend, nadat de aanslag in de gemeentelijke belasting en heffingen is opgelegd.
- b.
een tegemoetkoming voor de peuterspeelzaal;
Als tegemoetkoming in de ouderbijdrage aan de peuterspeelzaal wordt vergoed:
- per kind per jaar € 170,00
Voorwaarden en nadere bepalingen:
- men dient op 1 januari van het betreffende jaar inwoner van de gemeente Westerkwartier te zijn om in aanmerking te komen voor het volledige bedrag;
- wanneer men gedurende het jaar inwoner van de gemeente Westerkwartier wordt, bestaat er recht naar rato;
- men dient aan de inkomensnorm èn de vermogenstoets te voldoen;
- wanneer wordt voldaan aan de voorwaarden wordt het bedrag gestort op de eigen rekening van belanghebbenden (tenzij zij anders aangeven);
- iedereen die is toegelaten tot de Wet schuldsanering natuurlijke personen (WSNP) wordt gedurende het schuldsaneringstraject geacht aan de inkomensnorm te voldoen;
- bij de toekenning van de vergoeding wordt men er op gewezen dat het toegekende bedrag aan de bijdrage voor de peuterspeelzaal dient te worden besteed en de feitelijke besteding (achteraf) steekproefsgewijs kan worden getoetst;
Deze tegemoetkoming wordt op aanvraag verstrekt.
- c.
een tegemoetkoming voor schoolgaande kinderen
Als tegemoetkoming in de kosten voor schoolgaande kinderen wordt per jaar vergoed:
Kinderen die basisonderwijs volgen € 56,00 per kind
Kinderen die voor het eerst voortgezet onderwijs volgen € 244,00 per kind
Kinderen die voortgezet onderwijs volgen € 120,00 per kind
Voorwaarden en nadere bepalingen:
- men dient op 1 januari van het betreffende jaar inwoner van de gemeente Westerkwartier te zijn om in aanmerking te komen voor het volledige bedrag;
- wanneer men gedurende het jaar inwoner van de gemeente Westerkwartier wordt, bestaat er recht naar rato;
- men dient aan de inkomensnorm èn de vermogenstoets te voldoen;
- wanneer wordt voldaan aan de voorwaarden wordt het bedrag gestort op de eigen rekening van belanghebbenden (tenzij zij anders aangeven);
- iedereen die is toegelaten tot de Wet schuldsanering natuurlijke personen (WSNP) wordt gedurende het schuldsaneringstraject geacht aan de inkomensnorm te voldoen;
- bij de toekenning van de vergoeding wordt men er op gewezen dat het toegekende bedrag aan de bijdrage voor de schoolgaande kinderen dient te worden besteed en de feitelijke besteding (achteraf) steekproefsgewijs kan worden getoetst.
Deze tegemoetkoming wordt op aanvraag verstrekt.
- d.
Kindpakket
Een tegemoetkoming in de kosten voor kinderen onder de 18 jaar per jaar per kind. De hoogte van de tegemoetkoming wordt nog vastgesteld.
Voorwaarden en nadere bepalingen:
- men dient op het moment van het ambtshalve toekennen van het betreffende jaar inwoner van de gemeente Westerkwartier te zijn en kinderen onder de 18 jaar te hebben en aan de inkomensnorm en de vermogenstoets te voldoen om in aanmerking te komen voor de tegemoetkoming.
- a.
- 2.
Een tegemoetkoming in de gemeentelijke belasting en heffingen van de:
- a.
onroerendzaakbelasting;
De tegemoetkoming in de gemeentelijke belastingen bedraagt:
100% van de opgelegde aanslag;
Voorwaarden en nadere bepalingen:
- men dient op 1 januari van het betreffende jaar inwoner van de gemeente Westerkwartier te zijn om in aanmerking te komen voor het volledige bedrag;
- wanneer men gedurende het jaar inwoner van de gemeente Westerkwartier wordt, bestaat er recht naar rato;
- men dient aan de inkomensnorm èn de vermogenstoets te voldoen;
- wanneer wordt voldaan aan de voorwaarden wordt het bedrag verrekend met de aanslag van gemeente Westerkwartier (tenzij zij anders aangeven);
- iedereen die is toegelaten tot de Wet schuldsanering natuurlijke personen (WSNP) wordt gedurende het schuldsaneringstraject geacht aan de inkomensnorm te voldoen.
- b.
afvalstoffenheffing;
De tegemoetkoming in de afvalstoffenheffing bedraagt per jaar:
100% van het vaste gedeelte van de heffingen; en daarnaast:
een maximaal bedrag van € 137,00 voor een meerpersoonshuishouden;
een maximaal bedrag van € 75,00 voor eenpersoonshuishouden.
Voorwaarden en nadere bepalingen:
- men dient op 1 januari van het betreffende jaar inwoner van de gemeente Westerkwartier te zijn om in aanmerking te komen voor het volledige bedrag;
- wanneer men gedurende het jaar inwoner van de gemeente Westerkwartier wordt bestaat er recht naar rato;
- men dient aan de inkomensnorm èn de vermogenstoets te voldoen;
- wanneer wordt voldaan aan de voorwaarden wordt het bedrag verrekend met de aanslag van de gemeente Westerkwartier (tenzij zij anders aangeven);
- iedereen die is toegelaten tot de Wet schuldsanering natuurlijke personen (WSNP) wordt gedurende het schuldsaneringstraject geacht aan de inkomensnorm te voldoen;
- c.
rioolheffing (wordt opgelegd aan eigenaren van woningen)
De tegemoetkoming in de kosten van de rioolheffing bedraagt per jaar maximaal: € 227,00
- a.
-
De tegemoetkomingen in de gemeentelijke belastingen en heffingen kunnen zowel ambtshalve als op aanvraag worden verstrekt. De aanvraag kan pas worden ingediend, nadat de aanslag in de gemeentelijke belasting en heffingen is opgelegd.
Artikel 3 Doelgroep
Inwoners van de gemeente Westerkwartier met een inkomen tot 120% van de voor hem geldende bijstandsnorm en die voldoen aan het inkomensbegrip en de vermogensgrens zoals gesteld in paragraaf 3.4 van de Participatiewet.
Artikel 4 Inkomensnorm
Voor de vaststelling van het inkomen betekent dat:
- 1.
bij een regelmatig inkomen wordt uitgegaan van het maandinkomen in de maand voorafgaand aan het moment van de aanvraag;
- 2.
bij een onregelmatig inkomen wordt uitgegaan van de meest recente gegevens over een jaar (dit kan een boekhoudrapport zijn);
- 3.
voor de vaststelling van het inkomen wordt uitgegaan van het middelenbegrip als bedoeld in artikel 31 en het inkomensbegrip van artikel 32 en 33 van de Participatiewet;
- 4.
de (eventueel) op grond van de Participatiewet toegekende individuele inkomens- en/of studietoeslagen worden in het kader van de twee genoemde regelingen voor de vaststelling van het inkomen buiten beschouwing gelaten.
Artikel 5 Vermogenstoets
Deze vermogenstoets houdt in dat er om in aanmerking te komen voor deze regelingen:
-
1. geen sprake mag zijn van vermogen boven de vermogensgrens zoals bedoeld in artikel 34 van de Participatiewet;
-
2. voor de vaststelling van het vermogen wordt uitgegaan van het middelenbegrip als bedoeld in artikel 31 en het vermogensbegrip van artikel 34 van de Participatiewet;
-
3. hierbij wordt de waarde van vervoermiddelen als vermogensbestanddeel in aanmerking genomen op de volgende wijze:
- a.
een eerste voertuig wordt voor een alleenstaande of een gezin als algemeen gebruikelijk gezien, voor zover deze een waarde heeft van minder dan € 4000,00, en daarmee niet in aanmerking genomen bij de vaststelling van het vermogen;
- b.
de waarde van het voertuig, voor zover het meer bedraagt dan € 4.000,00, wordt tot het vermogen gerekend;
- c.
een eerste voertuig, ouder dan 10 jaar, wordt niet als vermogen in aanmerking genomen;
- d.
in geval van een oldtimer kan op dit laatste een uitzondering worden gemaakt;
- a.
-
4. in situaties dat er sprake is van een eigen woning en van overwaarde in de woning, hoger dan het op grond van artikel 34 lid 2 sub d Participatiewet maximaal vrij te laten bedrag, wordt er desalniettemin voldaan aan de vermogenstoets indien en voor zover het recht op vergoeding op grond van de twee verschillende regelingen niet meer bedraagt dan de bijstandsnorm geldend voor gehuwden (als genoemd in artikel 21 onderdeel b van de Participatiewet).
Artikel 6 Hardheidsclausule
Er kan in bijzondere gevallen ten gunste van de belanghebbende worden afgeweken van de bepalingen genoemd in deze beleidsregels indien strikte toepassing daarvan leidt tot onbillijkheden van overwegende aard.
Artikel 7 Citeertitel
Deze beleidsregels kunnen worden aangehaald als Beleidsregels minimabeleid 2019.
Artikel 8 Inwerkingtreding
-
1. Deze beleidsregels treden in werking op 1 mei 2019 dan wel de eerste dag na de bekendmaking ervan.
Ondertekening
Aldus besloten in de openbare vergadering van het college van de gemeente Westerkwartier,
d.d. 26 maart 2019
F.H. Wiersma, burgemeester A. Schulting, secretaris
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl