Regeling aanvullende belonen

Geldend van 04-04-2019 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2019

Intitulé

Regeling aanvullende belonen

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Veldhoven;

gelet op het akkoord tussen de werkgevers- en werknemersvertegenwoordiging in de commissie voor het georganiseerd overleg in de gemeente Veldhoven, zoals overeengekomen op 10 september 2008 en ondertekend op 25 november 2008;

gelet op het daarbij behorende beslisdocument beloningsdifferentiatie c.a. 2008-2011;

gelet op de uitkomsten van de evaluatie van het hiervoor genoemde akkoord;

gelet op de bereikte overeenstemming in de commissie voor het georganiseerd overleg d.d. 28 juni 2012 over de voorwaarden voor een Regeling aanvullend belonen voor de vervolgperiode van 2013 tot en met 2015;

gelet op de evaluatie Regeling aanvullend belonen voor de periode van 2013 tot en met 2015;

gelet op de bereikte overeenstemming in de commissie voor het georganiseerd overleg d.d. 25 februari 2019 over de voorwaarden voor een Regeling aanvullend belonen met ingang van 1 januari 2019;

b e s l u i t:

vast te stellen de navolgende:

Regeling Aanvullend Belonen

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

a. ambtenaar: de ambtenaar als bedoeld in artikel 1:1 van de Car-Uwo van de gemeente Veldhoven;

b. beoordelaar: de leidinggevende van de ambtenaar die bevoegd is tot het beoordelen van de ambtenaar;

c. reguliere beoordelingsmethode: de beoordelingsmethode ingevolge de vigerende personeelsbeoordelingsregeling;

d. aanvullende beloning: de beloning die de ambtenaar wordt toegekend volgens de criteria zoals genoemd in deze regeling;

e. aanvullende werkafspraak: de werkafspraak die de ambtenaar in het kader van deze regeling kan aangaan om een aanvullende beloning te verdienen;

f. salarisschaal: de voor de ambtenaar toepasselijke salarisschaal.

Artikel 2 Het toepassingsgebied van de regeling

1. De aanvullende werkafspraak kan tot aanvullende beloning leiden zowel voor ambtenaren die het maximum van de salarisschaal hebben bereikt als voor de ambtenaren die het maximum van de salarisschaal niet hebben bereikt.

2. De aanvullende beloning voor ambtenaren die het maximum van de salarisschaal hebben bereikt, zoals bedoeld in artikel 8 lid 2 onder b. t/m d., is toegankelijk voor zover de ambtenaar langer dan één jaar op het maximum staat.

3. De aanvullende beloning voor ambtenaren zoals bedoeld in artikel 8 lid 2 onder a., is toegankelijk voor zover de ambtenaar langer dan één jaar in dienst is.

Artikel 3 De aard van de aanvullende werkafspraak

Met deze regeling wordt de persoonlijke ontplooiing, ontwikkeling, flexibiliteit, mobiliteit en duurzame inzetbaarheid van de individuele ambtenaar gestimuleerd. Een aanvullende werkafspraak dient in het kader te staan van deze doelstelling.

Artikel 4 De werkwijze bij de aanvullende werkafspraak

  • 1.

    Er bestaat in enig kalenderjaar enkel aanspraak op aanvullende beloning, voor zover de individuele medewerker en zijn leidinggevende jaarlijks een aanvullende werkafspraak hebben afgesproken, de medewerker de aanvullende werkafspraak heeft verricht en de beoordelaar het resultaat heeft beoordeeld overeenkomstig het bepaalde in artikel 5.

  • 2.

    De ambtenaar is niet verplicht tot het maken van een afspraak over een aanvullende werkafspraak. Hij heeft de vrijheid om zijn deelname aan de regeling jaarlijks te overwegen.

  • 3.

    De beoordelaar neemt het initiatief voor een gesprek met de ambtenaar over een aanvullende werkafspraak. De aanvullende werkafspraak en de voorwaarden daarbij komen in beginsel vóór 1 maart van het betreffende kalenderjaar tot stand in overleg tussen de ambtenaar en zijn beoordelaar. De ambtenaar doet hiertoe een inhoudelijk voorstel. De afspraken worden SMART geformuleerd.

  • 4.

    De ambtenaar wordt binnen redelijke grenzen met reguliere werktijd gefaciliteerd om de aanvullende werkafspraak te verrichten. De beoordelaar maakt vooraf via het format aan de ambtenaar kenbaar welke hoeveelheid tijd hij aan de aanvullende werkafspraak mag besteden.

  • 5.

    Indien de aanvullende werkafspraak niet voor genoemde datum tot stand is gekomen door omstandigheden die te wijten zijn aan verzuim aan de zijde van de werkgever, dan verstaat de ambtenaar zich zo spoedig mogelijk met de naasthogere leidinggevende van de beoordelaar, die een passende voorziening treft.

  • 6.

    De gemeentesecretaris vervult een arbitraire rol bij meningsverschillen tussen de ambtenaar en de beoordelaar over de inhoud van en tijdsbesteding voor de aanvullende werkafspraak.

  • 7.

    De beoordelaar beoordeelt in beginsel de aanvullende werkafspraak vóór 1 december van het betreffende kalenderjaar.

Artikel 5 De beoordeling

  • 1.

    Om in aanmerking te komen voor de beloning als genoemd in artikel 8 dient de ambtenaar te beschikken over twee positieve beoordelingsresultaten:

    • a.

      minimaal de kwalificatie ‘normaal/goed’ ingevolge de reguliere beoordelingsmethode én

    • b.

      het eindoordeel ‘voldaan’ ingevolge de aanvullende beoordeling.

  • 2.

    Bij het eindoordeel ‘niet voldaan’ ingevolge de aanvullende beoordeling heeft de ambtenaar geen aanspraak op een aanvullende beloning.

Artikel 6 Malus-regeling

  • 1.

    Indien het beoordelingsresultaat over de ambtenaar het eindoordeel ‘voldaan’ ingevolge de aanvullende beoordeling te zien geeft in combinatie met de kwalificatie ‘slecht/onvoldoende’ of ‘matig’ ingevolge de reguliere beoordelingsmethode dan wordt, zolang dit patroon voortduurt, de aanvullende beloning die de ambtenaar het laatst verdiend heeft, gekort met:

    • in het 1e jaar: 25 %

    • in het 2e jaar: 50 %

    • in het 3e jaar: 75 %.

    In het 4e jaar vervalt de bonus.

  • 2.

    De beoordelaar kondigt de toepassing, zoals bedoeld in het vorige lid, van te voren aan bij de ambtenaar.

  • 3.

    Indien de reguliere en aanvullende beoordeling weer voldoen aan de normen zoals gesteld in artikel 5, dan wordt de bonus op het laatst verdiende niveau gecontinueerd.

Artikel 7 Geen beoordeling door verzuim werkgever

Indien geen beoordeling, zoals bedoeld in artikel 5, heeft plaatsgevonden door omstandigheden die te wijten zijn aan verzuim aan de zijde van de werkgever, dan zal de ambtenaar hiervan geen negatieve rechtspositionele en arbeidsvoorwaardelijke gevolgen ondervinden.

Artikel 8 Hoogte van de aanvullende beloning

  • 1.

    De hoogte van de aanvullende beloning, genoemd in het navolgende lid, wordt toegekend naar rato van de deeltijdfactor van de individuele ambtenaar.

  • 2.

    De aanvullende beloning bedraagt:

    a. voor de ambtenaar die niet in aanmerking komt voor bepalingen onder b. t/m d. van dit lid : € 500,-- (bruto);

    b. voor de ambtenaar die langer dan één jaar op het maximum van de salarisschaal staat € 1.000,-- (bruto);

    c. voor de ambtenaar die langer dan twee jaar op het maximum van de salarisschaal staat € 1.500,-- (bruto);

    d. voor de ambtenaar die langer dan drie jaar op het maximum van de salarisschaal staat € 2.000,-- (bruto).

Artikel 9 Aanspraak op de aanvullende beloning

Aanspraak op aanvullende beloning bestaat:

a. voor de ambtenaar genoemd in artikel 8, lid 2, onder a: in het tweede jaar na de datum van indiensttreding;

b. voor de ambtenaar genoemd in artikel 8, lid 2, onder b: in het tweede jaar waarop hij op het maximum van de salarisschaal staat;

c. voor de ambtenaar genoemd in artikel 8, lid 2, onder c: in het derde jaar waarop hij op het maximum van de salarisschaal staat;

d. voor de ambtenaar genoemd in artikel 8, lid 2, onder d: in het vierde en volgende jaren waarop hij op het maximum van de salarisschaal staat.

Artikel 10 Specifieke situaties

De leidinggevende neemt bij de bepaling van de hoogte van de aanvullende beloning het volgende in acht:

a. de hoogte van de aanvullende beloning voor de ambtenaar die ouderschapsverlof of onbetaald verlof geniet, wordt gecorrigeerd naar rato van de daadwerkelijke over het kalenderjaar gewerkte uren;

b. de hoogte van de aanvullende beloning voor de ambtenaar die reïntegreert in het kader van langdurige ziekte wordt bepaald door toepassing van maatwerk;

c. de aanvullende beloning voor de ambtenaar die uit dienst treedt van de gemeente Veldhoven, kan volledig worden uitgekeerd, voor zover de opdracht is beoordeeld conform artikel 5, lid 1, tenzij dit apert onredelijk is;

d. de ambtenaar die ontheven is uit zijn functie wordt in beginsel uitgesloten van aanvullende beloning, tenzij hierover op individueel niveau nadere afspraken zijn vastgelegd.

Artikel 11 Bevordering

  • 1.

    Wanneer de ambtenaar wordt ingedeeld in een hogere dan voor hem toepasselijke salarisschaal, vervallen de aanvullende beloningsbedragen zoals bedoeld in artikel 8 lid 2 onder b t/m d. en vindt in de nieuwe schaal op reguliere wijze de periodiekenopbouw plaats tot de ambtenaar het maximum van de nieuwe salarisschaal heeft bereikt. De ambtenaar kan daarna weer aanspraak maken op de aanvullende beloningsbedragen zoals bedoeld in artikel 8 lid 2 onder b t/m d, met inachtneming van de termijnen zoals bedoeld in artikel 9 onder b t/m d. Deze ambtenaar kan wel aanspraak maken op het aanvullende beloningsbedrag zoals bedoeld in artikel 8 lid 2 onder a.

  • 2.

    Bij de inschaling van de ambtenaar in de nieuwe toepasselijke salarisschaal is het uitgangspunt dat er geen inkomensachteruitgang voor de ambtenaar ontstaat.

  • 3.

    Indien een ambtenaar in de voor hem toepasselijke salarisschaal een vaste persoonlijke toelage geniet, wordt bij zijn indeling in een hogere dan de voor hem toepasselijke salarisschaal ervoor gewaakt dat de ambtenaar geen inkomensachteruitgang treft.

Artikel 12 Hardheidsclausule

Een hardheidsclausule biedt het college de mogelijkheid om in bijzondere gevallen af te wijken van de bepalingen in deze verordening, indien toepassing leidt tot onbillijkheden van overwegende aard.

Artikel 13 Inwerkingtreding

1. Deze regeling kan worden aangehaald als: “Regeling Aanvullend Belonen Veldhoven”.

2. Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2019, heeft een looptijd van onbepaalde tijd.

Ondertekening

Vastgesteld ter vergadering van 19 maart 2019.

H.J. de Ruiter M.J.A. Delhez MSc

secretaris burgemeester