Regeling vervallen per 01-09-2019

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Haarlemmermeer houdende regels omtrent kabels en leidingen Verordening werkzaamheden kabels en leidingen gemeente Haarlemmermeer 2014

Geldend van 09-02-2019 t/m 31-08-2019 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2019

Intitulé

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Haarlemmermeer houdende regels omtrent kabels en leidingen Verordening werkzaamheden kabels en leidingen gemeente Haarlemmermeer 2014

[Deze regeling is op 2 januari 2019 met terugwerkende kracht van toepassing verklaard voor het gehele grondgebied van de gemeente Haarlemmermeer. Dit besluit is bekend gemaakt in Gemeenteblad 2019, 26889.]

De raad van de gemeente Haarlemmermeer,

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Haarlemmermeer van 10 december 2013,

gelet op de artikelen 149 van de Gemeentewet en artikel 5.4, vierde lid, van de Telecommunicatiewet,

besluit vast te stellen de Verordening werkzaamheden kabels en leidingen gemeente Haarlemmermeer 2014.

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Haarlemmermeer;

  • b.

    kabels en leidingen: één of meer kabels of leidingen, daaronder in ieder geval begrepen dat wat onder kabels wordt verstaan in artikel 1.1, onder z, van de Telecommunicatiewet, en daaronder mede begrepen lege buizen, ondergrondse en bovengrondse ondersteuningswerken en beschermingswerken, bestemd voor transport van vaste, vloeibare of gasvormige stoffen, van energie of van informatie;

  • c.

    leidingexploitant: degene onder wiens verantwoordelijkheid een kabel of leiding wordt aangelegd, beheerd of geëxploiteerd, waaronder tevens wordt begrepen degene die een vergunning voor het aanleggen van een leiding heeft aangevraagd;

  • d.

    openbare gronden: openbare wegen en wateren als bedoeld in artikel 1.1, onder aa, van de wet;

  • e.

    werkzaamheden van niet-ingrijpende aard: werkzaamheden in openbare gronden met een sleuflengte van maximaal 10 meter;

  • f.

    wet: Telecommunicatiewet.

Artikel 2. Coördinatie van werkzaamheden

  • 1. Het college is belast met de coördinatie van werkzaamheden in of op openbare gronden in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels en leidingen.

  • 2. Hierbij worden mede betrokken andere werkzaamheden in of op openbare gronden.

  • 3. Het college bevordert het medegebruik van voorzieningen, waarbij in ieder geval de technische mogelijkheden in acht worden genomen.

Artikel 3. Nadere regels

  • 1. Het college stelt in ieder geval nadere regels vast met betrekking tot:

    • a.

      de eisen aan de uitvoering van werkzaamheden in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels en leidingen;

    • b.

      ordening, planning en coördinatie van werkzaamheden in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels en leidingen;

    • c.

      de omgang met kabels en leidingen in verontreinigde gronden, rond watergangen en stedelijk groen, en op verhardingen boven kabels en leidingen;

    • d.

      informatie-uitwisseling tussen de gemeente en netbeheerders.

Hoofdstuk 2. Werkzaamheden inzake kabels en leidingen, uitgezonderd kabels ten dienste van een openbaar elektronisch telecommunicatienetwerk

Artikel 4. Reikwijdte van hoofdstuk 2

Dit hoofdstuk is van toepassing op werkzaamheden in of op openbare gronden in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels en leidingen, met uitzondering van werkzaamheden die onder de reikwijdte van hoofdstuk 3 vallen.

Artikel 5. Vergunning

  • 1. Het is verboden zonder vergunning van het college werkzaamheden uit te voeren in of op openbare gronden inzake de aanleg, instandhouding of opruiming van kabels en leidingen.

  • 2. Het verbod is niet van toepassing op werkzaamheden van niet-ingrijpende aard en op situaties waarin wordt voorzien door het Wetboek van Strafrecht, de Wet beheer rijkswaterstaatswerken, de provinciale wegenverordening of de waterschapskeur.

Artikel 6. Beslistermijnen

  • 1. Het college beslist op een aanvraag voor een vergunning binnen acht weken na de datum van ontvangst van de aanvraag.

  • 2. Paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) is niet van toepassing.

Artikel 7. Weigeringsgronden

Een vergunning kan worden geweigerd in het belang van:

  • a.

    de openbare orde;

  • b.

    de veiligheid;

  • c.

    het voorkomen of beperken van overlast;

  • d.

    de bereikbaarheid van gronden en gebouwen;

  • e.

    de ondergrondse ordening.

Artikel 8. Voorschriften en beperkingen

  • 1. Aan een vergunning kunnen voorschriften en beperkingen worden verbonden.

  • 2. Deze kunnen slechts betrekking hebben op:

    • a.

      de plaats van de werkzaamheden;

    • b.

      het tijdstip van de werkzaamheden, met dien verstande dat het toegestane tijdstip van aanvang, behoudens zwaarwichtige redenen van publiek belang, niet later mag liggen dan 12 maanden na de datum van verlening van de vergunning;

    • c.

      de wijze van uitvoering van de werkzaamheden;

    • d.

      het bevorderen van medegebruik van voorzieningen; en

    • e.

      het afstemmen van de voorgenomen werkzaamheden met beheerders van overige in de grond aanwezige werken.

Artikel 9. Vergunningaanvraag, gegevensverstrekking

  • 1. Een vergunning wordt digitaal aangevraagd bij het college middels een daartoe vastgesteld formulier.

  • 2. Bij de aanvraag voor een vergunning wordt een uitvoeringsplan gevoegd.

  • 3. Het uitvoeringsplan omvat in ieder geval:

    • a.

      een omschrijving van de kabels en leidingen die worden aangelegd, in stand gehouden of opgeruimd, alsmede een omschrijving van de voorzieningen die worden mede gebruikt of voor medegebruik worden aangelegd;

    • b.

      de locatie van de werkzaamheden;

    • c.

      een omschrijving van de werkzaamheden die worden uitgevoerd;

    • d.

      de contactgegevens van degene onder wiens verantwoordelijkheid de werkzaamheden worden verricht, inclusief een contactgegeven dat gedurende de uitvoering van de werkzaamheden de gehele dag bereikbaar zal zijn;

    • e.

      een opgave van het voorgenomen tijdvak waarbinnen de werkzaamheden zullen plaatsvinden en, indien van toepassing, een opgave van de fasering binnen dit tijdvak;

    • f.

      een aanduiding van de wijze waarop omwonenden en andere belanghebbenden vooraf in kennis worden gesteld van de werkzaamheden; en

    • g.

      een omschrijving van de maatregelen die om reden van openbare orde, veiligheid, het voorkomen of beperken van overlast, de bereikbaarheid van gronden of gebouwen, dan wel ondergrondse ordening zijn voorgenomen.

  • 4. Het uitvoeringsplan wordt voorzien van een tekening op een GBKN schaal 1:500 of 1:1000waarop in ieder geval de aan te leggen, in stand te houden of te verwijderen kabels en leidingen, de daartoe te verrichten werkzaamheden en een of meer straatnamen staan aangeduid.

Artikel 10. Herstel openbare gronden na beëindiging werkzaamheden

Openbare gronden worden na beëindiging van de werkzaamheden in de oude staat teruggebracht, tenzij het college anders heeft besloten.

Artikel 11. Ernstige belemmeringen en storingen

  • 1. Het verbod, bedoeld in artikel 5, eerste lid, geldt niet voor spoedeisende werkzaamheden ten gevolge van een ernstige belemmering of storing indien de voorgenomen werkzaamheden schriftelijk zijn gemeld aan de burgemeester.

  • 2. Ingeval de openbare orde of gevaar dan wel de vrees voor het ontstaan van gevaar zich verzet tegen de uitvoering van voorgenomen werkzaamheden als bedoeld in het eerste lid, kan de burgemeester besluiten dat deze werkzaamheden op een ander dan het voorgenomen tijdstip plaatsvinden.

  • 3. Het besluit wordt onverwijld na het tijdstip van ontvangst van de melding genomen.

  • 4. Het eerste lid is niet van toepassing op de door het college aangewezen gebieden.

  • 5. De leidingexploitant verstrekt zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk binnen een week, na beëindiging van de werkzaamheden een uitvoeringsverslag aan het college.

  • 6. Het uitvoeringsverslag omvat in ieder geval:

    • a.

      een omschrijving van de kabels en leidingen die zijn aangelegd, in stand gehouden of opgeruimd;

    • b.

      een omschrijving van de werkzaamheden die zijn uitgevoerd; en

    • c.

      een aanduiding van de spoedeisende aard van de werkzaamheden.

Hoofdstuk 3. Werkzaamheden inzake kabels ten dienste van een openbaar elektronisch telecommunicatienetwerk

Artikel 12. Reikwijdte van hoofdstuk 3

Hoofdstuk 3 is van toepassing op werkzaamheden in of op openbare gronden in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van:

  • a.

    kabels als bedoeld in artikel 1.1, onder z, van de wet, die ten dienste staan van een openbaar elektronisch communicatienetwerk als bedoeld in artikel 1.1, onder h, van de wet; en

  • b.

    ondergrondse ondersteuningswerken en beschermingswerken als bedoeld in artikel 5.15 van de wet.

Artikel 13. Meldings- en beslistermijnen

  • 1. Het voornemen, bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, onder a, van de wet, wordt tenminste acht weken voor de voorgenomen aanvang van de werkzaamheden bij het college gemeld.

  • 2. Het eerste lid is niet van toepassing op werkzaamheden van niet-ingrijpende aard.

  • 3. Het college beslist over de instemming, bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, onder b, van de wet, binnen acht weken na de datum van ontvangst van de in het eerste lid bedoelde melding.

  • 4. Paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) is niet van toepassing.

Artikel 14. Gegevensverstrekking

  • 1. Bij de melding van een voornemen als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, onder a, van de wet, wordt een uitvoeringsplan gevoegd.

  • 2. Het uitvoeringsplan omvat in ieder geval:

    • a.

      een omschrijving van de kabels die worden aangelegd, in stand gehouden of opgeruimd, alsmede een omschrijving van de voorzieningen die worden medegebruikt of voor medegebruik worden aangelegd;

    • b.

      de locatie van de werkzaamheden;

    • c.

      een omschrijving van de werkzaamheden die worden uitgevoerd;

    • d.

      de contactgegevens van degene onder wiens verantwoordelijkheid de werkzaamheden worden verricht, inclusief een contactgegeven dat gedurende de uitvoering van de werkzaamheden de gehele dag bereikbaar zal zijn;

    • e.

      een opgave van het voorgenomen tijdvak waarbinnen de werkzaamheden zullen plaatsvinden en, indien van toepassing, een opgave van de fasering binnen dit tijdvak;

    • f.

      een aanduiding van de belanghebbenden die vooraf in kennis worden gesteld van de werkzaamheden;

    • g.

      een omschrijving van de maatregelen die om reden van openbare orde, veiligheid, het voorkomen of beperken van overlast, de bereikbaarheid van gronden of gebouwen, dan wel ondergrondse ordening zijn voorgenomen.

  • 3. Het uitvoeringsplan wordt voorzien van een tekening op een GBKN schaal 1:500 of 1:1000waarop in ieder geval de aan te leggen, in stand te houden of te verwijderen kabels, de daartoe te verrichten werkzaamheden en een of meer straatnamen staan aangeduid.

Artikel 15. Herstel openbare gronden na beëindiging werkzaamheden

Openbare gronden worden na beëindiging van de werkzaamheden in de oude staat teruggebracht, tenzij het college anders heeft besloten.

Artikel 16. Ernstige belemmeringen en storingen

  • 1. Artikel 5.6 van de wet is niet van toepassing op de door het college aangewezen gebieden.

  • 2. Degene die spoedeisende werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.6, eerste lid, van de wet heeft uitgevoerd, verstrekt zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk binnen een week, na beëindiging van de werkzaamheden een uitvoeringsverslag aan het college.

  • 3. Het uitvoeringsverslag omvat in ieder geval:

    • a.

      een omschrijving van de kabels die zijn aangelegd, in stand gehouden of opgeruimd;

    • b.

      een omschrijving van de werkzaamheden die zijn uitgevoerd; en

    • c.

      een aanduiding van de spoedeisende aard van de werkzaamheden.

Hoofdstuk 4. Handhaving

Artikel 17. Toezicht

Met het toezicht op de naleving van het bij of krachtens deze verordening bepaalde zijn belast de door het college aangewezen personen.

Artikel 18. Strafbepaling

Overtreding van artikel 5, eerste lid, wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste drie maanden of een geldboete van de tweede categorie.

Hoofdstuk 5. Overgangs- en slotbepalingen

Artikel 19. Wijziging APV, intrekken oude regeling en overgangsrecht

  • 1. Voor leidingen die op de datum van inwerkingtreding van deze verordening aanwezig en in gebruik zijn, geldt de schriftelijke toestemming op grond waarvan zij zijn gelegd als een vergunning krachtens deze verordening.

  • 2. Artikel 2:10, vierde lid, onderdeel e, van de Algemene Plaatselijke Verordening komt te luiden:

    • e.

      de meldingsplicht in lid 4, onder c, geldt voorts niet voor zover in het daarin geregelde onderwerp wordt voorzien door het Wetboek van Strafrecht, de Wet beheer rijkswaterstaatswerken, de provinciale wegenverordening, de waterschapskeur, de Telecommunicatiewet of de Verordening werkzaamheden kabels en leidingen gemeente Haarlemmermeer 2014.

  • 3. De Telecommunicatieverordening gemeente Haarlemmermeer wordt ingetrokken.

  • 4. De Telecommunicatieverordening gemeente Haarlemmermeer blijft van toepassing op aanvragen en meldingen die zijn ingediend voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening.

  • 5. Een krachtens de Telecommunicatieverordening gemeente Haarlemmermeer verleende vergunning geldt als vergunning verleend krachtens deze verordening.

Artikel 20. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. Deze verordening treedt met terugwerkende kracht in werking op 1 januari 2014.

  • 2. Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening werkzaamheden kabels en leidingen gemeente Haarlemmermeer 2014.

Bijlage 1

Toelichting