Evenementenbeleid Hoorn

Een levendige en gastvrije stad

Team Veiligheid en Toezicht

Team Juridisch Administratief

Team Vergunningen en Bouwtoezicht

Afkortingenlijst

1 Inleiding

1.1 Missie

1.2 Coalitie akkoord 2018-2022

1.3 Evenementen om te stimuleren en ondersteunen

2 Juridisch kader

2.1 Gemeentewet

2.2 Algemene wet bestuursrecht

2.3 Drank- en Horecawet

2.4 Wet Veiligheidsregio’s

2.5 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en bestemmingsplan

2.6 Zondagswet

2.7 Besluit brandveilig gebruik en basishulpverlening overige plaatsen

2.8 Algemeen Plaatselijke Verordening Hoorn

3 Beleid evenementen

3.1 Geluidsnormen

3.2 Norm aantal beveiligers

3.3 Technische hygiënezorg

3.4 EHBO’ers

3.5 Eindtijden

3.6 Nachtverblijf evenementen

3.7 Zondagswet

3.8 Ontheffing artikel 35 Drank- en Horecawet

3.9 Vechtsportevenementen

3.10 Kermissen

3.11 Koningsdag

3.12 Drugs bij evenementen

3.13 Ballonnen bij evenementen

4 Categorie evenementen

4.1 Categorie I

4.2 Categorie II

4.3 Categorie III

5 Coördinatie evenementen en evenementenkalender

5.1 Evenementencoördinator

5.2 Evenementendesk

5.3 Evenementenoverleg

5.4 Evenementenkalender

6 Locatie evenementen

6.1 Locatiebeleid

7 Procedure aanvraag en beschikking evenementen

7.1 Procedure

7.2 De aanvraag (stap 1)

7.3 Advisering (stap 2)

7.4 Beslistermijn

7.5 Vergunningvoorschriften

7.6 Bezwaar

7.7 Kosten

8 Handhavingsbeleid

8.1 Inleiding

8.2 Uitgangspunten

8.3 Stappen in handhaving

9 Bijlage 1: Overzicht kermissen

10 Bijlage 2: Locatie kermissen

10.1 Kermis Hoorn binnenstad

10.2 Kermis Blokker

10.3 Kermis Zwaag

11 Bijlage 3: Locaties evenementen

Afkortingenlijst

Abbb Algemene beginselen van behoorlijk bestuur

Amvb Algemene maatregel van bestuur

Apv Algemene plaatselijke verordening

Awb Algemene wet bestuursrecht

BOR Besluit omgevingsrecht

DHW Drank- en Horecawet

GGD Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst

GHOR De Geneeskundige Hulpverleningsorganisatie in de Regio

RIEC Regionaal Informatie en Expertise Centrum

OD NHN Omgevingsdienst Noord-Holland Noord

SVH-diploma Sociale Hygiëne-diploma

VRNHN Veiligheidsregio Noord-Holland Noord

VBT Vergunningen en Bouwtoezicht

Wabo Wet algemene bepalingen omgevingsrecht

Hoorn is een bruisende stad waarin jaarlijks vele evenementen plaatsvinden. De evenementen richten zich op zowel inwoners als bezoekers, van jong tot oud. De evenementen hebben een grote aantrekkingskracht en zorgen ervoor dat de stad verlevendigt. De evenementen vinden op meerdere locaties plaats, maar voornamelijk in en rondom de binnenstad.

De gemeente Hoorn was toe aan een geactualiseerd en samengevoegd evenementenbeleid. Het oude evenementenbeleid bevatte oude wet- en regelgeving en was verspreid over verschillende stukken.

In dit stuk staat het beleid voor het organiseren van een evenement. Dit beleid gaat in op het juridisch kader, de algemene normen, de categorieën, de coördinatie van evenementen, de locaties, de aanvraag, beschikking en de handhaving met betrekking tot evenementen.

1.1 Missie

Evenementen kunnen worden ingezet voor de promotie van Hoorn. Hierdoor dragen ze bij aan de levendigheid en aantrekkelijkheid van de stad. Daarnaast hebben evenementen een meerwaarde doordat ze de sociale samenhang vergroten, voor ontmoeting zorgen en gezelligheid geven. De aanwezigheid van evenementen en cultuur in het algemeen heeft een belangrijk effect op het (positieve) imago en de aantrekkingskracht van een stad. Het draagt bij aan een aantrekkelijk woonklimaat voor burgers, aan het vestigingsklimaat voor bedrijven en aan de aantrekkingskracht voor toekomstige bewoners en bezoekers.

1.2 Coalitie akkoord 2018-2022

In het coalitie akkoord is het volgende opgenomen over evenementen in Hoorn.

“In Hoorn wonen ontzettend veel initiatiefrijke, creatieve en ondernemende mensen die activiteiten en evenementen organiseren op het gebied van muziek, sport, kunst en cultuur. Wij geven ruimte voor nieuwe initiatieven en helpen initiatiefnemers waar mogelijk om hun plannen waar te maken. De binnenstad is vanzelfsprekend in trek als plaats voor evenementen, maar spreiding van evenementen over de stad, de wijken en de dorpen stimuleren wij.”

In hoofdstuk 6 is deze gewenste spreiding van evenementen in de gemeente Hoorn ook vertaald.

1.3 Evenementen om te stimuleren en ondersteunen

Hoorn heeft een aantal evenementen die zich richten op versterking van het profiel van Hoorn en nauw aansluiten bij de cultuur in de historische (binnen)stad. Deze evenementen heeft de gemeenteraad vastgesteld. De evenementen hebben bij voorkeur een (boven)regionale of landelijke uitstraling, maar kunnen ook kleinschalig zijn. De evenementen zijn zichtbaar en voelbaar in de stad en hebben ook een verbinding met de regio. Daarnaast hebben ze een spin-off naar andere sectoren, zoals de horeca, middenstand, musea en kunstenaars. De gemeente Hoorn stimuleert en ondersteunt deze evenementen. In een aantal gevallen door een meerjarige subsidie.

Dit zijn de evenementen waarmee de gemeente Hoorn zich wil profileren:

• De Fiets4Daagse (2-5 mei elk jaar);

• De Hoornse Stadsfeesten (3e weekend juni);

• De Kaasmarkten (eind juni – juli – augustus);

• De Waterweek Hoorn (eind augustus);

• Het Weekend Kunst en Cultuur (eerste weekend september);

• Speeldag NL (halverwege september);

• Hulpverlenersweekend (1 x per 2 jaar, begin oktober).

Als je een evenement wilt organiseren, moet je voldoen aan wet- en regelgeving. Denk bijvoorbeeld aan de Algemeen plaatselijke verordening Hoorn (hierna: Apv), de Drank- en Horecawet (hierna: DHW) en de Zondagswet. Hieronder staat de belangrijkste wet- en regelgeving over het organiseren van evenementen. Het gaat om landelijke en lokale wet- en regelgeving.

2.1 Gemeentewet

De burgemeester is op grond van artikel 172 Gemeentewet verantwoordelijk voor de handhaving van de openbare orde. Daarnaast mag de burgemeester overtredingen van wettelijke voorschriften die betrekking hebben op de openbare orde voorkomen of stoppen. Op grond van artikel 174 Gemeentewet is de burgemeester ook verantwoordelijk voor het toezicht op openbare samenkomsten en activiteiten, net als openbare gebouwen. De burgemeester kan met het oog op de bescherming van veiligheid en gezondheid ingrijpen.

2.2 Algemene wet bestuursrecht

De Algemene wet bestuursrecht (Hierna: Awb) kent algemene regels voor het aanvragen, beslissen en bekendmaken met betrekking tot de verstrekking van vergunningen. Een aanvraag voor een (evenementen)vergunning moet zorgvuldig worden voorbereid. Daarbij moeten alle belangen van betrokkenen zorgvuldig worden afgewogen. De gemeente moet goed motiveren en de motivatie bij het besluit vermelden. Daarnaast heeft een belanghebbende de mogelijkheid om tegen een besluit van de gemeente in bezwaar of beroep te gaan.

2.3 Drank- en Horecawet

Voor het schenken van zwak-alcoholische drank (zoals bier en wijn) buiten een horecagelegenheid is een ontheffing van de burgemeester nodig (artikel 35 DHW). De burgemeester kan deze ontheffing verlenen voor een bijzondere gelegenheid die heel tijdelijk is, tot maximaal 12 aaneensluitende dagen. Er kunnen extra voorwaarden worden verbonden aan deze ontheffing. Er mag alleen drank worden geschonken als er een leidinggevende aanwezig is die op de ontheffing staat, niet in enig opzicht van slecht levensgedrag is en minimaal 21 jaar is. Een organisator van een evenement kan via de site van de gemeente Hoorn een ontheffing (artikel 35 DHW) voor het schenken van zwak-alcoholische drank aanvragen.

2.4 Wet Veiligheidsregio’s

De Wet Veiligheidsregio regelt de organisatie van de brandweerzorg, geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen, rampenbestrijding en crisisbeheersing onder één regionaal bestuur. Zo zijn hulpverleningsdiensten bijvoorbeeld beter voorbereid op (grote) dreigingen. De Veiligheidsregio adviseert de gemeente ten aanzien van evenementen. Daarnaast moet er volgens deze wet een risicoanalyse moet worden gedaan bij evenementen. De gemeente Hoorn doet bij alle evenementen van categorie II en III een risicoanalyse (voor uitleg categorieën: zie hoofdstuk 4).

2.5 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en bestemmingsplan

Als een evenement niet past in een bestemmingsplan moet de organisator naast een evenementenvergunning ook een omgevingsvergunning aanvragen (Wabo, bijlage 2 van de Bor) Als een evenement kort en incidenteel is, dan is het volgens de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (ABRvS 13 april 2005, ECLI:NL:RVS:2005:AT3708) mogelijk om dit evenement toe te staan, ook al staat het bestemmingsplan dit eigenlijk niet toe.

2.6 Zondagswet

Voor de zondagsrust staan in de Zondagswet regels over evenementen op zondag. Zo is het volgens artikel 3 van de Zondagswet verboden om op zondag zonder strikte noodzaak geluid te maken dat op een afstand van meer dan 200 meter hoorbaar is. Op grond van artikel 4 Zondagswet is het verboden om op zondag vóór 13:00 uur openbare activiteiten te organiseren, de ruimte te geven of daaraan deel te nemen. De gemeente kan hiervoor een ontheffing verlenen.

2.7 Besluit brandveilig gebruik en basishulpverlening overige plaatsen

De AMvB die in werking is getreden op 1 januari 2018 stelt landelijk wettelijke regels voor de brandveiligheid op andere plaatsen dan gebouwen, zoals evenemententerreinen en de tijdelijke bouwwerken en bouwsels die daar worden geplaatst.

2.8 Algemeen Plaatselijke Verordening Hoorn

Afdeling 7 van hoofdstuk 2 van de Apv gaat over evenementen. Artikel 2:24 tot en met 2:26 Apv hebben betrekking op evenementen binnen de gemeente Hoorn. In artikel 2:24 Apv wordt uitgelegd wat er onder het woord ‘evenement’ wordt verstaan. Artikel 2:25 Apv stelt onder andere dat het verboden is om een middelgroot (II) of groot evenement (III) te organiseren zonder vergunning. Ook het organiseren van een evenement van categorie I zonder melding is verboden. De artikelen hieronder zijn overgenomen uit de Apv Hoorn. Op grond van artikel 2:26 Apv is het verboden om bij een evenement de orde te verstoren.

In dit hoofdstuk staan de normen voor evenementen. Het gaat dan om de algemene normen voor alle evenementen voor geluid, het aantal beveiligers, de technische hygiëne, EHBO’ers en eindtijden. Daarnaast wordt het beleid bij specifieke evenementen behandeld.

3.1 Geluidsnormen

Het geluid bij evenementen wordt in de meeste gevallen veroorzaakt door (versterkte) muziek, maar kan ook veroorzaakt worden doordat veel mensen bij elkaar zijn en met elkaar praten. Geluid kan bij omwonenden leiden tot overlast.

In de evenementenvergunning worden geluidsnormen opgenomen als er (versterkte) muziek wordt aangevraagd. Deze geluidsnormen worden door de gemeente Hoorn in overleg met de Omgevingsdienst Noord-Holland Noord (hierna: OD NHN) vastgesteld. De gemeente en de OD NHN wegen zorgvuldig de belangen af en kijken per locatie (bijvoorbeeld bebouwing) en per evenement (bijvoorbeeld soort evenement en muzieksoort) welke geluidsnormen gehanteerd moeten worden. Daarnaast worden diverse evenementen in opdracht van de gemeente door de OD NHN gecontroleerd of de geluidsnormen niet worden overschreden tijdens het evenement.

De geluidsnormen kunnen dus per evenement verschillen. Bij het stellen van geluidsnormen van nieuwe evenementen wordt gekeken naar het soort evenement en naar de locatie waar het evenement wordt gehouden.

3.2 Norm aantal beveiligers

Het aantal in te zetten gecertificeerde beveiligingsmedewerkers, hangt af van verschillende factoren. Denk dan aan het soort evenement, de locatie, het aantal toegangsdeuren, het aantal bezoekers en het soort bezoekers.

De gemeente Hoorn hanteert in veel gevallen de norm: 1 beveiliger op 250 bezoekers. Dit is geadviseerd vanuit de politie. Er kan van deze norm worden afgeweken als hier aanleiding voor is. Factoren die hierbij een rol spelen zijn:

- De locatie van het evenement;

- De activiteiten op het evenement;

- Aard van het evenement;

- Doelgroep van het evenement;

- Een eventuele dreiging.

Voor elk evenement moet dan ook naar bovenstaande factoren en risico's worden gekeken. Op deze manier kan er worden afgeweken van de norm (1 op 250). Dit zal worden teruggekoppeld aan de organisator van een evenement en als voorschrift worden opgenomen in de vergunning.

3.3 Technische hygiënezorg

Een organisator draagt zorg voor de veiligheid en gezondheid van de bezoekers, (vrijwillige) medewerkers en deelnemers op het evenement. Een evenement kan risico’s met zich meebrengen. Voordat de gemeente Hoorn een evenementenvergunning verleent, vraagt de gemeente advies aan onder andere de GGD over Technische Hygiënezorg.

Als een organisatie van een evenement tijdelijke voorzieningen wil treffen, dan moet zij rekening houden met regelgeving. Bij tijdelijke voorzieningen valt te denken aan:

• •

  mobiele toiletten (spoeltoiletten, dixies en plaskruizen);

• •

  zelf gecreëerde watertappunten door aansluitingen op een kraan, waterput of tank (om te voorzien in handwasgelegenheid bij toiletten en bij het eten en drinken of voor het douchen e.d.);

• •

  het bereiden en/of uitgeven van eten en drinken vanuit een mobiele ruimte;

• •

  het plaatsen van een zwembad of jacuzzi;

• •

  het opzetten van een tijdelijke kampeergelegenheid.

Ook zaken als afvalverwerking (op het evenement, opslag, afvalwater), een evenement met wateractiviteiten op een niet officiële zwemwaterlocatie (sloten- en grachten zwemwedstrijden, mudruns) en evenementen met dieren vragen extra aandacht als het gaat om hygiëne. Als er tijdens het evenement gebruik gemaakt wordt van water door bijvoorbeeld tijdelijk geplaatste douches is legionellapreventie verplicht.

3.4 EHBO’ers

Het aantal en het niveau van de in te zetten medisch hulpverleners verschilt per evenement. Dit is onder andere afhankelijk van bezoekersaantal en activiteiten op het evenemententerrein. Landelijke richtlijn vanuit GGD/GHOR is om 1 gecertificeerde EHBO’er (niveau Basic Life Support) per 1000 bezoekers in te zetten met een minimum van 2 EHBO’ers.

3.5 Eindtijden

Voor zowel binnen- als buitenevenementen geldt op zondag tot en met donderdag een eindtijd van 23:00 uur en op vrijdag en zaterdag geldt een eindtijd van 24:00 uur. Van de genoemde tijdstippen kan worden afgeweken, als het gaat om de evenementen die de gemeenteraad heeft vastgesteld als evenementen die zich richten op versterking van het profiel van Hoorn en nauw aansluiten bij de cultuur in de historische (binnen)stad (zie paragraaf 1.2).

De gemeente kan alleen van de eindtijden afwijken als de OD NHN en de politie hier positief over adviseren. Er geldt binnen de gemeente Hoorn een maximale eindtijd voor binnenevenementen van 03:00 uur en voor buitenevenementen van 01:00 uur, waarbij opgelegd kan worden dat uiterlijk een half uur voor het einde de muziekvolume en de alcoholverstrekking geleidelijk afgebouwd wordt.

Ook voor de kermis gelden andere eindtijden. Voor evenementen op en gelijktijdig met de kermis Hoorn binnenstad gelden dezelfde eindtijden. Van zondag tot en met donderdag geldt een eindtijd van 24:00 uur en op vrijdag een zaterdag een eindtijd van 01:00 uur. In de binnenstad met Lappendag mogen de evenementen gelet op de openbare orde en veiligheid tot uiterlijk 16:00 uur doorgaan.

Voor binnenevenementen tijdens oud en nieuw kan er een later tijdsstip worden gehanteerd, vanwege het karakter van de avond.

Vanaf 06.00 uur tot 18.00 uur mogen particulieren zonder vergunning op Koningsdag goederen op straat verkopen. Voor evenementen op Koningsdag kan met een evenementenvergunning van deze tijden worden afgeweken met een maximale eindtijd van 20:00 uur met een evenementenvergunning. Een eindtijd tot 20:00 uur, in plaats van 18:00 uur zoals voor de particulieren geregeld is, is besproken met de veiligheidspartners. Deze zien een eindtijd in het kader van de openbare orde en veiligheid als noodzakelijk maar hebben geen bezwaar tegen de uitbreiding tot 20:00 uur.

3.6 Nachtverblijf evenementen

3.6.1 Kamperen bij evenementen

Recreatief nachtverblijf bij evenementen is niet toegestaan. Daaronder valt bijvoorbeeld het kamperen in afwachting van een bezoek aan een evenement. In Hoorn kunnen campers wel gebruik maken van de aangewezen plekken.

3.6.2 Kermis en circus en andere meerdaagse evenementen

Kermisexploitanten en circusexploitanten verblijven ook tijdens de nacht in de gemeente Hoorn. Dit doen zij op een in de evenementenvergunning aangewezen locatie. Dit verblijf is niet recreatief van aard, maar onderdeel van het evenement. Het wordt daardoor onderdeel van de evenementenvergunning.

Sommige evenementen zijn meerdaags, bijvoorbeeld een zeilwedstrijd, waarbij uit alle delen van land en soms zelfs buitenland, deelnemers komen. Dit nachtverblijf maakt onderdeel uit van de evenementenvergunning. Het nachtverblijf past bij het evenement.

Het nachtverblijf zal voor advies worden voorgelegd aan de Veiligheidsregio. Bij deze organisatie wordt hierover dan ook advies ingewonnen.

3.7 Zondagswet

Om de zondagsrust te waarborgen stelt de Zondagsweg regels over evenementen die op zondag worden georganiseerd. Op grond van artikel 4 Zondagswet is het verboden om op zondag voor 13:00 uur openbare vermakelijkheden te houden, daartoe gelegenheid te geven of daaraan deel te nemen. Van deze verboden kan ontheffing worden verleend. Per initiatief wordt gekeken of een ontheffing kan worden verleend. Dit is onder meer afhankelijk van het soort evenement en de starttijd van het evenement (06:00 uur is anders dan 12:00 uur).

3.8 Ontheffing artikel 35 Drank- en Horecawet

Deze paragraaf is bedoeld om de verlening of weigering van een ontheffing op basis van artikel 35 van de Drank- en Horecawet (DHW) te onderbouwen.

3.8.1 Wettelijk kader

In artikel 35 lid 1 DHW staat dat de burgemeester voor het verstrekken van zwakalcoholhoudende drank op aanvraag ontheffing kan verlenen van het verbod in artikel 3 DHW. De burgemeester kan de ontheffing verlenen voor een bijzondere gelegenheid van zeer tijdelijke aard en voor een aaneengesloten periode van maximaal twaalf dagen.

3.8.2 Wat is een bijzondere gelegenheid van tijdelijke aard?

Het gaat te ver om een uitputtende opsomming te geven van 'bijzondere gelegenheden van zeer tijdelijke aard', maar om een indruk te geven wat hieronder wordt verstaan, dienen de voorbeelden Koningsdag, Lappendag en de Stadsfeesten.

Bij de afwegingen is het tevens van belang dat een zelfde evenement niet meer dan twee maal per jaar per kern plaats vindt. Bij een evenement dat meer dan twee maal per jaar terugkeert, verdwijnt het bijzondere karakter en krijgt het een regulier karakter.

Verstrekking van alcoholhoudende drank mag alleen onder de onmiddellijke leiding van een persoon die voldoet aan de eisen, gesteld in artikel 35 lid 1 DHW. Deze eisen zijn:

• 1.

  de leidinggevende mag niet in enig opzicht van slecht levensgedrag zijn;

• 2.

  de leidinggevende moet minimaal 21 zijn.

3.8.3 Voorwaarde aanvraag

De gemeente Hoorn stelt extra voorwaarden aan de aanvraag van een ontheffing artikel 35 DHW. De leidinggevende moet de volgende (bewijs)stukken aanleveren bij de gemeente Hoorn:

• 1.

  verklaring Sociale Hygiëne, die geregistreerd is in het register;

• 2.

  geldig identiteitsbewijs (rijbewijs, paspoort of ID-kaart).

3.8.4 Voorschriften

Aan een ontheffing op basis van artikel 35 DHW kan de burgemeester voorschriften en beperkingen koppelen.

De Westfriese gemeenten strijden al sinds 2007 voor bewustwording van de gevolgen van het op te jonge leeftijd gebruiken van drank en drugs. In het kader van alcoholmatiging worden de volgende voorschriften en beperkingen aan een ontheffing gekoppeld:

• 1.

  u bent als verstrekker van alcoholhoudende drank verplicht om vast te stellen of een koper de wettelijk gestelde leeftijd heeft bereikt;

• 2.

  aan personen van wie niet is vastgesteld, dat zij de leeftijd van 18 jaar hebben bereikt wordt geen alcoholhoudende drank verstrekt. Dit voorschrift wordt duidelijk leesbaar en goed zichtbaar aan het publiek kenbaar gemaakt;

• 3.

  aan personen die de aan hen verstrekte drank doorgeven aan personen, die de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt, wordt geen alcoholhoudende drank meer verstrekt;

• 4.

  personen beneden de leeftijd van 16 jaar mogen niet werkzaam zijn terzake de verkoop van zwak-alcoholhoudende drank;

• 5.

  personen die kennelijk onder invloed van drank zijn, of die door hun gedrag aanstoot geven, moeten worden geweerd en verwijderd;

• 6.

  naast het alcoholtappunt dient tevens een alcoholvrij tappunt (frisdrank/water) geplaatst te worden. Voor het publiek moeten steeds alcoholvrije dranken en water verkrijgbaar te zijn;

• 7.

  mobiele tappunten zijn verboden, waaronder ook begrepen de zogenaamde “rugzaktap” en de navulslang, waarbij met een lange slang vanaf het tappunt, de klanten op afstand vanaf het vaste tappunt kunnen worden bediend;

• 8.

  tijdens de looptijd van deze ontheffing, mag geen sterke drank aanwezig zijn. Ook mag niet worden toegelaten dat sterke drank aan het publiek wordt verstrekt;

• 9.

  er moet in de nabijheid van elke bar een leidinggevende staan die vermeld is op de ontheffing.

Bij openbare orde voorschriften gaat het erom dat het tappen alcohol op een verantwoorde wijze plaatsvindt. Om problemen op het gebied van de openbare orde te voorkomen, verbindt de gemeente de volgende voorschriften aan de ontheffing:

• 10.

  er moet in de nabijheid van elke bar een leidinggevende staan die vermeld is op de ontheffing;

• 11.

  er mogen maximaal 24 tapkranen aanwezig zijn op het evenemententerrein waar zwak-alcoholische dranken uit worden getapt;

• 12.

  alle aanwijzingen en bevelen die door daartoe bevoegde functionarissen in het belang van de openbare orde en veiligheid worden gegeven, dienen onmiddellijk door u te worden opgevolgd;

• 13.

  u bent verplicht de redelijkerwijs mogelijke maatregelen te nemen, om te voorkomen dat de gemeente Hoorn of derden ten gevolge van het gebruik van deze ontheffing schade lijden;

• 14.

  de alcoholhoudende drank moet worden verstrekt in gebruikersverpakkingen, anders dan van glas en na gebruik onmiddellijk te worden ingezameld en opgeruimd;

• 15.

  de houder van deze ontheffing dient er op toe te zien, dat na afloop van het evenement eventueel afval wordt verwijderd;

• 16.

  de omgeving van het tappunt dient gedurende de tijd dat er publiek aanwezig is, behoorlijk verlicht en geventileerd te worden en van alle kanten goed te overzien zijn;

• 17.

  het personeel mag niet in kennelijke staat van dronkenschap of kennelijk onder invloed van andere psychotrope stoffen (drugs) verkeren als deze dienst doet op het evenement. Ook vrijwilligers vallen hieronder.

3.8.5 Schenken niet voor 12:00 uur

Het schenken van alcohol mag niet eerder plaatsvinden dan de begintijd van het evenement die in de vergunning staat. Als de begintijd eerder is dan 12:00 uur, mag er pas na 12:00 uur alcohol geschonken worden. In het kader alcoholmatiging (volksgezondheid) staat dit in elke ontheffing. De gemeente verleent geen ontheffing voor het schenken van alcohol vóór 12:00 uur.

3.8.6 Geen ontheffing

Het verlenen van een ontheffing is een bevoegdheid van de burgemeester. De Drank- en Horecawet geeft een aantal gevallen waarbij het niet mogelijk is om een ontheffing te verlenen (genoemd hieronder onder 1.). Daarnaast kan de burgemeester ook van zijn bevoegdheid afzien. Bijvoorbeeld als hij van mening is dat de volksgezondheid (alcohol onder jeugd) of de openbare orde in het geding komen of een aanvraag gelet op de behandeltijd niet beoordeeld kan worden. In de gevallen onder 2. tot en met 4. wordt in ieder geval geen ontheffing verleend (niet limitatief). Een ontheffing wordt geweigerd, als:

• 1.

  het niet gaat om een ‘bijzondere gelegenheid van zeer tijdelijke aard’;

• 2.

  de bezoekers hoofdzakelijk of uitsluitend bestaan uit personen jonger dan 18;

• 3.

  als het verstrekken van zwak-alcoholische dranken volgens de burgemeester niet past bij het karakter van het evenement of de activiteit. Hier is in ieder geval sprake van als het evenement of activiteit zich voornamelijk richt op jongeren, bijvoorbeeld een sporttoernooi voor jeugdteams;

• 4.

  als deze niet op tijd is aangevraagd, te weten uiterlijk vier weken voor aanvang van de bijzondere gelegenheid van zeer tijdelijke aard.

3.8.7 Lokale voorschriften

Artikel 35 lid 2 DHW geeft de burgemeester de mogelijkheid voorschriften te verbinden aan de ontheffing. Deze voorschriften kunnen betrekking hebben op sociale hygiëne, sociaaleconomische en openbare orde en (brand)veiligheid. De voorschriften kunnen per ontheffing verschillen. Er wordt gekeken naar de verschillende omstandigheden, zoals locatie, soort evenement en het soort publiek.

3.8.8 Openbare orde en (brand)veiligheidsaspecten

Bij openbare ordeaspecten gaat het om het op een verantwoorde wijze verstrekken van alcohol. Artikel 21 DHW verbiedt de verkoop of verstrekking van alcohol als redelijkerwijs moet worden vermoed, dat dit tot verstoring van de openbare orde, veiligheid of zedelijkheid zal leiden.

3.8.9 Aanvraag

Een aanvraag voor ontheffing van artikel 35 DHW kan worden gedaan via de aanvraag van een evenementenvergunning. Het aanvraagformulier is te vinden op www.hoorn.nl.

3.8.10 Handhaving

De gemeente Hoorn is verantwoordelijk voor de handhaving van de ontheffing voor artikel 35 DHW. Bij constatering van overtreding van het bepaalde in artikel 35 DHW, kan de burgemeester bestuursrechtelijke maatregelen treffen. In het ‘Handhavingsbeleid publiek toegankelijke inrichtingen’ is de handhaving van overtredingen van de Drank- en Horecawet beschreven.

3.9 Vechtsportevenementen

Het doel van deze beleidslijn is om mogelijke criminaliteit achter en in de organisaties van vechtsportgala’s tegen te gaan en malafide organisatoren niet te faciliteren.

3.9.1 Aanwijzing risicovolle categorieën

Mixed Martial Arts, of te wel gemengde vechtkunst, bestaat uit een combinatie van technieken uit verschillende vechtsporten, zoals worstelen (grappling), judo, kickboksen, boksen en jiujitsu muay thai. Deze combinatie heeft als doel het vormen van de meest effectieve vechtsport voor een in theorie vrij gevecht. Er zijn diverse varianten van Mixed Martial Arts en verschillende organisaties, ieder met zijn eigen kenmerken en regels, waaronder free fight (het vrije gevecht), vale tudo (Braziliaans Mixed Martial Arts) en cage fight (kooigevecht).

In artikel 2:25 lid 5 van de Apv Hoorn is opgenomen dat er voor deze categorieën een levensgedrag toets geldt. De levensgedrag toets is opgenomen om te kunnen toetsen of de organisator op grond van zijn levensgedrag in staat wordt geacht om een vechtsportevenement te organiseren.

Aanwijzing van de volgende categorieën sportwedstrijden als bedoeld in artikel 2:24 lid 2 onder g van de Apv Hoorn zijn gelet op het bovenstaande:

• •

  Mixed Martial Arts, ook wel genoemd gemengde vechtkunst, waaronder in ieder geval worden begrepen free fight (het vrije vechten), vale tudo (Braziliaans Mixed Martial Arts) en cage fight (kooigevecht);

• •

  Kickboksen en Muay Thai (Thaiboksen) in al hun varianten.

3.9.2 Voorschriften

Transparante geldstromen

De bedoeling van de voorschriften rondom transparante geldstromen is om de geldstromen meer zichtbaar te maken om het risico op witwassen en op zwart geld te beperken. In de vechtsportgala’s gaat veel geld om. Veel van dit geld dat verdiend wordt bij vechtsportgala’s gaat, al dan niet contant, om in de verkoop van viptafels. Het begrip vip staat voor very important person (zeer belangrijk persoon) en wordt gebruikt om bijzondere gasten mee aan te duiden. Tijdens kickboksgala's worden vaak in een speciale zone, tafels geplaatst, waar het reguliere publiek geen toegang tot heeft. Hier zitten personen die, tegen betaling, gebruik maken van faciliteiten (bv. alcoholische dranken) die anderen niet hebben. De geldstromen rondom viptafels zijn bijna niet zichtbaar. Uit de memorandum van de politie Amsterdam/Amstelland blijkt dat de verkoop van viptafels diverse risico-indicatoren van witwassen met zich meebrengt. Uit de evaluatie rondom de ongeregeldheden van het vechtsportgala in Hoorn van mei 2011, is ook naar voren gekomen dat de registratie van viptafels niet transparant is. In sommige gevallen werd alleen de voornaam geregistreerd in het bezoekersoverzicht die de viptafel kocht, in andere gevallen werd alleen de naam van het bedrijf geregistreerd. Ook was er onduidelijkheid of er voor de hele viptafel of voor een plaats aan de viptafel betaald moest worden.

Hiervoor worden, indien van toepassing, de volgende voorschriften in de evenementenvergunning opgenomen:

• 1.

  De organisator van het evenement moet de kopers van viptafels, de sponsoren van het evenement en het prijzengeld registreren;

• 2.

  Contante betaling van viptafels, contante betaling door sponsoren en contante betaling van het prijzengeld is niet toegestaan;

• 3.

  De organisator van het evenement moet de lijst met kopers van viptafels, de lijst van sponsoren en de lijst met hoogtes van het prijzengeld met alle bijbehorende betalingen en prijzen 1 week voor aanvang van het evenement bij de gemeente indienen;

• 4.

  De organisator van het evenement moet binnen 1 week na beëindiging van het evenement bij de gemeente een lijst indienen met de namen van de sporters die prijzengeld en/of andere bijbehorende prijzen hebben gewonnen.

Alcohol

Het is vaak het geval dat er tijdens de vechtsportgala’s alcohol wordt geschonken. Alcoholgebruik hangt veelal samen met onder andere agressie en geweld. Om ongewenste situaties tijdens vechtsportgala’s door gebruik van (te veel) alcohol zoveel mogelijk te voorkomen is er bij deze vergunningsvoorschriften ook een beperking voor het schenken van alcohol. Hiervoor worden, indien van toepassing, de volgende voorschriften in de evenementenvergunning opgenomen:

• 1.

  Het is niet toegestaan alcohol te verkopen en te nuttigen in de zaal waar de wedstrijd plaatsvindt.

Erkende sportbond

Vechtsport moet op gelijk voet komen te staan als andere sporten. De stelregel moet dan ook zijn voor vechtsporten, dat je lid moet zijn van de erkende sportbond. Dit betekent dat de versplinterde vechtsportbonden moet worden verbonden en alle kicksporters en –sportscholen aangesloten zouden moeten zijn bij een erkende bond (bv. FOG), waardoor gemeenten er vanuit kunnen gaan dat voldaan wordt aan bepaalde veiligheidseisen en voorzorgsmaatregelen worden opgelegd om bepaalde risico’s te vermijden.

Doel sportbond

Sportbonden hebben als doel om de aangesloten sportverenigingen te stimuleren en ondersteuning te bieden bij de beoefening van de sport op recreatief gebied en op topsportniveau. De taken van een sportbond zijn:

• 1.

  De organisatie van de competitie en evenementen. De sportbond stelt regels vast met betrekking tot:

  • a.

    Officials. Deze horen o.a. ter goede naam en faam bekend staan en mogen geen geld aannemen van criminele organisaties en/of criminele en/of drugs gerelateerde zaken.

  • b.

    De wedstrijdring. De wedstrijdring moet o.a. voldoen aan het niet hebben van reclame van criminele organisaties en/of drugs gerelateerde zaken.

  • c.

    De locatie van een wedstrijd. De locatie moet o.a. voldoen aan het hebben van een vergunning van de lokale overheid en de locatie mag geen eigendom zijn van criminele organisaties en/of aan drugs gerelateerde zaken.

  • d.

    Taken kaderleden rond de organisatie van een evenement. Hierbij valt te denken aan het maken van een rapportage met betrekking op de gang van zaken van het evenement en het zorg dragen aan voldoende tijd vooraf van een evenement om afspraken te maken met de promotor en organisatie voor het sportief en veilig laten verlopen van een evenement.

  • e.

    De deelnemers. De deelnemers moeten o.a. lid zijn van de sportbond en in het bezit zijn van een wedstrijdpaspoort. De deelnemers moeten zich netjes, respectvol en sportief gedragen.

  • f.

    Ter voorbereiding van een vechtsportevenement wordt er een overeenkomst ondertekend door de erkende bond en de organisator van het vechtsportevenement waarin duidelijk naar voren komt hoe het evenement wordt georganiseerd.

• 2.

  Het ondersteunen van de aangesloten verenigingen. Dit kan gaan over algemene ondersteuning of over ondersteuning op maat en het geven van advies op het te voeren beleid. Hierbij kan het gaan over het te voeren strafmaatregelen zoals berispen, uitsluiting van deelname wedstrijden of royering voor bepaalde tijd of het gehele leven. Het bevorderen van recreanten en topsporters.

Hiertoe worden, indien van toepassing, het volgende voorschrift in de evenementenvergunning opgenomen:

• 1.

  Vechtsportgala’s en -wedstrijden dienen plaats te vinden onder auspiciën van een bond die erkend is door NOC*NSF.

Advies leeftijdsgrens

Bij vechtsportgala’s is er sprake van geweld in de ring. Om te voorkomen dat er te jeugdig publiek naar de vechtsportgala’s komt, adviseert de gemeente Hoorn een leeftijdsgrens van 12 jaar en ouder. Omdat dit een advies is en geen voorwaarde die afgedwongen kan worden, neemt de gemeente Hoorn de volgende tekst op in de vergunning: ‘wij adviseren de organisator om bij vechtsportwedstrijden voor volwassenen (vanaf 18 jaar), geen bezoekers onder de 12 jaar toe te laten’.

3.10 Kermissen

3.10.1 Algemeen

Voor het aanvragen en behandelen van de evenementenvergunning hanteert de gemeente Hoorn de in hoofdstuk 7 omschreven standaardprocedure. Voor wat betreft het onderwerp ‘kermissen’ geldt dat er alleen vergunningen worden afgegeven voor de volgende kermissen (bijlage 1, Overzicht kermissen):

- Kermis Hoorn binnenstad (augustus)

- Kermis Blokker (september)

- Kermis Zwaag (Pinksteren)

3.10.2 Organisatie

Kermis Hoorn

De gemeente Hoorn organiseert de kermis in Hoorn als privaatrechtelijk persoon. In een visiedocument staan de uitgangpunten. De standplaatsen voor de kermisattracties worden afgegeven volgens de ‘Voorwaarden voor de verhuur van standplaatsen op het kermisterrein Hoorn’.

Bovenstaande neemt niet weg dat de gemeente als privaatrechtelijke partij ook een evenementenvergunning moet aanvragen voor de kermis. Op deze manier wordt de gemeente als privaatrechtelijke partij gelijk gesteld aan de andere organisaties van de kermissen.

Kermis Blokker en Zwaag

De kermissen Blokker en Zwaag worden door privaatrechtelijke personen (niet zijnde de gemeente Hoorn) georganiseerd. De organisatie die de desbetreffende kermis het ene jaar heeft georganiseerd, krijgt het volgende jaar als eerste de kans om opnieuw de kermis te organiseren. Dit vervalt als blijkt dat de organisatie zich niet heeft gedragen zoals van de organisatie verwacht mag worden.

3.10.3 Locaties

Voor iedere kermis is een locatie aangewezen waar de kermis wordt gehouden. De omliggende straten kunnen ook gebruikt worden voor de inrichting van het evenemententerrein. Uitgangspunt hierbij is dat de kern van de locatie wel hetzelfde blijft. Dit is afhankelijk van de risico’s en werkzaamheden welke op dat moment van toepassing zijn. (bijlage 2, Locatie kermissen)

3.10.4 Opbouwen

In het hoofdstuk ‘overzicht kermissen’ wordt per kermis aangegeven vanaf welk moment men mag beginnen met het opbouwen van de kermis. Dit is telkens een aantal dagen voordat de kermis daadwerkelijk begint. Mochten er bepaalde omstandigheden zijn die aanleiding geven om het opbouwtijdstip aan te passen, dan kan er worden afgeweken van het beleid. Redenen hiervoor kunnen gelegen zijn in het belang van de openbare orde, openbare veiligheid, volksgezondheid of de bescherming van het milieu. 

3.11 Koningsdag

De gemeente communiceert ieder jaar over de (spel)regels voor de vrijmarkt op Koningsdag.

Er zijn regels met betrekking tot de vrijmarkt opgesteld.

3.12 Drugs bij evenementen

Evenementen zijn ook gelegenheden waar soft en harddrugs worden gebruikt. Het drugsbeleid van de gemeente Hoorn is gebaseerd op het tegengaan van gebruik. Drugsgebruik kan, zeker in combinatie met alcohol, gezondheids- en veiligheidsrisico’s met zich meebrengen. Het is belangrijk dat een organisator de risicoanalyse van de gemeente voor evenementen ter harte neemt. Deze analyse wordt uitgevoerd door de casemanager. Als uit deze analyse naar voren komt dat er een risico is op drugsgebruik dan zal de organisatie maatregelen moeten treffen om middelengebruik te voorkomen.

Het streven van de organisatie moet zijn om een drugsvrij evenement te organiseren. Dit zogeheten Zero-Tolerance beleid moet, in de vorm van een huisreglement, voorafgaand aan het evenement ook duidelijk worden gecommuniceerd naar bezoekers en medewerkers. Het huisreglement moet ook bij de ingang van het evenemententerrein bekend gemaakt worden. Bezoekers van evenementen kunnen (steekproefsgewijs) onderworpen worden aan privaatrechtelijke oppervlakkige veiligheidsfouillering. Detectiepoortjes en camerabewaking kunnen ook ingezet worden bij de ingangscontrole. Bij visitatie kunnen bezoekers worden verzocht om de zakken te legen zodat de kleding (en meegevoerde bagage) kan worden doorzocht op de aanwezigheid van verdovende middelen. Bij evenementen met een risico op drugsgebruik is het wenselijk dat er een leeftijdsgrens van 18+ wordt gehanteerd.

Als, bij entree, er een vermoeden bestaat van het onder invloed zijn drugs van een persoon moet de toegang tot het evenement worden geweigerd. Als op het evenemententerrein iemand onder invloed van drugs is moet deze persoon naar de uitgang worden begeleid. Bij het aantreffen van drugs wordt er gehandeld met in gedachte de richtlijnen van het OM. Bij het aantreffen van drugs wordt desbetreffende persoon, na het afstaan van de drugs, van het terrein verwijderd. Alle gevonden drugs worden in een afgesloten “dropbox” gedeponeerd. Deze wordt aan het eind van het evenement overhandigd aan de politie. Het verstrekken van lachgaspatronen en -balonnen tijdens evenementen is niet toegestaan.

Voor evenementen met een vergroot drugsrisico moeten een aantal zaken in acht genomen worden. Om de veiligheid van bezoekers te kunnen garanderen is het van belang dat er voldoende ruimte is voor doorloop, chill out-ruimte en ruimtes met klimaatbeheersing. Niet alcoholische en isotone drankjes moeten beschikbaar zijn. Ook gratis water moet verkrijgbaar zijn. Ook moeten er EHBO-ers zijn die een EHBD cursus hebben gevolgd. Deze moeten er overigens ook op andere evenementen zijn indien de GGD dit adviseert. Naast de EHBO post moet er een observatieruimte zijn. In zowel de EHBO-post als de observatieruimte, komen onder normale omstandigheden, geen beveiligers. Het is van groot belang dat het personeel over voldoende kennis beschikken om risico’s van drugsgebruik correct in te schatten. Hierbij moet de gezondheid van de festivalbezoeker centraal staan. Hierdoor is het ook aan te raden om voorlichting over risico’s van alcohol- en drugsgebruik op het evenemententerrein te verzorgen. Evenementen met een verhoogd risico op middelengebruik zullen achteraf grondig geëvalueerd worden. Deze evaluatie wordt meegenomen bij het opstellen van eventuele extra voorschriften bij het organiseren van toekomstige edities van hetzelfde evenement/organiserende organisatie.

Aandachtspunten voor verlenen vergunning evenementen verhoogd risico op middelengebruik:

• •

  (Steekproefsgewijze) veiligheidsfouillering bij binnenkomst is verplicht.

• •

  Detectiepoortjes en camerabewaking kunnen ingezet worden bij de ingangscontrole.

• •

  Een huisreglement moet voorafgaand aan het evenement onder bezoekers worden verspreid en bij de ingang nogmaals worden getoond.

• •

  Bij vermoedelijke drugsgebruik voorafgaand aan het evenement wordt de toegang tot het evenement geweigerd.

• •

  Als tijden het evenement drugsgebruik wordt geconstateerd moet deze persoon naar de uitgang worden begeleid.

• •

  Alle aangetroffen drugs worden in een “dropbox” gedeponeerd. Deze wordt aan het eind van het evenement aan de politie overhandigd.

• •

  Het verstrekken van lachgaspatronen en -ballonnen tijdens het evenement is niet toegestaan.

• •

  Gratis water, niet alcoholische en isotone drankjes moet beschikbaar zijn.

• •

  Er moeten personen van de organisatie op het terrein aanwezig zijn die de EHBD cursus hebben gevold.

• •

  Er moeten voldoende ruimte zijn voor doorloop en er moeten klimaatbeheersings- en/of chill out-ruimtes aanwezig zijn.

• •

  Op het terrein moet voorlichting over risico’s van alcohol- en drugsgebruik verzorgd worden.

• •

  Evenementen met verhoogd risico op drugsgebruik moeten bezoekers 18+ zijn

3.13 Ballonnen bij evenementen

Door de gemeenteraad is een motie aangenomen om te verbieden dat er ballonnen worden opgelaten bij evenementen. Dit verbod wordt als voorschrift in de vergunningen opgenomen en heeft de volgende motivering. Losgelaten en leeggelopen ballonnen komen in het milieu terecht, waar ze nog jarenlang rondzwerven en vervuiling veroorzaken. Daarnaast kunnen vogels, vissen en zoogdieren eten van de leeggelopen ballonnen of verstrikt kunnen raken in de touwtjes aan ballonnen en ten gevolge hiervan overlijden.

3.14 Constructieve veiligheid bij evenementen

Tijdens evenementen worden met regelmaat bouwsels geplaatst. Hierbij kan je denken aan podia, tenten en tribunes. De organisatie is verantwoordelijk voor de constructieve veiligheid van deze bouwsels. De organisatie dient dan ook de veiligheid aan te tonen.

Om enerzijds geen onevenredige lastenverzwaring voor evenementen te creëren maar anderzijds wel de constructieve veiligheid op elementen te kunnen toetsen, is er een onderscheid gemaakt tussen bouwsels in verschillende categorieën. De bouwsels uit de categorie laag moeten voldoen aan de algemene voorschriften die worden opgenomen in de vergunning en hoeven geen gegevens te overleggen met betrekking tot het bouwsel. Voor tenten in de categorie midden zijn beperkte indieningsvereisten opgenomen. Voor de overige bouwsels zijn er indieningsvereisten opgenomen om de constructieve veiligheid te kunnen beoordelen. Naar aanleiding van deze ingediende stukken worden er nadere voorschriften gesteld. Dit is maatwerk.

Naast het onderscheid tussen de categorie laag en overig is er ook een onderscheid tussen de bouwsels tenten, podia, tribunes en overige bouwsels. De eerste drie zijn gespecificeerd omdat deze vaker voorkomen. Wij willen voor deze bouwsels specifiek aan organisatoren aangeven welke gegevens wanneer nodig zijn.

Tenten

Tenten in de categorie laag zijn tenten met een (gezamenlijk) oppervlakte van kleiner dan 50m2.

Tenten in de categorie midden zijn tenten met een (gezamenlijk) oppervlakte tussen de 50m2 en 100m2.

Indieningsvereisten voor tenten (midden)

Deze tenten in de categorie midden moeten bij de aanvraag de volgende gegevens aanleveren:

• 1.

  Een tekening van de tent met afmetingen en objecten;

• 2.

  Gegevens van de leverancier/bouwer, de fabrikant en indien de tent buiten de EU is geproduceerd, de importeur;

• 3.

  Vermelding tot welke weersituatie (o.a. wind en sneeuw) verblijf in de tent veilig is.

Tenten die niet vallen in de categorie laag of midden, vallen onder de categorie overig.

Indieningsvereisten voor tenten (overig)

De overige tenten moeten bij de aanvraag gegevens aanleveren waaruit blijkt dat de tent constructief veilig is. Hiervoor moeten in ieder geval worden overgelegd:

• 1.

  Een tentboek/tentbeschrijving in het Nederlands (berekeningen en certificaten mogen in Duits, Frans of Engels) en informatie over gebruikte materialen (keuringsrapport), constructiemethoden en constructieberekeningen met daarin in ieder geval:

• a.

  De naam van de leverancier, fabrikant en, indien de tent is geïmporteerd, de importeur;

• b.

  De naam van de eigenaar/verhuurder;

• c.

  De constructieve berekening van de tent (geven onder andere inzicht in de belasting(scombinaties), stijfheid, stabiliteit en sterkte middels een statische berekening van de constructie en/of onderdelen daarvan);

• d.

  Vermelding van het extra gewicht dat kan worden opgehangen aan de constructie, op welke plaats en op welke manier;

• e.

  Vermelding tot welke weerssituatie (wind en indien van toepassing sneeuw) de tent veilig is;

• f.

  Kwaliteitsverklaring van het brandgedrag van het tentdoek (brandveiligheidscertificaat);

• g.

  Openingsrichting en materiaal van de nooduitgangen zoals harde deuren of tentdoek;

• h.

  Wijze van fundering en verankering in relatie tot het type ondergrond.

• 2.

  Tekening van de tent in maximale vorm (plattegrond voor-, zij-, achteraanzicht) op schaal en met afmetingen en ingetekende objecten.

Standaard vergunningsvoorschriften voor tenten

Bij tenten in de categorie laag en midden worden de voorschriften 1 tot en met 5 in de vergunning opgenomen. Bij overige tenten worden de voorschriften 4 tot en met 6 opgenomen:

• 1.

  De organisator dient de tent op- en af te bouwen conform de instructie/het attest/het certificaat behorende bij de tent;

• 2.

  De tent dient te worden gebruikt conform de instructie/het attest/het certificaat behorende bij de tent;

• 3.

  De instructie/het certificaat/het attest behorende bij de tent moet op verzoek van de toezichthouder ter plekke kunnen worden getoond;

• 4.

  De organisator dient bij (eventuele gewijzigde) lokale omstandigheden die van invloed kunnen zijn op de veiligheid van de tent, zoals de (toestand van de) ondergrond of weersomstandigheden, passende maatregelen te treffen;

• 5.

  Als door de toezichthouder gebreken worden geconstateerd in de veiligheid van de tent wordt dit beschouwd als een spoedeisende zaak. Als de gebreken niet direct worden verholpen mag de tent niet in gebruik worden genomen dan wel niet verder worden gebruikt of moet de tent worden verwijderd;

• 6.

  De organisator dient de tent op- en af te bouwen en te gebruiken zoals aangegeven in het tentboek/tentbeschrijving/bouwboek.

Podia

Podia in de categorie laag zijn:

• 1.

  Podia zonder overkapping, zonder publiekstoegang en maximaal één meter hoog of;

• 2.

  Podia met overkapping, zonder publiekstoegang, maximaal 50 m2 groot, een maximale belasting tussen twee steunpunten van minder dan 500 kg (van de overkapping) en een afstand tussen twee steunpunten in de overkapping van maximaal tien meter.

Een open vrachtwagen of aanhanger valt niet onder de categorie podia maar valt onder overige bouwsels.

Indieningsvereisten voor podia

Voor de overige podia moet men bij de aanvraag gegevens aanleveren waaruit blijkt dat deze constructief veilig zijn. Hiervoor moeten in ieder geval worden overgelegd:

• 1.

  Een gebruiksplan, waarin een zo compleet mogelijk beeld wordt gegeven van het beoogde gebruik en gebruiksomstandigheden van de gevraagde podiumconstructie. Dit bevat in ieder geval:

• a.

  algemene omschrijving van het podium en gebruik;

• b.

  verwachte belasting van de podiumconstructie door aan te brengen licht/geluid/andere installaties of aanwezigheid van artiesten/publiek en de aard van activiteiten op het podium;

• c.

  positie, vorm en het gewicht van de aan te brengen belasting, zowel hangend als staand als bewegend (statisch en dynamisch);

• d.

  consequenties van slecht weer tijdens op- en afbouw;

• e.

  de grens van de omstandigheden tot wanneer het evenement doorgang kan vinden (grenswaarden) en de alternatieven;

• f.

  toegankelijkheid van het podium (wie en hoeveel personen);

• g.

  locatie gegevens podium;

• h.

  periode dat de podiumconstructie in gebruik is (inclusief op- en afbouw);

• i.

  een tekening met:

• -

  voor-, zij- en achteraanzicht en dwarsdoorsnede van het podium;

• -

  globale maatvoering van het podium (lengte, breedte en hoogte);

• -

  maatvoering op- en aantreden van de trappen (alleen als er sprake is van toegankelijkheid voor het publiek);

• -

  de doorvalbeveiligingen aan de randen van het podium (alleen als er sprake is van toegankelijkheid voor het publiek);

• -

  maatregelen tegen onderkruipbaarheid van het podium;

• -

  te gebruiken materialen van alle delen;

• -

  wijze van fundering in relatie tot het type ondergrond;

• -

  de verbindingen.

• 2.

  Een technisch constructiedossier met een technische specificaties van de podiumconstructie en dat de constructieve berekeningen, technische tekeningen en eventuele bijbehorende (keurings)certificaten omvat.

Standaard vergunningsvoorschriften voor podia

Bij podia in de categorie laag worden de voorschriften 1 tot en met 5 in de vergunning opgenomen. Bij overige podia worden de voorschriften 4 tot en met 6 opgenomen:

• 1.

  De organisator dient het podium op- en af te bouwen conform de instructie/het attest/het certificaat behorende bij het podium;

• 2.

  Het podium dient te worden gebruikt conform de instructie/het attest/het certificaat behorende bij het podium;

• 3.

  De instructie/het certificaat/het attest behorende bij het podium moet op verzoek van de toezichthouder ter plekke kunnen worden getoond;

• 4.

  De organisator dient bij (eventuele gewijzigde) lokale omstandigheden die van invloed kunnen zijn op de veiligheid van het podium, zoals de ondergrond of weersomstandigheden, passende maatregelen te treffen;

• 5.

  Als door de toezichthouder gebreken worden geconstateerd in de veiligheid van het podium wordt dit beschouwd als een spoedeisende zaak. Als de gebreken niet direct worden verholpen mag het podium niet in gebruik worden genomen dan wel niet verder worden gebruikt of moet het podium worden verwijderd;

• 6.

  De organisator dient het podium op- en af te bouwen en te gebruiken zoals aangegeven in het gebruiksplan.

Tribunes

Tribunes in de categorie laag zijn:

• 1.

  Mobiele tribunes (kant-en-klaar volautomatische tribunes) die binnen een beperkte tijd kunnen worden opgezet (en geplaatst zijn of geplaatst worden vanaf een trailer) en/of

• 2.

  Tribunes met de hoogste rij van zitplaatsen niet meer dan één meter van de grond, niet meer dan drie zitrijen, maximaal 50 toeschouwers en zonder overkapping

Indieningsvereisten tribunes overig

De overige tribunes moeten bij de aanvraag gegevens aanleveren waaruit blijkt dat de tribune constructief veilig is. Hiervoor moeten in ieder geval worden overgelegd:

• 1.

  Een gebruiksplan, waarin een zo compleet mogelijk beeld wordt gegeven van het beoogde gebruik en gebruiksomstandigheden van de gevraagde tribuneconstructie. Dit bevat in ieder geval:

• a.

  locatiegegevens;

• b.

  aard van de activiteiten en type toeschouwers;

• c.

  hoe is de toegankelijkheid geregeld, welke personen en hoeveel personen er op de tribune;

• d.

  periode dat de tribuneconstructie in gebruik is, inclusief op- en afbouw;

• e.

  een tekening met:

• -

  voor-, zij- en achteraanzicht en dwarsdoorsnede van de tribune;

• -

  globale maatvoering van de tribune (lengte, breedte en hoogte);

• -

  maatvoering op- en aantreden van de trappen;

• -

  de doorvalbeveiligingen aan de randen van de tribune;

• -

  maatregelen tegen onderkruipbaarheid van de tribune;

• -

  te gebruiken materialen van alle delen;

• -

  wijze van fundering in relatie tot het type ondergrond;

• -

  de verbindingen;

• -

  het zitgedeelte.

• 2.

  Een technisch constructiedossier met specificaties van de tribuneconstructie en dat de constructieve berekeningen, technische tekeningen en eventuele bijbehorende (keurings)certificaten omvat.

Standaard voorschriften tribunes

Bij tribunes in de categorie laag worden de voorschriften 1 tot en met 5 in de vergunning opgenomen. Bij overige tribunes worden de voorschriften 4 tot en met 6 opgenomen:

• 1.

  De organisator dient de tribune op- en af te bouwen conform de instructie/het attest/het certificaat behorende bij de tribune;

• 2.

  De tribune dient te worden gebruikt conform de instructie/het attest/het certificaat behorende bij de tribune;

• 3.

  De instructie/het certificaat/het attest behorende bij de tribune moet op verzoek van de toezichthouder ter plekke kunnen worden getoond;

• 4.

  De organisator dient bij (eventuele gewijzigde) lokale omstandigheden die van invloed kunnen zijn op de veiligheid van de tribune, zoals de ondergrond of weersomstandigheden, passende maatregelen te treffen;

• 5.

  Als door de toezichthouder gebreken worden geconstateerd in de veiligheid van de tribune wordt dit beschouwd als een spoedeisende zaak. Als de gebreken niet direct worden verholpen mag de tribune niet in gebruik worden genomen dan wel niet verder worden gebruikt of moet de tribune worden verwijderd;

• 6.

  De organisator dient de tribune op- en af te bouwen en te gebruiken zoals aangegeven in het gebruiksplan.

Overige bouwsels

Voor overige bouwsels geldt maatwerk. De organisator dient gegevens te overleggen waaruit blijkt dat de constructie veilig is.

Een open vrachtwagen of aanhanger valt niet onder de categorie podia maar valt onder deze categorie.  

De evenementen binnen de gemeente Hoorn worden in drie verschillende categorieën verdeeld, te weten: categorie I (klein), categorie II (middel) en categorie III (groot). De aanvraagprocedure staat in hoofdstuk 7. Hieronder zijn de criteria per categorie uitgelegd:

4.1 Categorie I

Categorie I (klein):

• 1.

  Het evenement heeft niet meer dan 300 bezoekers;

• 2.

  Er wordt geen tijdelijk bouwwerk geplaatst waarin meer dan 150 personen tegelijk aanwezig zijn;

• 3.

  Het (binnen)evenement past binnen de geldende gebruiksvergunning

• 4.

  Het evenement vindt van maandag tot en met donderdag tussen 08:00 uur tot 23:00 uur, vrijdag en zaterdag tussen 08:00 uur tot 0:00 uur en zondag tussen 13:00 uur tot 23:00 uur plaats;

• 5.

  Het evenement produceert een laag geluidsniveau tot maximaal 70 dB(A)(achtergrondmuziek);

• 6.

  Het evenement vindt niet plaats op de rijbaan, (brom)fietsgelegenheid en belemmert het verkeer en de hulpdiensten ook niet op een andere manier;

• 7.

  Het evenement heeft een incidenteel karakter en duurt niet langer dan maximaal 1 dag;

• 8.

  Er wordt (bedrijfsmatig) geen alcohol verkocht;

• 9.

  Er wordt in de openlucht geen vuur gestookt, anders dan kaarsen, fakkels en dergelijke en/of vuur dat gebruikt wordt voor koken, bakken en braden (barbecue);

• 10.

  Er vindt geen ander evenement plaats op dezelfde datum en locatie.

Voor een evenement van categorie I geldt, anders dan voor categorie II en III, een meldingsplicht. Deze melding moet de organisator minimaal 2 weken voor het evenement doen via een (digitaal) formulier. Dit formulier is te vinden op www.hoorn.nl.

4.2 Categorie II

Categorie II (middel):

• 1.

  Als het evenement niet voldoet aan de criteria van categorie I;

• 2.

  Het evenement heeft tussen de 300 en 1000 bezoekers;

• 3.

  Het evenement vindt plaats op een door de gemeente aangewezen locatie;

• 4.

  Het hinderniveau qua geluid is gemiddeld. Versterkte muziek is toegestaan tussen 70 tot 85 dB(A);

• 5.

  Er worden activiteiten gevoerd in een bouwwerk, dat een gebruiksvergunning heeft, maar waar de gebruiksfunctie tijdens het evenement niet overeenkomt met het normale gebruik;

• 6.

  Er wordt (bedrijfsmatig) zwak-alcoholische drank verkocht tijdens het evenement.

Voor een evenement van categorie II is een evenementenvergunning verplicht. De vergunning moet minimaal 8 weken van tevoren worden aangevraagd via het aanvraagformulier op www.hoorn.nl.

4.3 Categorie III

Categorie III (groot)

• 1.

  Het is categorie III als de criteria van categorie I en III niet van toepassing zijn;

• 2.

  Het evenement heeft meer dan 1000 bezoekers;

• 3.

  Het hinderniveau qua geluid hoog is. Versterkte muziek is toegestaan van 85 tot 95 dB(A);

• 4.

  Evenementen die plaatsvinden op een niet aangewezen evenementenlocatie.

Voor een evenement van categorie III is een evenementenvergunning verplicht. De vergunning moet minimaal 12 weken van tevoren worden aangevraagd via het aanvraagformulier op www.hoorn.nl. 

5.1 Evenementencoördinator

Sinds 2017 heeft de gemeente Hoorn een evenementencoördinator. Deze coördinator is aangesteld om het contact met de stad te verbeteren. De coördinator draagt zorg voor het vergroten van het draagvlak voor de regels onder organisatoren en andere belanghebbenden. De evenementen coördinator is daarnaast belast met het voeren van de regie op de uitvoering van het evenementenbeleid, signaleren, coördineren en bewaken van afspraken en termijnen, fungeren als aanspreekpunt, netwerken en opbouwen van goede relaties, optreden als technisch voorzitter van overleg bij risicovolle evenementen en het evalueren van rapporten.

Bij risicovolle evenementen (categorie III) treedt de evenementencoördinator op als (technisch) voorzitter. Deze risicovolle evenementen worden altijd besproken in het evenementenoverleg. De gemeente coördineert dit lokale overleg en is mede verantwoordelijk voor het proces van adviesvoorbereiding. In het evenementenoverleg worden (nieuwe) evenementen besproken, afspraken gemaakt en worden evenementen die zijn gehouden, geëvalueerd.

5.2 Evenementendesk

Eind maart 2017 is Hoorn Marketing opgericht. Deze organisatie gaat, samen de gemeente Hoorn, de mogelijkheden onderzoeken voor het opzetten van een evenementendesk. De evenementendesk verzorgt de afstemming en coördinatie van evenementen, de totstandkoming van één evenementenkalender en -database en stimuleert de verbinding van evenementen met initiatieven van winkeliers, horecaondernemers en culturele organisaties. Hierdoor wordt de aantrekkingskracht van de gemeente Hoorn nog meer versterkt.

5.3 Evenementenoverleg

Sommige evenementen worden in het evenementenoverleg besproken. Het evenementenoverleg vindt één keer per maand plaats. Bij dit overleg zijn zowel interne als externe adviseurs aanwezig, zoals de brandweer, politie, GHOR en de OD NHN. De casemanagers/vergunningverleners van de gemeente Hoorn kunnen een organisator van een evenement uitnodigen om bij dit evenementenoverleg aanwezig te zijn. De organisator kan dan duidelijk uitleggen wat precies de plannen zijn. Ook kan een evenement na afloop in dit overleg worden geëvalueerd.

5.4 Evenementenkalender

De gemeente Hoorn werkt met een regionale evenementenkalender van de Veiligheidsregio. De organisatoren van de steeds terugkerende evenementen worden in september voorafgaand aan het evenementenjaar schriftelijk gevraagd de datum en locatie van het evenement vóór medio oktober kenbaar te maken. Evenementen van categorie II en III moeten namelijk vóór 1 november worden gemeld bij de Veiligheidsregio. Zo kunnen de evenementen in de regionale kalender worden geplaatst en kan de Veiligheidsregio bekijken of alle evenementen in de regio door kunnen gaan, in verband met de beschikbare capaciteit van de hulpdiensten. Als een aanvraag van een evenement van categorie II en III na 1 november binnenkomt, dan vraag de gemeente Hoorn aan de Veiligheidsregio advies over de vraag of dit door kan gaan.

Evenementen van categorie II en III worden dus in de regionale kalender verwerkt. De regionale kalender wordt ook bekeken door de hulpverleners, zoals de politie en brandweer. Zij kunnen op deze manier bij de benodigde stukken en weten zo precies wanneer en waar een evenement plaatsvindt.

6.1 Locatiebeleid

Sinds 2002 is er een maximum grens voor het aantal evenementen voor sommige locaties (bijlage 3). Dit in het belang van de inwoners van de gemeente Hoorn, om overlast te voorkomen. Categorie I kent geen begrenzing, vanwege het lage hinderniveau.

De gemeente Hoorn werkt met het volgende schema (aantal evenementen per categorie en locatie):

Overzicht locaties en aantal evenementen per categorie en locatie

Naast de hierboven genoemde locaties vinden ook op andere locaties in Hoorn evenementen plaats, zoals op het Pelmolenpad en de Noorderveemarkt. Deze twee locaties zijn niet meegenomen in begrenzing, omdat de druk op deze locaties minder groot is. Op het Oostereiland zijn slechts enkele evenementen toegestaan. Het Oostereiland is vanwege de vluchtmogelijkheden beperkt in het aantal bezoekers. Daarnaast zijn er ook geen mogelijkheden om te parkeren voor bezoekers (te compenseren) en is er qua geluid weinig mogelijk, vanwege de weerkaatsing. Het Pelmolenpad komt te vervallen als evenementenlocatie vanwege ontwikkelingen. Daarvoor zal gezocht moeten worden naar een alternatieve locatie voor de evenementen die daar nu plaatsvinden.

6.2 Schaarse vergunningen

Het kan voorkomen dat er twee evenementen voor dezelfde dag en tijd worden aangevraagd/gemeld. Dit kan botsen met elkaar, bijvoorbeeld op het gebied van verkeer, openbare orde en handhaving en de twee karakters van de evenementen. Bij de beoordeling geldt in beginsel het systeem: wie het eerst komt, wie het eerst maalt. Traditionele evenementen en evenementen met een sociaal, cultureel en/of maatschappelijk karakter, hebben echter wel de voorkeur.

Als er sprake is van het samenvallen van evenementen, worden de concurrerende aanvragers onderling in contact gebracht om na te gaan of er samengewerkt, geschoven on anderszins een oplossing kan worden gevonden. Indien er geen overeenstemming wordt bereikt zal er gekeken worden naar de eerdere ervaringen met het evenement en ervaringen met de aanvrager. Toetsingspunten zijn hierin:

• 1.

  Heeft de organisator eerdere vergunningen op tijd en volledig aangevraagd?

• 2.

  Zijn de bijbehorende stukken bij de eerdere vergunningaanvraag van voldoende kwaliteit en op tijd aangeleverd?

• 3.

  Hoe is het naleefgedrag van de vergunninghouder bij eerdere door hem of haar georganiseerde evenementen (al dan niet hetzelfde evenement)?

Voor bovenstaande toetsingspunten wordt er teruggekeken in een periode van drie jaar vanaf het moment van de concurrerende aanvraag.

Mocht het bovenstaande geen uitsluitsel geven dan wordt er geloot. Een loting vindt plaats door de burgemeester in aanwezigheid van een casemanager en een andere gemeenteambtenaar. De aanvragers worden binnen twee werkdagen na de loting op de hoogte gesteld van de uitkomst van de loting.

7.1 Procedure

• 1.

  De organisator dient de melding of evenementenaanvraag in via het online formulier dat op www.hoorn.nl staat.

• 2.

  Vervolgens kijkt de gemeente of de aanvraag volledig is. Als de aanvraag onvolledig is, wordt de aanvrager verzocht de ontbrekende documenten alsnog aan te leveren. De vergunningverlener geeft hiervoor een termijn. Zodra de aanvraag volledig is, wordt de aanvraag voor advies doorgestuurd naar de adviseurs van verschillende disciplines. Zij geven binnen maximaal 15 werkdagen een advies over de aanvraag. De adviseurs kunnen hun akkoord geven, aangeven of er documenten ontbreken en/of veranderd moeten worden, of een negatief advies uitbrengen. Als iedereen akkoord is, wordt de vergunning opgemaakt en verleend.

7.2 De aanvraag (stap 1)

Voor een categorie I evenement hoeven organisatoren alleen een melding te maken via een digitaal formulier op www.hoorn.nl.

Voor categorie II en III evenementen is een evenementenvergunning verplicht. Deze evenementen moeten vóór 1 november gemeld worden, zodat de Veiligheidsregio hiermee rekening kan houden. Als een aanvraag voor II of III evenement na 1 november binnenkomt, dan moet de gemeente Hoorn toestemming vragen aan de Veiligheidsregio.

De criteria per categorie worden hieronder uitgelegd:

7.2.1 Categorie I (klein)

- Melding via het aanvraagformulier.

De organisator moet de melding van een evenement van categorie I minimaal 2 weken voor aanvang van het evenement indienen.

7.2.2 Categorie II en III (middel en groot)

In alle gevallen:

- Aanvraag via het aanvraagformulier op www.hoorn.nl;

- Situatietekening of een plattegrond op een schaal van tenminste 1:500.

In sommige gevallen:

- Veiligheidsplan (indien aangegeven door de vergunningverleners);

- Verkeersplan (bij afzetting van wegen);

- Documenten voor ontheffing artikel 35 DHW (indien aangevraagd).

De aanvraag voor een evenement van categorie II moet minimaal 8 weken voor de aanvang van het evenement compleet worden ingediend. De aanvraag voor een evenement van categorie III moet minimaal 12 weken voor aanvang van het evenement compleet worden ingediend.

7.3 Advisering (stap 2)

Bij een evenement van categorie II en III vraagt de gemeente Hoorn zowel intern als extern advies aan verschillende organisaties.

7.3.1 Intern

Intern geeft team Verkeer advies, en in sommige gevallen team Groen en Reiniging (als het openbaar groen betreft). Verkeer bekijkt of het evenement geen (ernstige) verkeershinder veroorzaakt voor het verkeer. Als dit wel het geval is, moet de organisator een verkeersplan maken. In dit plan moet staan hoe het verkeer rondom het evenement in goede banen wordt geleid. Dit kan door bijvoorbeeld door het inzetten van gecertificeerde verkeersregelaars.

7.3.2 Extern

Er wordt extern advies gevraagd aan de Veiligheidsregio, de politie en de OD NHN. De Veiligheidsregio geeft advies over de brandveiligheid, bereikbaarheid, bestrijdbaarheid, medische hulpverlening en hygiënezorg. De politie kijkt voornamelijk naar de openbare orde en veiligheid. De OD NHN houdt zich bezig met de geluidsnormen. Zij adviseren per locatie en evenement het aantal dB(A) en dB(C). Deze geluidsnormen worden als voorschrift in de vergunning opgenomen.

De adviseurs kunnen hun akkoord geven, aangeven dat er documenten ontbreken en/of veranderd moeten worden of een negatief advies geven over het evenement. Als er documenten missen, dan geeft de vergunningverlener de aanvrager een termijn om deze documenten alsnog aan te leveren.

7.4 Beslistermijn

De gemeente handelt aanvragen af binnen de onderstaande termijnen:

- Categorie I: afhandeling binnen 1 week;

- Categorie II: afhandeling binnen 8 weken;

- Categorie III: afhandeling binnen 12 weken.

7.5 Vergunningvoorschriften

Zodra alle adviseurs een advies hebben gegeven voor de aanvraag van een evenement, wordt de afweging gemaakt of de evenementenvergunning kan worden verleend. In de vergunning worden standaard en specifieke voorschriften gesteld. De standaard voorschriften gelden voor alle evenementen die gehouden worden. Denk bijvoorbeeld aan het verstrekken van alcohol in plastic bekers. Het kan ook zijn dat de gemeente Hoorn specifieke voorschriften stelt aan het houden van een evenement, zoals het aantal gecertificeerde beveiligers of het inzetten van gecertificeerde verkeersregelaars. Deze voorschriften kunnen per evenement en situatie verschillen.

7.6 Bezwaar

De gemeente Hoorn is verplicht om belanghebbenden te wijzen op de bezwaar- en beroepsmogelijkheden. Als de gemeente Hoorn een aanvraag van een evenement binnenkrijgt, wordt deze gepubliceerd.

Op grond van artikel 1:2 Algemene wet bestuursrecht kan iedere belanghebbende bezwaar maken tegen een besluit van een bestuursorgaan. Onder een belanghebbende wordt verstaan: degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken. Naast inwoners is het dus ook mogelijk voor rechtspersonen om bezwaar te maken.

De onafhankelijke Commissie Bezwaarschriften behandelt de bezwaarschriften tegen evenementenvergunningen. Op de website van de gemeente Hoorn staan de eisen waaraan een bezwaarschrift moet voldoen. Het indienen van een bezwaarschrift heeft geen schorsende werking. Dit betekent dat het besluit blijft gelden in de tijd dat een bezwaarschrift in behandeling is. De gemeente Hoorn handelt het bezwaarschrift binnen 12 weken af. Deze termijn kan vanwege onderzoek met 6 weken worden verlengd.

Een belanghebbende kan de voorzieningenrechter van de rechtbank Noord-Holland vragen om een voorlopige voorziening te treffen om het besluit van de gemeente te schoren. Het indienen van een verzoek om voorlopige voorziening kan alleen als binnen de termijn een bezwaarschrift is ingediend. Een voorlopige voorziening kan worden aangevraagd bij de rechtbank Noord-Holland: postbus 1621, 2003 BR Haarlem. Voor de aanvraag van voorlopige voorziening moet er griffierecht worden betaald.

7.7 Kosten

Een evenementenvergunning kost geld. Het gaat dan om de kosten voor het in behandeling nemen van de evenementenvergunning, de ontheffing artikel 35 DHW, de ontheffing voor geluid, de ontheffing voor de Zondagswet, eventuele elektrakosten, de publicatiekosten en commerciële evenementen moeten precario betalen voor het in gebruik nemen van gemeentegrond. De kosten kunnen per categorie verschillen. De legeskosten zijn te vinden in de legesverordening van de gemeente Hoorn, die ieder jaar wordt vastgesteld.  

8.1 Inleiding

De gemeente Hoorn is tijdens een evenement als toezichthouder aanwezig of bereikbaar. De gemeente stuurt op overlast voor omwonenden en de openbare orde en veiligheid. Als team Veiligheid en Toezicht een overtreding van de vergunningsvoorschriften constateert of verwacht, kunnen zij hier al dan niet preventief, op handhaven.

Dit handhavingsbeleid gaat dieper in op de uitgangspunten van de gemeente Hoorn, de juridische instrumenten en de handhavingsmatrix ten aanzien van evenementen.

8.2 Uitgangspunten

De gemeente Hoorn heeft een aantal uitgangspunten voor de handhaving bij evenementen. Het eerste uitgangspunt is: ‘De organisator van een evenement is zowel voor, tijdens als na een evenement primair verantwoordelijk.’

De gemeente Hoorn stuurt op toezicht en handhaving tijdens een evenement. De toezichthouders zien toe op de naleving van de vergunningsvoorschriften.

8.2.1 Belangenafweging

De toezichthouders zien erop toe dat de organisatie de vergunningsvoorschriften naleeft. Zij houden rekening met de openbare orde en veiligheid, de belangen van de organisator en de belangen van de omwonenden en de omgeving. Als de handhavers een overtreding constateren, kunnen zij een straf of een sanctie opleggen. Bij de handhaving worden eventuele eerdere ervaringen met de organisator/evenement meegewogen. Ook de ernst van de overtreding speelt een rol bij de afweging van welke straf of sanctie wordt gekozen. Handhaving bij evenementen is en blijft daarom maatwerk. Bij de afweging nemen wij de volgende beginselen in acht:

Proportionaliteitsbeginsel

De handhaver kijkt naar de ernst van de overtreding, het doel van het voorschrift en weegt af welk middel hij of zij kan inzetten. De straf of sanctie moet in verhouding zijn met de overtreding.

Subsidiariteitsbeginsel

De handhaver treedt op de minst ingrijpende manier op. Het toepassen van een dwangmiddel is niet geoorloofd als het doel op minder ingrijpende manier kan worden bereikt.

Preventie

Om handhaving te voorkomen worden er duidelijke voorschriften in de vergunning gesteld. Bij vragen over een vergunning kan een organisator terecht bij de casemanager als aanspreekpunt over de vergunning of bij de evenementencoördinator bij praktische vragen ter plaatse.

8.3 Stappen in handhaving

Overtredingen kunnen worden ingedeeld in twee soorten; overtredingen waarbij direct optreden noodzakelijk is en overtredingen die niet spoedeisend zijn. Daarnaast kan in drie fases handhavend worden opgetreden, namelijk voor, tijdens en na het evenement.

8.3.1 Fase – voor het evenement

Mogelijkheden tot handhaving: intrekken vergunning en extra voorschriften aan de vergunning verbinden.

Hoewel het hier nog geen ‘echte’ handhaving betreft, omdat het evenement nog niet heeft plaatsgevonden, kan er aanleiding bestaan om de vergunning in te trekken of extra voorschriften aan de vergunning te verbinden.

Intrekken kan het geval zijn bij ernstige vrees voor de openbare orde en veiligheid. Hiervoor moeten voldoende concrete bewijzen voor zijn. Als intrekking niet proportioneel is kan de gemeente extra voorschriften opleggen.

8.3.2 Fase – tijdens het evenement

De gemeente treedt direct op bij overtredingen waarbij de openbare orde en veiligheid ernstig in het geding komt. Daarbij kan gedacht worden aan opruiing en rellen.

In bovenstaande overtredingen past de gemeente spoedeisende bestuursdwang toe of is het zelfs mogelijk dat noodbevelen uit de gemeentewet in te zetten. Bij spoedeisende bestuursdwang voert de gemeente de maatregelen direct uit (op kosten van de overtreder) of wordt het evenement stilgelegd. Het besluit van deze maatregel wordt zo snel mogelijk na het evenement, binnen drie werkdagen, op papier aan de overtreder toegezonden.

8.3.3 Geen vergunning, wel evenement

In het onderstaande schema wordt ingegaan op handhaving ten aanzien van een verleende vergunning dan wel ontheffing. Er zijn ook situaties waarbij er een evenement gaande is zonder dat er een vergunning of ontheffing voor is afgegeven. Handhavend optreden zal dan in overleg met de veiligheidspartners worden ingezet en per individueel geval worden bekeken. Dit kan leiden tot een volledige stillegging en ontruiming van het evenement.

8.3.4 Fase – na het evenement

Als de openbare orde en veiligheid niet ernstig in het geding komt, vindt handhaving na het evenement plaats. Dit gebeurt naar aanleiding van de evaluatie en voornamelijk met het oog op toekomstige evenementen. De casemanager draagt het dossier over aan de handhavingsjurist met de bevindingen. In een aantal vaak voorkomende overtredingen volgen de onderstaande stappen:

8.3.5 Invordering dwangsom

De invordering van een last onder dwangsom vindt bij het volgende evenement bij overtreding plaats. Zo vindt bij een overschrijding van de geluidsnormen bij een evenement, de invordering van de opgelegde last onder dwangsom van € 750,-- plaats bij een herhaalde overtreding in het daarop volgende jaar. Wanneer er sprake is van een bedrag per constatering, doet de toezichthouder alle inspanningen om na het verbeuren (dus de constatering van een overtreding), dit aan de organisatie kenbaar te maken alvorens een nieuwe overtreding te constateren. Dat geeft de organisatie de mogelijkheid om hierop in te spelen en verder geen bedragen te verbeuren. Voorkomen moet worden dat er achteraf blijkt dat er sprake van was bijvoorbeeld drie overtredingen van geluid op het evenement terwijl de organisatie hiervan tussendoor niet op de hoogte was gesteld. Het goede gesprek met de organisatie blijft zo in stand. Dit is een inspanningsverplichting voor de toezichthouder van de gemeente dan wel de OD NHN.

8.3.6 Dezelfde overtreding/overtreder

De last onder dwangsom geldt alleen bij herhaling van dezelfde overtreding en dezelfde overtreder.

8.3.7 Niet genoemde overtredingen

Niet alle mogelijke overtredingen zijn hierboven genoemd. De meest voorkomende overtredingen (gebaseerd op de seizoenen 2015 tot en met 2017) zijn genoemd in het overzicht. Bij overige overtredingen treedt de gemeente op passende wijze op. Daarbij wordt zoveel mogelijk aangesloten bij het beleid ‘Handhavingsbeleid publiek toegankelijke inrichtingen’.

8.3.8 Weigering evenementenvergunning en ontheffing Drank- en Horecawet

Een weigering is voor de duur van een jaar (voor jaarlijkse evenementen eenmalig). Hetzelfde evenement daaropvolgend mag weer worden aangevraagd. Een weigering voor Koningsdag het ene jaar wil zeggen dat Koningsdag in het daarop volgende jaar weer kan worden aangevraagd en bespreekbaar is. Hetzelfde geldt voor een ontheffing Drank- en Horecawet voor het schenken van zwak alcoholische dranken.

10.1 Kermis Hoorn Binnenstad

10.2 Kermis Blokker

10.3 Kermis Zwaag

Locatie Gedempte Turfhaven

Locatie Havengebied

Locatie Holenweg

Locatie Kerkplein

Locatie Noorderveemarkt

Locatie Oosteiland

Locatie Pelmolenpad

Locatie Roode Steen