Regeling vervallen per 01-01-2019

Verordening rechtspositie raadsleden gemeente Westerkwartier 2019

Geldend van 08-01-2019 t/m 31-12-2018 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2019

Intitulé

Verordening rechtspositie raadsleden gemeente Westerkwartier 2019

De raad van de gemeente Westerkwartier;

gelet op de artikelen 95, 96, eerste en tweede lid en 97 en 147 van de Gemeentewet, de artikelen 4, 7a, vierde lid, 13, tweede lid, 14, eerste lid van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden (laatstelijk gewijzigd bij besluit van 8 december 2016 Stcrt 2016, 68804) en het Besluit harmonisering en modernisering rechtspositie decentrale politieke ambtsdragers (20 juni 2014 Stb 2014, 230);

gelezen het voorstel van de Raadsgroep Herindeling van 15 november 2018;

B E S L U I T :

vast te stellen de Verordening rechtspositie raadsleden gemeente Westerkwartier 2019.

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

Artikel 1. Begrippen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    Raadslid: lid van de gemeenteraad.

  • b.

    Fractieassistent: door de raad benoemde en beëdigde persoon overeenkomstig artikel 8 Reglement van orde.

  • c.

    Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden: het Koninklijk Besluit van 22 maart 1994, Stb. 244, laatstelijk gewijzigd bij besluit van 8 december 2016, Strct 2016, 68804.

  • d.

    Reisregeling Binnenland: de vigerende regeling van de Minister van Binnenlandse Zaken en koninkrijksrelaties, regelende de vergoedingen krachtens het Reisbesluit Binnenland, Koninklijk Besluit van 1 maart 1993, Stb. 144.

Hoofdstuk 2 Rechtspositie

Artikel 2. Reis- en verblijfkosten

  • 1.

    De ten behoeve van de gemeente gemaakte reis- en verblijfkosten in verband met reizen buiten het grondgebied van de gemeente, ter uitvoering van een besluit van het gemeentebestuur of de gemeenteraad, worden aan het raadslid of de fractieassistent vergoed.

  • 2.

    De in het eerste lid bedoelde vergoeding betreft:

    • a.

      bij gebruik van openbare middelen van vervoer en van een (trein)taxi: een volledige vergoeding van de in redelijkheid noodzakelijk gemaakte reiskosten.

    • b.

      bij gebruik van een eigen motorvoertuig of bromfiets: een vergoeding van de in redelijkheid noodzakelijk gemaakte reiskosten overeenkomstig de bedragen in de Reisregeling binnenland.

    • c.

      verblijfskosten ter zake van reizen buiten het grondgebied van de gemeente, voor zover in redelijkheid noodzakelijk gemaakt, tot ten hoogste de bedragen, vastgesteld in de Reisregeling binnenland.

Artikel 3. Scholing

  • 1. Raadsleden en fractieassistenten die willen deelnemen aan niet-partijpolitiek georiënteerde scholing in verband met de vervulling van de functie van raadslid respectievelijk fractieassistent, dienen daartoe vooraf een gemotiveerde aanvraag in bij de griffier.

  • 2. Deze aanvraag gaat vergezeld van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie.

  • 3. De maximale vergoeding van de scholing bedraagt € 250,- per jaar per raadslid respectievelijk fractieassistent.

  • 4. De griffier beslist op de aanvraag op basis van bewijsstukken, overeenkomstig het tweede lid.

  • 5. In voorkomende gevallen beslissen de fractievoorzitters van alle in de raad vertegenwoordigde politieke groeperingen op basis van meerderheid van stemmen.

Artikel 4. Gebruik en vergoeding tabletcomputer

Aan raadsleden en fractieassistenten wordt door de gemeente een tabletcomputer ter beschikking gesteld. Raadsleden en fractieassistenten aan wie een tabletcomputer (en bijbehorende software) in bruikleen ter beschikking wordt gesteld, ondertekenen hiervoor een bruikleenovereenkomst.

Artikel 5. Werkkostenregeling

Gezien de Wet op de loonbelasting 1964 wijst de gemeente als eindheffingsbestanddeel als bedoeld in artikel 31, eerste lid, onderdeel f, van die wet aan de vergoedingen en verstrekkingen als bedoeld in artikel 13a van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden.

Hoofdstuk 3 Wijze van vergoeden

Artikel 6. Vergoeding voor de werkzaamheden van raadsleden

  • 1. Van de vergoeding, bedoeld in artikel 2, eerste lid, van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden, wordt 20% uitgekeerd op basis van het aantal bijgewoonde raadsvergaderingen afgezet tegen het aantal gehouden vergaderingen gedurende een periode van telkens 12 maanden, gerekend vanaf de datum van installatie van de raad.

  • 2. Het voorgaande lid is alleen van toepassing wanneer het betrokken raadslid meer dan 30% van het aantal raadsvergaderingen (met afronding naar het naastliggende gehele getal) gedurende een periode van 12 maanden niet heeft bijgewoond. Alsdan vindt verrekening via de eerstvolgende aan het raadslid toekomende vergoeding plaats.

Artikel 7. Betaling vergoedingen

De betaling van de vergoeding voor werkzaamheden, de onkostenvergoedingen en declaraties geschiedt maandelijks of in maandelijkse termijnen als er sprake is van een vergoeding op jaarbasis, tenzij het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden, het Rechtspositiebesluit wethouders of de Regeling rechtspositie wethouders anders bepalen.

Artikel 8. Rechtstreekse facturering bij de gemeente

  • 1. Raadsleden dragen ten behoeve van het vergoeden van kosten zoveel mogelijk zorg voor rechtstreekse toezending van de factuur aan de gemeente.

  • 2. Verantwoording van de vergoeding van en factuur door een raadslid vindt plaats door een vastgesteld formulier volledig in te vullen en te ondertekenen.

  • 3. Facturen komen alleen voor vergoeding in aanmerking als voldaan wordt aan de bepalingen in deze verordening. Wanneer niet aan deze bepalingen is voldaan komt de betreffende factuur voor rekening van het raadslid die de scholingsactiviteit heeft genoten.

  • 4. Het ingevulde formulier wordt ter goedkeuring ingediend bij de griffier, of een daartoe aangewezen griffiemedewerker.

Artikel 9. Declaratie van door het raadslid betaalde kosten

  • 1. Voor de vergoeding van de kosten, bedoeld in de artikelen 2 en 3 van deze verordening wordt gebruik gemaakt van een vastgesteld declaratieformulier, indien deze kosten uit eigen middelen vooruit zijn betaald.

  • 2. Het declaratieformulier wordt volledig ingevuld en ondertekend binnen 3 maanden na het ontstaan van de kosten bij de griffier ingediend, onder bijvoeging van de originele bewijsstukken.

Hoofdstuk 4 Slotbepaling, citeertitel en inwerkingtreding

Artikel 10. Slotbepaling

Voor gevallen waarin deze verordening niet of niet naar billijkheid voorziet, kan met instemming van de gezamenlijke fractievoorzitters, verenigd in het fractievoorzittersoverleg, en met inachtneming van de geldende wettelijke bepalingen, een bijzondere regeling worden getroffen.

Artikel 11. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als Verordening rechtspositie gemeente Westerkwartier 2019.

Artikel 12. Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na de bekendmaking ervan.

  • 2. Deze verordening werkt terug tot en met 1 januari 2019.

  • 3. Gelijktijdig met het in werking treden van deze verordening worden de volgende verordeningen vervallen verklaard:

    • a.

      Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden gemeente Marum 2015.

    • b.

      Verordening Voorzieningen Raadsleden Grootegast 2014.

    • c.

      Verordening rechtspositie wethouders en raadsleden 2016 Zuidhorn.

    • d.

      Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden Leek.

    • e.

      Regeling individuele scholing raadsleden gemeente Zuidhorn.

    • f.

      Verordening rechtspositie wethouders, raadsleden 2012 (gemeente Winsum).

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering

van de raad van de gemeente Westerkwartier,

d.d. 2 januari 2019.

F.H. Wiersma, voorzitter, J.L. de Jong, griffier