Verordening Persoonsgebonden Budget Begeleid Werken Gemeente Valkenburg aan de Geul

Geldend van 01-01-2010 t/m heden

Intitulé

Verordening Persoonsgebonden Budget Begeleid Werken Gemeente Valkenburg aan de Geul

Verordening Persoonsgebonden Budget Begeleid Werken Gemeente Valkenburg aan de Geul

De Raad van de Gemeente Valkenburg aan de Geul,

gelezen het voorstel van het College van B & W d.d. 08-09-2009;

gelet op artikel 7, tiende lid, van de Wet sociale werkvoorziening;

overwegende dat de Raad bij verordening nadere regels dient vast te stellen met betrekking tot het verstrekken van Persoonsgebonden budgetten.

besluit vast te stellen de volgende verordening:

VERORDENING PERSOONSGEBONDEN BUDGET BEGELEID WERKEN WET SOCIALE WERKVOORZIENING Gemeente Valkenburg aan de Geul

Algemeen

De uitvoering van deze Verordening wordt opgedragen aan het Dagelijks Bestuur van het Werkvoorzieningschap OZL binnen de daarin door de wet gestelde randvoorwaarden.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

a: het DB: het Dagelijks Bestuur van het Werkvoorzieningschap Oostelijk Zuid-Limburg;

b: de wet: de Wet sociale werkvoorziening;

c: periodieke subsidie: de loonkostensubsidie en overige aan de werkgever te verstrekken vergoedingen voor structurele kosten.

Artikel 2 De hoogte van de rechstreeks aan de subsidieverlening verbonden uitvoeringskosten

Het DB stelt elk jaar vóór 31 december de hoogte vast van de rechtstreeks aan de subsidieverlening verbonden uitvoeringskosten voor elk te verstrekken persoonsgebonden budget voor het daarop volgende kalenderjaar.

Artikel 3 Invulling voorwaarden adequate werkplek

  • 3.

    1 Het DB verstrekt op aanvraag aan iedere Wsw-geïndiceerde die daar recht op heeft een persoonsgebonden budget begeleid werken Wsw, indien werkgever en begeleidingsorganisatie er zorg voor dragen dat de arbeidsplaats voor de Wsw-geïndiceerde adequaat wordt ingevuld.

  • 3.

    2 De werkgever voldoet minimaal aan de volgende vereisten:

    1 Zijn onderneming staat, indien het geen overheidsinstelling betreft, ingeschreven bij de Kamer van Koophandel;

    2 De aangeboden arbeidsplaats en de omvang daarvan zijn, gelet op de indicatiestelling en mogelijkheden van de Wsw-geïndiceerde, als passend aan te merken;

    3 De duur van het dienstverband bedraagt ten minste zes maanden aaneengesloten, met een mogelijkheid tot verlenging;

    4 De omvang van de functie bedraagt niet minder dan 18 uur per week.

    5 De werkplek en werkomstandigheden voldoen aan Arbo-normen.

  • 3.

    3 De begeleidingsorganisatie voldoet minimaal aan de volgende vereisten:

    1 De begeleidingsorganisatie is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel;

  • 2.

    De begeleidingsorganisatie en/of haar medewerkers zijn gekwalificeerd voor het begeleiden van de doelgroep, c.q. de Wsw-geïndiceerde voor wie het Persoonsgebonden budget is bestemd;

    3 De begeleidingsorganisatie heeft aantoonbare kennis en ervaring in het werkveld;

    4 De financiële bepalingen betreffende risico-uitsluiting en faillissement, zoals verwoord in de aanbestedingsvoorwaarden van WOZL voor de begeleidingsorganisaties zijn van toepassing: De organisatie dient verder een gezonde financiële en economische draagkracht te hebben, aan te tonen aan de hand van omzetcijfers, aantal opdrachten in portefeuille en eventueel voorgenomen fusies dan wel reorganisaties. Er dient geen sprake te zijn van een uitsluitingsgrond, zoals surseance van betaling, faillissement, niet voldaan hebben aan betalingsverplichtingen van sociale verzekeringswetten of belastingen, veroordeling wegens delict dat de beroepsmodaliteit in het gedrang brengt en dergelijke.

  • 5.

    Voor begeleidingsorganisaties met wie OZL een gunningsovereenkomst heeft in het kader van de aanbesteding Begeleid Werken gelden de in het kader van deze gunning overeengekomen voorwaarden.

Artikel 4 De wijze van vaststelling van de periodieke subsidie aan de werkgever

  • 4.

    1 Het DB stelt op voorstel van de Wsw-geïndiceerde de hoogte van de subsidie aan de werkgever vast.

  • 4.

    2 Ingeval een voorgestelde loonkostensubsidie niet hoger is dan 40% van het bruto loon van de Wsw-geïndiceerde, wordt de loonkostensubsidie door het DB op dat bedrag vastgesteld;

  • 4.

    3 Indien bij toepassing van het vorige lid het DB gerede twijfel heeft aan de juiste hoogte van de loonkostensubsidie vindt, in afwijking van het vorige lid, een loonwaardeonderzoek plaats, op basis waarvan de hoogte van de loonkostensubsidie wordt vastgesteld. Daarbij kan een externe deskundige worden ingeschakeld.

  • 4.

    4 In ieder geval vindt een loonwaardeonderzoek plaats als de voorgestelde hoogte voor een loonkostensubsidie hoger is dan het percentage genoemd in lid 2.

  • 4.

    5 Onverminderd het bepaalde in de artikelen 5 en 10 van deze verordening vindt één maal per jaar een toets op de loonwaardebepaling plaats in geval er sprake is van een dienstverband voor onbepaalde tijd.

Artikel 5 Herziening van de loonkostensubsidie

  • 5. 1 Op verzoek van de werkgever kan een loonkostensubsidie worden herzien als hier, gelet op de ontwikkeling van de arbeidsproductiviteit van de werknemer, aanleiding voor is.

  • 5. 2 De loonkostensubsidie kan ambtshalve worden gewijzigd als hier gerede aanleiding toe is.

Artikel 6 De vergoeding aan de begeleidingsorganisatie

  • 6.

    1 Het aantal uren aan begeleiding dat door het DB wordt vergoed bedraagt maximaal 15% van het aantal uren dat door de Wsw-geïndiceerde bij de werkgever wordt gewerkt, zulks uitgedrukt als een gemiddelde op jaarbasis.

  • 6.

    2 De kosten van een begeleidingsorganisatie in verband met het zoeken van een Begeleid Werkenplaats komen alleen voor vergoeding in aanmerking nadat een arbeidsovereenkomst tot stand is gekomen.

Artikel 7 Vergoeding voor eenmalige noodzakelijke kosten van aanpassing van de omstandigheden waaronder de arbeid wordt verricht

1 Het DB kan een vergoeding verstrekken voor de eenmalige kosten van aanpassing van de omstandigheden waaronder de arbeid wordt verricht als uit een deskundigenrapport blijkt dat aanpassingen op de werkplek noodzakelijk zijn, deze persoonsgerelateerd zijn, niet langs andere wegen vergoed worden en het niet redelijk is dat deze kosten volledig door de werkgever worden gedragen.

  • 2 Kosten voor aanschaf van apparatuur, kosten voor de werkplek en kosten voortvloeiend uit Arbo-wetgeving die de werkgever uit hoofde van normaal en goed werkgeverschap voor iedere werknemer zou moeten maken komen niet in aanmerking voor vergoeding.

    • 7.

      3 Een vergoeding wordt alleen verstrekt indien er sprake is van een dienstverband van minimaal twaalf aaneengesloten maanden.

    • 7.

      4 Maximaal komt niet meer dan € 10.000 voor een vergoeding in aanmerking. Bij een verzoek tot een hogere bijdrage wordt de arbeidsplaats door het DB niet als passend beschouwd.

    • 7.

      5 Het DB regelt de wijze van uitbetaling van de vergoeding.

Artikel 8 Indienen van de aanvraag

  • 8.

    1 Het DB stelt ten behoeve van de aanvraag een aanvraagformulier vast.

  • 8.

    2 De aanvraag voor een persoonsgebonden budget wordt ingediend door middel van een volledig ingevulde aanvraag. De aanvraag wordt mede ondertekend door de werkgever en de begeleidingsorganisatie.

Artikel 9 Beslistermijn

  • 9.1

    Het DB besluit over de aanvraag binnen een redelijke termijn, doch in elk geval binnen acht weken, na ontvangst van de aanvraag.

  • 9.2

    Indien een besluit als bedoeld in artikel 9.1 niet binnen acht weken kan worden gegeven, stelt het DB de aanvrager daarvan in kennis en noemt het daarbij een redelijke termijn waarbinnen het besluit wel tegemoet kan worden gezien.

Artikel 10 Het besluit tot verlenen van de periodieke subsidie

Het besluit tot verlening van een periodieke subsidie bevat in ieder geval:

1 de hoogte van de periodieke subsidie en de wijze waarop deze kan worden aangepast;

2 wijze van bevoorschotting van de subsidie;

3 de verplichtingen van de werkgever.

Artikel 11 Het vaststellen van de periodieke subsidie

  • 11.

    1 De werkgever verstrekt binnen vier weken na afloop van het kalenderjaar aan het DB een schriftelijke opgave van het door hem in het voorgaande jaar betaalde bruto CAO-loon van de Wsw-geïndiceerde, vermeerderd met alle werkgeverslasten.

  • 11.

    2 Het DB stelt de periodieke subsidie binnen vier weken na ontvangst van deze opgave vast.

Artikel 12 Verrekening met de voorschotten

De subsidie wordt overeenkomstig de vaststelling, zoals bepaald in artikel 11 lid 2, binnen vier weken betaald, onder verrekening van de betaalde voorschotten.

Artikel 13 Verplichtingen van de werkgever

  • 13. 1 De werkgever doet onmiddellijk schriftelijke mededeling aan het DB van alle feiten en omstandigheden die van belang kunnen zijn voor de verstrekking van de subsidie.

  • 13. 2 De werkgever bewaart alle bewijsstukken die aan de subsidieverstrekking ten grondslag liggen ten minste drie jaren na de vaststelling van de subsidie en stelt deze op verzoek ter beschikking aan het DB voor controledoeleinden.

Artikel 14 Citeertitel en inwerkingtreding

  • 14.

    1 Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening persoonsgebonden budget Gemeente Valkenburg aan de Geul

  • 14.

    2 Zij treedt in werking op 01-01-2010.

het college van burgemeester en wethouders van Valkenburg aan de Geul,

L.T.J.M. Bongarts drs. M.J.A. Eurlings

algemeen directeur/gemeentesecretaris burgemeester