Voorschriften voor het aanbrengen van grafbedekking

Geldend van 17-12-2018 t/m heden

Intitulé

Voorschriften voor het aanbrengen van grafbedekking

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Gedenkteken: een grafsteen, liggende of staande zerk, sluitplaat, of ander monument ter gedachtenis aan een overledene;

Grafbedekking: gedenktekens of vaste planten die op het graf of de urnenplaats zijn geplaatst;

Grafoppervlak: maximaal beschikbare (graf)oppervlakte voor grafbedekking en/of gedenkteken.

Artikel 2 Grafoppervlak

  • 1.

    Het is niet toegestaan grafbedekking, grind en andere voorwerpen te (doen) plaatsen buiten de maximaal beschikbare (graf)oppervlakte.

  • 2.

    Het is niet toegestaan door middel van grafbedekking en andere voorwerpen de bereikbaarheid van naastgelegen graven of urnenplaatsen te belemmeren.

  • 3.

    De maximaal beschikbare (graf)oppervlakte bedraagt:

    Voor algemene graven: 50 x 50 cm

    Voor kindergraven: 50 x 50 cm

    Voor particuliere graven: 80 x 180 cm

    Voor urnengraven: 60 x 40 cm

    Voor een plaats in een urnennis: standaard zeshoekige afdekplaat

Artikel 3 Gedenktekens algemeen

  • 1.

    Gedenktekens bestaan alleen uit duurzame materialen welke minimaal tot het einde van de grafperiode hun kwaliteit behouden, zoals natuursteen, roestvast staal of verduurzaamd glas.

  • 2.

    Wanneer een gedenkteken uit meerdere onderdelen bestaat, worden deze met roestvast stalen doken vast aan het gedenkteken verbonden en/of afzonderlijk bevestigd of gefundeerd.

  • 3.

    Het is niet toegestaan losse voorwerpen te plaatsen die vervaardigd zijn van glas of die weg kunnen waaien. Losse voorwerpen dienen zich te bevinden binnen het voor het graftype beschikbare grafoppervlak.

  • 4.

    In of bij de verstrooiingsplaats zijn gedenktekens niet toegestaan.

  • 5.

    Op, in, of bij de urnenmuur en de verstrooiingsplaats zijn alle losse voorwerpen verboden.

Artikel 4 Gedenktekens op algemene graven

  • 1.

    Op algemene graven wordt de grafbedekking pas dan aangebracht wanneer de bovenliggende graflagen eveneens in gebruik zijn genomen.

  • 2.

    Op algemene graven zijn alleen volledig liggende gedenktekens toegestaan met een afmeting van 50 x 50 x minimaal 8 cm dik.

  • 3.

    Op algemene kindergraven zijn alleen volledig liggende gedenktekens toegestaan met een afmeting van 50 x 50 x minimaal 8 cm dik.

Artikel 5 Gedenktekens op eigen graven

  • 1.

    Op eigen graven zijn liggende gedenktekens toegestaan met een lengte van maximaal 180 cm, een breedte van maximaal 80 cm en een minimumdikte, inclusief funderingsplaat, van 8 cm.

  • 2.

    Bij gebruik van een roef dient deze maximaal 180 x 80 cm te zijn. De onderkant van de roef dient gesloten te zijn.

  • 3.

    Staande gedenktekens op een particulier graf zijn minimaal 60 cm en maximaal 120 cm hoog en maximaal 80 cm breed. Het staande deel van het gedenkteken dient voldoende te zijn gefundeerd, dan wel voldoende stevig te zijn bevestigd aan het liggende deel van het gedenkteken door middel van roestvast stalen doken.

Artikel 6 Gedenktekens op urnengraven

Op urnengraven zijn volledig liggende gedenktekens toegestaan met een maximale afmeting van 60 x 40 cm en maximaal 8 cm dik.

Artikel 7 Gedenktekens op de urnennissen

  • 1.

    De zeskantige sluitplaat wordt door de gemeente geleverd in de steensoort Labrador.

  • 2.

    Het gedenkteken wordt door de gemeente duurzaam en veilig bevestigd.

Artikel 8 Aanvraag plaatsing gedenktekens

Bij de aanvraag van de vergunning op grond van de artikel 12 van de Beheersverordening gemeentelijke begraafplaats Alblasserdam worden – voor zover van toepassing – de volgende gegevens verstrekt:

  • 1.

    de maten (lengte, breedte, hoogte en/of doorsnee) van het gedenkteken;

  • 2.

    het te gebruiken materiaal, incl. soort, kleur en bewerking;

  • 3.

    de belettering en/of afbeelding, en de wijze waarop deze wordt aangebracht;

  • 4.

    het te gebruiken materiaal van de fundering en de wijze waarop het gedenkteken daarop wordt bevestigd;

  • 5.

    de locatie (grafnummer) waarvoor het gedenkteken is bedoeld;

  • 6.

    een bouwtekening van voor-, zij- en bovenaanzicht waarop alle maten in cm staan aangegeven.

Artikel 9 Beplanting en bloemen

  • 1.

    Op eigen graven en eigen urnengraven is vaste beplanting toegestaan met een maximale hoogte van 75 cm. De beplanting mag het oppervlak van het graf niet overschrijden. Belanghebbende dient er zelf voor zorg te vragen dat beplanting hieraan voldoet. Indien dit niet door belanghebbende wordt verzorgd, zal dit op zijn/haar kosten door de beheerder worden uitgevoerd.

  • 2.

    Op algemene graven en bij de urnenplaatsen is beplanting niet toegestaan.

  • 3.

    Het is op alle graven, urnengraven en bij de verstrooiingsplaats toegestaan om losse bloemen en bloemen in de door de begraafplaats beschikbaar gestelde steekvazen te plaatsen.

  • 4.

    Bij de urnenmuur is het uitsluitend toegestaan bloemen te plaatsen in vaasjes aan de zijkant van de nis.

Artikel 10 Bijzondere bepalingen

Het college kan toestemming verlenen om af te wijken van deze uitvoeringsvoorschriften.

Artikel 11 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze voorschriften voor het aanbrengen van grafbedekking treden in werking op het moment dat de "Beheersverordening gemeentelijke begraafplaats Alblasserdam" op 1 maart 2010 in werking treedt.

  • 2.

    De "Uitvoeringsvoorschriften ter zake gedenktekenen en beplantingen op graven" van 14 maart 1988 wordt op de datum als bedoeld in het eerste lid, ingetrokken.

Ondertekening

Aldus vastgesteld, als onderdeel van de Beheersverordening van de gemeentelijke begraafplaats van Alblasserdam, in de raadsvergadering van 30 juni 2010

De raad voornoemd,

griffier voorzitter