Verordening gelijkstelling onderwijs Den Haag 2019

Geldend van 01-01-2019 t/m 31-12-2018

Intitulé

Verordening gelijkstelling onderwijs Den Haag 2019

De raad van de gemeente Den Haag,

gezien het voorstel van het college van 13 november 2018,

gelet op artikel 140 van de Wet op het primair onderwijs, artikel 134 van de Wet op de expertisecentra en artikel 96g van de Wet op het voortgezet onderwijs,

besluit:

vast te stellen de Verordening gelijkstelling onderwijs Den Haag 2019

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1.1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

aanvullende voorziening:

een door het college vastgestelde nieuwe voorziening waarmee de verordening tijdelijk wordt aangevuld, die kan bestaan uit feitelijke beschikbaarstelling of subsidieverlening;

college:

het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Den Haag;

feitelijke beschikbaarstelling:

de beschikking van het college waarbij een voorziening of aanvullende voorziening in natura beschikbaar wordt gesteld;

onderwijsloket:

de elektronische weg als bedoeld in artikel 2:15 van de Algemene wet bestuursrecht, die is opengesteld om berichten te kunnen verzenden in het kader van de uitvoering van deze verordening zoals het indienen van aanvragen;

school:

school voor basisonderwijs, school voor (voortgezet) speciaal onderwijs of school voor voortgezet onderwijs;

schoolbestuur:

bevoegd gezag van een volgens de Wet op het primair onderwijs, de Wet op het voortgezet onderwijs of de Wet op de expertisecentra bekostigde in de gemeente gelegen openbare of bijzondere school;

school voor basisonderwijs:

een basisschool of een speciale school voor basis onderwijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op het primair onderwijs;

school voor (voortgezet) speciaal onderwijs:

een school voor speciaal onderwijs, een school voor voortgezet speciaal onderwijs of een school voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de expertisecentra, en een instelling voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs als bedoeld in artikel 8 van de Wet op de expertisecentra;

toekenningscriteria:

de criteria zoals opgenomen in de Bijlagen Voorzieningen, waaraan een schoolbestuur moet voldoen om in aanmerking te komen voor een voorziening of een aanvullende voorziening;

voorziening:

een voorziening die is opgenomen in de Bijlagen Voorzieningen van deze verordening en die kan bestaan uit subsidieverlening of feitelijke beschikbaarstelling van de voorziening of aanvullende voorziening.

Artikel 1.2 Reikwijdte verordening

Deze verordening is van toepassing op verstrekking van voorzieningen en aanvullende voorzieningen aan schoolbesturen.

Artikel 1.3 Toepassing Algemene subsidieverordening

De Algemene subsidieverordening Den Haag 2014 is van toepassing op besluiten betreffende subsidies die op grond van deze verordening worden genomen, tenzij de Bijlagen Voorzieningen of een aanvullende voorziening afwijkt van de Algemene subsidieverordening Den Haag 2014.

Artikel 1.4 Subsidieplafond en verdelingsregels

  • 1. Het college kan per voorziening een subsidieplafond vaststellen. In dat geval bepaalt het college de wijze van verdeling van de betrokken subsidies.

  • 2. Het college maakt het subsidieplafond en de wijze van verdeling van het beschikbare bedrag uiterlijk zes weken voor de indieningsdatum aan alle schoolbesturen bekend.

Artikel 1.5 Aanvullende voorziening

  • 1. Het college kan de verordening tijdelijk aanvullen met een voorziening.

  • 2. Het college stelt daarin vast aan welke toekenningscriteria een schoolbestuur moet voldoen om in aanmerking te komen voor een aanvullende voorziening.

  • 3. Na bekrachtiging van de aanvullende voorziening door de raad of na verloop van een periode van 12 weken na vaststelling van de aanvullende voorziening, wordt de voorziening toegevoegd aan de Bijlagen Voorzieningen.

Artikel 1.6 Subsidieregeling

Het college is bevoegd bij subsidieregeling nadere regels vast te stellen met betrekking tot de activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen, de wijze van berekening en de aan de subsidieverlening te verbinden voorschriften.

HOOFDSTUK 2. Feitelijke beschikbaarstelling

Artikel 2.1 Inhoud en procedure

Indien de voorziening of de aanvullende voorziening een feitelijke beschikbaarstelling is, worden in de Bijlagen Voorzieningen of in de aanvullende voorziening de inhoud en de procedure geregeld.

Artikel 2.2 Verbod vervreemding

Vervreemding door het schoolbestuur van een op basis van deze verordening toegekende voorziening of aanvullende voorziening, die bestaat uit een feitelijke beschikbaarstelling, is alleen toegestaan met toestemming van het college.

Hoofdstuk 3. Slotbepalingen

Artikel 3.1 Hardheidsclausule

Het college kan een artikel of artikelen van deze verordening buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover toepassing ervan, gelet op het doel van de voorziening of de aanvullende voorziening, leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 3.2 Intrekking

De Verordening personele en materiële voorzieningen onderwijs gemeente Den Haag 2014 wordt ingetrokken.

Artikel 3.3 Overgangsbepaling

De Verordening personele en materiële voorzieningen onderwijs gemeente Den Haag 2014 blijft van toepassing op aanvragen en bezwaarschriften die voor de dag van inwerkingtreding van deze verordening zijn ingediend.

Artikel 3.4 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2019.

Artikel 3.5 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als Verordening gelijkstelling onderwijs Den Haag 2019.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare raadsvergadering van 29 november 2018.

De griffier, Lilianne Blankwaard-Rombouts en de voorzitter, Pauline Krikke.