Besluit van de directeur van de gemeenschappelijke regeling Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen (BsGW) houdende regels omtrent mandaat

Geldend van 28-11-2018 t/m heden

Intitulé

Besluit van de directeur van de gemeenschappelijke regeling Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen (BsGW) houdende regels omtrent mandaat

De directeur van de Gemeenschappelijke Regeling belastingsamenwerking gemeenten en water-schappen (BsGW);

Overwegende:

Dat de directeur op basis van het door het dagelijks bestuur van de BsGW op 6 september 2018 genomen “besluit ontheffing fiscale geheimhoudingsplicht” is ontheven van de fiscale geheim-houdingsplicht inzake informatieverzoeken van deelnemers namens het Regionaal Informatie- en expertisecentrum (RIEC);

Dat het wenselijk is om deze bevoegdheid, zoals hieronder is aangegeven te mandateren;

Artikel 1 Mandaat

De directeur mandateert:

  • a.

    aan B.G.F. Tulfer, senior medewerker KCC;

  • b.

    aan A.J.F. Koonen, medewerker kwaliteit;

de bevoegdheid om belasting- en betaalgegevens te verstrekken aan de deelnemers van BsGW, enkel ten dienste van onderzoeken van het Regionaal Informatie- en expertisecentrum (RIEC).

Artikel 2 Kaderstelling

  • 1. De uitoefening van de bevoegdheden geschiedt met inachtneming van de kaders en specifieke voorwaarden, zoals aangegeven in dit besluit;

  • 2. Onverminderd het bepaalde in het eerste lid geschiedt de uitoefening van de bevoegdheid bin-nen de grenzen van het recht, waarop deze bevoegdheid steunt.

Artikel 3 Terugkoppeling

  • 1. Indien in enig geval wordt getwijfeld of de voorgenomen uitoefening van de bevoegdheid in overeenstemming is met het bepaalde in artikel , oefent de gemandateerde zijn bevoegdheid niet uit dan nadat hij daarover overleg heeft gepleegd met de directeur.

  • 2. Het bepaalde in het eerste lid vindt in elk geval plaats indien:

    • a.

      De directeur daarom heeft verzocht;

    • b.

      De uitoefening van de bevoegdheid (vermoedelijke) bestuurlijke/politieke consequen-ties kan hebben;

    • c.

      Het voornemen bestaat tot aanvulling/afwijking van het tot dan gevoerde beleid;

    • d.

      Er persoonlijke betrokkenheid van de gemandateerde dan wel van diens plaatsvervan-ger bij het te nemen besluit bestaat;

    • e.

      Precedentwerking is te verwachten.

  • 3. De directeur kan nadere voorwaarden stellen waaronder slechts van deze bevoegdheid gebruik mag worden gemaakt in specifieke gevallen of soorten van gevallen.

Ondertekening

Roermond, 7 november 2018

De directeur,

drs. J.G.A.W. Willemsen

Ondergetekende,

Verklaart zich akkoord met de voorgestelde mandatering

Roermond,

B.G.F. (Bob) Tulfer,

Senior medewerker KCC

………………………………………

A.J.F. (Ton) Koonen

Medewerker kwaliteit

……………………………………..