Verordening van het algemeen bestuur van het Waterschap Vallei en Veluwe houdende regels omtrent subsidie Subsidieverordening Waterbewustzijn

Geldend van 01-01-2018 t/m heden

Intitulé

Verordening van het algemeen bestuur van het Waterschap Vallei en Veluwe houdende regels omtrent subsidie Subsidieverordening Waterbewustzijn

Het algemeen bestuur van Waterschap Vallei en Veluwe;

Op het voorstel van het college van dijkgraaf en heemraden d.d. 21 augustus 2017;

Gelet op het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht, de Waterschapswet en het Reglement voor Waterschap Vallei en Veluwe;

B e s l u i t:

vast te stellen de volgende Subsidieverordening Waterbewustzijn:

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • -

    aanvraag: de aanvraag van subsidie op grond van deze verordening.

  • -

    activiteit: activiteit, initiatief of project van een vereniging of stichting, zoals vastgelegd in een aanvraag en/of een beschikking tot subsidieverlening, dat naar het oordeel van het college in het verlengde ligt van de kerntaken, het werk, beleid en/of bestuurlijke ambities van Waterschap Vallei en Veluwe op het gebied van waterbeleving, recreatief medegebruik, cultuurhistorie en/of educatie.

  • -

    bijdrage: een bijdrage van een overheid, stichting, vereniging, private organisatie, bedrijf, fonds of verkregen door middel van crowdfunding, entreegeld, sponsoring, reclameopbrengsten of anderszins.

  • -

    college: het college van dijkgraaf en heemraden van Waterschap Vallei en Veluwe.

  • -

    subsidie: subsidie als bedoeld in de Algemene wet bestuursrecht (titel 4.2) en deze verordening. Artikel 4:21 Algemene wet bestuursrecht luidt: “Onder subsidie wordt verstaan: de aanspraak op financiële middelen, door een bestuursorgaan verstrekt met het oog op bepaalde activiteiten van de aanvrager, anders dan als betaling voor aan het bestuursorgaan geleverde goederen of diensten.”

  • -

    subsidieverlening: beschikking omtrent subsidieverlening als bedoeld in artikel 4:29 en volgende Algemene wet bestuursrecht

  • -

    waterschap: Waterschap Vallei en Veluwe

  • -

    wet: de Algemene wet bestuursrecht

Artikel 2 Toepassingsbereik en doel

  • 2.1 Deze verordening is van toepassing op het door het college verlenen van subsidies als bedoeld in deze verordening.

  • 2.2 Met het verstrekken van subsidie als bedoeld in deze verordening beoogt het waterschap waterbewustzijn bevorderende lokale initiatieven/activiteiten te ondersteunen die omgevingsgericht, duurzaam, mensgericht, samenwerkingsgericht, educatief en/of innoverend zijn en in het verlengde liggen van de taken, werk en ambities van Waterschap Vallei en Veluwe ten aanzien van waterbewustzijn, recreatief medegebruik, cultuurhistorie en educatie.

Artikel 3 Subsidieplafond en wijze van verdeling

  • 3.1 Het algemeen bestuur van het waterschap stelt jaarlijks in de begroting het bedrag vast waarvoor gedurende het begrotingsjaar ten hoogste subsidies kunnen worden verleend als bedoeld in deze verordening. Dit bedrag geldt als subsidieplafond.

  • 3.2 Het college maakt het subsidieplafond bekend, conform artikel 4:26 tot en met 4:28 van de wet en op de voor het waterschap gebruikelijke wijze.

  • 3.3 Het college beschikt op subsidieaanvragen op volgorde van ontvangst van een volledige aanvraag.

Artikel 4 Bevoegdheid college

  • 4.1 Het college is bevoegd beschikkingen te nemen inzake subsidieverlening als bedoeld in deze verordening met inachtneming van het bepaalde in artikel 4.

  • 4.2 Het college is bevoegd de bevoegdheid als bedoeld onder artikel 3.1 te mandateren met de mogelijkheid van het verlenen van ondermandaat.

  • 4.3 Het college kan overeenkomstig artikel 4:37 tot en met 4:41van de wet verplichtingen opleggen aan subsidie-ontvanger.

  • 4.4 Het college kan afwijken van de bij deze verordening gestelde termijnen, mits dit gemotiveerd gebeurt.

Artikel 5 Criteria voor subsidieverlening

  • 5.1 Subsidie kan worden verleend voor een activiteit die naar het oordeel van het college in het verlengde ligt van de kerntaken, het werk, beleid en/of bestuurlijke ambities van Waterschap Vallei en Veluwe op het gebied van waterbewustzijn, recreatief medegebruik, cultuurhistorie en/of educatie.

  • 5.2 Subsidieverlening als bedoeld in het eerste lid van dit artikel vindt uitsluitend plaats indien voldaan is aan het bepaalde in of op grond van deze verordening en de wet en met inachtneming van de afwegingsnormen als bedoeld in artikel 7.

  • 5.3 De activiteit vindt plaats binnen het beheergebied van het waterschap.

  • 5.4 De activiteit is voor een ieder toegankelijk.

  • 5.5 De totale begroting van de activiteit (exclusief de kosten van onderhoud en instandhouding na realisatie) bedraagt minimaal € 1.000,- en maximaal € 100.000,- . Kosten van onderhoud en instandhouding na realisatie van de activiteit komen niet in aanmerking voor subsidie.

  • 5.6 Het waterschap subsidieert maximaal 30% van de totale kosten van de activiteit met een maximumsubsidie van € 5.000,- per activiteit.

  • 5.7 De aanvraag dient voldoende blijk te geven van een goede kwaliteit van uitvoering en goede uitstraling van de activiteit;

  • 5.8 Het tijdvak dat wordt vermeld in beschikkingen tot verlening van subsidie in de vorm van een periodieke aanspraak op financiële middelen, bedoeld in artikel 4:32 van de wet, is ten hoogste drie jaar.

  • 5.9 Het college kan voor activiteiten die naar het oordeel van het college van buitengewoon belang zijn voor het waterschap afwijken van het bepaalde in dit artikel.

Artikel 6 : Aanvraag

  • 6.1 Een aanvraag vindt plaats door het indienen van een volledig ingevuld en ondertekend (digitaal) Aanvraagformulier Subsidieverordening waterbewustzijn, inclusief bijlagen, minimaal 8 weken voorafgaand aan de activiteit.

  • 6.2 Indien voor dezelfde activiteit of instelling tevens subsidie of een bijdrage in geld of natura is aangevraagd bij of overeengekomen met het waterschap, andere overheden of het Prins Bernhard Cultuur Fonds, dan doet de aanvrager daarvan mededeling in de aanvraag.

  • 6.3 Een aanvraag wordt in behandeling genomen zodra de aanvraag volledig is naar het oordeel van het college.

  • 6.4 Aanvrager krijgt de gelegenheid een onvolledige aanvraag aan te vullen binnen een door het college na overleg met aanvrager vast te stellen termijn.

Artikel 7 Afwegingsnormen voor de verdeling van de subsidiegelden

  • 7.1 Het college kan een beleidsregel vaststellen voor de afweging van de in dit artikel genoemde aspecten.

  • 7.2 Het college betrekt in zijn afweging bij zijn beschikking tot subsidieverlening:

    • a.

      de mate waarin de activiteit naar het oordeel van het college bijdraagt aan het doel van de subsidieverordening als bedoeld in artikel 2 en het streven naar een evenwichtige verdeling van de subsidiegelden over de aanvragers van subsidie en over de thema’s recreatie, cultuurhistorie, educatie/natuur, kunst, boekuitgave. Het college streeft daarbij naar een verdeling van 25% voor elk van de eerste drie thema’s en 12,5 % voor de beide laatstgenoemde thema’s.

    • b.

      of en de mate waarin het waterschap reeds op andere wijze door middel van subsidie of bijdrage in geld, in natura of op basis van samenwerkingsovereenkomst bijdraagt aan de activiteit, instelling of bestuursorgaan of dat via het Gelders Waterschapsfonds voor dezelfde activiteit of instelling een bijdrage is aangevraagd of verleend.

    • c.

      of de aanvraag naar het oordeel van het college voldoende blijk geeft van een goede kwaliteit van uitvoering en goede uitstraling van de activiteit.

    • d.

      het belang en de subsidie van het waterschap in verhouding tot subsidies, bijdragen en inkomsten betreffende de activiteit uit andere bronnen.

Artikel 8 Subsidie aan rechtspersonen zonder winstoogmerk

Subsidieververlening vindt plaats aan verenigingen en stichtingen.

Artikel 9 Beslistermijn

  • 9.1 Het college beslist binnen zes weken na ontvangst van een volledige aanvraag.

  • 9.2 Het college kan de beslistermijn eenmaal verdagen voor ten hoogste zeven weken dan wel voor ten hoogste zestien weken als het college een advies inwint of een onderzoek instelt.

Artikel 10 Betaling en bevoorschotting

  • 10.1 De betaling vindt plaats in de vorm van één vast bedrag.

  • 10.2 De betaling van het gehele subsidiebedrag vindt plaats binnen zes weken na de beschikking tot subsidievaststelling.

Artikel 11 Verslag doeltreffendheid en effectiviteit

Het in artikel 4:24 van de wet bedoelde verslag wordt ten minste eenmaal in de vijf jaren door het college aan het algemeen bestuur aangeboden en bekendgemaakt.

Artikel 12 Slotbepalingen en citeertitel

  • 12.1 Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2018.

  • 12.2 De Subsidieverordening Waterschap Vallei en Veluwe 2013 zoals vastgesteld op 17 april 2013 en gewijzigd op 26 februari 2014, wordt ingetrokken met ingang van 1 januari 2018, met dien verstande dat hij van kracht blijft op vóór 1 januari 2018 aangevraagde subsidies op grond van de Subsidieverordening Waterschap Vallei en Veluwe.

  • 12.3 Deze verordening kan worden aangehaald als: “Subsidieverordening Waterbewustzijn”.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van het algemeen bestuur van 4 oktober 2017,

Drs. ing. K.A. Blokland

secretaris-directeur

drs. T. Klip-Martin

dijkgraaf

Toelichting bij de Subsidieverordening Waterbewustzijn

Algemene toelichting

1. Inleiding

Bij een organisatie die Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen tot één van de uitgangspunten van haar beleid rekent, past dat de organisatie de (financiële) mogelijkheid creëert, relevante maatschappelijke initiatieven binnen het werkgebied te ondersteunen. Uitgangspunt is daarbij dat het project te relateren is aan de primaire taken van het waterschap en dat de positieve (imago)uitstraling van het betreffende project doorwerkt naar de organisatie, Waterschap Vallei en Veluwe.

2. Regelgeving door het waterschap

In deze verordening zijn de "algemene voorwaarden" opgenomen waaronder het waterschap subsidie verstrekt in lijn met de Awb (hierna: de wet). De wet omvat een uitvoerige regeling van het onderwerp subsidiëring in titel 4.2 van de wet. Tevens is rekening gehouden met de Regeling van de Minister-President, Minister van Algemene Zaken, van 15 december 2009, nr. 3086451, houdende vaststelling van Aanwijzingen voor subsidieverstrekking.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 2

Deze verordening is bedoeld voor activiteiten die aansluiten op de kerntaken van het waterschap en liggen op het gebied van waterbewustzijn, recreatief medegebruik, cultuurhistorie en educatie.

Artikel 3

Met dit artikel wordt gewaarborgd dat er geen onbeperkt bedrag aan subsidies wordt uitgegeven. De vaststelling van het subsidieplafond vindt plaats in de begroting, zodat hiervoor geen afzonderlijk besluit van het college nodig is.

Het subsidieplafond wordt conform art. 4:27 van de wet bekendgemaakt voor de aanvang van het tijdvak waarvoor het is vastgesteld.

Voor de verdeling van subsidiegelden geldt de ‘wie-het-eerst-komt-het-eerst-maalt-methode’.

Artikel 4

Met deze delegatiebepaling wordt expliciet geregeld dat besluitvorming over subsidies is voorbehouden aan het college. Het college kan zijn bevoegdheid mandateren met de mogelijkheid van het verlenen van ondermandaat.

Uit oogpunt van doelmatigheid wordt de beschikking tot subsidievaststelling direct genomen.

Artikel 5

Het college heeft 10 november 2015, nummer 761713 besloten binnen deze subsidieverordening een deel van de subsidiegelden te reserveren voor en te storten in het op te richten Gelderse Waterschapsfonds, een Fonds op naam onder het Prins Bernhard Cultuurfonds (PBCF). Binnen de randvoorwaarden in de subsidieuitvoeringsovereenkomst is PBCF vrij om uit het Gelderse Waterschapsfonds bijdragen te verlenen aan derden. Dit besluit geldt vooralsnog voor een periode van 3 jaar van 2017 tot en met 2019. Uitgangspunt is dat geen dubbeling van subsidie en bijdragen plaatsvindt voor eenzelfde activiteit of instelling.

Artikel 6

Hierin staat de procedure voor het aanvragen van subsidie.

Artikel 7

Een aanvrager kan voor een activiteit zowel bij het waterschap als bij een andere instantie (bijvoorbeeld de gemeente) subsidie aanvragen. Artikel 7 laat deze mogelijkheid in stand, maar waarborgt wel dat het waterschap hiervan op de hoogte is en dit bijvoorbeeld kan betrekken bij zijn besluit om subsidie te verstrekken.

Artikel 8

Subsidie wordt verstrekt aan stichtingen en verenigingen, niet op het maken van winst gerichte rechtspersonen. Rechtspersonen naar publiek recht zijn uitgesloten.

Artikel 9

De beslistermijn wordt gesteld op 6 weken na ontvangst van een volledige aanvraag. Wanneer de aanvraag niet compleet is wordt de beslistermijn opgeschort totdat de aanvraag is aangevuld. De laatste volzin van deze bepaling maakt het mogelijk, dat de beslissing op de subsidieaanvraag met ten hoogste zeven weken wordt verdaagd (uitgesteld), of zestien weken als het college een advies inwint of een onderzoek instelt.

Artikel 10

Omdat de subsidie bij beschikking tot subsidievaststelling wordt gegeven, vindt betaling in één keer plaats.

Artikel 11

Artikel 4:24 van de wet luidt als volgt: Indien een subsidie op een wettelijk voorschrift berust, wordt ten minste eenmaal in de vijf jaren een verslag gepubliceerd over de doeltreffendheid en de effecten van de subsidie in de praktijk, tenzij bij wettelijk voorschrift anders is bepaald.

Artikel 12

De Subsidieverordening Waterschap Vallei en Veluwe 2013 blijft alleen nog van kracht voor de beschikkingen tot subsidieverlening die zijn aangevraagd onder de Subsidieverordening Waterschap Vallei en Veluwe 2013.