Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR603510
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR603510/1
Regeling vervallen per 01-01-2019
Verordening op de heffing en de invordering van leges 2018
Geldend van 16-11-2017 t/m 31-12-2018
Intitulé
Verordening op de heffing en de invordering van leges 2018De raad van de gemeente De Fryske Marren;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 12 september 2017, nummer 2017/087;
gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet;
besluit:
vast te stellen de volgende verordening:
Verordening op de heffing en de invordering van leges 2018
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Deze verordening verstaat onder:
- a.
dag: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;
- b.
week: een aaneengesloten periode van zeven dagen;
- c.
maand: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;
- d.
jaar: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;
- e.
kalenderjaar: de periode van 1 januari tot en met 31 december.
Artikel 2 Belastbaar feit
- 1.
Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:
- a.
het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;
- b.
het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument;
- a.
een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.
- 2.
Hetgeen in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel is bepaald over een Nederlandse identiteitskaart voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is van overeenkomstige toepassing op een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor personen met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon.
Artikel 3 Belastingplicht
Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.
Artikel 4 Vrijstellingen
Leges worden niet geheven voor:
- 1.
diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;
- 2.
diensten die ingevolge wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend.
Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief
- 1.
De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.
- 2.
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.
- 3.
Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.
Artikel 6 Wijze van heffing
De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Artikel 7 Termijnen van betaling
- 1.
In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving bedoeld in artikel 6:
- a.
mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;
- b.
schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 1 maand na de dagtekening van de kennisgeving.
- a.
- 2.
De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.
Artikel 8 Kwijtschelding
Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.
Artikel 9 Vermindering of teruggaaf
Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.
Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden
Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:
- a.
van zuiver redactionele aard zijn;
- b.
een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:
- 1.
onderdeel 1.1.8 (akten burgerlijke stand);
- 2.
hoofdstuk 2 (reisdocumenten);
- 3.
hoofdstuk 3 (rijbewijzen);
- 4.
onderdeel 1.4.5 (papieren verstrekking uit de basisregistratie personen);
- 5.
hoofdstuk 6 (verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens);
- 6.
onderdeel 1.9.1 (verklaring omtrent gedrag);
- 7.
hoofdstuk 16 (kansspelen);
- 1.
- c.
een gevolg is van bijstelling van de tarieven genoemd onder 2.3.17.3 door Hûs & Hiem Welstandsadvisering en Monumentenzorg;
een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.
Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de rechten.
Artikel 12 Overgangsrecht
- 1.
De Verordening leges 2017 van de gemeente De Fryske Marren, laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 7 november 2016, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
- 2.
Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 13, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.
Artikel 13 Inwerkingtreding
- 1.
Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.
- 2.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2018.
- 3.
De UAV 2012, de NEN 2631 genoemd in de tarieventabel in onderdeel 2.1.1.1 en in onderdeel 2.1.1.2 en de NEN 2590 genoemd in de ‘beleidsregels voor het vaststellen van bouwkosten bij berekening bouwleges’ worden bekendgemaakt door terinzagelegging bij de centrale balie op het gemeentehuis.
Artikel 14 Citeertitel
Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening leges 2018.
Tarieventabel 2018 |
|||
Titel 1 Algemene dienstverlening |
|||
Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand |
|||
Hoofdstuk 2 Reisdocumenten |
|||
Hoofdstuk 3 Rijbewijzen |
|||
Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens |
|||
Hoofdstuk 5 Verstrekkingen uit het Kiezersregister |
|||
Hoofdstuk 6 Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens |
|||
Hoofdstuk 7 Bestuursstukken |
|||
Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie |
|||
Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken |
|||
Hoofdstuk 10 Gemeentearchief |
|||
Hoofdstuk 11 Huisvestingswet (vervallen) |
|||
Hoofdstuk 12 Leegstandwet |
|||
Hoofdstuk 13 Gemeentegarantie (vervallen) |
|||
Hoofdstuk 14 Marktstandplaatsen |
|||
Hoofdstuk 15 Winkeltijdenwet |
|||
Hoofdstuk 16 Kansspelen |
|||
Hoofdstuk 17 Telecommunicatie |
|||
Hoofdstuk 18 Verkeer en vervoer |
|||
Hoofdstuk 19 Registratie kinderopvang |
|||
Hoofdstuk 20 Diversen |
|||
Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning |
|||
Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen |
|||
Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag |
|||
Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning |
|||
Hoofdstuk 4 Vermindering |
|||
Hoofdstuk 5 Teruggaaf |
|||
Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning (vervallen) |
|||
Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project |
|||
Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten |
|||
Hoofdstuk 9 Sloopmelding (vervallen) |
|||
Hoofdstuk 10 Bouwvergunning eerste of tweede fase op grond van oude wetgeving (vervallen) |
|||
Hoofdstuk 11 Niet ontvankelijke aanvraag |
|||
Hoofdstuk 12 In deze titel niet benoemde beschikking |
|||
Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn en niet vallend onder titel 2 |
|||
Hoofdstuk 1 Horeca |
|||
Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten |
|||
Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven |
|||
Hoofdstuk 4 Splitsingsvergunning woonruimte (vervallen) |
|||
Hoofdstuk 5 Leefmilieuverordening (vervallen) |
|||
Hoofdstuk 6 Brandbeveiligingsverordening |
|||
Hoofdstuk 7 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking |
|||
Titel 1 Algemene dienstverlening |
|||
Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand |
|||
1.1.1 |
Het tarief bedraagt voor: |
||
a. de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap; |
|||
b. het omzetten van een geregisteerd partnerschap in een huwelijk indien daarbij gebruik wordt gemaakt van de trouwzaal of een andere door de gemeente hiertoe aangewezen ruimte; |
|||
1.1.1.1 |
op elke dag tijdens de openingstijden |
€ 260,00 |
|
1.1.1.2 |
buiten de openingstijden |
€ 500,00 |
|
1.1.1.3 |
op zaterdag en zondag |
€ 500,00 |
|
1.1.2 |
In afwijking van het bepaalde onder 1.1.1 is de huwelijksvoltrekking of registratie van een partnerschap op maandag om 9:00 en 9:30 uur in een door de gemeente hiertoe aangewezen trouwruimte in Joure |
€ - |
|
1.1.3 |
Het tarief bedraagt voor de verkorte huwelijksvoltrekking van maandag tot en met vrijdag om 10:00 en 10:30 uur in een door de gemeente hiertoe aangewezen trouwlocatie in Balk, Joure en Lemmer |
€ 125,00 |
|
1.1.4 |
Bij de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap op een andere locatie dan het gemeentehuis of het gemeentekantoor, worden de onder 1.1.1 genoemde tarieven verhoogd met |
€ 100,00 |
|
1.1.5 |
Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap of omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek |
€ 260,00 |
|
1.1.6 |
Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk zonder ceremonie |
€ 30,00 |
|
1.1.7 |
Het tarief bedraagt voor: |
||
1.1.7.1 |
Het annuleren van het volgens 1.1.1 t/m 1.1.6 afgesproken huwelijk/registratie |
€ 50,00 |
|
1.1.7.2 |
Het wijzigen van een eerder gekozen locatie volgens 1.1.1 t/m 1.1.5 en/of tijdstip huwelijk/registratie |
€ 27,50 |
|
1.1.7.3 |
Het fungeren van een ambtenaar als getuige bij een huwelijk of geregistreerd partnerschap, indien partijen niet zelf over getuigen kunnen beschikken, per getuige |
€ 20,00 |
|
1.1.7.4 |
De benoeming van een buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand voor één dag |
€ 100,00 |
|
1.1.7.5 |
Een trouwboekje of partnerschapboekje |
€ 23,00 |
|
1.1.8 |
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand. |
||
1.1.9 |
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot naturalisatie of voor het afleggen van een optie ter verkrijging van het Nederlanderschap geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Besluit optie- en naturalisatiegelden (BON). |
||
Hoofdstuk 2 Reisdocumenten |
|||
1.2 |
Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag: |
||
1.2.1 |
van een nationaal paspoort: |
||
1.2.1.1 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is |
€ 65,30 |
|
1.2.1.2 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt |
€ 52,00 |
|
1.2.2 |
van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel 1.2.1 (zakenpaspoort): |
||
1.2.2.1 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is |
€ 65,30 |
|
1.2.2.2 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt |
€ 52,00 |
|
1.2.3 |
van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort): |
||
1.2.3.1 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is |
€ 65,30 |
|
1.2.3.2 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt |
€ 52,00 |
|
1.2.4 |
van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen |
€ 52,00 |
|
1.2.5 |
van een Nederlandse identiteitskaart: |
||
1.2.5.1 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is |
€ 51,00 |
|
1.2.5.2 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt |
€ 29,00 |
|
1.2.6 |
voor een spoedlevering van de in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemde documenten, de in die onderdelen genoemde leges vermeerderd met een bedrag van |
€ 47,55 |
|
1.2.7 |
Toeslag bezorging reisdocument of NIK |
€ 15,00 |
|
Hoofdstuk 3 Rijbewijzen |
|||
1.3.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs |
€ 39,65 |
|
1.3.2 |
Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt: |
||
1.3.2.1 |
bij een spoedlevering vermeerderd met |
€ 34,10 |
|
1.3.3 |
tot het verkrijgen van een eigen verklaring rijbewijs (keuringspapieren) het door het CBR aan de gemeente in rekening gebrachte bedrag vermeerderd met een bedrag van |
€ 1,00 |
|
Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens |
|||
1.4.1 |
Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.3 en 1.4.4, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens over één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd. |
||
1.4.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
||
1.4.2.1 |
tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking |
€ 7,50 |
|
1.4.2.2 |
tot het afsluiten van een abonnement op het verstrekken van gegevens gedurende de periode van één jaar: |
||
voor 100 verstrekkingen |
€ 600,00 |
||
1.4.3 |
Voor de toepassing van onderdeel 1.4.4 wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens over één persoon die niet zijn opgenomen in de basisregistratie personen. |
||
1.4.4 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
||
1.4.4.1 |
tot het verstrekken van gegevens: per verstrekking |
€ 7,50 |
|
1.4.4.2 |
tot het afsluiten van een abonnement op het verstrekken van gegevens gedurende de periode van één jaar: |
||
1.4.4.2.1 |
voor 100 verstrekkingen |
€ 600,00 |
|
1.4.5 |
In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het schriftelijk verstrekken van gegevens bedoeld in artikel 17, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen |
€ 7,50 |
|
1.4.6 |
Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de gemeentelijke basisadministratie met betrekking tot genealogie/stamboom, voor ieder daaraan besteed kwartier |
€ 10,00 |
|
1.4.7 |
Het tarief bedraagt voor het maken van een afdruk van de gegevens van een micro-fiche, per afdruk |
€ 0,65 |
|
Hoofdstuk 5 Verstrekkingen uit het Kiezersregister |
|||
1.5 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een inlichting betreffende de registratie van de aanvrager als kiezer bedoeld in artikel D4 van de Kieswet |
€ 7,50 |
|
Hoofdstuk 6 Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens |
|||
1.6 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een bericht als bedoeld in artikel 35 van de Wet bescherming persoonsgegevens: |
||
1.6.1 |
bij verstrekking op papier, indien het afschrift bestaat uit: |
||
1.6.1.1 |
ten hoogste 100 pagina's, per pagina |
€ 0,20 |
|
met een maximum per bericht van |
€ 5,00 |
||
1.6.1.2 |
meer dan 100 pagina's |
€ 22,50 |
|
1.6.1.3 |
dat bestaat uit een afschrift van een, vanwege de aard van de verwerking, moeilijk toegankelijke gegevensverwerking |
€ 5,00 |
|
1.6.2 |
indien voor hetzelfde bericht op grond van de subonderdelen 1.6.1.1, 1.6.1.2 en 1.6.1.3 meerdere vergoedingen kunnen worden gevraagd, wordt slechts de hoogste gevraagd. |
€ 22,50 |
|
1.6.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzet als bedoeld in artikel 40 van de Wet bescherming persoonsgegevens |
€ 4,50 |
|
Hoofdstuk 7 Bestuursstukken |
|||
1.7.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een nota, rapport of verordening (inclusief portokosten): |
||
1.7.1.1 |
een afschrift van de gemeentebegroting |
€ 64,50 |
|
1.7.1.2 |
een afschrift van de gemeenterekening |
€ 42,50 |
|
1.7.1.3 |
een afschrift van de kadernota |
€ 28,00 |
|
1.7.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van verslagen of stukken van raadsvergaderingen en raadscommissie (inclusief portokosten): |
||
1.7.2.1 |
een afschrift van de besluitenlijst en de stukken behorende bij een raadsvergadering |
€ 28,00 |
|
1.7.2.2 |
een afschrift van de adviezenlijst en de stukken behorende bij een vergadering van een raadscommissie |
€ 28,00 |
|
1.7.3 |
Het tarief bedraagt tot het afsluiten van een abonnement voor een kalenderjaar (inclusief portokosten) op de besluitenlijsten en de stukken voor raadsvergaderingen en de adviezenlijsten en stukken voor de raadscommissievergaderingen |
€ 82,50 |
|
Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie |
|||
1.8.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het inscannen of het verstrekken van een kopie (t/m 10 pagina's): |
||
1.8.1.1 |
van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, wegenkaart behorende bij de legger bedoeld in subonderdeel 1.8.2.2, structuurplan of stadsvernieuwingsplan |
€ 14,00 |
|
1.8.1.1.1 |
per pagina |
€ 0,30 |
|
1.8.1.1.2 |
Vervallen |
||
1.8.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit: |
||
1.8.2.1 |
de gemeentelijke basisregistratie adressen of de gemeentelijke basisregistratie gebouwen, bedoeld in artikel 2 van de Wet basisregistraties adressen en gebouwen, per adres of object |
€ 15,30 |
|
1.8.2.2 |
de legger bedoeld in artikel 27 van de Wegenwet |
€ 15,30 |
|
1.8.2.3 |
een inschrijving in het rijksmonumentenregister die aan de gemeente verzonden is, als bedoeld in artikel 3.3, vijfde lid, van de Erfgoedwet |
€ 15,30 |
|
1.8.2.4 |
het gemeentelijk erfgoedregister, bedoeld in artikel 3.16 van de Erfgoedwet, per aangewezen cultureel erfgoed |
€ 15,30 |
|
1.8.2.5 |
het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder a en b, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c, van die wet |
€ 15,30 |
|
1.8.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van informatie over percelen en hun omgeving: |
||
1.8.3.1 |
voor het verstrekken van perceelsgebonden informatie inzake bestemmingsplannen, voorbereidingsbesluiten, monumenten, beschermde stads- en dorpsgezichten, per perceel |
€ 34,00 |
|
1.8.3.2 |
Vervallen |
||
1.8.3.3 |
Vervallen |
||
1.8.4 |
Het tarief bedraagt voor het verstrekken van een taxatieverslag van een belastingobject c.q. WOZ object aan een niet fiscaal gerechtigde |
€ 7,50 |
|
Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken |
|||
1.9 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
||
1.9.1 |
tot het verstrekken van een verklaring omtrent het gedrag |
€ 41,35 |
|
1.9.2 |
tot het verstrekken van een bewijs van in leven zijn |
€ 7,50 |
|
1.9.3 |
tot het legaliseren van een handtekening |
€ 7,50 |
|
1.9.4 |
tot het verkrijgen van een bewijs van Nederlanderschap |
€ 7,50 |
|
1.9.5 |
ter verkrijging van elke andere, niet elders in deze verordening genoemde verklaring, welke in het bijzonder belang van de betrokken persoon wordt opgemaakt |
€ 11,00 |
|
Hoofdstuk 10 Gemeentearchief |
|||
1.10.1 |
Het tarief bedraagt voor het doen van nasporingen en het verkrijgen van een digitale afdruk; |
||
1.10.1.1 |
voor ieder daaraan besteed kwartier |
€ 10,00 |
|
1.10.1.2 |
voor een afdruk op papier, per pagina |
€ 0,30 |
|
1.10.1.3 |
met behulp van een micro-fiche leesafdrukapparatuur, per pagina |
€ 0,65 |
|
1.10.2 |
Het tarief bedraagt voor het verkrijgen van een digitale afdruk of een afdruk op papier; |
||
1.10.2.1 |
t/m 10 pagina’s |
€ 14,00 |
|
1.10.2.2 |
bij 11 pagina's of meer wordt het tarief vermeerderd, per pagina |
€ 0,30 |
|
1.10.2.3 |
met behulp van een micro-fiche leesafdrukapparatuur, per pagina |
€ 0,65 |
|
Hoofdstuk 11 Huisvestingswet (vervallen) |
|||
Hoofdstuk 12 Leegstandwet |
|||
1.12 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
||
1.12.1 |
tot het verlenen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet |
€ 100,00 |
|
Hoofdstuk 13 Gemeentegarantie (vervallen) |
|||
Hoofdstuk 14 Marktstandplaatsen |
|||
1.14 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
||
1.14.1 |
tot het verlenen van een standplaatsvergunning op de weekmarkten als bedoeld in artikel 5 van de Marktverordening |
€ 30,00 |
|
Hoofdstuk 15 Winkeltijdenwet |
|||
1.15 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
||
1.15.1 |
tot het verlenen van een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet |
€ 35,00 |
|
1.15.2 |
tot het verlenen van toestemming om een in onderdeel 1.15.1 bedoelde ontheffing |
€ 35,00 |
|
Hoofdstuk 16 Kansspelen |
|||
1.16.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen: |
||
1.16.1.1 |
voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat |
€ 56,50 |
|
1.16.1.2 |
voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten, voor de eerste kansspelautomaat |
€ 56,50 |
|
en voor iedere volgende kansspelautomaat |
€ 34,00 |
||
1.16.1.3 |
voor één kansspelautomaat, welke vergunning geldt voor een periode van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd |
€ 226,50 |
|
1.16.1.4 |
voor twee of meer kansspelautomaten, welke vergunning geldt voor een periode van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd, voor de eerste kansspelautomaat |
€ 226,50 |
|
en voor iedere volgende kansspelautomaat |
€ 136,00 |
||
1.16.2 |
De subonderdelen 1.16.1.1 en 1.16.1.2 zijn van overeenkomstige toepassing, indien de vergunning geldt voor een tijdvak, korter dan twaalf maanden of langer dan twaalf maanden maar ten hoogste vier jaar, met dien verstande dat de daar genoemde bedragen naar evenredigheid van het verschil in looptijd van de vergunning verlaagd onderscheidenlijk verhoogd worden. |
||
1.16.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning) |
€ 35,00 |
|
1.16.4 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning tot het exploiteren of doen exploiteren van een speelgelegenheid |
€ 100,00 |
|
Hoofdstuk 17 Telecommunicatie |
|||
1.17.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, van de Telecommunicatiewet |
€ 320,00 |
|
1.17.2 |
Het in 1.17.1 genoemde bedrag wordt verhoogd: |
||
1.17.2.1 |
indien het werkzaamheden betreft in een bestaande situatie per strekkende meter met |
€ 0,96 |
|
1.17.2.2 |
indien het werkzaamheden betreft in een maagdelijk terrein per strekkende meter met |
€ 0,48 |
|
Hoofdstuk 18 Verkeer en vervoer |
|||
1.18 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
||
1.18.1 |
tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 |
€ 30,20 |
|
1.18.2 |
tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen |
€ 28,95 |
|
1.18.3 |
tot het verstrekken van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) |
€ 60,00 |
|
1.18.3.1 |
Indien bij de beoordeling van een aanvraag een medisch advies nodig is van een onafhankelijke instantie, wordt het onder 1.18.3 vermelde tarief verhoogd met |
€ 59,00 |
|
1.18.4 |
voor het verkrijgen van een verklaring van geen bezwaar voor wedstrijden met voertuigen zoals wielerrondes en triathlons (artkel 10 en 148 Wegenverkeerswet) |
€ 14,00 |
|
1.18.5 |
voor een verklaring van geen bezwaar voor het opstijgen van helikopters, kabelballonnen, vrije ballonnen en landbouwvleugelvliegtuigen als bedoel in artikel 5 en 6 van het Besluit inrrichtingen gebruik niet aangegeven luchtvaartterreinen |
€ 14,00 |
|
Hoofdstuk 19 Registratie kinderopvang |
|||
1.19 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
||
1.19.1 |
tot inschrijving in het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen (LRKP) |
€ 54,00 |
|
Hoofdstuk 20 Diversen |
|||
1.20.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: |
||
1.20.1.1 |
gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina |
€ 3,50 |
|
1.20.1.2 |
afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen: |
||
1.20.1.2.1 |
per pagina op papier van A4 of A3-formaat |
€ 0,30 |
|
1.20.1.2.2 |
een afdruk vervaardigd met behulp van een micro-fiche leesafdruk-apparatuur, per pagina |
€ 0,65 |
|
1.20.1.3 |
kaarten, tekeningen en lichtdrukken, al dan niet behorend bij de in subonderdelen 1.20.2.1 en 1.20.2.2 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening of lichtdruk |
€ 5,00 |
|
1.20.1.4 |
een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen |
€ 10,50 |
|
1.20.1.5 |
stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina |
€ 6,00 |
|
Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning |
|||
Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen |
|||
2.1.1 |
Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder: |
||
2.1.1.1 |
aanlegkosten: |
||
de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft; |
|||
2.1.1.2 |
bouwkosten: |
||
de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de bouwkosten, exclusief omzetbelasting, bedoeld in het normblad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft; |
|||
2.1.1.3 |
Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. |
||
2.1.2 |
In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld. |
||
2.1.3 |
In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld. |
||
Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag |
|||
2.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
||
2.2.1 |
om vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is |
€ 130,00 |
|
Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning |
|||
2.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd. |
||
2.3.1 |
Bouwactiviteiten |
||
2.3.1.1 |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief per € 1.000,00 of gedeelte daarvan van de bouwsom: |
||
2.3.1.1.1 |
indien de bouwkosten minder dan € 40.000 bedragen |
€ 20,00 |
|
2.3.1.1.2 |
indien de bouwkosten € 40.000 tot € 400.000 bedragen |
€ 17,00 |
|
2.3.1.1.3 |
indien de bouwkosten € 400.000 tot € 3.500.000 bedragen |
€ 15,00 |
|
2.3.1.1.4 |
indien de bouwkosten € 3.500.000 of meer bedragen |
€ 10,00 |
|
2.3.1.1.5 |
met een minimum van |
€ 130,00 |
|
2.3.1.1.6 |
en met een maximum van |
€ 90.000,00 |
|
2.3.1.2 |
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 (bouw), 2.3.2 (aanleg) en 2.3.6 (sloop) bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de activiteit |
10% |
|
van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges. |
|||
met een minimum van |
€ 130,00 |
||
met een maximum van |
€ 1.000,00 |
||
2.3.2 |
Aanlegactiviteiten |
||
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief |
€ 225,00 |
||
2.3.3 |
Planologisch strijdig gebruik |
||
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, bedraagt het tarief |
€ 225,00 |
||
2.3.3.1 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1°, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking) |
€ 225,00 |
|
2.3.3.2 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2°, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking) |
€ 450,00 |
|
2.3.3.3 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3°, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking) |
€ 1.400,00 |
|
2.3.3.4 |
indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking) |
€ 450,00 |
|
2.3.3.5 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan) |
€ 225,00 |
|
2.3.3.6 |
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving) |
€ 450,00 |
|
2.3.3.7 |
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving) |
€ 450,00 |
|
2.3.3.8 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit) |
€ 450,00 |
|
2.3.4 |
In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid |
||
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
|||
bij dagverblijf tot maximal 100 personen |
€ 520,00 |
||
bij dagverblijf van meer dan 100 personen |
€ 780,00 |
||
bij nachtverblijf tot maximaal 25 personen |
€ 420,00 |
||
bij nachtverblijf van 25 tot maximaal 50 personen |
€ 730,00 |
||
bij nachtverblijf van meer dan 50 personen |
€ 1.040,00 |
||
2.3.4.1 |
Indien de aanvraag tevens betrekking heeft op een aanvraag om een omgevingsvergunning voor het (ver)bouwen van een bouwwerk als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, wordt het tarief van artikel 2.3.4 verlaagd met |
50% |
|
2.3.5 |
Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten |
||
2.3.5.1 |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale of gemeentelijke verordening aangewezen monument, waarvoor op grond van die provinciale of gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief: |
||
2.3.5.1.1 |
voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument |
€ 150,00 |
|
2.3.5.1.2 |
voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht |
€ 150,00 |
|
2.3.5.1.3 |
wanneer een advies van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed en/of Gedeputeerde Staten nodig is, wordt het tarief van artikel 2.3.5.1 en 2.3.5.2 verhoogd met |
€ 150,00 |
|
2.3.5.2 |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, van de Wabo, op het slopen van een bouwwerk in een krachtens provinciale of gemeentelijke verordening aangewezen stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder c, van de Wabo, waarvoor op grond van die provinciale of gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief |
€ 300,00 |
|
2.3.6 |
Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht |
||
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk bedraagt het tarief: |
|||
2.3.6.1 |
in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt |
€ 130,00 |
|
2.3.7 |
Aanleggen of veranderen weg |
||
2.3.7.1 |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale of gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief |
€ 100,00 |
|
2.3.7.2 |
wanneer een advies van de provincie vereist is op grond van de provinciale wegenverordening, wordt het tarief van artikel 2.3.7.1 verhoogd met |
€ 150,00 |
|
2.3.8 |
Uitweg/inrit |
||
2.3.8.1 |
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale of gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
€ 100,00 |
|
2.3.8.2 |
wanneer een advies van de provincie vereist is op grond van de provinciale wegenverordening , wordt het tarief van artikel 2.3.8.1 verhoogd met |
€ 150,00 |
|
2.3.9 |
Reclame |
||
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken of voeren van reclame als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder h en i van de Wabo, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale of gemeentelijke verordening een vergunning is vereist, en indien niet tevens sprake is van een activiteit als bedoeld in onderdeel 2.3.1 (bouwactiviteit), bedraagt het tarief |
€ 100,00 |
||
2.3.10 |
Kappen |
||
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale of gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief |
€ 130,00 |
||
2.3.11 |
Opslag van roerende zaken |
||
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de provincie of de gemeente, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief: |
|||
2.3.11.1 |
indien de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder j, van de Wabo: |
€ 100,00 |
|
2.3.11.2 |
indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder k, van de Wabo |
€ 100,00 |
|
2.3.12 |
Natura 2000-activiteiten |
||
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder a, van het Besluit ruimtelijke ordening (Natura 2000-activiteit) bedraagt het tarief |
€ 150,00 |
||
2.3.13 |
Flora- en fauna-activiteiten (bescherming van soorten) |
||
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder b, van het Besluit omgevingsrecht (flora- en fauna-activiteit) bedraagt het tarief |
€ 150,00 |
||
2.3.14 |
Andere activiteiten |
||
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling: |
|||
2.3.14.1 |
behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief |
€ 100,00 |
|
2.3.14.2 |
behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief |
€ 100,00 |
|
2.3.14.2.1 |
als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning. Als de activiteit in geen enkel geval kan worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning bedraagt het tarief |
€ 100,00 |
|
2.3.14.2.2 |
als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
||
2.3.15 |
Omgevingsvergunning in twee fasen |
||
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
|||
2.3.15.1 |
voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft; |
||
2.3.15.2 |
voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft. |
||
2.3.16 |
Beoordeling bodemrapport |
||
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld: |
|||
2.3.16.1 |
voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport |
€ 100,00 |
|
2.3.16.2 |
voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport |
€ 100,00 |
|
2.3.17 |
Advies |
||
2.3.17.1 |
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
||
2.3.17.2 |
Indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 2.3.17.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
||
2.3.17.3 |
Welstandsadvies |
||
2.3.17.3.1 |
Onverminderd het bepaalde in de Hoofdstuk 2, 3 en 8 wordt, indien er een welstandstoets moet worden uitgevoerd, het legesbedrag verhoogd met het volgende tarief, berekend over de naar boven op € 500,– afgeronde bouwkosten: |
||
van € 0 t/m € 5.000 |
€ 43,00 |
||
van € 5.001 t/m € 25.000 |
€ 43,00 |
||
vermeerderd met het volgende percentage van de bouwsom boven € 5.001 |
0,230% |
||
van € 25.001 t/m € 100.000, |
€ 89,00 |
||
vermeerderd met het volgende percentage van de bouwsom boven € 25.000 |
0,215% |
||
van € 100.001 t/m € 250.000, |
€ 250,00 |
||
vermeerderd met het volgende percentage van de bouwsom boven € 100.000 |
0,205% |
||
van € 250.001 t/m € 750.000 |
€ 557,00 |
||
vermeerderd met het volgende percentage van de bouwsom boven € 250.000 |
0,114% |
||
vanaf € 750.000 |
€ 1.127,00 |
||
vermeerderd met het volgende percentage van de bouwsom boven € 3.500.000 |
0,078% |
||
en met een maximum van |
€ 2.300,00 |
||
(Van de berekende waarde wordt het gehele getal gebruikt (de integere waarde). |
|||
2.3.17.3.1.1 |
Voor adviezen betreffende een vooroverleg over de opzet van een plan wordt per advies het volgende bedrag in rekening gebracht |
€ 43,00 |
|
vermeerderd met het volgende uurtarief per adviseur, met een minimum van 15 minuten |
€ 102,00 |
||
2.3.17.3.2 |
In het geval het een ondergeschikte wijziging betreft van een plan waarvoor eerder een positief welstandsadvies is uitgebracht, dan wordt het volgende bedrag in rekening gebracht |
€ 43,00 |
|
2.3.17.3.3 |
Wanneer het gaat om een aanzienlijk wijziging binnen het bestaande concept van een plan waarvoor eerder een positief welstandsadvies is uitgebracht, dan wordt de leges over de meerkosten/minderkosten in rekening gebracht. |
||
2.3.17.3.4 |
Wanneer het gaat om een wezenlijk ander ontwerp / andere vormgever van een plan waarvoor eerder een positief welstandsadvies is uitgebracht, dan wordt de legeskosten over de bouwsom in rekening gebracht.Tenzij in het geval van volledige omwerking door een andere ontwerper, dan wel in het geval er sprake is van een geheel ander opgezet plan in plaats van een eerder van een positief welstandsadvies voorzien ontwerp, is voor de voortgezette behandeling van een bouwaanvraag geen extra vergoeding verschuldigd. |
||
2.3.17.3.5 |
Voor andere welstandsadviezen wordt het legesbedrag verhoogd met het bedrag dat in rekening wordt gebracht door de welstandscommissie. |
||
2.3.18 |
Verklaring van geen bedenkingen |
||
2.3.18.1 |
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo: |
||
2.3.18.1.1 |
indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
||
2.3.18.1.2 |
indien een begroting als bedoeld in 2.3.18.1.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
||
Hoofdstuk 4 Vermindering |
|||
2.4.1 |
Kosten die al berekend zijn in een overeenkomst als bedoeld in hoofdstuk 8 worden niet opnieuw in rekening gebracht bij de leges van de aanvraag om omgevingsvergunning als bedoeld in hoofdstuk 3. |
||
Hoofdstuk 5 Teruggaaf |
|||
2.5.1 |
Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten en het brandveilig gebruik van bouwwerken |
||
Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten en het brandveilig gebruik van bouwwerken, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.4 en 2.3.6, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van |
50% |
||
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges; |
|||
2.5.2 |
Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten en het brandveilig gebruik van bouwwerken |
||
Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten en het brandveilig gebruik van bouwwerken, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.4 en 2.3.6 intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op |
30% |
||
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. |
|||
2.5.3 |
Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteitenen het brandveilig gebruik van bouwwerken |
||
2.5.3.1 |
Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten en het brandveilig gebruik van bouwwerken, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.4 en 2.3.6 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt |
40% |
|
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. |
|||
2.5.3.2 |
Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak. |
||
2.5.4 |
Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag tot een principebesluit voor het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 2.8.1 |
||
Als een aanvrager zijn aanvraag tot een principebesluit voor het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 2.8.1, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente maar nog niet geleid heeft tot het opstellen van een advies aan het college van burgemeester en wethouders of de gemeenteraad, bestaat aanspraak op teruggaaf van |
50% |
||
van de op grond van artikel 2.8.1 verschuldigde leges. |
|||
2.5.5 |
Minimumbedrag voor teruggaaf |
||
Een bedrag minder dan hier vermeld wordt niet teruggegeven. |
€ 130,00 |
||
2.5.6 |
Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen |
||
Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18 wordt geen teruggaaf verleend. |
|||
Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning (vervallen) |
|||
Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project |
|||
2.7 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project: |
€ 100,00 |
|
Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten |
|||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|||
2.8.1 |
tot een principebesluit van het college van burgemeester en wethouders of de gemeenteraad over het afwijken van het bestemmingsplan op basis van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3°, van de Wabo of voor het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid of artikel 3.6, eerste lid, onder a en b, van de Wet ruimtelijke ordening |
€ 375,00 |
|
2.8.2 |
tot het vaststellen van een wijzigingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a en b van de Wet ruimtelijke ordening |
€ 1.400,00 |
|
2.8.3 |
tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid van de Wet ruimtelijke ordening wordt vooraf dat het in behandeling wordt genomen aan de aanvrager medegedeeld door middel van een begroting die ter zake van gemeentewege is opgesteld. |
||
2.8.3.1 |
Voor de toepassing van het vorige lid wordt de aanvraag pas in behandeling genomen, nadat de begroting door de aanvrager is geaccepteerd en schriftelijk is bevestigd. |
||
Hoofdstuk 9 Sloopmelding (vervallen) |
|||
Hoofdstuk 10 Bouwvergunning eerste of tweede fase op grond van oude wetgeving (vervallen) |
|||
Hoofdstuk 11 Niet ontvankelijke aanvraag |
|||
2.11 |
Het tarief bedraagt voor een aanvraag die wegens onvolledigheid, overeenkomstig artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht, buiten verdere behandeling wordt gelaten (met uitzondering van de onderdelen 2.3.7 tot en met 2.3.14) |
€ 130,00 |
|
Hoofdstuk 12 In deze titel niet benoemde beschikking |
|||
2.12 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een andere, in deze titel niet benoemde beschikking |
€ 130,00 |
|
Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn en niet vallend onder titel 2 |
|||
Hoofdstuk 1 Horeca |
|||
3.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van: |
||
3.1.1 |
een aanvraag tot het verlenen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet |
€ 180,00 |
|
3.1.2 |
een aanvraag tot het verlenen van een vergunning tot het exploiteren van een openbare inrichting als bedoeld in de Algemene plaatselijke verordening |
€ 150,00 |
|
3.1.2.1 |
Indien voor het afgeven van de in 3.1.2 bedoelde vergunning een zogenoemde BIBOB intake en screening moet plaatsvinden, wordt het onder 3.1.2 vermelde tarief verhoogd met |
€ 250,00 |
|
3.1.2.2 |
Indien na de in 3.1.2.1 vermelde BIBOB intake en screening een advies bij het landelijk bureau BIBOB wordt aangevraagd, wordt het onder 3.1.2.1 vermelde tarief verhoogd met |
€ 500,00 |
|
3.1.3 |
een wijziging als bedoeld in artikel 30 van de Drank- en Horecawet |
€ 75,00 |
|
3.1.4 |
een aanvraag tot het wijzigen van het aanhangsel als bedoeld in artikel 30a, tweede lid, van de Drank- en Horecawet |
€ 50,00 |
|
3.1.5 |
een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet |
€ 50,00 |
|
3.1.6 |
een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing van de verordening Bijzondere bepalingen over horecabedrijven als bedoeld in de Drank- en Horecawet (paracommerciële verordening) |
€ 36,00 |
|
3.1.7 |
een aanvraag tot het verkrijgen van een terrasvergunning als bedoeld in artikel 2:31a, lid 1 van de APV |
€ 150,00 |
|
3.1.8 |
tot het verkrijgen van een ontheffing voor het plaatsen van een installatie voor het verstrekken van alcoholische dranken op het terras als bedoeld in artikel 2:31a, lid 5 van de APV |
€ 50,00 |
|
Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten |
|||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|||
3.2.1 |
tot het verkrijgen van een vergunning voor het organiseren van een B-evenement (grote impact op directe omgeving) als bedoeld in artikel 2:25, lid 1 van de APV |
€ 100,00 |
|
3.2.1.1 |
indien een veiligheisadvies nodig is voor een B-evenement, wordt het overeenkomstig hoofdstuk 3.2.1 berekende tarief verhoogd met |
€ 76,00 |
|
3.2.1.2 |
indien een aanvraag voor een B evenement minder dan 8 weken voor het evenement wordt aangevraagd wordt het overeenkomstig hoofdstuk 3.2.1 berekende tarief verhoogd met |
€ 76,00 |
|
3.2.2 |
tot het verkrijgen van een vergunning voor het organiseren van een C-evenement (grote inpact op regio) als bedoeld in artikel 2:25, lid 1 van de APV |
€ 166,00 |
|
3.2.2.1 |
indien een veiligheidsadvies nodig is voor een C-evenement, wordt het overeenkomstig hoofdstuk 3.2.2 berekende tarief verhoogd met |
€ 87,00 |
|
3.2.2.2 |
indien een aanvraag voor een C evenement minder dan 8 weken voor het evenement wordt aangevraagd wordt het overeenkomstig hoofdstuk 3.2.2 berekende tarief verhoogd met |
€ 76,00 |
|
3.2.3 |
tot het verkrijgen van een standplaatsvergunning als bedoeld in artikel 5:18, lid 1 van de APV |
€ 35,00 |
|
3.2.4 |
tot het verkrijgen van een vergunning voor het ter beschikking stellen van consumentenvuurwerk tijdens de verkoopdagen als bedoeld in artikel 2:73, lid 2 van de APV |
€ 50,00 |
|
3.2.5 |
voor een ontheffing voor het verbranden buiten inrichtingen of anderszins vuur te stoken (o.a. paasvuren) artikel 5.34 APV |
€ 50,00 |
|
3.2.6 |
tot het verkrijgen van een geluidsontheffing als bedoeld in artikel 4:6 van de APV |
€ 50,00 |
|
3.2.7 |
tot het verkrijgen van een vergunning voor het plaatsen van aankondigingsborden voor evenmenten |
€ 50,00 |
|
Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven |
|||
3.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van: |
||
3.3.1 |
een aanvraag tot het verlenen van een vergunning tot het exploiteren van een seksinrichting of escortbedrijf als bedoeld in de Algemene plaatselijke verordening |
€ 180,00 |
|
3.3.1.1 |
Indien voor het afgeven van de in 3.3.1 bedoelde vergunning een zogenoemde BIBOB intake en screening moet plaatsvinden, wordt het onder 3.3.1 vermelde tarief verhoogd met |
€ 250,00 |
|
3.3.1.2 |
Indien na de in 3.3.1.1 vermelde BIBOB intake en screening een advies bij het landelijk bureau BIBOB wordt aangevraagd, wordt het onder 3.3.1.1 vermelde tarief verhoogd met |
€ 500,00 |
|
Hoofdstuk 4 Splitsingsvergunning woonruimte (vervallen) |
|||
Hoofdstuk 5 Leefmilieuverordening (vervallen) |
|||
Hoofdstuk 6 Brandbeveiligingsverordening |
|||
3.6 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
||
3.6.1 |
tot het verstrekken van een gebruiksvergunning met betrekking tot het brandveilig gebruik van een inrichting zoals bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Brandbeveiligingsverordening |
€ 175,00 |
|
3.6.1.1 |
Het tarief wordt vermeerderd met een bedrag per oppervlakte: |
||
tot 500 m² |
€ 50,00 |
||
vanaf 500 tot 2.000 m² |
€ 100,00 |
||
vanaf 2.000 tot 5.000 m² |
€ 150,00 |
||
vanaf 5.000 m² |
€ 200,00 |
||
3.6.2 |
tot het wijzigen van de vergunning als bedoeld in onderdeel 3.6.1 |
||
3.6.2.1 |
bij uitbreiding van de inrichting, met dien verstande dat de uitbreiding tenminste 10% van de oorspronkelijke oppervlakte wordt het legestarief vermeld in onderdeel 3.6.1, waarbij de toeslag van onderdeel 3.6.1.1 uitsluitend wordt berekend over de oppervlakte van de uitbreiding |
||
3.6.2.2 |
voor herindeling, interne verbouwing of gewijzigd gebruik van de gehele inrichting, danwel een deel van de inrichting, met dien verstande dat deze tenminste 10% van de oppervlakte beslaat, bedraagt het tarief vermeld in onderdeel 3.6.1 |
€ 87,00 |
|
3.6.3 |
tot het verstrekken van een gebruiksvergunning met betrekking tot het brandveilig gebuik van een inrichting zoals bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Brandbeveiligingsverordening ten behoeve van een klein evenement |
€ 50,00 |
|
3.6.4 |
Indien de aanvrager van een gebruiksvergunning voordat daarover definitief is beschikt, de aanvraag schriftelijk intrekt, wordt het onder 3.6.1 en 3.6.1.1 genoemde bedrag met 50% verminderd. |
||
Hoofdstuk 7 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking |
|||
3.7 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een andere, in deze titel niet benoemde vergunning of ontheffing of tot het nemen van een andere beschikking |
€ 100,00 |
|
Behorende bij raadsbesluit van 8 november 2017. |
|||
De griffier,De voorzitter, H.A. van Dijk-BeekmanF. Veenstra |
Ondertekening
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 8 november 2017.
De griffier, De voorzitter,
H.A. van Dijk-Beekman F. Veenstra
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl