Regeling vervallen per 01-01-2024

Besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Flevoland houdende Mandaat/machtigingenbesluit verlenen tegemoetkoming faunaschade gedeputeerde staten van de provincie Flevoland aan BIJ12

Geldend van 01-01-2017 t/m 31-12-2023

Intitulé

Besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Flevoland houdende Mandaat/machtigingenbesluit verlenen tegemoetkoming faunaschade gedeputeerde staten van de provincie Flevoland aan BIJ12

Gedeputeerde Staten van Flevoland maken gelet op het bepaalde in artikel 3:42, tweede lid van de Algemene wet bestuursrecht bekend, dat zij in hun vergadering van 6 december 2016 onder nummer

1996184 het volgende besluit hebben genomen:

Mandaat/machtigingenbesluit verlenen tegemoetkoming faunaschade Gedeputeerde Staten van de provincie Flevoland aan BIJ12

Gedeputeerde staten van de provincie Flevoland,

Gelet op artikel 6.1 van de Wet natuurbescherming en het bepaalde in afdeling 10.1.1. van de Algemene wet bestuursrecht;

Besluiten:

Vast te stellen het Mandaat/machtigingenbesluit verlenen tegemoetkoming faunaschade gedeputeerde staten van de provincie Flevoland aan BIJ12.

Artikel 1: Begrippen

Directeur: Directeur van BIJ12

BIJ12: uitvoeringsorganisatie van de gezamenlijke provincies, zijnde onderdeel van de Vereniging Interprovinciaal Overleg.

Artikel 2: Mandatering en machtiging directeur

  • 1. De directeur, of diens waarnemer is gemandateerd en gemachtigd om namens gedeputeerde staten:

    • a.

      te beslissen op en stukken te ondertekenen betreffende verzoeken tot het verlenen van een tegemoetkoming in geleden schade, aangericht door natuurlijk in het wilde levende beschermde dieren als bedoeld in artikel 6.1, eerste lid onder a en b van de Wet natuurbescherming;

    • b.

      betalingen te verrichten in verband met tegemoetkomingen zoals bedoeld onder a;

    • c.

      te beslissen op bezwaarschriften gericht tegen besluiten op grond van artikel 6.1 van de Wet natuurbescherming;

    • d.

      te beslissen en stukken te ondertekenen betreffende de verschuldigdheid en de hoogte van een dwangsom bij niet tijdig beslissen op een aanvraag of bezwaarschrift, wettelijke rente en terugvordering bij onverschuldigde betaling in verband met besluiten als bedoeld in artikel 6.1 van de Wet natuurbescherming.

    • e.

      het verdagen, opschorten, en verlengen van (beslis)termijnen;

    • f.

      overige correspondentie, niet zijnde besluiten in de zin van de Algemene wet bestuursrecht en niet zijnde besluiten waaraan een financiële verplichting is verbonden;

    • g.

      een formulier vast te stellen voor het indienen van een aanvraag om een tegemoetkoming.

  • 2. De directeur is gemandateerd en gemachtigd om namens gedeputeerde staten medewerkers te machtigen om gedeputeerde staten te vertegenwoordigen in gedingen aanhangig bij de bestuursrechter in verband met besluiten als bedoeld in artikel 6.1 van de Wet natuurbescherming.

  • 3. De directeur is gemandateerd en gemachtigd om in verband met besluiten als bedoeld in artikel 6.1 van de Wet natuurbescherming namens gedeputeerde staten:

    • a.

      (hoger) beroep of verzet in te stellen;

    • b.

      verweerschriften te ondertekenen;

    • c.

      te verzoeken om een voorlopige voorziening te treffen of om opheffing of schorsing van een voorlopige voorziening.

Artikel 3: Ondermandaat

  • 1. De directeur kan ter uitoefening van de in artikel 2 gemandateerde bevoegdheden schriftelijk ondermandaat verlenen aan onder hem ressorterende leidinggevende functionarissen.

  • 2. De directeur informeert gedeputeerde staten over verleend ondermandaat.

Artikel 4: Instructies en informatieplicht

  • 1. De gemandateerde oefent zijn bevoegdheid niet uit indien hij bij het te nemen besluit een persoonlijk belang heeft als bedoeld in artikel 2:4, tweede lid van de Algemene wet bestuursrecht.

  • 2. De gemandateerde stelt gedeputeerde staten in kennis van krachtens mandaat te nemen of reeds genomen besluiten waarvan zij moet aannemen dat kennisneming door gedeputeerde staten gewenst is. Hiervan is in ieder geval sprake als de maatschappelijke, beleidsmatige, politieke, juridische of financiële omstandigheden daartoe aanleiding geven.

  • 3. De uitoefening van de gemandateerde bevoegdheden of machtigingen geschiedt binnen de grenzen en met inachtneming van artikel 10:3 Algemene wet bestuursrecht, alsmede de geldende beleids- en uitvoeringsregels.

  • 4. Op een bezwaarschrift wordt niet besloten door degene die het primaire besluit in mandaat heeft genomen of bij de voorbereiding van het primaire besluit betrokken is geweest.

  • 5. De directeur neemt bij de uitoefening van de gemandateerde bevoegdheden instructies van gedeputeerde staten in acht. Partijen lichten elkaar over en weer in over de uitvoering van een instructie op een zodanig tijdstip in dat de inachtneming of tijdige verdaging van beslistermijnen gewaarborgd wordt.

  • 6. De directeur informeert gedeputeerde staten over de uitvoering van de gemandateerde bevoegdheden via de Planning en Control-cyclus van BIJ12.

Artikel 5: Ondertekening

De ondertekening, bedoeld in artikel 2 luidt:

‘het College van gedeputeerde staten van de provincie Flevoland,

Namens deze;

De directeur van BIJ12,',

Artikel 6: Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van de datum van inwerkingtreding van de Wet natuurbescherming.

Dit besluit wordt in het Provinciaal Blad geplaatst.

Ondertekening

Aldus besloten in de vergadering van Gedeputeerde Staten van 6 december 2016.

Gedeputeerde Staten van Flevoland,

secretaris

voorzitter