Procedureregeling funktiewaardering in de gemeente Tubbergen 1991

a. Door het sektorhoofd wordt een funktiebeschrijving gemaakt van alle bij de sektor aanwezige funktìes.

b. Alvorens de funktiebeschrijving wordt voorgelegd aan het college van burgemeester en wethouders vindt overleg plaats met de betrokkene funktionaris.

c. Bij het opstellen van de funtiebeschrijving kan ondersteuning worden geboden door de afdeling personeelszaken en een extern deskundige

d. Voor het opstellen van de funktiebeschrijving wordt gebruik gemaakt van de door personeelszaken verstrekte formulieren.

e. Indien sprake is van een blijvende verandering van een organieke funktie kan zowel door het sektorhoofd als door de betrokken ambtenaar een nieuwe funktiebeschrijving worden gevraagd, waarna de funktie opnieuw zal worden gewaardeerd.

f. Over de methodiek van funktiebeschrijving resp. waardering vindt overleg plaats met het G.O. (Georganiseerd Overleg) en M.C. (MedezeggenschapsCommissie).

g. Het college van burgemeester en wethouders stelt de funktiebeschrijving vervolgens vast.

h. Ingeval de betrokken ambtenaar het niet eens is met zijn of haar functie beschrijving staat beroep open op de geschillencommissie (zie artikel 3 ) binnen een termijn van 30 dagen na ontvangst van de vaststelling door Burgemeester en Wethouders.

1. De geschillencommissie bestaat uit:

• a.

  de portefeuillehouder personeelszaken (voorzitter);

• b.

  twee door het G.O. aangewezen (niet) externe leden;

• c.

  de gemeentesecretaris (adviseur zonder stemrecht)

• d.

  een secretaris (medewerker personeelszaken, zonder stemrecht)

• e.

  voor de twee door het G.O. aan te wijzen leden worden tevens twee vervangende leden aangewezen.

2. In geval van een geschil over de funktieomschrijving als bedoeld in artikel 2, wordt het betrokken sektorhoofd en de ambtenaar door de commissie gehoord.

3. Op verzoek van de commissie kunnen deskundigen worden gehoord.

4. De geschillencommissie kan alleen zaken behandelen en een beslissing nemen, indien alle leden aanwezig zijn. De commissie beslist bij meerderheid van stemmen.

5. De geschillencommissie stelt binnen 30 dagen een schriftelijk advies op voor het college van burgemeester en wethouders waarbij zij van de stem verhouding in kennis wordt gesteld.

6. Het college van burgemeester en wethouders deelt haar beslissing over de vaststelling van de funktiebeschrijving binnen 30 dagen aan alle betrokkenen mede.

a. Voor iedere organieke funktie stelt de extern deskundige een waarderingsadvies op met inachtneming van de funktiewaarderingsmethode van de gemeente Tubbergen.

b. Het waarderingsadvies wordt samen met een motivering, waaronder hoofdgroepindeling en puntentoekenning en eventuele andere gegevens ter beoordeling voorgelegd aan de gemeentesecretaris en het betrokken sectorhoofd, die het binnen 30 dagen ter vaststelling aanbiedt aan het college van burgemeester en wethouders.

c. De ambtenaar, wiens funktie wordt gewaardeerd, en het betrokken sector hoofd worden, van zowel het advies alsmede het besluit, door B. en W. in kennis gesteld.

d. De ambtenaar, wiens funktie is vastgesteld, kan in geval hij niet instemt met de door B. en W. vastgestelde waardering, hiertegen binnen een ter mijn van 30 dagen na ontvangst van het besluit in bezwaar gaan bij de bezwarencommissie via de secretaris van deze commissie. Na ommekomst van deze termijn is dit besluit onherroepelijk.

e. Een wijziging van de funktiewaardering kan tot gevolg hebben, dat maximaal een jaar terugwerkende kracht wordt verbonden aan de inschaling.

1. De bezwarencommissie wordt gevormd door:

• a.

  Een onafhankelijke deskundige, aan te wijzen door het G.O., geen axnbte naar in dienst van de gemeente zijnde.

• b.

  Een door B. en W. aan te wijzen onafhankelijke deskundige, geen lid van het gemeentebestuur en ook geen ambtenaar in dienst van de gemeen te zijnde.

• c.

  Een door de leden onder a. en b. aangewezen persoon, deskundig op het gebied van de funktiewaardering, tevens voorzitter.

2. Het secretariaat wordt vervuld door een medewerker van de afdeling personeelszaken.

3. Aan de commissie wordt door de gemeentesecretaris een notulist toegevoegd

1. Tenminste twee weken voor de behandeling van een zaak in de commiasie worden alle daarop betrekking hebbende stukken door de secretaris aan de leden van de bezwarencommissie, de ambtenaar en diens raadsman en het college van B. en W. gezonden.

2. De bezwarencommissie neemt binnen 6 weken nadat het is binnengekomen het bezwaarschrift in behandeling.

3. Degene, die het bezwaarschrift heeft ingediend, wordt op zijn verzoek in ieder geval in de gelegenheid gesteld, zijn zìenswijze in de bezwarencommissie kenbaar te maken.

4. Indien een van de leden van de commissie dit noodzakelijk acht, kan de bezwarencommissie betrokkenen, informanten en/of deskundigen horen. De bezwarencommissie is bevoegd schriftelijk inlichtingen in te winnen.

5. Van de beraadslagingen wordt een verslag gemaakt.

6. Ten hoogste vier weken nadat een zaak door de bezwarencommissie in behandeling is genomen, wordt een bindend advies uitgebracht en aan het college van B. en W. toegezonden. Deze termijn kan eenmaal met maximaal vier weken worden verlengd.

7. Aan alle leden van de commissie, het sektorhoofd en de betrokken ambtenaar wordt tegelijkertijd een afschrift van het advies en de verslaglegging toegezonden.

8. Aan alle personen die betrokken zijn bij de bezwarenprocedure wordt over hetgeen tijdens de behandeling van het bezwaarschrift wordt gezegd of ter tafel wordt gebracht, geheimhouding opgelegd.

9. De commissie kan alleen voltallig een zaak behandelen en besluit bij meerderheid van stemmen over een uit te brengen bindend advies.

10. Het college van B. en W. deelt binnen 30 dagen schriftelijk het binden de advies van de bezwarencommissie aan de ambtenaar en de andere betrokkenen mede.

a. Aan een gewaardeerde funktie wordt rekening houdende met het funktiewaarderingsstelsel (zie artikel 1 sub e) drie salarisschalen toegekend: te weten een aanloopschaal, een funktionele schaal en een uitloopschaal.

b. De aanloopschaal is bedoeld voor de ambtenaar, die zich in een leer en oriëntatieperiode bevindt en blijk geeft de funktie vooralsnog niet ge heel en onvoldoende te vervullen.Een ambtenaar wordt in de regel niet langer dan twee á drie jaar overeenkomstig de aanloopschaal bezoldigd.

c. De funktionele schaal is bestemd voor de ambtenaar, die zijn funktie naar behoren en volledig weet te vervullen overeenkomstig de eisen, die daar aan gesteld worden.

d. Bij de bevordering van de aanloop naar de funktionele schaal dient rekening te worden gehouden naast het gestelde onder b. met de voor de funktie benodigde funktionele vorming. Bevordering tot de uitloopschaal is mogelijk als de ambtenaar gedurende drie jaren zijn functie volledig heeft vervuld en werd bezoldigd volgens het maximum van de functionele schaal alsmede voor wat betreft de functievervulling is uitgegaan boven de hieraan gestelde eisen als bedoeld in artikel C1 lid 2 van het Algemeen Ambtenaren Reglement Tubbergen en zijn functie door persoonlijke kwaliteiten meer inhoud heeft gegeven e.e.a. conform de richtlijnen bezoldigingsbeleid 1989.