Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR58079
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR58079/1
Regeling vervallen per 01-07-2014
Verordening geldelijke voorzieningen raads- en commissieleden
Geldend van 01-01-1982 t/m 30-06-2014
Intitulé
Verordening geldelijke voorzieningen raads- en commissieledenDe raad van de Gemeente A S T E N;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 5 april 1977;
gelet op artikel 64f, 64g, 64j en 168 van de gemeentewet en de artikelen 1 tot en met 6 van het Koninklijk Besluit van 23 november 1976, staatsblad nummer 621;
b e s l u i t:
vast te stellen de navolgende
“VERORDENING geldelijke voorzieningen raads- en commissieleden”.
Artikel 1
Deze verordening verstaat onder:
- 1.
de leden van de raad: de leden van de raad die geen lid zijn van het college van burgemeester en wethouders;
- 2.
commissie: een door de raad, het college van burgemeester en wethouders of de burgemeester ingestelde commissie;
- 3.
A.M.v.B.: het koninklijk besluit van 23 november 1976, staatsblad 621, tot uitvoering van de artikelen 64f en 64g van de gemeentewet.
Artikel 2
-
1. De leden van de raad ontvangen per kalenderjaar een vergoeding voor hun werkzaamheden en een tegemoetkoming in de kosten ten bedrage van 100% van de bedragen, vermeld in de bij A.M.v.B. behorende tabel I, zoals die bedragen telkenjare door de minister van Binnenlandse Zaken zijn of worden vastgesteld voor een gemeente in klasse 6;
-
2. Hij die gedurende een gedeelte van het kalenderjaar lid van de raad is geweest, ontvangt de vergoeding en de tegemoetkoming in de kosten, als bedoeld in het eerste lid, naar evenredigheid van het aantal dagen, dat hij het lidmaatschap van de raad heeft bekleed.
Artikel 3
Bij overgang van de gemeente naar een lagere klasse, vermeld in de bij A.M.v.B. behorende tabel I, in verband met een vermindering van het aantal inwoners, behouden de zittende leden tot hun aftreden de geldende vergoeding en tegemoetkoming.
Artikel 4
De leden van een commissie die geen raadslid zijn, ontvangen voor het bijwonen van de vergaderingen van de commissie een vergoeding ten bedrage van 100% van het bedrag, vermeld in de bij de A.M.v.B. behorende tabel II, zoals dat bedrag telkenjare door de minister van Binnenlandse Zaken is of wordt vastgesteld voor een gemeente in klasse 2.
Artikel 5
De leden van de raad en de leden van een commissie, als bedoeld in de artikelen 2 en 4 van deze verordening, ontvangen een vergoeding van reis- en verblijfskosten, gemaakt in verband met reizen buiten het grondgebied van de gemeente ter uitvoering van een besluit van het gemeentebestuur of een gemeentelijke commissie, welke wordt vastgesteld overeenkomstig de regels voor de vergoeding, welke een rijksambtenaar ingevolge het Reisbesluit 1971 en de daarop gebaseerde beschikkingen, bij de desbetreffende beschikking ingedeeld in de hoogste categorie, voor dienstreizen ontvangt.
Artikel 6
De in deze verordening bedoelde vergoedingen worden na afloop van elk kalenderkwartaal aan de rechthebbende uitbetaald.
Artikel 7
-
1. Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening geldelijke voorzieningen raads- en commissieleden”.
-
2. Deze verordening treedt in werking op 1 januari 1982.
Ondertekening
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl