Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR54752
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR54752/1
Marktgeldenverordening 2009 gemeente Maasdonk
Geldend van 03-10-2009 t/m heden
De raad van de gemeente Maasdonk;
Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 1 september 2009;
Gelet op het bepaalde in artikel 229 eerste lid, aanhef en onderdeel a en b van de Gemeentewet (alsmede het bepaalde in de marktverordening);
Overwegende dat het wenselijk is de huidige marktstandplaatsen te behouden, een verlaagd tarief voor de standplaatsen te heffen;
BESLUIT:
vast te stellen de volgende verordening, regelende de heffing en invordering van marktgelden.
Artikel 1. Belastbaar feit
Onder de naam “marktgelden” worden rechten geheven voor het innemen van een standplaats op de voor de markt aangewezen plaatsen gedurende voor de markt bestemde tijden.
Artikel 2. Belastingplicht
Het recht wordt geheven van degene aan wie een standplaats op de markt is toegewezen, dan wel van degene die, hetzij zelf, hetzij voor anderen, ruimte op de markt inneemt.
Artikel 3. Vrijstelling
Rechten worden niet geheven voor:
Belastingplichtige als bedoeld onder artikel 2, welke voor de eerste maal de standplaats inneemt. Vrijstelling wordt verleend voor een periode van 2 maanden.
Artikel 4. Heffingsmaatstaf en tarief
De rechten bedragen:
Het recht wordt geheven naar het aantal eenheden (per meter), bepaald en berekend aan de hand van een vast tarief van € 22,50 per strekkende meter per jaar.
Artikel 5. Belastingperiode
Met betrekking tot de rechten die per belastingperiode worden geheven is de periode gelijk aan het kalenderjaar.
Artikel 6. Wijze van heffing
Het recht wordt geheven door toezending van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder ook wordt begrepen een nota of andere schriftuur.
Artikel 7. Ontstaan van de belastingschuld en de heffing naar tijdsgelang voor de jaarlijks verschuldigde rechten
Het marktgeld, als bedoeld in artikel 4 is verschuldigd vanaf het tijdstip, waarop toestemming voor het innemen van een vaste standplaats wordt verleend. De belastingplichtige wordt in de gelegenheid gesteld om het verschuldigde bedrag in twee gelijke termijnen te voldoen. Waarbij de eerst termijn vervalt binnen 14 dagen na dagtekening en de volgende termijn binnen zes maanden na dagtekening.
- 1.
De rechten bedoeld als in artikel 4zijn verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.
- 2.
Indien de belastingplicht in de loop van de belastingperiode aanvangt zijn de rechten verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor die periode verschuldigde rechten als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, kalendermaanden overblijven.
- 3.
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor die periode verschuldigde rechten als er in dat jaar, na einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Artikel 8. Verlening van kwijtschelding
Bij de invordering van deze rechten wordt geen kwijtschelding verleend.
Artikel 9. Nakoming van de verplichtingen
Het college van burgemeester en wethouders kunnen nadere regels stellen met betrekking tot de heffing en invordering van de marktgelden.
Artikel 10. Citeerartikel
Deze verordening kan worden aangehaald als “Marktgeldenverordening 2009 gemeente Maasdonk”.
Artikel 11. Inwerkingtreding
- 1.
De “Marktgeldenverordening 2000 gemeente Maasdonk” van 21 december 1999, gewijzigd 21-12-2004, wordt ingetrokken, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich hebben voorgedaan vóór de in het tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing.
- 2.
Deze verordening treedt in werking de achtste dag na publicatie van deze verordening.
Aldus vastgesteld door de gemeenteraad van Maasdonk op 22 september 2009.
De raad voornoemd,
griffier, voorzitter,
drs. M.J.H.N. Collombon drs. R.H. Augusteijn
Toelichting op de Marktgeldenverordening
Algemeen.
De juridische basis van de precariobelasting is gelegen in artikel 229, 1e lid onder a van de gemeentewet. Ingevolge dit artikel kan een belasting worden geheven terzake van het gebruik overeenkomstig de bestemming van voor de openbare dienst bestemde gemeentebezittingen of van voor de openbare dienst bestemde werken of inrichtingen die bij de gemeente in onderhoud zijn. In concreto betreft het hier het recht dat wordt geheven voor het tijdens de markt innemen van een standplaats.
Artikel 219 van de Gemeentewet bepaalt dat de belastingverordening in de daartoe leidende gevallen vermeldt: “de belastingplichtige, het voorwerp van de belasting, het belastbaar feit, de heffingsmaatstaf, het tarief, het tijdstip van ingang van de heffing, het tijdstip van beëindiging van de heffing en hetgeen overigens voor de heffing en de invordering van belang is”.
De onderhavige verordening is volledig afgestemd op de Marktverordening. De gehanteerde begrippen: “markt, standplaats, vaste standplaats, dagplaats en standplaatshouder” zijn in deze verordening omschreven.
De voornaamste artikelen worden hieronder nader toegelicht:
Artikel 2: belastingplichtig
Het recht is verschuldigd door degene die van de gemeentebezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt. Door het innemen tijdens de markt van een of meer standplaatsen ontstaat de belastingplicht. Krachtens de Marktverordening is hiervoor een vergunning vereist van het college van burgemeester en wethouders.
Artikel 4: heffingsmaatstaf en tarief
In de bij de belastingverordening behorende en daarvan deel uitmakende “tarieventabel” worden de heffingsmaatstaven en tarieven opgenomen. Deze bestaat uit de afmeting van de standplaats (het aantal strekkende meters) en de eventuele kosten van de standplaats op het marktterrein.
Artikel 6: wijze van heffing
De heffing van het recht geschiedt middels een gedagtekende kennisgeving (i.c. een nota).
voor een vaste plaats zal de nota het verschuldigde recht bevatten voor het gehele kalenderjaar of – ingeval sprake is van een latere aanvang of eerdere beëindiging van de belastingplicht – voor de alsdan resterende periode van het kalenderjaar.
Artikel 7: ontstaan van de belastingschuld en de heffing naar tijdsgelang voor de jaarlijkse verschuldigde rechten.
De marktgelden zijn verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht. In dit artikel is een heffing naar tijdsgelang opgenomen, rekening houdend met een latere aanvang van de belastingplicht dan wel het verlenen van een ontheffing als gevolg van een eerdere beëindiging van deze belastingplicht.
Artikel 11: inwerkingtreding:
Deze verordening treedt in werking vanaf achtste dag na publicatie (3 oktober 2009).
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl