Regeling vervallen per 01-01-2017

Verordening stimuleringsfonds startersregeling Ridderkerk 2006

Geldend van 01-05-2006 t/m 31-12-2016

Intitulé

Verordening stimuleringsfonds startersregeling Ridderkerk 2006

De raad van de gemeente Ridderkerk;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 24 januari 2006, nummer 389;

gelet op artikel 147 en 149 van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

Vast te stellen de

VERORDENING STIMULERINGSFONDS STARTERSREGELING RIDDERKERK 2006

Hoofdstuk 1 Begripsbepalingen

Artikel 1

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    SVn: Stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten;

  • b.

    Stimuleringsfonds Startersregeling: het fonds waaruit de gemeente, op grond van haar deelnemingsovereenkomst met het SVn, Startersleningen kan toekennen, en waarin de rente en de aflossingen over deze leningen worden teruggestort;

  • c.

    Starterslening: een lening die ten doel heeft om voor huishoudens met beperkte financiële mogelijkheden de ruimte te vergroten om een eigen woning te kopen, en die worden verstrekt op basis van de productspecificaties zoals vastgelegd in de SVn-informatiemap en de Gemeentelijke Uitvoeringsregeling Starterslening;

  • d.

    Aanvrager: de aanstaande eigenaar die de aanvraag doet. Bij twee aanstaande eigenaren gelden beiden gezamenlijk als aanvrager;

  • e.

    Huishouden: het huishouden van de aanvrager, bestaande uit een natuurlijk persoon en zijn niet duurzaam gescheiden levende echtgenoot, of geregistreerd partner, of degene die met hem/haar op de ontvangstdatum van de aanvraag voor de Starterslening een gezamenlijke huishouding voert of zal gaan voeren in de aan te kopen woning, niet zijnde kinderen of pleegkinderen. Er kunnen niet meer dan twee personen tot het aldus gedefinieerde huishouden behoren.

  • f.

    Verwervingskosten: Kosten voor het in eigendom verkrijgen van een woning, zoals beschreven in de normen van de Nationale Hypotheek Garantie.

Hoofdstuk 2 Algemene bepalingen

Artikel 2

  • 1. De gemeenteraad van Ridderkerk heeft een Stimuleringsfonds Startersregeling ingericht waaruit aan in artikel 6, lid 1, sub a, b, c en d bedoelde huishoudens Startersleningen kunnen worden toegekend voor de verwerving van in artikel 6, lid 1, sub e bedoelde woningen.

  • 2. Het Stimuleringsfonds Startersregeling is ondergebracht bij SVn.

Artikel 3

  • 1. Op deze verordening is het bepaalde in de gesloten deelnemingsovereenkomst tussen de gemeente Ridderkerk en SVn van toepassing.

  • 2. De als bijlage opgenomen Gemeentelijke Uitvoeringsregels Starterslening maken deel uit van deze verordening.

Artikel 4

  • 1. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om met inachtneming van het bepaalde in deze verordening een Starterslening toe te kennen.

  • 2. Burgemeester en wethouders stellen de hoogte van de Starterslening vast op basis van de als bijlage opgenomen Gemeentelijke Uitvoeringsregels Starterslening.

  • 3. De maximale hoogte van de Starterslening bedraagt € 40.000,--

  • 4. De Starterslening dient te worden verstrekt met Nationale Hypotheekgarantie (NHG).

  • 5. Burgemeester en wethouders kunnen bij hun beslissing op grond van het eerste en tweede lid rekening houden met financiële steun die op grond van enige andere regeling is of kan worden toegekend.

  • 6. Burgemeester en wethouders kunnen aan de toekenning van Startersleningen nadere voorschriften verbinden.

  • 7. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het in het derde lid genoemde bedrag aan te passen.

Artikel 5

  • 1.

    Uit het Stimuleringsfonds Startersregeling kunnen leningen worden verstrekt binnen het totaalbudget van de geldlening die door de gemeente Ridderkerk is verstrekt verminderd met de beheerskosten en eventuele rentenadelen en risico’s van niet aflossen.

  • 2.

    Alle aanvragen op voet van deze verordening worden in volgorde van binnenkomst afgehandeld.

  • 3.

    Aanvragen welke in verband met het eerste en tweede lid niet kunnen worden toegekend, worden door burgemeester en wethouders afgewezen.

Hoofdstuk 3 Toepassingsbereik

Artikel 6

  • 1.

    Deze verordening is uitsluitend van toepassing op leningaanvragen:

    • a.

      van in Ridderkerk woonachtige verblijfsgerechtigde personen die op het moment van de aanvraag minimaal een jaar zelfstandig een huurwoning bewonen of minimaal een jaar inwonend zijn. In geval van twee aanstaande eigenaren dient tenminste één van beiden aan één van beide criteria te voldoen;

    • b.

      van personen die op het moment van aanvraag minimaal 18 jaar zijn maar niet ouder zijn dan 35 jaar. Dit geldt voor alle leden van het huishouden van aanvrager(s);

    • c.

      van personen die niet eerder een koopwoning in eigendom hebben gehad en de aan te kopen woning als hoofdbewoner zelf gaan bewonen;

    • d.

      van personen, bedoeld onder a tot en met c, waarvan het bruto jaarinkomen van het huishouden een bedrag van €.40.000,- niet te boven gaat;

    • e.

      voor het verwerven van koopwoningen, zijnde woningen die voor permanente bewoning zijn bestemd in Ridderkerk en waarvan de kosten voor het verkrijgen in eigendom van de woning niet hoger zijn dan €.175.000,-;

    • f.

      De Starterslening wordt, evenals de eerste hypotheek, alleen onder Nationale Hypotheek Garantie verleend en bedraagt maximaal €.40.000,-.

    • g.

      In de eerste drie jaar na invoering van de Starterslening zullen maximaal zo veel leningen per jaar worden verstrekt als mogelijk is met inachtneming van een maximaal jaarlijks uit te lenen totaalbedrag van € 562.000,- (gebaseerd op het rentepercentage per 11-1-2006) waarbij de volgorde van datum van ontvangst van de aanvraag bepalend is. Indien er meer aanvragen worden ontvangen dan er Startersleningen kunnen worden verstrekt én de aanvragen op dezelfde dag zijn ontvangen dan zal door middel van loting door een notaris worden bepaald welke aanvraag voor de lening in aanmerking komt. Wanneer het maximaal beschikbare bedrag per jaar van € 562.000,- is bereikt (datum van ontvangst van de aanvraag bepaalt tot welk jaar de aanvraag behoort), kan in het nieuwe kalenderjaar eennieuwe aanvraag worden ingediend;

  • 2.

    Deze verordening is niet van toepassing op leningaanvragen:

    • a.

      voor woningen die door een woningcorporatie met korting aan een zittende huurder worden verkocht;

    • b.

      voor woningen die door middel van een MGE- of vergelijkbare constructie (Maatschappelijk Gebonden Eigendom) worden verkocht, voor niet voor permanente bewoning bestemde woningen en voor tweede woningen;

  • 3.

    Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om de in het eerste lid sub a tot en met e genoemde voorwaarden aan te passen;

  • 4.

    Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om in afwijking van artikel 6, lid 1, sub g, de Starterslening uitsluitend in te zetten voor aangewezen woningprojecten. Het totale aantal leningen in de eerste drie jaar mag daarbij niet hoger zijn dan 30.

Hoofdstuk 4 Aanvraag en toekenning

Artikel 7

  • 1.

    Huishoudens die, op grond van artikel 6 en gelet op artikel 1, lid e, in aanmerking komen voor een starterslening, kunnen bij burgemeester en wethouders om een op naam gesteld aanvraagformulier verzoeken.

  • 2.

    Burgemeester en wethouders toetsen of het in lid 1 bedoelde huishouden voldoet aan de in artikel 6, lid 1 sub a en b opgenomen criteria en sturen binnen 5 werkdagen na ontvangst van het verzoek het aanvraagformulier toe. Tegelijkertijd sturen burgemeester en wethouder SVn een kopie van het voorblad van dit aanvraagformulier.

  • 3.

    De verdere afhandeling vindt plaats conform de van toepassing zijnde Gemeentelijke Uitvoeringsregels Starterslening en de Productspecificaties Starterslening die door SVn zijn vastgesteld en die als bijlage zijn toegevoegd aan de verordening.

Hoofdstuk 5 Intrekking van de Starterslening

Artikel 8

  • 1. Burgemeester en wethouders kunnen een toewijzingsbrief waarin is voorzien in de toekenning van een Starterslening geheel of gedeeltelijk intrekken als:

    • a.

      er niet is voldaan aan de bij of krachtens deze verordening gestelde voorschriften en/of bepalingen;

    • b.

      de Starterslening is toegekend of vastgesteld op grond van onjuiste gegevens.

  • 2. Burgemeester en wethouders trekken een toewijzingsbrief in ieder geval in als de koopovereenkomst wordt ontbonden.

  • 3. Bij de intrekking kunnen burgemeester en wethouders de contante waarde van het reeds genoten en/of toekomstige rentevoordeel geheel of gedeeltelijk (terug)vorderen, eventueel met de mogelijkheid van beslaglegging.

  • 4. In geval de eigenaar bij overtreding van de voorschriften in deze verordening verschoonbaar is, kunnen burgemeester en wethouders besluiten de bovengenoemde sancties geheel of gedeeltelijk achterwege laten.

Hoofdstuk 6 Aflossing van de Starterslening

Artikel 9

  • 1. Aflossingen worden verricht volgens het in de leningsovereenkomst met het SVn bepaalde.

  • 2. Extra aflossing op de Starterslening is altijd en zonder boete mogelijk.

  • 3. Bij verkoop van de woning wordt de restant schuld ineens en volledig afgelost.

Hoofdstuk 7 Hardheidsclausule, slot- en overgangsbepalingen

Artikel 10

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, in gevallen waarin de toepassing van deze verordening naar hun oordeel tot een bijzondere hardheid leidt, ten gunste van de aanvrager af te wijken van deze verordening.

Artikel 11

Deze verordening treedt in werking op 1 mei 2006.

Ondertekening

Ridderkerk, 27 februari 2006
De raad voornoemd,
de griffier, de voorzitter,
mr./217/