Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR484217
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR484217/1
Beleidsplan Maatschappelijke Ondersteuning gemeente Velsen. Naar een inclusieve samenleving
Geldend van 02-03-2018 t/m heden
Intitulé
Beleidsplan Maatschappelijke Ondersteuning gemeente Velsen. Naar een inclusieve samenlevingHoofdstuk 1 Inleiding
Aanleiding
Met de komst van de nieuwe Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo 2015) heeft de gemeente nieuwe taken gekregen. In deze wet is bepaald dat de gemeenteraad periodiek een beleidsplan moet opstellen waarin het beleid met betrekking tot maatschappelijke ondersteuning is vastgelegd[1].
Velsen is bezig met experimenteren en innoveren en ontwikkelt in dit kader allerlei (deel)beleid, plannen van aanpak, pilots en initiatieven samen met maatschappelijke partners, cliënten en inwoners. Het college heeft de gemeenteraad de afgelopen periode op diverse onderdelen van de Wmo nieuw beleid voorgelegd: over begeleiding, maatschappelijke opvang, wonen en herstel, integrale toegang en de sociaal wijkteams. Tot slot is de gemeenteraad via de perspectiefnota en begroting geïnformeerd over diverse beleidsontwikkelingen op het gebied van de Wmo.
Op de genoemde (deel)onderwerpen heeft de Wmo-raad in Velsen een adviserende rol.
De Wmo-raad vindt dat de invoering van de Wmo in Velsen succesvol is verlopen. Ook de Wmo-cliënttevredenheidsonderzoeken tonen aan dat de inwoners tevreden zijn. Een aantal verbeterpunten, zoals het verbeteren van de (digitale en fysieke) toegang tot voorzieningen en de bekendheid van de wijkteams zijn in dit plan opgenomen.
Eind 2016 heeft de raad van Velsen de Transformatieagenda Sociaal Domein IJmond, met daarin de uitgangspunten en belangrijke maatschappelijke opgaven voor de regio, vastgesteld.
En eind 2017 zijn IJmondiaal een nieuwe Wmo-verordening en een nieuw kader voor cliëntenparticipatie voorgelegd aan de raden. In de Wmo-verordening zijn de regels vastgelegd voor het verstrekken van maatwerkvoorzieningen aan inwoners. Met de vernieuwing van de (cliënten)participatie willen de gemeenten toe naar een nieuwe werkwijze voor het actief ophalen van kennis en ervaring en open staan voor initiatieven van inwoners bij vraagstukken rondom maatschappelijke ondersteuning.
Parallel aan de Wmo-verordening en het voorstel over participatie wordt een actueel en overkoepelend kader voor maatschappelijke ondersteuning in Velsen opgesteld. Het nieuwe Wmo-beleidsplan bevat het kader (ambitie en uitgangspunten) voor alle voorzieningen binnen de Wmo. Dit plan beschrijft wat we in Velsen al doen en wat we willen bereiken op het gebied van de Wmo: van de sociale basisinfrastructuur en algemene voorzieningen, maatwerkvoorzieningen, vangnetvoorzieningen voor de meest kwetsbaren tot de toegang tot voorzieningen. Het beleidsplan verbindt het lokale (deel)beleid en geeft richting aan de maatschappelijke ondersteuning in Velsen voor de komende jaren. Hierbij bouwen we voort op het vorige beleidsplan. We brengen samenhang in de activiteiten op basis van een centrale ambitie, uitgangspunten en vier thema’s[2].
[1] In Artikel 2.1.2 van de Wmo 2015 staan de bepalingen voor het beleidsplan.
[2] De Rekenkamercommissie Velsen gaf in haar rapport “Door de bomen het bos zien” (2013) het advies om de gemeenteraad meer op hoofdlijnen inzicht te geven in het Wmo-beleid.
Regionale samenwerking
De IJmond-gemeenten hebben samen de Transformatieagenda en diverse (deel)beleidsplannen op het gebied van de Wmo opgesteld. Bijvoorbeeld voor de toegang en de inkoop van hulp bij het huishouden en begeleiding. Omdat het Wmo-beleid op het gebied van preventie en algemene voorzieningen grotendeels lokaal wordt uitgevoerd, is het Wmo-beleidsplan lokaal opgesteld.
Hierbij is ambtelijk afgestemd met Beverwijk, waar momenteel ook een nieuwe beleidsnota wordt opgesteld, en Heemskerk, waar in 2018 gewerkt zal worden aan een nieuw Wmo-beleidsplan. We streven naar zoveel mogelijk regionale afstemming[1]. Dit mondt mogelijk uit in (geheel of gedeeltelijk) regionaal beleid. Er is immers al veel regionaal opgesteld. Het lokale beleid kan dan worden ingevoegd in een regionaal plan.
[1] Er wordt voor de Wmo in verschillende regio’s samengewerkt. De focus ligt op samenwerking binnen de IJmond-gemeenten. Daarnaast wordt in de regio Zuid-Kennemerland samengewerkt voor inkoop en vervoer en voor beschermd wonen wordt in de regio Haarlemmermeer samengewerkt.
Reikwijdte en geldigheid
Dit beleidsplan geldt vanaf 1-3-2018 en heeft een looptijd van 4 jaar. Na 2 jaar brengen wij verslag uit over de realisatie van de in dit beleidsplan genoemde ambities en actualiseren we het plan, indien nodig.
Het beleidsplan gaat over alle inwoners die in Velsen wonen. Er worden dan ook geen specifieke doelgroepen benoemd. Dit wil niet zeggen dat er geen aandacht is voor specifieke doelgroepen. Deze krijgen waar nodig in de uitvoeringsagenda een plek. In eerste instantie ligt de focus van veel Wmo-voorzieningen op kwetsbare inwoners.
De maatschappelijke ondersteuning richt zich op[1]:
- 1.
Bevorderen van de sociale samenhang, mantelzorg en vrijwilligerswerk, de toegankelijkheid van voorzieningen, diensten en ruimten voor mensen met een beperking, de veiligheid en leefbaarheid in de gemeente, evenals het voorkomen en bestrijden van huiselijk geweld.
- 2.
Ondersteunen van de zelfredzaamheid en de participatie van personen met een beperking of met chronische psychische of psychosociale problemen zoveel mogelijk in de eigen leefomgeving.
- 3.
Bieden van beschermd wonen en opvang.
[1] Wmo 2015, artikel 1.1.1
Samenhang met andere nota’s
De Wmo heeft raakvlakken en overlap met veel andere beleidsterreinen binnen het sociaal domein. Daarom verwijzen we in dit beleidsplan naar beleid dat al is opgeschreven. Bijvoorbeeld: werk & inkomen, jeugd, gezondheid, sport en wonen. Bij het ontwikkelen van beleid zal breed worden gekeken naar raakvlakken zodat er zoveel mogelijk sprake is van een samenhangend en integraal beleid. Ook in de uitvoering is afstemming noodzakelijk. In de uitvoeringsagenda wordt aangegeven hoe hier invulling aan wordt gegeven.
Onze partners
Voor het transformeren en uitvoeren van het Wmo-beleid zijn onze maatschappelijke partners onmisbaar. In de periode voorafgaand aan de totstandkoming van dit beleidsplan is er al veel contact geweest met onze partners. Daarnaast is bij het opstellen van dit beleidsplan gesproken met enkele van deze partners: MEE, Socius en Stichting Welzijn. Verder is de Wmo-raad betrokken bij de totstandkoming van dit Wmo-beleidskader.
Uitvoering wordt per jaar beschreven
Het sociaal domein blijft voortdurend in beweging en er wordt doorlopend geëxperimenteerd met nieuwe vormen van dienstverlening. Het beleidsplan is een ‘handelingskader’ dat jaarlijks wordt uitgewerkt en geactualiseerd in een uitvoeringsagenda. Op die manier kan de gemeente flexibel inspelen op actuele sociale vraagstukken. Bij elk thema benoemen we waar mogelijk concrete en meetbare beleidsdoelen, acties en gewenste resultaten en een planning.
Bij het opstellen en uitvoering van de uitvoeringsagenda zullen wij de ‘cliëntenparticipatie nieuwe stijl’ toepassen. Dat wil zeggen dat we deze samen met inwoners, de (nog op te richten) Participatieraad en maatschappelijke partners opstellen. Ook de gemeenteraad wordt hier verder bij betrokken. De precieze vorm waarop we de participatie vormgeven wordt nog bepaald. De uitvoeringsagenda wordt jaarlijks bijgesteld.
Leeswijzer
Hoofdstuk 2 beschrijft de visie, thema’s en uitgangspunten van dit beleidsplan.
In hoofdstuk 3 komen de vier beleidsthema’s inhoudelijk aan bod: per thema zijn de visie, de huidige stand van zaken en de opgave beschreven. Hoofdstuk 4 geeft weer hoe we de uitvoeringsagenda willen vormgeven, voortgang en kwaliteit bewaken en evalueren. In bijlage 1 zijn de bestaande kaders opgenomen.
Hoofdstuk 2 Wat zijn de kader?
Er is al het nodige beleid ontwikkeld en er zijn in verschillende documenten ambities vastgelegd op het gebied van maatschappelijke ondersteuning in Velsen. Zo zijn in de Transformatieagenda Sociaal Domein IJmond de uitgangspunten en belangrijke maatschappelijke opgaven voor de regio benoemd. In de Strategische Agenda Velsen 2017-2020 zijn speerpunten opgenomen om ‘inclusiviteit’ te bevorderen. En in de Begroting 2018, tot slot, zijn doelen geformuleerd voor een vitaal en sociaal Velsen. In al deze documenten staat ‘meedoen’ centraal. Voor dit Wmo-beleidsplan kiezen wij de inclusieve samenleving daarom als overkoepelende ambitie. Deze ambitie is verder uitgewerkt in een aantal uitgangspunten en centrale thema’s.
Paragraaf 2.1 Maatschappelijke ontwikkelingen
Voordat we de ambitie, uitgangspunten en centrale thema’s beschrijven, noemen we kort een aantal maatschappelijke ontwikkelingen die relevant zijn voor de maatschappelijke ondersteuning in Velsen. Deze ontwikkelingen vormen de context voor het Wmo-beleidsplan.
- -
Met de decentralisaties van zorgtaken in het sociaal domein vindt er een verschuiving plaats van centraal georganiseerde zorg en ondersteuning naar meer wijkgerichte zorg- en ondersteuningsvormen.
- -
Er wordt een groter beroep gedaan op de zelfredzaamheid van mensen en hun omgeving. Tegelijkertijd zien we dat het aantal kwetsbare mensen waarvoor de gemeente verantwoordelijk is toeneemt.
- -
Er is sprake van vergrijzing en mensen moeten langer zelfstandig thuis blijven wonen. Hierdoor neemt het aantal kwetsbare inwoners in de wijken toe. Dit vraagt om voldoende en passende zorg & ondersteuning en geschikte woningen.
- -
Het beroep op vrijwilligers en mantelzorgers neemt toe, terwijl mensen over het algemeen minder tijd hebben voor vrijwilligerswerk. Ook verandert het type vrijwilligers dat zich in wil zetten.
Paragraaf 2.2 Ambitie naar een inclusieve samenleving
In Velsen willen wij werken aan een inclusieve samenleving, een samenleving waarin iedereen mee doet. De mogelijkheden, talenten en eigen regie van de mens staan centraal. Participatie is geen doel op zich, maar een middel om een hogere kwaliteit van bestaan te realiseren.
Meedoen is niet voor iedereen vanzelfsprekend. Voor mensen met een beperking zijn veel dagelijkse activiteiten nog wel te verrichten als dit op een aangepaste manier of met passende ondersteuning kan. Dat is het uitgangspunt van de inclusieve samenleving. Het ondersteuningsbeleid van de Wmo, en ook van de Participatiewet en de Jeugdwet, is hierop gericht.
Eenzaamheid is in hoge mate bepalend voor iemands kwaliteit van bestaan. Een uitstekend recept tegen eenzaamheid is betekenisvolle participatie. Als mensen zich nuttig kunnen inzetten voor hun directe leefomgeving, buurtgenoten of maatschappelijke doelen, dan draagt dat bij aan hun zelfontplooiing en gevoel van eigenwaarde.
Velsen wil een bijdrage leveren aan het verbeteren van de sociale samenhang. Goede contacten in de buurt dragen ertoe bij dat mensen het prettig vinden om er te wonen en er zich veilig voelen. Voor kwetsbare bewoners voorkomt sociale samenhang eenzaamheid en sociaal isolement. Voldoende hulp, niet alleen van professionals maar juist ook van het omringende sociale netwerk, betekent dat mensen langer zelfstandig thuis kunnen blijven wonen. Vrijwilligers en mantelzorgers leveren hieraan een belangrijke bijdrage[1].
Ook een sterke sociale basisinfrastructuur met goede en toegankelijke algemene voorzieningen en sociale netwerken in de wijken dragen bij aan een samenleving waarin mensen mee kunnen doen. Voor kwetsbare mensen zorgt de gemeente voor passende, professionele ondersteuning in de vorm van maatwerkvoorzieningen. Voor wie dat niet voldoende is om zelfstandig te kunnen participeren, biedt de gemeente een vangnet.
[1] Notitie vrijwillige inzet 2014-2017
Paragraaf 2.3 Uitgangspunten Wmo
Om onze ambitie van een inclusieve samenleving vorm te geven, hebben we een aantal uitgangspunten benoemd die de basis vormen van onze voorzieningen op het gebied van maatschappelijke ondersteuning. Deze uitgangspunten zijn niet nieuw. Ze zijn ook terug te vinden in de Strategische Agenda, de Transformatieagenda en in verschillende (deel)beleidsnota’s en notities, zoals die over de doorontwikkeling van de toegang, de vernieuwing van (cliënten)participatie en keuzes voor de versterking van de sociale basisinfrastructuur (zie bijlage 1).
We gaan voor de Wmo uit van de volgende uitgangspunten:
- 1.
We bieden preventieve ondersteuning, zo dichtbij mogelijk, om te voorkomen dat (meer ernstige) problemen ontstaan[1].
- 2.
We investeren in algemene voorzieningen om het beroep op maatwerkvoorzieningen te verminderen[2].
- 3.
We zorgen voor een zo integraal mogelijke toegang[3].
- 4.
We bieden lichte ondersteuning waar mogelijk en meer gespecialiseerd waar nodig.
- 5.
We stimuleren de zelfredzaamheid en participatie van (kwetsbare) inwoners.
- 6.
We bieden samenhangende ondersteuning in het sociaal domein[4].
- 7.
We ontwikkelen beleid in samenwerking met cliënten en inwoners van alle leeftijden[5].
[1] Strategische Agenda Velsen 2017-2020
[2] Begroting 2018
[3] Groeimodel doorontwikkeling toegang sociaal domein, IJmond Samenwerking, juni 2017
[4] Groeimodel doorontwikkeling toegang sociaal domein, IJmond Samenwerking, juni 2017
[5] Notitie vernieuwing (cliënten-)participatie, 2017
De centrale thema’s in de volgende hoofdstukken zijn op deze uitgangspunten gebaseerd.
Hoofdstuk 3 Centrale thema's Wmo-beleidsplan
De overkoepelende ambitie van een ‘inclusieve samenleving’ en de uitgangspunten voor maatschappelijke ondersteuning uit hoofdstuk 2 hebben we uitgewerkt in vier centrale thema’s, die weer bestaan uit verschillende onderdelen. Per thema benoemen we: wat willen we bereiken, wat doen we hier al voor en wat willen we nog (meer) doen?
De vier centrale thema’s zijn:
- 1.
Integrale toegang
- 2.
Een sterke basis
- 3.
Aanvullende ondersteuning voor wie dat nodig heeft
- 4.
Een vangnet voor kwetsbare inwoners
Paragraaf 3.1 Integrale toegang
In deze paragraaf gaan we in op de doorontwikkeling van de toegang, de sociaal wijkteams, cliëntondersteuning en de toegankelijkheid van voorzieningen.
In de Transformatieagenda hebben de IJmond gemeenten doelen voor het sociaal domein geformuleerd. Een van deze doelen is omschreven als ‘integrale toegang’.
“Toegang is het proces vanaf het moment waarop de burger zich meldt (of wordt gemeld) met een ondersteuningsvraag, tot het bieden van passende ondersteuning.”
Wat willen we bereiken?
De IJmond gemeenten vinden het belangrijk dat voor iedere inwoner duidelijk is waar hij terecht kan voor informatie, advies en vraagverheldering over onderwerpen op het gebied van ondersteuning en participatie. Naast het sneller en beter inspringen op vragen van inwoners zien de gemeenten een goed functionerende toegang ook als middel om een verschuiving van specialistische hulp naar laagdrempelige ondersteuning en preventie te realiseren. Daarmee is toegang tevens een middel tot het realiseren van betaalbare zorg.
Wat doen we hier al voor?
In Velsen zijn er momenteel meerdere ingangen naar zorg en ondersteuning. Inwoners kunnen zich, als vanouds, rechtstreeks melden bij onder andere IJmond Werkt!, MEE & De Wering en Socius. Daarnaast zijn sinds eind 2014 sociaal wijkteams actief. Het sociaal wijkteam werkt samen met verschillende maatschappelijke partners, zoals het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG). Bij het CJG kunnen inwoners terecht voor vragen over en ondersteuning bij opvoeden en opgroeien.
De IJmond gemeenten hebben gekozen voor een doorontwikkeling van de toegang. Dit gebeurt aan de hand van een groeimodel[1]. In een aantal stappen werken de gemeenten toe naar een laagdrempelige en toegankelijke toegang, waarin maatwerk en een werkwijze gericht op het vergroten van zelfredzaamheid en het sociaal netwerk centraal staan.
[1] Groeimodel doorontwikkeling toegang sociaal domein, IJmond Samenwerking, juni 2017
Wat willen we nog (meer) gaan doen?
In 2018 en verder willen wij:
- 1.
De toeleiding van vragen naar de juiste plek verbeteren;
- 2.
De samenwerking en afstemming van partijen binnen de toegang verbeteren;
- 3.
De toegang van Socius, MEE & de Wering en de sociaal wijkteams wordt samengevoegd tot één integrale toegang voor zorg en ondersteuning.
De vervolgstappen zijn nog niet in de tijd uitgezet, streefdatum voor het eindperspectief is 2020-2021. Deze stappen zijn:
- -
Stroomlijnen toegang schuldhulpverlening en voorzieningen voor minima; stroomlijnen sociale activering/participatie;
- -.
Stroomlijnen toegang Wmo-voorzieningen;
- -
Stroomlijnen toegang Jeugdhulp;
- -
Stroomlijnen toegang Werk & Inkomen.
Eén van de vormen van een laagdrempelige toegang is ‘digitale toegang’. Velsen werkt samen met de andere IJmondgemeenten aan een nieuwe website: de Velsenwijzer. De Velsenwijzer maakt inzichtelijk voor inwoners waar ze terecht kunnen voor zorg en ondersteuning en ontmoeting.
Daarnaast blijven we scherp op de vraag of we de toegang zodanig organiseren dat we voldoende bekend, en gemakkelijk bereikbaar zijn en op de juiste manier inspelen op de vraag van de inwoner
Sub-paragraaf 3.1.1. Sociaal Wijkteams
Belangrijk onderdeel van de toegang zijn de sociaal wijkteams. Bewoners kunnen bij de sociaal wijkteams terecht met vragen of problemen op het gebied van welzijn, zorg, gezondheid, werk & inkomen, wonen en gezinsrelaties. Ook inwoners die iets willen betekenen voor hun buurt of voor hun buurtgenoten kunnen bij het sociaal wijkteam terecht.
Wat willen we bereiken?
Met de doorontwikkeling van de sociaal wijkteams werken we verder aan een laagdrempelige, herkenbare en vindbare toegang tot ondersteuning voor de inwoners van Velsen.
Wat doen we hier al voor?
De sociaal wijkteams richten zich op preventie, signalering, vraagverheldering en kortdurende en lichte ondersteuning. Ondersteuning op maat, dicht bij de inwoners en in de buurt, versterken van eigen kracht en de inzet van het sociale netwerk vormen de basis. Als meer of langduriger ondersteuning nodig is zorgen zij dat deze wordt ingezet. Dat kan zijn in de vorm van collectieve oplossingen, individuele ondersteuning of specialistische hulp. Er wordt intensief samengewerkt met vele professionals en vrijwilligers[1].
[1] Groeimodel doorontwikkeling toegang sociaal domein, IJmond Samenwerking, juni 2017
Wat willen we nog (meer) gaan doen?
De doorontwikkeling van de sociaal wijkteams hangt nauw samen met de eerder genoemde doorontwikkeling van de toegang. Naast de daar benoemde punten werken we in 2018 onder meer aan:
- -
Het verbeteren van de samenwerking tussen het sociaal wijkteam en de partners in de wijk (o.a. CJG, IJmond Werkt!, huisartsen, GGZ, jeugdmaatschappelijk werk, JGZ, onderwijs).
- -
Het verbeteren van de bereikbaarheid van en de toegang tot de sociaal wijkteams.
- Het vormgeven van de casusregie bij meervoudige problematiek
Sub-paragraaf 3.1.2. Clientondersteuning
Met de Wmo 2015 is de gemeente verantwoordelijk voor de cliëntondersteuning aan mensen met een lichamelijke, verstandelijke, psychiatrische of zintuiglijke beperking. Cliëntondersteuning kan bestaan uit informatie, advies en algemene (kortdurende) ondersteuning en richt zich op het vergroten van zelfredzaamheid en participatie in de samenleving. Cliëntondersteuning wordt onder andere uitgevoerd door Socius en MEE & De Wering. Deze organisaties maken onderdeel uit van de sociaal wijkteams.
Wat willen we bereiken?
Velsen wil een onafhankelijke cliëntondersteuning bieden waarin de vraag van de cliënt centraal staat en zo integraal mogelijk wordt opgepakt. Ook wil Velsen dat de participatie van de cliënt zoveel mogelijk wordt bevorderd en dat er rekening wordt gehouden met de mate van zelfredzaamheid van de cliënt. Verder wil Velsen dat inwoners beter en gemakkelijker de weg naar het aanbod van zorg en ondersteuning kunnen vinden. De onafhankelijk cliëntondersteuners kunnen hen hierbij helpen.
Wat doen we hier al voor?
- 1.
MEE & De Wering en Socius zijn bezig om de effecten van de geboden ondersteuning en de cliënttevredenheid in beeld te brengen. De resultaten worden gebruikt om de dienstverlening te verbeteren.
- 2.
Veel cliënten die een maatwerkvoorziening aanvragen zijn niet op de hoogte van de mogelijkheden van onafhankelijke cliëntondersteuning. Om de beschikbaarheid van onafhankelijke cliëntondersteuning extra onder de aandacht te brengen heeft de gemeente een folder ontwikkeld die alle cliënten die een maatwerkvoorziening aanvragen vooraf ontvangen.
Wat willen we nog (meer) gaan doen?
- 1.
Door een betere communicatie wil Velsen de bekendheid met cliëntondersteuning vergroten onder cliënten die een maatwerkvoorziening aanvragen.
- 2.
Mensen met meervoudige problematiek worden wegwijs gemaakt naar voorzieningen die aansluiten bij hun hulpvraag en worden zo nodig ondersteund bij het aanvragen van passende ondersteuning.
Sub-paragraaf 3.1.3. Toegankelijkheid voorzieningen
In de Wmo 2015 is opgenomen dat de gemeente in haar beleidsplan opneemt hoe zij uitvoering geeft aan het VN-verdrag inzake de rechten van personen met een handicap
Wat willen we bereiken?
We willen dat activiteiten en voorzieningen zoveel mogelijk toegankelijk zijn voor alle inwoners, ook voor mensen met een beperking.
Wat doen we hier al voor?
Een werkgroep van de Wmo-raad speelt een rol bij het signaleren van beperkingen in de toegankelijkheid van openbare gebouwen en de openbare ruimte. De werkgroep wordt samen met andere stakeholders voorafgaand aan projecten in de openbare ruimte betrokken bij de inspraak.
Een ander aspect van ‘toegankelijkheid’ betreft de financiële toegankelijkheid van voorzieningen. Mensen met een laag inkomen zijn vaak minder goed verzekerd tegen zorgkosten. Om de verzekeringspositie van mensen met een laag inkomen en in het bijzonder mensen met een chronische ziekte of beperking te verbeteren, biedt Velsen met ingang van 2018 een collectieve verzekering voor mensen met een laag inkomen. De aanvullende pakketten in deze verzekering vergoeden onder andere de eigen bijdrage die mensen betalen voor Wmo/Wlz-voorzieningen. Hiermee wil Velsen voorkomen dat minima niet of te laat de zorg krijgen die zij nodig hebben, schulden maken en onnodig beroep doen op de bijzondere bijstand.
Wat willen we nog (meer) gaan doen?
Velsen wil verbeteringen in de toegankelijkheid van gemeentelijke panden en publieke voorzieningen faseren. Allereerst worden twintig panden met een publieke functie gekeurd. Op basis van de keuringsrapportages wil de gemeente verbeteringen aanbrengen. Vervolgens wil de gemeente aan de toegankelijkheid van overige gemeentelijke panden gaan werken
Paragraaf 3.2 Een sterke basis
De basis wordt gevormd door de inwoners, mantelzorgers en vrijwilligers. Daarnaast zijn er allerlei algemene voorzieningen, zoals welzijnswerk in de buurt, mantelzorgondersteuning, ontmoetingsactiviteiten en algemeen maatschappelijk werk. Het gaat om laagdrempelige activiteiten die de sociale samenhang bevorderen, eenzaamheid tegengaan en ertoe bijdragen dat mensen zich zoveel mogelijk zelf kunnen redden en mee kunnen doen. Daarnaast zijn de gebouwen waarin activiteiten plaatsvinden van belang als het gaat om algemene voorzieningen. Bijvoorbeeld de buurthuizen.
In deze paragraaf gaan we in op de sociale basisinfrastructuur en algemene voorzieningen, mantelzorgondersteuning en vrijwillige inzet.
Sub-paragraaf 3.2.1. Sociale basisinfrastructuur en algemene voorzieningen
Onder de sociale basisinfrastructuur verstaan wij de algemene voorzieningen, diensten en netwerken die het mogelijk maken dat mensen op een prettige manier in hun sociale verbanden (buurten, groepen, netwerken en gezinnen) kunnen samenleven en kunnen meedoen in de samenleving.
Wat willen we bereiken?
In de Strategische Agenda 2017-2020 is de modernisering van de sociaal-culturele basis infrastructuur als een van de prioriteiten benoemd. Het gaat hierbij onder andere om voorzieningen (sociaal, cultureel, sport & bewegen) en maatschappelijk vastgoed. Hiermee worden ‘meedoen’ en de sociale samenhang bevorderd.
Om te komen tot een inclusieve samenleving willen wij de algemene voorzieningen in onze gemeente versterken. De inzet is dat Velsenaren hierdoor relatief minder gebruik hoeven te maken van maatwerkvoorzieningen. Om de algemene voorzieningen te versterken wil Velsen:
- -
Voorzieningen voor maatwerk dagbesteding (vaak regionaal georganiseerd) waar mogelijk en wenselijk ‘kantelen’ naar laagdrempelige activiteiten op lokaal of wijkniveau. Hierbij wil Velsen verbindingen leggen met bestaande algemene voorzieningen, zoals Kansen &Zo[1].
- -
Initiatieven van bewoners op lokaal of wijkniveau stimuleren en hierbij ondersteuning bieden. Vanuit de insteek van de inclusieve samenleving vinden we dat iedereen – ook kwetsbare groepen in de samenleving- een bijdrage kan leveren aan de buurt. Iedereen heeft talenten. We willen de ‘zelforganisatie’ van inwoners versterken. Dit houdt ook een andere rol voor het welzijnswerk in.
- -
Accommodaties in de buurten beter benutten. Versterken van de zelforganisatie van inwoners betekent ook een andere rol en functie van buurthuizen en ontmoetingsruimtes in de buurt. Welke voorzieningen zijn dan nodig? Hoe komen we tot aansprekende accommodaties in de buurt waar inwoners van Velsen gebruik van kunnen en willen maken? We zien dat de behoeftes en focus per buurt verschillen. Daarom zet Velsen in op maatwerk per wijk.
[1] Kansen &Zo is een algemene voorziening voor dagbestedingsactiviteiten
Wat doen we hier al voor?
Stichting Welzijn Velsen organiseert samen met andere (zorg)organisaties activiteiten gericht op het verhogen van de participatie van (kwetsbare) doelgroepen, bijvoorbeeld: de winkel in Velsen Noord, Taal Actief en Kansen &Zo.
Momenteel zetten we in op innovatie van het welzijnswerk om snel en proactief in te kunnen spelen op de veranderingen in de samenleving: meer focus op kwetsbare doelgroepen, meer verbinden in de buurt, meer inspelen op ontwikkelingen om mensen in staat te stellen langer zelfstandig thuis te wonen, meer ondersteunen en aanjagen van bewonersinitiatieven[1].
[1] Begroting 2018
De verbetering van de inzet van de accommodaties in de buurten gaat ook over een efficiëntere inzet van het maatschappelijk vastgoed. Doel is de maatschappelijke functies versterken, zodat de accommodaties beter aansluiten bij de wensen van de Velsenaren. Wij doen dit samen met betrokken organisaties zoals bibliotheek, kunstencentrum en Stichting Welzijn Velsen.
De aansluiting tussen het sociaal domein en het medisch domein wordt steeds belangrijker. Doordat steeds meer kwetsbare mensen in de wijken (blijven) wonen, verandert de rol van de huisarts. Deze wordt steeds meer ‘spin in het web’ als het om zorg gaat. Samenwerking met de huisartsen maar ook met andere eerstelijnsaanbieders, zoals fysiotherapeuten, is van belang om de vraag naar zorg en ondersteuning dichtbij huis op te vangen en snel te kunnen handelen als dat nodig is. Bepaalde voorzieningen, zoals begeleiding, persoonlijke verzorging, dagbesteding en logeeropvang liggen op het snijvlak van de Wmo en de Zorgverzekeringswet (Zvw) en de Wet langdurige zorg (Wlz). De gemeente draagt geen verantwoordelijkheid voor deze laatste twee wetten, maar Velsen wil in samenwerking met het medisch domein op zoek naar mogelijkheden voor vernieuwing.
We zetten de komende periode in op projecten om de samenwerking met het medisch domein vorm te geven. Enkele voorbeelden:
- -
In het project ‘Wijkgerichte zorg voor kwetsbare ouderen’ is een informatie- en ondersteuningsstructuur opgezet voor hulpverleners, hulpvragers en mantelzorgers. De ondersteuning varieert van advies over eenvoudige vragen tot intensieve en snelle interventies. In Santpoort Noord werkt een huisartsenpraktijk met gespecialiseerde verpleegkundigen ouderenzorg, betrokken organisaties en het sociaal wijkteam samen om snel te kunnen schakelen als een cliënt dat nodig heeft.
- -
In IJmuiden werken verschillende organisaties (huisartsen, zorgverzekeraar, GGZ-instelling en het sociaal wijkteam) aan een betere samenwerking rondom mensen met ernstige psychiatrische aandoeningen.
Wat willen we nog (meer) gaan doen?
- -
Meer inzet van opbouwwerk: gericht op verbinden van groepen en netwerken in de buurten.
- -
We geven met betrokken inwoners en organisaties in 2018 nieuwe vorm en inhoud aan de welzijnsaccommodaties. Per wijk kan de invulling en het beheer verschillen, afhankelijk van wat er nodig is[1].
- -
We willen bestaande zorgvoorzieningen in de wijken meer combineren met welzijnsactiviteiten en buurtontmoeting. We willen zorg en welzijn via bestaande zorgaccommodaties, zoals verpleeghuizen, meer met elkaar integreren.
- -
Sport en bewegen heeft onder meer een preventieve functie. Velsen wil de openbare ruimte prettiger, groener en beweegvriendelijker inrichten. Denk hierbij aan voorzieningen waar mensen elkaar kunnen ontmoeten. Zoals openbaar toegankelijke sportparken, sportvoorzieningen voor oudere jongeren[2].
[1] Begroting 2018
[2] Strategische Agenda 2017-2020
Sub-paragraaf 3.2.2 Mantelzorgondersteuning en vrijwillige inzet
De gemeente ziet het als belangrijke taak om de mantelzorg en vrijwillige inzet te stimuleren en te bevorderen, de overbelasting bij mantelzorgers tegen te gaan en zorg te dragen voor een waardering voor de inzet van mantelzorgers
Wat willen we bereiken?
Door de transformatie krijgen mantelzorgers een grotere rol in de zorg en ondersteuning van naasten. De komende jaren zal er waarschijnlijk een groter beroep worden gedaan op mantelzorgers. Het is belangrijk dat mantelzorgers hun taak zo goed mogelijk kunnen blijven uitvoeren. Door goede ondersteuning wordt de draagkracht van de mantelzorger versterkt en overbelasting voorkomen. Naast het vinden van bestaande mantelzorgers, vindt de gemeente het daarom belangrijk om de inzet van mantelzorgers te ondersteunen en te waarderen.
Gemeente Velsen wil de participatie van Velsenaren bevorderen. Een belangrijke vorm van participatie is vrijwillige inzet. Omdat van kwetsbare mensen wordt verwacht dat zij langer thuis blijven wonen, is de verwachting dat de vraag naar vrijwillige inzet op het gebied van zorg toeneemt[1]. Het is daarom belangrijk dat de gemeente het vrijwilligerswerk niet alleen stimuleert, maar ook faciliteert en waardeert.
[1] Notitie vrijwillige inzet 2014-2017
Wat doen we hier al voor?
De afgelopen jaren heeft de gemeente succesvol ingezet op het in beeld krijgen van zoveel mogelijk mantelzorgers[1]. Centrum Mantelzorg van Socius voert de mantelzorgondersteuning uit, onder andere door het geven van advies en het organiseren van cursussen. Daarnaast subsidiëren we ook diverse andere organisaties voor het uitvoeren van mantelzorgondersteuning. Waardering van mantelzorgers vindt op dit moment plaats in de vorm van een waardebon en het organiseren van een activiteit op de Dag van de Mantelzorg. Daarnaast zijn er mogelijkheden tot respijtzorg in de vorm van dagbesteding, kortdurend verblijf en de inzet van vrijwilligers. Vanaf 2015 heeft het kabinet extra geld beschikbaar gesteld aan gemeenten: de Huishoudelijke Hulp Toelage(HHT). In Velsen wordt de HHT beschikbaar gesteld aan mantelzorgers, zodat zij een deel van hun huishoudelijk werk kunnen uitbesteden om overbelasting te voorkomen.
In Velsen zijn diverse organisaties actief die volledig draaien op de inzet van vrijwilligers. Een voorbeeld is de Vereniging Santpoorts Belang die in Santpoort-Zuid het Brederodehuys heeft ontwikkeld tot een goed bezocht ‘huis van de buurt’. Daarnaast vervult OIG-IHD een belangrijke functie door het organiseren van ontspannende activiteiten en vervoer voor mensen met een beperking. Wij steunen deze en andere vrijwilligersorganisaties door middel van subsidies.
Een belangrijke partner van de gemeente op het gebied van vrijwillige inzet is Stichting Welzijn Velsen. De gemeente subsidieert deze stichting. De vrijwilligerscentrale wordt bemand door een vrijwilliger van Stichting Welzijn Velsen en sinds 2014 heeft de gemeente een sociale marktplaats (BUUV), waarin vraag en aanbod bij elkaar komen. In oktober 2017 is het digitale platform Vrijwilligersacademie IJmond opgericht. Hier worden gratis cursussen ter bevordering van de deskundigheid van vrijwilligers aangeboden door verschillende organisaties binnen de IJmond. Waardering van de vrijwilligers vindt op dit moment plaats door kaarten beschikbaar te stellen voor een culturele voorstelling. Tot slot heeft de gemeente een vrijwilligersverzekering afgesloten voor vrijwilligers, mantelzorgers en maatschappelijk stagiairs.
[1] In 2016 waren er 2150 aanvragen voor mantelzorgwaardering, waaronder 1000 van nieuwe mantelzorgers.
Wat willen we nog (meer) gaan doen?
- -.
In de Begroting 2018 is uitbreiding van mantelzorgondersteuning opgenomen.
- -
We ontwikkelen een passend ondersteuningsaanbod voor jonge mantelzorgers. We willen hiervoor de samenwerking met de belangrijkste netwerkpartners binnen het jeugddomein versterken.
- -
We zetten actiever in op communicatie om mensen te motiveren tot het doen van vrijwilligerswerk. Ook zullen we onderzoeken of het mogelijk is om aan een bredere groep vrijwilligers een gratis VOG te verstrekken.
- -
Velsen wil meer verbinding tussen het Sociaal Domein en Kunst en Cultuur. Naast de waardering van mantelzorgers en vrijwilligers door middel van een culturele activiteit, gaan we op zoek naar mogelijkheden om deze verbinding uit te breiden.
Paragraaf 3.3. Aanvullende ondersteuning voor wie dat nodig heeft
We zetten in op participatie en het vergroten van zelfredzaamheid en bieden algemene voorzieningen. Daar waar nodig bieden we aanvullende ondersteuning. Voor een aantal inwoners zal, naast de inzet vanuit de basis, aanvullende ondersteuning nodig zijn om zelfstandig te kunnen blijven functioneren. Het kan hierbij gaan om een maatwerkvoorziening, zoals hulp bij het huishouden, begeleiding of een scootmobiel. De toegang tot de maatwerkvoorzieningen verloopt via het gemeentelijke Wmo-loket.
Sub-paragraaf 3.3.1. Maatwerk voorzieningen
Wat doen we hier al voor?
Tijdens het keukentafelgesprek kijken we samen met de inwoner naar zijn hulpvraag en de mogelijke oplossingen. Dit gesprek wordt gevoerd volgens het principe van de Kanteling. Dit houdt in dat wordt gekeken naar de mogelijkheden van de inwoner, het sociale netwerk, vrijwilligers en/of andere voorliggende voorzieningen. Indien dit geen of onvoldoende oplossing biedt voor de ondersteuningsvraag wordt (aanvullend) een maatwerkvoorziening verstrekt.
Maatwerkvoorzieningen vanuit de Wmo zijn:
- -
Begeleiding: ambulante begeleiding, dagbesteding, gezinsbegeleiding, kamertrainingscentrum en kortdurend verblijf;
- -
Hulp bij het huishouden;
- -
Wmo collectief vervoer;
- -
Rolstoelvoorzieningen;
- -
Vervoersvoorzieningen;
- Woonvoorzieningen
De belangrijkste ontwikkelingen op het gebied van de maatwerkvoorzieningen worden hieronder toegelicht.
Begeleiding
Velsen biedt een integrale, kwalitatieve ondersteuning aan inwoners en gezinnen die dit nodig hebben. Vanaf 1 januari 2018 hebben we nieuwe contracten voor de Jeugdwet en begeleiding (Wmo). In deze contracten zijn producten opgenomen waardoor meer verbinding tussen de Wmo en de Jeugdwet wordt gerealiseerd. Via de Wmo kunnen we nu ook ondersteuning bieden bij jeugdhulpaanbieders.
Hulp bij het huishouden
Per 1 januari 2017 zijn nieuwe overeenkomsten gesloten voor de maatwerkvoorziening ‘hulp bij het huishouden’. In dialoog met de aanbieders zijn de contracten vormgegeven. Met de aanbieders zijn we aan het onderzoeken welke mogelijkheden voor vernieuwing er zijn bij hulp bij het huishouden We zetten in op pilots waarmee we de mogelijkheden onderzoeken om de zelfredzaamheid en de participatie van de inwoner te versterken.
Collectief vervoer
Vanaf 1 januari 2017 is RegioRijder[1] gestart met het collectief vervoer. Het doelgroepenvervoer beoogt een solide, efficiënt en klantvriendelijk vervoerssysteem waarin verschillende vervoersstromen geregeld kunnen worden en per individu een passende vervoersoplossing kan worden gekozen. De planning van de ritten wordt verzorgd door de vervoercentrale en verschillende vervoerders rijden de ritten.
[1] RegioRijder is het vervoerssysteem van het doelgroepenvervoer
Wat willen we nog (meer) gaan doen?
- -
Onderzoeken of een deel van de maatwerkvoorzieningen voor dagbesteding gekanteld kan worden naar algemene voorzieningen. We willen hiermee de toegang voor inwoners laagdrempeliger maken, de wijken versterken en de administratieve lasten verlichten.
- Het vervoerssysteem RegioRijder biedt mogelijkheden tot verdere ontwikkeling. Te denken valt aan het toevoegen van het dagbestedingsvervoer. Ook zijn er kansen voor verder onderzoek naar het ‘kantelen’ van vervoer. Hiermee wordt bedoeld dat er wordt ingezet op het versterken van de eigen mogelijkheden van inwoners. Bijvoorbeeld onderzoek naar een (vrijblijvend) OV-advies voor Wmo-reizigers.
Paragraaf 3.4 Een vangnet voor kwetsbare inwoners
Voor inwoners voor wie zelfredzaamheid (tijdelijk) buiten bereik ligt en niet beschikken over een eigen netwerk of financiële draagkracht bieden we een vangnet. Het gaat hier veelal om zeer kwetsbare mensen die dak- en thuisloos, zorgmijdend zijn en/of zware verslavings- en/of GGZ problematiek hebben. Over de zorg voor deze groep worden in regionaal verband afspraken gemaakt. Haarlem is hiervoor centrumgemeente en ontvangt en verdeelt de middelen hiervoor
Sub-paragraaf 3.4.1 Maatschappelijke opvang, bescherm wonen en vrouwenopvang
Onder de Wmo 2015 moet de gemeente passende maatwerkvoorzieningen te bieden aan mensen die beschermd wonen of maatschappelijke opvang nodig hebben door psychische of psychosociale problemen of omdat zij de thuissituatie hebben verlaten, al dan niet in verband met risico’s voor hun veiligheid door huiselijk geweld.
Wat willen we bereiken?
Voor Maatschappelijke opvang, beschermd wonen en vrouwenopvang zijn ambities geformuleerd die zich richten op preventie, hersteltrajecten op maat en het versterken van zelfstandig wonen.
In het regionale beleidskader Opvang, Wonen & Herstel[1] staat als hoofdopgave benoemd:
Voor alle cliënten maatschappelijke opvang, beschermd wonen en vrouwenopvang willen we werken aan zo gewoon mogelijk wonen met herstelondersteuning gericht op inclusie, volwaardig burgerschap, participatie, zelfredzaamheid en informele steun in de lokale omgeving.
Een belangrijke ontwikkeling hierbij is dat het aantal mensen dat intramuraal woont in een Beschermd Wonen-voorziening de komende jaren fors moet afnemen. Deze opgave (extramuralisering) maakt dat goed moet worden gekeken wat de doelgroep nodig heeft om zelfstandig te wonen. Dit vergt in ieder geval voldoende geschikte woningen.
[1] Beleidskader maatschappelijke opvang, beschermd wonen, vrouwenopvang 2017-2020, regio Zuid-Kennemerland, IJmond en Haarlemmermeer
Voor verwarde personen gelden de volgende doelen:
- 1.
lnzicht in de relevante bestaande lokale en regionale partijen en samenwerkingsverbanden die vanuit het zorg-, sociaal en veiligheidsdomein bij verwarde personen betrokken zijn.
- 2.
lnzicht in knelpunten en succesfactoren in de werkwijze en de onderlinge samenwerking van deze partijen.
3. Lokale en regionale aanbevelingen om deze werkwijze en samenwerking te optimaliseren
Wat doen we hier al voor?
- -
In 2017 is het beleidskader Opvang, wonen en herstel regionaal vastgesteld. De acties voor de komende jaren die hieruit voortvloeien zijn opgenomen in een lokaal uitvoeringsprogramma. Met een groot deel van de acties is al gestart. Een deel zal later in 2017 of in 2018 worden gestart.
- -
Er is in 2016 een regionale Ontwarringsrapportage Verwarde personen vastgesteld. De hieruit voortvloeiende regionale en lokale acties zijn ook in het uitvoeringsprogramma opgenomen, gezien de overlap in doelgroep. De komende tijd richt Velsen zich op het ontwikkelen van een passend escalatiemodel, waarin duidelijk is wie op welk moment verantwoordelijk is en wanneer moet worden op- en afgeschaald.
- -
Het Advies- en Meldpunt voor Huiselijk geweld en Kindermishandeling (AMHK) en het Steunpunt Huiselijk Geweld zijn samen opgegaan in Veilig Thuis. De doorlooptijd van meldingen huiselijk geweld en kindermishandeling bij Veilig Thuis worden zo kort mogelijk gehouden. Veilig Thuis zorgt waar nodig voor een ‘warme overdracht’ naar een van de loketten in hun plaats van herkomst (Socius, MEE & De Wering, Centrum voor Jeugd en Gezin).
- -
In 2017 is in IJmuiden een pilot gestart op het gebied van wijkgerichte GGZ. Leden van de sociaal wijkteams, het RIBW, ambulante begeleiding vanuit Dijk en Duin (Fact-teams) en een ervaringsdeskundige werken hierin samen om het maatschappelijk en persoonlijk herstel van cliënten te bevorderen.
- -
Zie voor dit thema ook paragraaf 3.5 ‘Wonen en zorg’.
Wat willen we nog (meer) gaan doen?
Met ingang van 2020 komt de centrumconstructie te vervallen en wordt de gemeente verantwoordelijk voor het organiseren van de Maatschappelijke opvang, beschermd wonen en vrouwenopvang. De komende jaren richten we ons op de manier waarop we dit vorm willen geven. Daarbij worden lokale, IJmondiale en regionale vormen bekeken.
Paragraaf 3.5 Samenhang met andere beleidsterreinen
Participatiewet/Werk & Inkomen
Er is samenhang tussen de Wmo en de Participatiewet/Werk & Inkomen. Deze samenhang zit vooral op het gebied van sociale activering, arbeidsmatige dagbesteding, schuldhulpverlening en armoede.
Armoede heeft bijvoorbeeld een negatief effect op de gezondheid van mensen.
Wat doet Velsen op gebied van sociale activering, arbeidsmatige dagbesteding, schuldhulpverlening en armoede in samenhang met de Wmo?
- -
Vanuit Beschermd wonen en maatschappelijke opvang & verwarde personen is er samenhang met schuldhulpverlening, bijzondere bijstand en de sociaal wijkteams. Een voorbeeld hiervan is te vinden in de maatschappelijke opvang van mensen met meervoudige problematiek en die wegens huurachterstanden dakloos zijn geworden. Er zijn diverse overlegstructuren waarbij de verschillende terreinen op beleids- en uitvoeringsniveau samenkomen.
- -
De consulenten van team Activering werken steeds intensiever samen met Wmo-consulenten. Zo gaan ze regelmatig samen op huisbezoek wanneer zowel psychische of lichamelijke gezondheid als sociale activering aandacht verdienen. Daarnaast treden ze regelmatig in overleg over welke voorziening het meest passend is, bijvoorbeeld arbeidsmatige dagbesteding of dagbesteding gericht op een zinvolle dagbesteding.
- -
Vanaf 2018 stelt Velsen een collectieve zorgverzekering beschikbaar voor mensen met een laag inkomen. Dit is ook beschreven in paragraaf 3.1, onder ‘toegankelijkheid voorzieningen’.
- -
· Er wordt samengewerkt in de persoonlijke begeleiding, gericht op zelfstandig wonen en de aanpak van problematische schuldsituaties.
- -
· Er zijn samenwerkingsafspraken binnen het zogeheten Noodteam voor de aanpak rondom multiproblematiek[1], waarbij schulden vaak een belangrijke thema is.
[1] Het Noodteam is een samenwerkingsverband van gemeente, maatschappelijke instellingen en hulpverleners in de Openbare Geestelijke Gezondheidszorg (OGGz), Maatschappelijke Opvang en Verslavingsbeleid, gericht op de ondersteuning van inwoners met meervoudige problematiek.
Wonen en Zorg
We willen bevorderen dat inwoners zo lang mogelijk zelfstandig kunnen blijven wonen. Hierbij maken we onderscheid in:
- -
Langer zelfstandig wonen, gericht op ouderen die langer in hun vertrouwde omgeving blijven en minder doorstromen naar verzorgingshuizen. Vraag hierbij is: wat is er nodig in de buurten om langer zelfstandig wonen mogelijk te maken? Ook vrijwilligers en mantelzorgers leveren een belangrijke bijdrage aan het langer zelfstandig thuis kunnen wonen[1].
- (Meer) zelfstandig wonen: door vergrijzing en extramuralisering wonen steeds meer kwetsbare mensen zelfstandig in de wijken, die in eerder permanent in een instelling zouden verblijven. Dit is al veel langer aan de gang, maar is met de Wmo 2015 versterkt en versneld
[1] Notitie vrijwillige inzet 2014-2017
De gemeente en woningcorporaties hebben de taak om steeds meer kwetsbare doelgroepen te huisvesten, zoals kwetsbare jongeren, economisch daklozen, mensen met psychiatrische aandoeningen. Daarnaast neemt de vraag naar passende woningen toe door mensen die gebruik maken van een Wmo-voorziening, zoals ouderen. Huisvesting van deze doelgroepen legt druk op de reguliere woningvoorraad. Zijn er voldoende passende woningen voor deze doelgroepen? Daarnaast hebben veel mensen begeleiding en structuur nodig. De veerkracht in de buurten is belangrijk. Vooral in buurten waar het grootste deel van de woningvoorraad sociale huurwoningen betreft. Wat kan een buurt opvangen? Wat is nodig aan spreiding of juist concentratie?
Wat doet Velsen op het gebied van wonen en zorg?
- -
Er wordt samengewerkt in het kader van ‘Kanswoningcontracten’. Dit zijn afspraken tussen de gemeente, zorginstellingen en corporaties. Afgesproken is dat corporaties in de IJmond woningen beschikbaar stellen aan personen met een psychosociale, verstandelijke of psychiatrische beperking of andere door het Noodteam voorgedragen huishoudens, indien nodig met passende begeleiding.
- -
We spreken met de woningcorporaties en zorginstellingen over vraagstukken rondom huisvesting en begeleiding van kwetsbare doelgroepen. Eén van de vraagstukken betreft eventuele wijzigingen in het woningtoewijzingsbeleid voor kwetsbare doelgroepen.
- -
Daarnaast is de dialoog met bewoners van groot belang om te bepalen wat nodig is in een buurt. Maar ook om gezamenlijk te werken aan buurtoplossingen: wat ervaart men als woonoverlast en hoe kunnen we dergelijke overlast verminderen?
- -
De gemeente organiseert enkele malen per jaar de Kennistafel Wonen-Welzijn-Zorg.
- -
Eind 2017 is in IJmuiden het project ‘Thuis in de Rivierenbuurt’ georganiseerd, gericht op het bevorderen van langer zelfstandig wonen in de buurt. Dit project is gelijktijdig in enkele andere gemeenten in de IJmond en Zuid-Kennemerland georganiseerd en maakt deel uit van de regionale Woonzorgagenda.
Wat willen we nog (meer) gaan doen?
- -
In 2018 actualiseren we de woonvisie. Hierin formuleert de gemeente de doelstellingen rondom het mogelijk maken van meer flexibele woonvormen. Voorbeelden zijn kamerbewoning, kleine starterswoningen, huisvesting in (voormalige) woonzorgcentra. Waar mogelijk willen we dit binnen bestaande bouw realiseren.
- -
Daarnaast wordt ook gekeken naar nieuwe woonvormconcepten. Te denken van aan hofjeswoningen of kleinschalige woonvoorzieningen.
Jeugd: pilot overgang 18-/18+
Gebleken is dat er extra aandacht nodig is voor de overgang van jeugdigen uit de Jeugdwet naar de Wmo. Het is van belang dat de jeugdigen die jeugdhulp ontvangen, bij het bereiken van 18 jarige leeftijd, indien noodzakelijk, zo snel mogelijk de juiste hulp krijgen. Het is in dat geval niet wenselijk dat zij een periode zonder hulp zitten. Voor het zo soepel mogelijk laten verlopen van de overgang naar de Wmo is het van belang dat de samenwerking wordt verbeterd tussen de Wmo en het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG). Met een pilot wordt de komende tijd geïnvesteerd in deze samenwerking. Zo zijn er vaste contactpersonen benoemd en nadere afspraken gemaakt over taken en verantwoordelijkheden
Jeugd: pilot jongerencoaches (18-/18+)
Jongerencoaches vanuit het CJG, met een specifieke expertise van de doelgroep rondom 18 jaar worden ingezet voor de begeleiding van kwetsbare jongvolwassenen met meervoudige problematiek en geringe zelfredzaamheid in de overgang zitten van Jeugdhulp naar de Wmo. De jongerencoaches richten zich bij de aanpak in eerste instantie op het oplossen van de praktische problemen op de primaire leefgebieden (inkomen, zorgverzekering, huisvesting en dagbesteding). Daarnaast vindt begeleiding plaats naar de aanbieders van specialistische zorg- en hulp.
Jeugd: inkoop Begeleiding (18-/18+)
Vanaf 1 januari 2018 heeft de gemeente nieuwe contracten voor de Jeugdwet- en Wmo-maatwerkvoorzieningen. In de nieuwe contracten zijn tevens producten opgenomen die meer verbinding tussen de Jeugdwet en de Wmo bevorderen. Dit is ook beschreven in paragraaf 3.3.
Jeugd: doelgroepenvervoer
Per 1 januari 2017 is het nieuwe vervoerssysteem – onder de naam ‘RegioRijder’- gestart met het Wmo-collectief vervoer. Per 1 augustus 2017 verzorgt RegioRijder ook het leerlingenvervoer en Jeugd GGZ-vervoer voor Velsen. Dit is ook beschreven in paragraaf 3.3.
Jeugd: samenwerking CJG en sociaal teams
Er wordt gewerkt aan een goede samenwerking tussen de sociaal wijkteams en partners in de schil, waaronder het CJG. In het kader van één huishouden, één plan. Ook op het gebied van lichte opvoedondersteuning is afstemming tussen de sociaal wijkteams en het CJG van belang
Gezondheid
Gemeenten hebben volgens de Wet Publieke Gezondheid de taak om de gezondheid van hun inwoners te bevorderen. Daar is voor gemeenten winst mee te behalen. Zeker in het kader van de transformatie in het sociaal domein, waarbij gezondheid niet alleen als doel, maar ook als middel gezien wordt. Gezonde mensen kunnen immers meer participeren en bijdragen aan de samenleving. Bovendien maken gezonde, actieve mensen minder gebruik van voorzieningen.
Onlangs is de eerste Regionale Nota Gezondheidsbeleid Veiligheidsregio Kennemerland 2017-2020 opgesteld door de GGD in samenwerking met de 10 VRK-gemeenten. Er is gekozen voor een regionale nota vanuit de overtuiging dat een gezamenlijke aanpak effectief is. Gezamenlijkheid betekent dat we als 10 gemeenten deels hetzelfde doen. Veel van de taken die de GGD uitvoert zijn in principe gelijk voor alle gemeenten. Als gemeenten leggen we echter ook verschillende accenten en maken we op onderdelen andere keuzes. Als addendum op de Regionale Nota heeft de gemeente Velsen in een lokale paragraaf in beeld gebracht wat er, in samenhang met de regio of aanvullend daarop, uitgevoerd wordt in de gemeente. Zo is Velsen op het gebied van vermindering van gezondheidsachterstanden actief in de Zee- en Duinwijk. Het project Gezond in de Stad (GIDS), stimuleert inwoners om initiatieven te ontwikkelen die gezond leven stimuleren. Voor dit project zijn middelen beschikbaar vanuit het Rijk.
Sport
Sport biedt kansen voor veranderingen in het sociaal domein. Onder de juiste voorwaarden en in een positieve context kan sport een grote bijdrage leveren aan het bieden van ondersteuning, ontwikkelingskansen en meer vitale en gezonde inwoners in Velsen. De komende jaren gaat de gemeente de maatschappelijke waarde van sport meer benutten. Hiermee verbreedt de gemeente de maatschappelijke functie van sport voor de wijken[1].
[1] Begroting 2017
De gemeente besteedt in 2018 extra aandacht aan het bevorderen van een gezonde leefstijl. Voldoende bewegen en een gezond voedingspatroon dragen bij aan meer gelukkige en vitale inwoners. Vooral onder (oudere) volwassenen is veel gezondheidswinst te behalen. Velsen werkt drie beweegprogramma's verder uit via het innovatiefonds sociaal domein. Bij de opzet en uitvoering werkt de gemeente samen met de ketenpartners uit de sport, onderwijs, welzijn en zorg[1]. Het gaat om de volgende drie programma's:
- -
‘Gezond en lekker in je vel in Zeewijk’ is het afgelopen jaar succesvol uitgevoerd en breidt uit naar een tweede school in Zee- en Duinwijk.
- -
‘Bewegen op recept’ wordt de komende periode verder uitgewerkt i.s.m. sportverenigingen en 1e lijns zorg. De buurtsportcoach van Stichting Welzijn Velsen coördineert het programma.
- ‘Sportief revalideren in de wijk’ is volop in ontwikkeling en innovatief. Heeft zelfs landelijke aandacht omdat naast de 1e lijns ook de 2e lijns zorg is aangehaakt. Het projectplan is gereed en wordt verder uitgewerkt
[1] Begroting 2018
Kunst & Cultuur
In het Kunst & Cultuurbeleid is de verbinding met andere beleidsterreinen een speerpunt. Cultuur wordt daarbij ingezet als middel om bijvoorbeeld de participatie van inwoners te vergroten. Er is hierbij aandacht voor bepaalde doelgroepen, zoals vrijwilligers en mantelzorgers. De gemeente heeft in 2016 en 2017 de waardering van mantelzorgers mede vorm gegeven door hen een voorstelling aan te bieden in het theater. Gezien het succes hiervan zal dit de komende jaren worden voortgezet. Daarnaast worden in 2018 nieuwe projecten gestart om verbindingen tot stand te brengen die dekking vinden in het innovatiefonds Sociaal Domein. Deze projecten zijn nu in voorbereiding bij onder andere het Kunstencentrum, de Bibliotheek en de stichting Cultuur verbindt IJmond. Deze stichting organiseert onder andere de Grote Kerstshow voor de vrijwilligers in Velsen.
In 2018 wordt ook verder gewerkt aan een regionale cultuurvisie IJmond waarin we verkennen hoe we kunst, cultuur en erfgoed in de regio kunnen versterken.
Hoofdstuk 4 Uitvoering en evaluatie
Paragraaf 4.1. Uitvoeringsagenda
Bij het opstellen van de uitvoeringsagenda Wmo zullen we mede op basis van de beschikbare sturings- en monitoringsinformatie zo concreet mogelijke beleidsdoelen en indicatoren uitwerken. Het opstellen van de uitvoeringsagenda doen we volgens de principes van ‘cliëntenparticipatie nieuwe stijl’. Ook de gemeenteraad zal hierbij betrokken worden.
Ieder jaar actualiseren we de uitvoeringsagenda
Paragraaf 4.2. Sturing en monitoring
Het is wenselijk dat regelmatig wordt bekeken of de beleidsactiviteiten de gewenste resultaten opleveren. Na 2 jaar brengen wij verslag uit over de realisatie van de in dit beleidsplan genoemde ambities en actualiseren we het plan indien nodig.
Binnen de gemeente wordt al veel informatie verzameld voor sturing en monitoring in het sociaal domein. We maken hier bij het monitoren van de beleidsdoelen zoveel mogelijk gebruik van.
Met onderstaande meetinstrumenten worden kerncijfers en ervaringen van inwoners op het gebied van de Wmo verzameld:
- 1.
Twee jaarlijks voeren wij een tevredenheidsonderzoek uit naar de sociaal wijkteams;
- 2.
Elk jaar doen wij mee aan het (verplichte) cliënttevredenheidsonderzoek Wmo;
- 3.
Er worden halfjaarlijks (verplichte) gegevens aangeleverd voor de gemeentelijke Monitor Sociaal Domein. We informeren de gemeenteraad over de uitkomsten van de gemeentelijke Monitor Sociaal Domein. Inwoners kunnen de uitkomsten op de gemeentelijke website vinden.
4. Via de tweejaarlijkse Burgerpeiling worden gegevens verzameld over de ervaringen van inwoners met hun woon- en leefomgeving en de inspanningen van de gemeente op uiteenlopende terreinen zoals dienstverlening en welzijn en zorg. De aanvullende module Samenredzaamheid geeft een beeld van de mate waarin inwoners elkaar ondersteunen
Paragraaf 4.3 Kwaliteit
De kwaliteitseisen uit hoofdstuk 3 van de Wmo 2015 zijn van toepassing. Een voorziening wordt in elk geval:
- a.
veilig, doeltreffend, doelmatig en cliëntgericht verstrekt,
- b.
afgestemd op de reële behoefte van de cliënt en op andere vormen van zorg of hulp die de cliënt ontvangt,
- c.
verstrekt in overeenstemming met de op de beroepskracht rustende verantwoordelijkheid, voortvloeiende uit de professionele standaard;
d. verstrekt met respect voor en inachtneming van de rechten van de cliënt.
Verder zijn eisen over medezeggenschap, klachtenafhandeling en de meldcode huiselijk geweld of kindermishandeling in de wet opgenomen. Voor de maatwerkvoorzieningen geldt dat de benodigde kwaliteitseisen in de contracten zijn opgenomen.
Samen met een aantal gemeenten uit de regio IJmond en Zuid Kennemerland heeft Velsen een overeenkomst met Facit, die de rol van toezichthouder Wmo op zich heeft genomen. De afspraken over het toezicht worden in 2018 herzien. Vanzelfsprekend wordt de Wmo-raad hierbij betrokken.
Paragraaf 4.4. Financiering
Inwoners van Velsen hebben vanuit de Wmo recht op ondersteuning zover zij hier niet zelf of met behulp van hun omgeving in kunnen voorzien. Het uitganspunt is dit beleidsplan uit te voeren binnen het door de gemeente begrote budget. De gemeente krijgt jaarlijks vanuit het Rijk middelen om de Wmo uit te voeren.
Op het gebied van de Wmo verwachten wij geen tekorten. De financiële middelen ten behoeve van de maatschappelijke ondersteuning maken echter integraal onderdeel uit van begrotingsprogramma Vitaal en Sociaal Velsen, waarin ook jeugdhulp en voorzieningen uit de Participatiewet zijn opgenomen. Sociaal domein breed is er sprake van een tekort op de begroting. Dit tekort kan tot en met 2019 opgevangen worden uit de financiële reserves. Op dit moment is nog niet duidelijk welke middelen vanuit het Rijk na 2019 beschikbaar worden gesteld in het Gemeentefonds. Bij eventuele tekorten binnen het sociaal domein, moeten mogelijk bestuurlijke heroverwegingen gemaakt worden.
In de Begroting 2018-2022 is financieel ruimte gereserveerd om innovatie te stimuleren. Hiermee kunnen we experimenteren in het sociaal domein en investeren in een slimmere en efficiëntere dienstverlening. Voorbeelden van projecten gefinancierd uit het innovatiebudget zijn het project Integrale toegang en het samenvoegen van de toegang van MEE & De Wering en Socius met die van het sociaal wijkteam.
- 1.
Vraagstukken rond bekostiging en subsidiëring
- 2.
Bij de transformatie in het sociaal domein rijzen ook vraagstukken over de wijze waarop wij organisaties in het sociaal domein willen bekostigen. Hier wordt de komende periode aan gewerkt. Daarnaast verbeteren we het subsidieproces en werken we een verbeterd toezichtmodel uit om mogelijke financiële problemen bij organisaties tijdig te signaleren en hier waar mogelijk op te anticiperen. Bij deze processen betrekken we de subsidie ontvangende organisaties.
Bijlage 1: Bestaande kaders
Strategische agenda Velsen 2017-2020
Het toekomstbeeld in de strategische agenda is dat Velsen een vitale gemeenschap is, waar er zorg is voor zij die het nodig hebben en iedereen werk of dagbesteding heeft. Om ‘inclusiviteit’ te bevorderen wil de gemeente de sociaal-culturele basisinfrastructuur moderniseren en verbindingen in de samenleving stimuleren en preventieve jeugdhulp en zorg bieden. Door het realiseren van woon- zorgarrangementen kunnen mensen langer zelfstandig thuis wonen. Concreet noemt de strategische agenda het creëren van ontmoetingsplekken en het instellen van een innovatiebudget voor welzijn, zorg en sport.
Transformatieagenda Sociaal Domein IJmond (2016)
In de regionale transformatieagenda is vastgelegd dat de gemeenten het zelforganiserend vermogen van inwoners willen vergroten en willen bijdragen en een vitale en sociale samenleving. Een sterke sociale basisinfrastructuur met laagdrempelige mogelijkheden voor (kwetsbare) burgers om elkaar te ontmoeten – zo stelt deze agenda –is hiervoor nodig. Hiertoe is één van de actiepunten een verkenning uit te voeren om maatwerkvoorzieningen voor dagbesteding om te vormen tot laagdrempelige voorzieningen op gemeente of wijkniveau waarvoor geen indicatie nodig is.
De kracht van een wijkgerichte / gemeente brede benadering van dagbesteding (in tegenstelling tot een regionale benadering) is dat verbindingen gelegd kunnen worden met de wijk waar mensen in kunnen wonen (ambitie van sociale inclusie). Deze dagbestedingsactiviteiten richten zich op kwetsbare groepen in de samenleving. Voor een vitale en sociale samenleving benoemt de transformatieagenda ook een andere ambitie: het stimuleren van initiatieven in de wijk. Het opbouwwerk heeft een rol bij het bevorderen van burgerinitiatieven.
De Gemeentelijke begroting (2018)
In 2018 gaat Velsen verder met de transformatie van het sociaal domein, samen met vele partners in de IJmondregio. Speerpunt van de transformatie is om de verschillende terreinen in het sociaal domein slim met elkaar te verbinden. De beoogde maatschappelijke ambities zijn:
- 1.
Iedereen doet mee naar vermogen;
- 2.
De eigen verantwoordelijkheid staat centraal;
- 3.
Kinderen en jongeren moeten zich optimaal kunnen ontwikkelen en ontplooien;
- 4.
Sociale samenhang in de samenleving als speerpunt;
- 5.
Vitale inwoners en kwalitatief goede sportaccommodaties.
Groeimodel doorontwikkeling Toegang Sociaal Domein (2017)
De IJmond gemeenten vinden het belangrijk dat voor iedere inwoner duidelijk is waar hij terecht kan voor informatie, advies en vraagverheldering op het gebied van ondersteuning en participatie. Door betere afstemming en integratie van de verschillende ‘voordeuren’ kan de toegang overzichtelijker worden. De notitie ‘Groeimodel doorontwikkeling toegang sociaal domein’ is opgesteld door de regionale werkgroep Toegang, als onderdeel van het regionaal programma Sociaal Domein.
Het groeimodel integrale toegang bestaat uit een aantal stappen met bijbehorende uitwerkingsvraagstukken. De stappen en activiteiten vormen een werkprogramma voor de komende jaren. Uitwerking vindt plaats met de maatschappelijke partners en in samenspraak met inwoners. Dit gebeurt zoveel mogelijk regionaal, maar met ruimte voor lokaal maatwerk. De gemeenten bewaken de koers en voortgang.
Uitvoeringsnotitie sociaal wijkteam Velsen 2014-2016
De Uitvoeringsnotitie sociaal wijkteam Velsen beschrijft de kaders voor het vormgeven van het Sociaal wijkteam in Velsen. De lokale toegang is ‘integraal’, ‘dichtbij’ en ‘gekanteld’. In de notitie worden de doelstelling en de zes thema’s waarmee het Sociaal wijkteam te maken krijgt uitgewerkt in een opgave, maatschappelijk effect en opdracht. Vervolgens wordt een vertaalslag gemaakt naar de concrete taken, de werkwijze en samenstelling van het Sociaal wijkteam. Verder gaat de notitie in op registratie en monitoring, communicatie en burgerparticipatie, de samenwerkingsstructuur tussen gemeente en haar partners en de financiën.
Regionaal beleidskader Opvang, wonen en herstel (2017-2020)
In de regionale nota ‘Opvang, wonen en herstel’ staat de volgende hoofdopgave: “voor alle cliënten maatschappelijke opvang, beschermd wonen en vrouwenopvang willen we werken aan zo gewoon mogelijk wonen met herstelondersteuning gericht op inclusie, volwaardig burgerschap, participatie, zelfredzaamheid en informele steun in de lokale omgeving.” De nota richt zich op ‘inclusie’ van mensen met psychiatrische beperking in de buurt. Ook legt deze nota de nadruk op het belang van goede laagdrempelige dagbestedingsactiviteiten voor deze doelgroep.
Notitie Vernieuwing (cliënten-)participatie (2017)
De nieuwe taken, werkwijzen en cultuurverandering in het sociaal domein vragen om andere samenwerkingsvormen en om een andere, bredere betrokkenheid van belanghebbenden (cliënten en hun naasten), inwoners en de gemeentelijke organisatie. Daarom is vernieuwing van (cliënten-) participatie als speerpunt benoemd in de Transformatie Agenda. In de notitie Vernieuwing (cliënten-) participatie is beschreven hoe afvaardigingen van de gemeentelijke organisatie en van de bestaande adviesorganen vanaf 2018 met elkaar verder werken aan een nieuw sociaal domein-breed kader voor cliënt- en burgerparticipatie.
Regionale nota gezondheidsbeleid (2017-2020)
De regionale nota gezondheidsbeleid (2017 - 2020) bevat de gemeenschappelijke ambities voor de 10 gemeenten binnen de Veiligheidsregio Kennemerland. In de regionale nota gezondheidsbeleid is het terugdringen van sociaaleconomische gezondheidsverschillen opgenomen als één van de centrale doelen. De regio heeft de volgende ambities benoemd:
- 1.
Verbetering van de gezondheid van laagopgeleide inwoners van Kennemerland.
- 2.
Verbetering van de leefstijl van laag opgeleide inwoners van Kennemerland.
- 3.
Een rookvrije en alcoholvrije jeugd.
- 4.
Verbeteren van de psychische gezondheid van jongeren en ouderen.
Sportagenda 2013 - 2016
In de Sportagenda 2013 - 2016 staat dat Velsen nog sterker een verbinding wil leggen tussen verschillende beleidsterreinen. Sport is plezier beleven en een leuke vrije tijdsbesteding, maar ook (steeds vaker) een middel om andere doelen te bereiken. In dit kader draagt sport bij aan een gezonde leefstijl, de persoonlijke ontplooiing en het binden van mensen. De agenda bestaat uit vijf thema’s waarop de gemeente de komende jaren wil investeren om het sportklimaat in Velsen naar een nog hoger niveau te brengen:
- 1.
Meer Velsenaren vitaal in beweging.
- 2.
Sportstimulering voor specifieke groepen.
- 3.
Creëren van een beweegvriendelijke omgeving.
- 4.
Sterke sportverenigingen in Velsen.
- 5.
Samenwerking tussen onderwijs, zorg, sport, buurt en welzijn.
Nota Kunst en Cultuurbeleid (2014-2017)
Speerpunten van het kunst- en cultuurbeleid zijn cultuureducatie en het leggen van verbindingen tussen cultuur en andere sectoren van de samenleving. Om cultuur te kunnen waarderen is de kennismaking hiermee op jonge leeftijd van groot belang. Daarnaast wordt aandacht besteed aan het versterken van de regionale samenwerking op het gebied van cultuur. Hiervoor wordt in de periode 2017/2018 een regionale Cultuurvisie IJmond opgesteld waarin we de kracht van het culturele veld centraal stellen. Met elkaar willen we verkennen hoe we kunst, cultuur en erfgoed in de regio kunnen versterken.
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl