Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR47810
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR47810/1
Regeling vervallen per 01-07-2012
Re-integratieverordening Wet werk en bijstand gemeente Kapelle
Geldend van 20-11-2008 t/m 30-06-2012
Intitulé
Re-integratieverordening Wet werk en bijstand gemeente KapelleParagraaf 1 Algemene bepalingen
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
a.uitkeringsgerechtigden:
personen met een uitkering ingevolge de Wet werk en bijstand, de IOAW of de IOAZ;
b.Anw-ers:
personen met een uitkering volgens de Algemene nabestaandenwet die als werkloos, werkzoe-kenden ingeschreven zijn bij het CWI;
c.Nuggers:
personen die als werkloos, werkzoekenden zijn geregistreerd bij de Centrale organisatie werk en inkomen en die geen uitkeringsgerechtigden zijn;
d.voorziening:
een voorziening bedoeld in artikel 7, eerste lid, onder a, van de wet;
e.de wet:
de Wet werk en bijstand;
f.IOAW:
de Wet inkomensvoorziening oudere- en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers;
g.IOAZ:
de Wet inkomensvoorziening oudere- en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen;
h.het college:
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Kapelle;
i.de gemeenteraad:
de gemeenteraad van de gemeente Kapelle;
j.Awb:
de Algemene wet bestuursrecht;
k.werknemers als bedoeld in artikel 10, tweede lid, van de wet:
werknemers in gesubsidieerde arbeid;
l.arbeidsinschakeling:
het verwerven van algemeen geaccepteerde arbeid, niet zijnde gesubsidieerde arbeid.
Paragraaf 2 Beleid en Financiën
Artikel 2 Opdracht college
-
1. Het college biedt aan uitkeringsgerechtigden tot 65 jaar, aan Nuggers en Anw-ers alsmede personen als bedoeld in artikel 10, tweede lid van de wet, ondersteuning bij de arbeidsinschake-ling aan en voorzover het college dat noodzakelijk acht, een voorziening gericht op die arbeids-inschakeling. Artikel 40, eerste lid van de wet is overeenkomstig van toepassing.
-
2. Bij de besluitvorming over de mogelijkheden van ondersteuning en het aanbieden van voor-zieningen wordt door het college in aanmerking genomen of de ondersteuning en/of de voorzie-ning, gelet op de mogelijkheden en capaciteiten van een cliënt, het meest doelmatig is met het oog op inschakeling in de arbeid. Het college stelt vast op welke ondersteuning en/of voorzie-ning de cliënt recht heeft.
-
3. Het college draagt zorg voor voldoende diversiteit in het aanbod aan ondersteuning en voor-zieningen.
-
4. Het college kan, in overeenstemming met het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen, voorzieningen als bedoeld in deze verordening aanbieden aan personen aan wie het Uitvoerings-instituut Werknemersverzekeringen een uitkering verstrekt.
Artikel 3 Uitvoeringsbeleid
-
1. Het college stelt ter nadere uitvoering van deze verordening de uitvoeringsregels vast, waarin beleidsprioriteiten worden aangegeven, alsmede de hoogte en wijze van financiering.
-
2. Dit uitvoeringsbeleid omvat in elk geval:
- -
de doelstellingen van het re-integratiebeleid;
- -
een omschrijving van het beleid ten aanzien van de verschillende doelgroepen en de prioriteit binnen en tussen die groepen, waarbij een evenwichtige aanpak als uitgangspunt wordt genomen;
- -
de criteria voor het ontheffingenbeleid ten aanzien van de arbeidsverplichting, waarbij in het bijzonder aandacht wordt besteed aan de combinatie van arbeid en zorg;
- -
een verdeling van de beschikbare middelen over de verschillende voorzieningen.
- -
-
3. Het college zendt eenmaal per jaar aan de gemeenteraad een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van het beleid. Dit verslag wordt vormgegeven conform het verslag als bedoeld in artikel 77, eerste lid, van de wet. Als verslag over de uitvoering wordt aangemerkt de bijlage bij de gemeentelijke jaarrekening met verantwoordingsinformatie over de specifieke uitkeringen.
-
4. De uitvoeringsregels als bedoeld in het eerste lid worden ter advisering voorgelegd aan de cliëntenraad.
Artikel 4 Aanspraak op ondersteuning
-
1. Uitkeringsgerechtigden, Anw-ers, Nuggers, alsmede personen als bedoeld in artikel 10, twee-de lid, van de wet, hebben aanspraak op ondersteuning bij arbeidsinschakeling en op de naar het oordeel van het college noodzakelijk geachte voorziening gericht op arbeidsinschakeling.
-
2. Een voorziening als bedoeld in het eerste lid wordt alleen dan door de gemeente gefinancierd als het totale gezinsinkomen van de Anw-er of de Nugger niet meer bedraagt dan 150% van het bruto wettelijk minimumloon.
-
3. Het college doet een aanbod dat past binnen de criteria die gesteld zijn in deze verordening en de in artikel 3 genoemde uitvoeringsregels en kan hieraan nadere voorwaarden verbinden.
Artikel 5 Budget- en subsidieplafonds
-
1. Het college kan in de uitvoeringsregels als bedoeld in artikel 3 een of meer subsidie- of bud-getplafonds vaststellen.
-
2. Het college kan in de uitvoeringsregels als bedoeld in artikel 3 een plafond instellen voor het aantal personen dat in aanmerking komt voor een specifieke voorziening.
-
3. Een door het college ingesteld subsidie- of budgetplafond vormt een weigeringsgrond.
Artikel 6 Verplichtingen van de cliënt
-
1. Een persoon die door het college een voorziening wordt aangeboden is verplicht hiervan ge-bruik te maken.
-
2. De persoon die deelneemt aan een voorziening is gehouden aan de verplichtingen die voort-vloeien uit de wet, de IOAW, de IOAZ, de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inko-men, deze verordening, alsmede aan de verplichtingen die het college aan de aangeboden voor-ziening heeft verbonden.
-
3. Indien een uitkeringsgerechtigde die deelneemt aan een voorziening, niet voldoet aan het ge-stelde in het tweede lid, dan kan het college de uitkering verlagen conform hetgeen hierover is bepaald in de afstemmingsverordening.
-
4. Indien de persoon, die gebruik maakt van een voorziening, niet voldoet aan het gestelde in het tweede lid, kan het college de kosten van de voorziening dan wel de subsidie geheel of gedeelte-lijk terugvorderen.
Artikel 7 Sluitende aanpak
-
1. Ten aanzien van elke uitkeringsgerechtigde wordt uiterlijk binnen 2 maanden na mel-ding bij het CWI (Per 1-1-2009 WERKplein) beoordeeld of het noodzakelijk is een voor-ziening aan te bieden gericht op inschakeling in algemeen geaccepteerde arbeid.
-
2. Indien is vastgesteld dat de voorziening, genoemd in het eerste lid, noodzakelijk is, krijgt iede-re uitkeringsgerechtigde binnen 2 maanden na inschrijving bij het CWI een aanbod voor een voorziening gericht op inschakeling in algemeen geaccepteerde arbeid.
-
3. Onder een voorziening gericht op inschakeling in algemeen geaccepteerde arbeid wordt ook verstaan een voorziening gericht op sociale activering, indien dit onderdeel is van een traject gericht op inschakeling in algemeen geaccepteerde arbeid.
-
4. Het tweede lid is niet van toepassing indien het college heeft bepaald dat voor deze persoon een volledige ontheffing van de arbeidsverplichting geldt.
-
5. Het college kan in individuele gevallen afwijken van het gestelde in het tweede lid.
Paragraaf 3 Voorzieningen
Artikel 8 Algemene bepalingen over voorzieningen
-
1. In de uitvoeringsregels als bedoeld in artikel 3 wordt vastgelegd welke voorzieningen het col-lege in ieder geval kan aanbieden alsmede de voorwaarden die daarbij gelden voor zover daar-over in deze verordening geen nadere bepalingen zijn opgenomen.
-
2. Het college kan, in aanvulling op de verplichtingen die voortvloeien uit de wet, de IOAW, de IOAZ en deze verordening, aan een voorziening nadere verplichtingen verbinden.
-
3. Het college kan een voorziening beëindigen als de persoon die aan de voorziening deelneemt:
- -
zijn/haar verplichtingen niet nakomt;
- -
niet meer behoort tot de doelgroep;
- -
algemeen geaccepteerde arbeid aanvaardt, waarbij geen gebruik wordt gemaakt van deze voor-ziening;
- -
indien naar het oordeel van het college de voorziening onvoldoende bijdraagt aan een snelle arbeidsinschakeling.
- -
-
4. Het college kan ten aanzien van de voorzieningen, met inachtneming van hetgeen daarover in de uitvoeringsregels is bepaald, nadere regels stellen. Deze regels kunnen in ieder geval betrek-king hebben op:
- a.
de voorwaarden waaronder een voorziening wordt aangeboden;
- b.
de weigeringsgronden bij het aanbieden van voorzieningen;
- c.
de intrekking of wijziging van de subsidieverlening of -vaststelling;
- d.
de aanvraag van en de besluitvorming over subsidies en premies;
- e.
de betaling van subsidies en het verlenen van voorschotten;
- f.
het vragen van een eigen bijdrage;
- g.
overige criteria voor het aanbieden van voorzieningen en het verstrekken van subsidies.
- a.
Artikel 9 Werkstage en proefplaatsing met behoud van uitkering als voortraject
-
1. Het college kan aan de personen, bedoeld in artikel 1, onderdeel a, een werkstage of proef-plaatsing aanbieden, waarbij met behoud van uitkering werkervaring opgedaan kan worden.
-
2. Het doel van de werkstage is het opdoen van werkervaring, gewenning aan werkritme, het trainen van een positieve werkhouding.
-
3. Het doel van de proefplaatsing is de cliënt werkervaring op te laten doen in zijn/haar toekom-stige functie om daarmee uitval na aanvang van het dienstverband te voorkomen.
-
4. De werkstage duurt in principe niet langer dan 6 maanden, met in bijzondere omstandigheden een mogelijke verlenging met nogmaals 6 maanden.
-
5. Deze proefplaatsing duurt in principe niet langer dan 3 maanden, met in bijzondere omstan-digheden een mogelijke verlenging met nogmaals 3 maanden.
-
6. Het college biedt de persoon alleen een werkstage of een proefplaatsing aan indien hierdoor de concurrentieverhoudingen niet onverantwoord worden beïnvloed en indien hierdoor geen ver-dringing van reguliere arbeid plaatsvindt.
-
7. In een schriftelijke overeenkomst worden tenminste vastgelegd het doel van de werkstage of de proefplaatsing, alsmede de wijze waarop de begeleiding plaatsvindt.
Artikel 10 Vrijwilligerswerk met behoud van uitkering
-
1. Het college kan uitkeringsgerechtigden als onderdeel van een re-integratietraject activiteiten aanbieden in het kader van sociale activering.
-
2. Onder sociale activering wordt verstaan het verrichten van maatschappelijk nuttige activiteiten als onderdeel van een traject gericht op arbeidsinschakeling of gericht op het voorkomen van sociaal isolement.
-
3. Het college kan een uitkeringsgerechtigde in de gelegenheid stellen deel te nemen aan maat-schappelijk nuttige activiteiten, in de vorm van vrijwilligerswerk met behoud van uitkering.
-
4. Het initiatief tot de verwerving van het vrijwilligerswerk kan zowel van het college als van betrokken uitkeringsgerechtigde zelf uitgaan.
-
5. Het college stelt de uitkeringsgerechtigde alleen in staat te werken in vrijwilligerswerk met behoud van uitkering indien hierdoor de concurrentieverhoudingen niet onverantwoord worden beïnvloed en indien hierdoor geen verdringing van reguliere arbeid plaatsvindt.
Artikel 11 Loonkostensubsidies gericht op participatie en/of arbeidsinschakeling
-
1. Het college kan subsidie verstrekken aan werkgevers die met een persoon bedoeld in artikel 1, lid a, b en c, een arbeidsovereenkomst sluiten.
-
2. Het college stelt nadere regels met daarin in ieder geval opgenomen:
- a.
De voorwaarden waaronder de subsidie wordt verstrekt;
- b.
De hoogte en de duur van de subsidie;
- c.
De verplichtingen die aan de subsidie worden verbonden.
- a.
-
3. De subsidie wordt alleen verstrekt indien hierdoor de concurrentieverhoudingen niet onver-antwoord worden beïnvloed en er geen verdringing van reguliere arbeid plaatsvindt.
Artikel 12 Scholing
-
1. Het college kan een vorm van scholing aanbieden gericht op arbeidsinschakeling.
-
2. Het college kan nadere regels stellen ten aanzien van de noodzakelijkheid van de scholing, de duur en de maximale kosten.
Artikel 13 Inkomstenvrijlating
-
1. Ten aanzien van de uitkeringsgerechtigde die arbeid in deeltijd heeft of aanvaardt, waarmee een inkomen wordt verworven dat minder bedraagt dan de voor de uitkeringsgerechtigde van toepassing zijnde norm, kan vrijlating van inkomsten uit arbeid worden verleend zoals bedoeld in artikel 31, tweede lid, onder o, van de wet.
-
2. De vrijlating wordt alleen verstrekt indien de uitkeringsgerechtigde door middel van een schriftelijk bewijs kan aantonen, dat binnen 6 maanden na het aanvaarden van bedoelde deeltijd-arbeid door het verrichten van reguliere arbeid duurzame uitstroom uit de uitkering bereikt wordt.
Artikel 14 Premies
-
1. Het college kan aan uitkeringsgerechtigden een premie toekennen.
-
2. Deze premie kan worden verstrekt in de volgende gevallen:
- a.
het uitstromen naar regulier werk waarmee inkomsten worden verkregen die hoger of gelijk zijn aan de norm van de WWB;
- b.
het verrichten van reguliere arbeid in deeltijd waarmee inkomsten worden verkregen die lager zijn dan de norm van de WWB;
- c.
het verrichten van vrijwilligerswerk in het kader van sociale activering;
- d.
het verrichten van seizoenarbeid waarmee tijdelijk inkomsten worden verkregen die hoger zijn dan de norm van de WWB.
- a.
-
3. Het college kan nadere regels stellen ten aanzien van de hoogte van de premies en de voor-waarden waaronder de premies verstrekt worden.
Artikel 15 Overige vergoedingen
Het college kan een vergoeding verstrekken voor kosten die gemaakt zijn in het kader van de arbeidsinschakeling, voor zover er geen voorliggende voorzieningen van toepassing zijn.
Artikel 16 Voorzieningen gericht op nazorg
Het college kan aan personen als bedoeld onder artikel 1, lid a, b en c, voorzieningen bieden na-dat ze er in geslaagd zijn algemeen geaccepteerde arbeid te verwerven. Deze voorzieningen die-nen erop gericht te zijn te voorkomen dat deze personen opnieuw werkloos worden.
Paragraaf 4 Slotbepalingen
Artikel 17 Hardheidsclausule
Het college kan in bijzondere gevallen afwijken van de bepalingen in deze verordening, indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.
Artikel 18 Intrekking verordening subsidiebeleid
De "Verordening subsidiebeleid WIW", vastgesteld op 18 maart 2003, nummer 2003/12, wordt ingetrokken.
Artikel 19 Inwerkingtreding en citeertitel
- 1.
Deze wijziging treedt in werking acht dagen na die van de bekendmaking.
- 2.
Deze verordening kan worden aangehaald als "Re-integratieverordening Wet werk en bijstand gemeente Kapelle".
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl