Regeling vervallen per 01-01-2019

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2018

Geldend van 22-12-2017 t/m 20-07-2018

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2018

De raad van de gemeente Dronten,

gelezen het voorstel van het college van 3 oktober 2017, no. B17.002069;

gelet op de artikelen 156, tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet;

gezien het advies van de raadscommissie van november 2017 ;

B E S L U I T:

de volgende Verordening op de heffing en invordering van leges 2018 vast te stellen (Legesverordening 2018).

Geconsolideerde tekst van de regeling

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

De verordening verstaat onder:

  • a.

    “dag": de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    "week": een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c.

    "maand": het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1) dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;

  • d.

    "jaar": het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • e.

    "kalenderjaar": de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2. Belastbaar feit

  • 1. Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

    • a.

      het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

    • b.

      het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument, één en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

  • 2. Hetgeen in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel is bepaald over een Nederlandse identiteitskaart voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt, is van overeenkomstige toepassing op een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor personen met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon.

Artikel 3. Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4. Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    het in behandeling nemen van aanvragen van verklaringen omtrent inkomen en vermogen;

  • b.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

diensten die ingevolge wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend.

Artikel 5. Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel;

  • 2. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet  bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet;

  • 3. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6. Wijze van heffing

De leges worden geheven door een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7. Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2. Bij betaling van leges, welke worden geheven bij wege van mondelinge kennisgeving, als bedoeld in artikel 6, wordt een gedagtekend bewijs van betaling uitgereikt.

  • 3. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8. Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9. Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke teruggaaf van leges ter zake van een in de tarieventabel omschreven dienst wordt verleend op een aanvraag als bedoeld in artikel 242 van de Gemeentewet en overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in de bij deze verordening behorende tarieventabel opgenomen bepaling(en).

Artikel 10. Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening in de loop van het kalenderjaar, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde regelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en

  • o

    het tarieven betreft die in de tabel zijn gemerkt met een * of **;

    ohet de omschrijvingen en tarieven bedoeld in Titel III, Hoofdstuk 2 ‘Organiseren van evenementen en markten’ betreft voor zover deze in door de raad vastgesteld Evenementenbeleid zijn vastgesteld.

één en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van de verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11. Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 12. Hardheidsclausule

Het college kan voor bepaalde gevallen deze verordening buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover toepassing, gelet op het belang dat de verordening beschermt, zal leiden tot onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 13. Overgangsrecht

  • 1. De ‘Verordening op de heffing en de invordering van leges 2017’ laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 28 september 2017, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 14, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 14 tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

  • 3. Indien het voorstel van Rijkswet tot wijziging van de Paspoortwet in verband met het van rechtswege laten vervallen van reisdocumenten van personen aan wie een uitreisverbod is opgelegd (Kamerstukken I 2015/2016, 34358 (R2065), nr. A), tot wet is of wordt verheven en artikel I van die wet in werking treedt, wordt in artikel 2, onder vernummering van de bestaande tekst tot eerste lid, een tweede lid toegevoegd, luidende:

Artikel 14 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking op de dag na bekendmaking.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2018.

  • 3. In afwijking van het tweede lid is de datum van ingang van de heffing van artikel 13, derde lid, het tijdstip waarop het in dat lid genoemde wetsvoorstel tot wet is of wordt verheven en artikel I van die wet in werking treedt.

Artikel 15 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als Legesverordening 2018.

Dronten, 30 november 2017

de raad van Dronten,

D.Petrusma mr. A.B.L. de Jonge

griffier voorzitter

Tarieventabel 2018, behorende bij de Legesverordening 2018

Indeling tarieventabel

Titel 1 Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de Basisregistratie personen

Hoofdstuk 5 Verstrekkingen uit het Kiezersregister

Hoofdstuk 6 Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens (gereserveerd)

Hoofdstuk 7 Bestuursstukken (gereserveerd)

Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie (gereserveerd)

Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken

Hoofdstuk 10 Gemeentearchief

Hoofdstuk 11 Huisvestingswet (gereserveerd)

Hoofdstuk 12 Leegstandwet

Hoofdstuk 13 Gemeentegarantie (gereserveerd)

Hoofdstuk 14 (Markt)standplaatsen

Hoofdstuk 15 Winkeltijdenwet

Hoofdstuk 16 Kansspelen

Hoofdstuk 17 Kinderopvang (gereserveerd)

Hoofdstuk 18 Telecommunicatie en nutsvoorzieningen

Hoofdstuk 19 Verkeer en vervoer

Hoofdstuk 20 Diversen

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordelen conceptaanvraag

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

Hoofdstuk 4 Vermindering

Hoofdstuk 5 Teruggaaf

Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning

Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

Hoofdstuk 8 Ruimtelijke procedures zonder Wabo-omgevingsvergunning

Hoofdstuk 9 In deze titel niet benoemde beschikking

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

Hoofdstuk 1 Horeca

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten

Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven

Hoofdstuk 4 Splitsingsvergunning woonruimte (gereserveerd)

Hoofdstuk 5 Leefmilieuverordening (gereserveerd)

Hoofdstuk 6 Brandbeveiligingsverordening

Hoofdstuk 7 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

Tarieven gemerkt met een * : dit betreft tarieven die door het rijk zijn vastgesteld

Tarieven gemerkt met een ** : dit betreft tarieven waarvoor het rijk een maximum tarief heeft vastgesteld

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

1.1.1

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap of het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in één van de aangewezen trouwruimten op de locatie De Rede 1 te Dronten op:

1.1.1.1

maandag tussen 09.00 en 09.30 uur

Kosteloos

1.1.1.2

maandag tussen 10.00 en 17.00 uur en dinsdag tot en met vrijdag

tussen 09.00 en 17.00 uur

222,35

maandag tot en met vrijdag van 17.00 tot 23.00 uur

324,70

maandag tot en met vrijdag van 23.00 tot 09.00 uur

444,75

1.1.1.3

zaterdag en zondag (of gelijkgestelde feestdagen) tussen 09.00 en 17.00 uur

457,05

zaterdag en zondag (of gelijkgestelde feestdagen) van 17.00 tot 23.00 uur

559,40

zaterdag en zondag (of gelijkgestelde feestdagen) van 23.00 tot 09.00 uur

914,10

1.1.1.4

indien omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk zonder plechtigheid plaats heeft

Kosteloos

1.1.2

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk, registratie van een partnerschap of het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, indien daarbij gebruik wordt gemaakt van een andere door de gemeente hiertoe aangewezen locatie op:

1.1.2.1

maandag tot en met vrijdag tussen 09.00 en 17.00 uur

558,10

maandag tot en met vrijdag van 17.00 tot 23.00 uur

660,45

maandag tot en met vrijdag van 23.00 tot 09.00 uur

1.116,20

1.1.2.2

zaterdag en zondag (of gelijkgestelde feestdagen) tussen 09.00 en 17.00 uur

€ 

782,80

zaterdag en zondag (of gelijkgestelde feestdagen) van 17.00 tot 23.00 uur

885,15

zaterdag en zondag (of gelijkgestelde feestdagen) van 23.00 tot 09.00 uur

1.565,65

1.1.3

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap of het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk welke plaats vindt in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek op:

1.1.3.1

maandag tot en met vrijdag tussen 09.00 en 17.00 uur

222,35

maandag tot en met vrijdag tussen 17.00 en 23.00 uur

324,70

maandag tot en met vrijdag van 23.00 tot 09.00 uur

444,75

1.1.3.2

zaterdag en zondag (of gelijkgestelde feestdagen) tussen 09.00 en 17.00 uur

457,05

zaterdag en zondag (of gelijkgestelde feestdagen) tussen 17.00 en 23.00 uur

559,40

zaterdag en zondag (of gelijkgestelde feestdagen) tussen 23.00 uur en 09.00 uur

914,10

1.1.4

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

1.1.4.1

een trouwboekje of partnerschapsboekje in een normale uitvoering of een duplicaat daarvan

20,05

1.1.4.2

een trouwboekje of partnerschapsboekje in een luxe uitvoering of een duplicaat daarvan

32,90

1.1.5

Het tarief bedraagt voor:

1.1.5.1

het kalligraferen van het trouw- of partnerschapsboekje

16,75

1.1.5.2

het kalligraferen van het trouw- of partnerschapsboekje, per getuige

2,80

1.1.5.3

het op gekalligrafeerde wijze bijschrijven van kinderen in een trouw- of

partnerschapsboekje, per kind

10,90

1.1.5.4

Voor het verstrekken van een kindergetuigschrift, per kind

7,65

1.1.6

Voor het leveren van getuigen van de gemeente, per getuige

35,75

1.1.7

Voor het verstrekken van een akte van de burgerlijke stand

€ 

13,20*

1.1.8

Voor elk uittreksel van een akte van de burgerlijke stand

13,20*

1.1.9

Voor elke verklaring van huwelijksbevoegdheid als bedoeld in artikel 49a van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek

23,30*

1.1.10

Voor elk meertalig uittreksel uit een akte van de burgerlijke stand

13,20*

1.1.11

Het wijzigen van een afspraak ten behoeve van een huwelijk/registratie partnerschap, bedragen de administratiekosten

20,25

1.1.12

Voor het verlenen van uitstel van begraven

20,25

1.1.13

Voor het verstrekken van een bewijs van in leven zijn (internationaal)

13,20*

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart

1.2.1

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:

1.2.1.1

van een nationaal paspoort,

1.2.1.1.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

65,30**

1.2.1.1.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

52,00**

1.2.1.2

van een nationaal paspoort, een groter aantal

bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in 1.2.1.1 (zakenpaspoort):

1.2.1.2.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

65,30**

1.2.1.2.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

52,00**

1.2.1.3

van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort)

1.2.1.3.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

65,30**

1.2.1.3.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

52,00**

1.2.1.4

van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen

52,00**

1.2.2

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart:

1.2.2.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 

51,00**

1.2.2.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

29,00**

1.2.3

De tarieven genoemd in de onderdelen 1.2.1.1 tot en met 1.2.1.4 en in onderdeel 1.2.2 worden bij een spoedlevering vermeerderd met een bedrag van

47,55**

1.2.4

Het tarief genoemd in 1.2.3 wordt bij een gecombineerde spoedlevering van een nieuw reisdocument als bedoeld in 1.2.1.1, 1.2.1.2,1.2.1.3 en 1.2.1.4 slechts één keer per reisdocument berekend.

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

1.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs

39,50**

1.3.2

Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een spoedlevering

vermeerderd met

34,10*

1.3.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven van een Eigen Verklaring Rijbewijs

34,80*

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de Basisregistratie personen

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.3 en 1.4.4, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de gemeentelijke basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.

1.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.4.2.1

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

a.per uittreksel;

9,20

b.per uittreksel internationaal

9,20

c.per inlichting

9,20

d.betrekking hebbende op een persoonslijst per verstrekking

13,20

1.4.3

In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens als bedoeld in artikel 10 van het Regeling basisregistratie personen

7,50**

1.4.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.4.4.1

voor het op verzoek doornemen van de gemeentelijke basisregistratie personen en andere bestanden, voor ieder daaraan besteed kwartier

13,90

1.4.4.2

voor het vervaardigen van een bevolkingsstatistiek, voor ieder daaraan besteed kwartier

13,90

1.4.4.3

voor het in behandeling nemen van een aanvraag: massaal geselecteerde inlichtingen met behulp van het geautomatiseerde bestand: voor het maken van selecties uit het geautomatiseerde bevolkingsbestand, inclusief de levering daarvan, per besteed kwartier

35,55

Hoofdstuk 5 Verstrekkingen uit het Kiezersregister

1.5.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een inlichting betreffende de registratie van de aanvrager als kiezer bedoeld in artikel D4 van de Kieswet

9,20

Hoofdstuk 6 Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens (gereserveerd)

Hoofdstuk 7 Bestuursstukken (gereserveerd)

Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie (gereserveerd)

Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken

1.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.9.1

tot het verkrijgen van een Verklaring Omtrent het Gedrag

41,35**

1.9.2

tot het verkrijgen van een bewijs van in leven zijn (eenvoudig)

9,20

1.9.3

tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening

9,20

1.9.4

tot het waarmerken van kopieën

9,20

1.9.5

naturalisatie enkelvoudig standaard

€ 

866,00*

1.9.6

naturalisatie enkelvoudig verlaagd

644,00*

1.9.7

meenaturaliserende minderjarige kinderen

128,00*

1.9.8

naturalisatie gemeenschappelijk standaard

1.105,00*

1.9.9

naturalisatie gemeenschappelijk verlaagd

884,00*

1.9.10

optie enkelvoudige optie

184,00*

1.9.11

optie gemeenschappelijke optie

€ 

314,00*

1.9.12

optie medeopterende minderjarige kinderen

21,00*

Hoofdstuk 10 Gemeentearchief

1.10

Het tarief bedraagt voor:

1.10.1

het op verzoek doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier

17,45

1.10.2

het doen van bewerkingen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier

17,45

Hoofdstuk 11 Huisvestingswet (gereserveerd)

Hoofdstuk 12 Leegstandwet

1.12

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.12.1

tot het verkrijgen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet

107,45

1.12.2

op grond van artikel 15, vijfde lid, tot het verlengen van een eerder op grond van de Leegstandwet verleende vergunning als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet

53,70

Hoofdstuk 13 Gemeentegarantie (gereserveerd)

Hoofdstuk 14 (Markt)standplaatsen

1.14

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

1.14.1

een standplaatsvergunning als bedoeld in artikel 5lid 1 van de

Marktverordening Dronten 2013 (individuele vergunning)

212,30

1.14.2

overschrijving van de standplaatsvergunning op naam van een ander als bedoeld in artikel 4 van het Marktreglement Dronten 2013

106,15

1.14.3

een vergunning als bedoeld in artikel 5:18 van de Algemene plaatselijke verordening voor het innemen van een standplaats op een openbare plaats en in de open lucht, niet zijnde een markt

40,40

Hoofdstuk 15 Winkeltijdenwet

1.15

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.15.1

voor een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet of het

Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet

140,75

Hoofdstuk 16 Kansspelen

1.16.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de Kansspelen:

1.16.1.1

voor een periode van twaalf maanden voor één speelautomaat

56,50*

1.16.1.2

1.16.1.3

voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten

voor de eerste kansspelautomaat

en voor iedere volgend kansspelautomaat

56,50*

34,00*

1.16.2

Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing, indien de vergunning geldt voor een tijdvak, korter dan 12 maanden of langer dan 12 maanden doch ten hoogste vier jaar, met dien verstande dat de in het eerste lid bedoelde maximumbedragen naar evenredigheid van het verschil in looptijd van de vergunning verlaagd onderscheidenlijk verhoogd worden.

1.16.3

Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing, indien de vergunning geldt voor een tijdvak van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd, met dien verstande dat voor de toepassing van onderdeel 1.16.1.1 in plaats van € 56,50 een bedrag van € 226,50 en voor de toepassing van onderdeel 1.16.1.2 in plaats van € 56,50 een bedrag van € 90,50 en voor toepassing van onderdeel 1.16.1.3 in plaats van € 34,00 een bedrag van € 136,00 geldt.

Hoofdstuk 17 Kinderopvang (gereserveerd)

Hoofdstuk 18 Telecommunicatie en nutsvoorzieningen

1.18.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid van de Telecommunicatiewet en werkzaamheden aan kabels en leidingen zoals bedoeld in artikel 1p van de Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuur gemeente Dronten*

455,55

1.18.1.1

Vermeerderd per strekkende meter tussen de 25 en 10.000 meter van het toegewezen tracé in door de gemeente beheerde of in eigendom zijnde grond met

0,80

1.18.1.2

Vermeerderd per strekkende meter boven de 10.000 meter van het toegewezen tracé in door de gemeente beheerde of in eigendom zijnde grond met

0,10

1.18.1.3

Indien met betrekking tot een melding overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van het net, verhoogd met

458,10

1.18.1.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding van uitvoering van werkzaamheden van niet-ingrijpende aard, als bedoeld in artikel 1q van de Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuur gemeente Dronten*

82,45

1.18.2

Indien een begroting als bedoeld in 1.18.1.3 is uitgebracht, wordt een melding in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de melder ter kennis is gebracht, tenzij de melding voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Hoofdstuk 19 Verkeer en Vervoer

1.19

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.19.1

tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)

78,00

1.19.1.2

Het tarief voor het verstrekken van een gehandicaptenparkeerkaart bedraagt

€ 

10,00

1.19.1.3

tot verlenging van de gehandicaptenparkeerkaart zonder gewijzigde omstandigheden

0,00

1.19.1.4

tot verlenging van de gehandicaptenparkeerkaart bij gewijzigde omstandigheden

78,00

1.19.1.5

voor het verstrekken van een nieuwe gehandicaptenparkeerkaart bij verlies, diefstal, dermate beschadiging dat de kaart niet meer bruikbaar is of bij wijziging van kenteken, voor de resterende tijd van de oorspronkelijk afgegeven gehandicaptenparkeerkaart

10,00

1.19.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.19.2.1

tot het verkrijgen van een gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats

82,30

1.19.2.2

het plaatsen van een verkeersbord behorende bij een gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats

179,35

1.19.2.3

indien voor de aanleg van een gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats de plaats moet worden aangelegd, verlengd en/of verbreed worden de kosten voor het aanleggen als genoemd in 1.19.2.2 verhoogd met de daadwerkelijke kosten die de verlenging of verbreding met zich meebrengen.

1.19.2.4

het vervangen van het onderbord bij wijziging kenteken (inclusief onderbord)

83,05

1.19.2.5

het aanpassen of verplaatsen van een bestaande gehandicaptenparkeerplaats binnen de gemeente

63,55

1.19.2.6

het verkrijgen van een ontheffing ingevolge:

-de Wegenverkeerswet 1994 en/of

39,85

-het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990

39,85

1.19.2.7

In geval het een kortdurende ontheffing (maximaal vijf dagen) voor het winkelcentrum Suydersee betreft

9,30

Hoofdstuk 20 Diversen

1.20.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.20.1.1

tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 2:10, derde lid, van de Algemene plaatselijke verordening voor het exploiteren van een terras

39,80

1.20.1.2

tot het verkrijgen van een vergunning of daarmee vergelijkbare

beschikking als bedoeld in artikel 2:29, tweede lid (sluitingstijd) van de Algemene plaatselijke verordening

a.geldig voor ten hoogste: één dag

40,50

b.geldig voor ten hoogste: één week

52,75

c.geldig voor ten hoogste: één maand

74,90

d.voor meerdere achtereenvolgende maanden of gedeelten van

maanden, per maand of een dergelijk gedeelte

74,90

met een maximum van

446,80

1.20.1.3

tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 5:13 van de Algemene plaatselijke verordening voor een openbare inzameling van geld of goederen

40,40

1.20.2

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

1.20.2.1

al dan niet gewaarmerkte afschriften of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen,

1.20.2.1.1

per pagina in A4-formaat in zwart-wit

1.20.2.1.2

per pagina in A3-formaat in zwart-wit

1.20.2.1.3

per pagina in A4-formaat in kleur

1.20.2.1.4

per pagina in A3-formaat in kleur

1.20.2.2

kaarten, tekeningen en lichtdrukken, al dan niet behorend bij de in het onderdeel 1.20.2.1 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening of lichtdruk, in zwart-wit

1.20.2.3

kaarten, tekeningen en lichtdrukken, al dan niet behorend bij de in het onderdeel 1.20.2.1 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening of lichtdruk, in kleur

8,35

1.20.2.4

een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze Titel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

39,80

1.20.2.5

stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

7,05

1.20.3

Scans van tekening naar pdf op zelf meegeleverde opslagmedium

1.20.3.1

Per pagina A4-formaat (kleur of zwart-wit)

0,50

1.20.2.8

Per pagina A3-formaat (kleur of zwart-wit)

1,00

1.20.2.9

Per pagina A2-formaat (kleur of zwart-wit)

2,50

1.20.2.10

Per pagina A1-formaat (kleur of zwart-wit)

5,00

1.20.2.11

Per pagina A0-formaat (kleur of zwart-wit)

7,50

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

2.1.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

2.1.1.1

aanlegkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567)voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;

2.1.1.2

bouwkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de bouwkosten, exclusief omzetbelasting, bedoeld in het normblad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

2.1.1.3

Bij de opgave van de bouwkosten wordt uitgegaan van de kosten van nieuwe materialen en uitvoering van het werk door derden.

2.1.1.4

Bij het achterwege blijven van een opgave, dan wel wanneer deze kennelijk onjuist is, stelt de heffingsambtenaar de bouwkosten vast.

2.1.1.5

kunstobject:

onder kunstobject wordt verstaan een bouwplan dat uitsluitend is bedoeld als kunstuiting.

2.1.1.6

civieltechnisch werk:

onder civieltechnisch werk wordt verstaan een bouwplan zoals een brug, tunnel, viaduct, sluis, grondkerende constructies en dergelijke.

2.1.1.7

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

2.1.2

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

2.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag

2.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

2.2.1.1

om vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is (hierin begrepen 1e advies welstand) of een toetsing van een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunningvrij is

124,70

2.2.1.2

om extra advies van welstand

35,30

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

2.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd

2.3.1.1

Bouwactiviteiten

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.1.1.1

indien de bouwkosten minder dan € 5.000 bedragen:

176,15

2.3.1.1.2

indien de bouwkosten € 5.000 tot € 50.000 bedragen

44,85

vermeerderd met

19,10

van de bouwkosten;

2.3.1.1.3

indien de bouwkosten € 50.000 tot € 250.000 bedragen

137,15

vermeerderd met

17,73

van de bouwkosten;

2.3.1.1.4

indien de bouwkosten € 250.000 of meer bedragen

1.095,50

vermeerderd met

14,94

van de bouwkosten;

2.3.1.1.5

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit voor een kunstobject als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief: de werkelijke kosten van het externe welstandsadvies.

2.3.1.1.6

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit voor een civieltechnisch werk als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

11,18

van de bouwkosten

Extra welstandstoets

2.3.1.2

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien zich tijdens de beoordeling van de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wijzigingen voordoen in het bouwplan en daarvoor een nieuwe welstandstoets noodzakelijk is:

€ 

122,95

2.3.1.3

Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden (aanlegactiviteit)

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:

613,20

2.3.2

Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1:

2.3.2.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

144,50

2.3.2.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

144,50

2.3.2.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (projectafwijkingsbesluit) en een verklaring van geen bedenkingen noodzakelijk is van de raad:

2.744,75

2.3.2.3.a

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (projectafwijkingsbesluit) en geen verklaring van geen bedenkingen noodzakelijk is van de raad:

2.058,55

2.3.2.4

indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijk projectafwijkingsbesluit):

267,15

2.3.2.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

534,45

2.3.2.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving) wordt het tarief van 2.3.1 verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.3.2.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving) wordt het tarief van 2.3.1 verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.3.2.8

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit) wordt het tarief van 2.3.1 verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.3.2.9

Indien een begroting als bedoeld in 2.3.2.6, 2.3.2.7 of 2.3.2.8 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de melder ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken

2.3.2.10

Vervallen

2.3.2.11

Vervallen

2.3.3

Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.3.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 

397,25

2.3.3.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

€ 

397,25

2.3.3.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (projectafwijkingsbesluit) en een verklaring van geen bedenkingen noodzakelijk is van de raad:

3.488,80

2.3.3.3.a

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (projectafwijkingsbesluit) en geen verklaring van geen bedenkingen noodzakelijk is van de raad:

2.616,55

2.3.3.4

indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijk project afwijkingsbesluit)

€ 

397,25

2.3.3.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan) het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.3.3.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving) het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.3.3.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving) het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.3.3.8

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit) het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.3.3.9

Het in behandeling nemen van een (principe) verzoek tot afwijking van een bestemmingsplan zonder feitelijke procedure

1.082,30

2.3.4

Gebruiksvergunning

Voor de toepassing van dit onderdeel van de tarieventabel wordt verstaan onder:

bouwwerk:

overeenkomstig het gestelde in de Bouwverordening, artikel 1.1, onder e: elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die op de plaats van bestemming, hetzij direct hetzij indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond, bedoeld om ter plaats te functioneren;

terreinoppervlakte:

als definitie geldt het gestelde in NEN 2580,hoofdstuk 3 vloeroppervlakte:

als definitie geldt het gestelde in NEN 2580,hoofdstuk 4

2.3.4

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het basistarief

397,05

2.3.4.1

Het basistarief wordt verhoogd met:

een soort bouwwerk, vloer- c.q. grondoppervlakte en periode afhankelijk tarief, genoemd onder 2.3.4.1.1

2.3.4.1.1

De verhoging als bedoeld onder 2.3.4.1, bedraagt voor:

loodsen, vemen, fabrieken, gebouwen voor mijnbouw, energie en communicatie, land- en tuinbouwgronden, pakhuizen, op- en overslagruimten, magazijnen, remises, maneges, studio's, spoorweggebouwen, gemalen, gebouwen voor het luchtverkeer, garagebedrijven en tankstations:

voor de eerste 100 m2

88,90

Daarbovenop voor de vierkante meters vanaf 101 tot 500 m²; per m²

1,00

Daarbovenop voor de vierkante meters vanaf 500 tot 2.000 m²; per m²

0,50

Daarbovenop voor de vierkante meters vanaf 2.000 tot 5.000 m²; per m²

0,10

Daarbovenop voor de vierkante meters vanaf 5.000 tot 50.000 m²; per m²

0,04

Daarbovenop voor de vierkante meters van meer dan 50.000 m²; per m²

0,04

2.3.4.1.2

De verhoging als bedoeld onder 2.3.4.1 bedraagt voor:

overige bouwwerken: voor de eerste 100 m²

176,15

Daarbovenop voor de vierkante meters vanaf 101 tot 500 m²; per m²

1,80

Daarbovenop voor de vierkante meters vanaf 500 tot 2.000 m²; per m²

0,75

Daarbovenop voor de vierkante meters vanaf 2.000 tot 5.000 m²; per m²

0,25

Daarbovenop voor de vierkante meters vanaf 5.000 tot 50.000 m²; per m²

0,10

Daarbovenop voor de vierkante meters van meer dan 50.000 m²; per m²

0,04

2.3.4.2

Ingeval van overdracht van het bouwwerk, waarbij geen sprake is van een wijziging van de bestemming van het bouwwerk, of van een bouwkundige wijziging of wijziging van de indeling, bedraagt het tarief ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning, als bedoeld onder 2.3.4

360,95

2.3.5

Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten

2.3.5.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening of de Erfgoedverordening 2016 aangewezen monument, waarvoor op grond van die provinciale verordening of artikel 10, tweede lid, van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

2.3.5.1.1

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument:

€ 

Kosteloos

2.3.5.1.2

voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

€ 

Kosteloos

2.3.5.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, van de Wabo, op het slopen van een bouwwerk in een krachtens provinciale verordening of de Erfgoedverordening 2016 aangewezen stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder c, van de Wabo, waarvoor op grond van die provinciale verordening of van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

Kosteloos

2.3.6

Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht

2.3.6.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk bedraagt het tarief:

2.3.6.1.1

in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo:

378,10

2.3.7

Aanleggen of veranderen weg

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2.11 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

176,15

Uitweg/inrit

2.3.7.a

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening <of artikel 2:12 van de Algemene plaatselijke verordening> een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 

196,25

2.3.8

Kappen

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 4:11 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:

206,55

2.3.9

Andere activiteiten

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:

2.3.9.1

behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:

176,15

2.3.9.2

behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 

176,15

2.3.9.2.1

als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning. Als de activiteit in geen enkel geval kan worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning bedraagt het tarief:

€ 

176,15

2.3.9.2.2

als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

2.3.10

Omgevingsvergunning in twee fasen

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.10.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

2.3.10.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

2.3.11

Beoordeling aanvullende rapportages

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:

2.3.11.1

voor de beoordeling van een vormvrije m.e.r.

153,85

2.3.11.2

voor de beoordeling van een m.e.r.

307,60

2.3.11.3

voor de beoordeling van een rapportage door een extern adviesbureau dan wel adviesorgaan, de daadwerkelijke kosten voorafgegaan door een offerte.

2.3.12

Advies

2.3.12.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie, uitgezonderd de commissie m.e.r., advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning:

Kosteloos

2.3.13

Verklaring van geen bedenkingen

2.3.13.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen, anders dan op grond van artikel 2.12.1.a.3 van de Wabo, moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:

394,30

2.3.13.1.1

indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:

394,30

2.3.13.1.2

indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:

394,30

2.3.14

Gedoogbeschikking

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek voor een gedoogbeschikking voor een omgevingsvergunning waarvoor nog geen omgevingsvergunning is verstrekt:

voor één activiteit

985,15

Vermeerderd per extra activiteit

164,65

Hoofdstuk 4 Vermindering

2.4.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een besluit op een principeverzoek als bedoeld in 2.3.3.9, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van het principeverzoek geheven leges in mindering gebracht met

50%

2.4.2

Voor aanvragen welke vallen binnen een bestemmingsplangebied waarop de legessanctie van toepassing is welke in artikel 3.1.4 Wro is geformuleerd, worden indien van toepassing het volgende bedrag in mindering gebracht:

bij alle gevallen genoemd onder 2.3.1.1 (bouwactiviteiten)

55,95

bij:

2.3.1.4 (aanlegactiviteit)

2.3.2.1 (binnenplanse afwijking + bouwactiviteit)

2.3.2.2 (buitenplanse afwijking + bouwactiviteit)

2.3.3.1 (binnenplanse afwijking zonder bouwactiviteit)

2.3.3.2 (buitenplanse afwijking zonder bouwactiviteit)

Het volledige bedrag

Hoofdstuk 5 Teruggaaf

2.5.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouwactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1.1, 2.3.2 of 2.3.3 intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

60%

2.5.1.1

indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een maand na het in behandeling nemen. .

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.5.2

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouwactiviteiten

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit activiteiten als bedoeld in onderdeel 2.3.1.1, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 2 jaar na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:

30%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.5.3

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning

2.5.3.1

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit activiteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1.1, 2.3.2 of 2.3.3 weigert, wordt er leges in mindering gebracht. De teruggaaf bedraagt:

40%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges

2.5.3.2

Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

2.5.4

Teruggaaf als gevolg van het besluit om de aanvraag niet verder te behandelen

Als de gemeente besluit om de aanvraag niet verder te behandelen, omdat er onvoldoende gegevens zijn om een beslissing op de aanvraag te nemen voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit activiteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1.1, 2.3.2 of 2.3.3, wordt er leges in mindering gebracht. . De teruggaaf bedraagt:

50%

2.5.5

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag gebruiksvergunning

Indien een aanvraag als bedoeld onder 2.3.4 wordt ingetrokken voordat de vergunning is verleend, wordt op aanvraag teruggaaf verleend. De teruggaaf bedraagt:

50%

2.5.6

Teruggaaf als gevolg van het feit dat van een gebruiksvergunning geen gebruik wordt gemaakt

Indien van een verleende vergunning als bedoeld onder 2.3.4. geen gebruik wordt gemaakt wordt op aanvraag teruggaaf verleend. De teruggaaf bedraagt:

25%

2.5.7

Drempelbedrag voor teruggaaf

Een bedrag minder dan € 122,00 wordt niet teruggegeven.

2.5.8

Geen teruggaaf legesdeel verklaring van geen bedenkingen

Van de leges verschuldigd op grond van de onderdeel 2.3.13 wordt geen teruggaaf verleend.

Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning (vervallen)

Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

2.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project:

307,50

Hoofdstuk 8 Ruimtelijke procedures zonder Wabo omgevingsvergunning

2.8.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van het op verzoek van derden opstarten van een bestemmingsplan procedure als bedoeld in artikel 3.6 lid 1 sub a en b van de Wro

a.minimaal

2.621,90

b.voor een gecompliceerd plan waarbij een aanvullende procedure in het kader van de een (Plan-)m.e.r. plicht noodzakelijk is wordt het tarief vermeerderd met

€ 

2.621,90

c.voor de beoordeling van een rapportage door een extern adviesbureau of de adviesorgaan, waaronder de commissie m.e.r., de daadwerkelijke kosten voorafgegaan door een offerte.

2.8.2

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van het op verzoek van derden opstarten van een bestemmingsplan procedure als bedoeld in artikel 3.1 van de Wro

a.minimaal

€ 

3.488,80

b.voor een gecompliceerd plan waarbij aanvullende procedures

noodzakelijk zijn zoals;

-een procedure afwijking provinciaal omgevingsplan

-een procedure in het kader van het experimenten kader

-een procedure in het kader van een (Plan-)m.e.r. plicht

wordt het tarief genoemd in 2.8.1 sub a. vermeerderd met

11.484,70

c.voor een plan in een gevoelig gebied zoals;

-Natura 2000 gebied,

-een gebied waar de Flora en Faunawet van toepassing is,

-De Ecologische Hoofdstructuur of een ecologische verbindingszone

wordt het tarief genoemd in 2.8.1 sub a. vermeerderd met

8.205,45

d.voor een inbreidingslocatie in het stedelijk gebied zoals dat is aangewezen in het Provinciaal Omgevingsplan wordt het tarief genoemd in 2.8.1 sub a. vermeerderd met

8.205,45

e.voor de beoordeling van een rapportage door een extern adviesbureau of de adviesorgaan, waaronder de commissie m.e.r., de daadwerkelijke kosten voorafgegaan door een offerte.

2.8.3.

Het tarief bedraagt ter zake het in behandeling nemen van het op verzoek van derden opstarten van een:

a.beheersverordening als bedoeld in artikel 3.38 van de Wro minimaal

€ 

1.651,30

b.voor een plan in een gevoelig gebied zoals:

-Natura 2000 gebied,

-een gebied waar de Flora en Fauna wet van toepassing is,

-De Ecologische Hoofdstructuur of een ecologische verbindingszone

wordt het tarief genoemd in 2.8.1 sub a. vermeerderd met

8.076,20

c.voor de beoordeling van een rapportage door een extern adviesbureau of de adviesorgaan, waaronder de commissie m.e.r., de daadwerkelijke kosten voorafgegaan door een offerte.

2.8.4.

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een besluit op een principeverzoek als bedoeld in 2.8.1, 2.8.2 of 2.8.3, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van het principeverzoek geheven leges in mindering gebracht met zijnde

50%

Hoofdstuk 9 In deze titel niet benoemde beschikking

2.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:

105,15

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

Hoofdstuk 1 Horeca

3.1.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van:

3.1.1.1

een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 3, van de Drank- en Horecawet

537,25

3.1.1.2

een melding als bedoeld in artikel 30 van de Drank- en Horecawet

424,35

3.1.1.3

een melding als bedoeld in artikel 30a van de Drank- en Horecawet

212,20

3.1.1.4

een melding als bedoeld in 3.1.1.2 én 3.1.1.3 gelijktijdig

537,25

3.1.1.5

een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35, van de Drank- en Horecawet

106,05

3.1.1.6

een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing ingevolge artikel 2:34g van de Algemene plaatselijke verordening (sterke drank)

106,05

3.1.1.7

De kosten van het intern onderzoek indien aanleiding, bedragen:

300,15

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten

3.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2:25, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening (evenementenvergunning), indien het betreft een evenement met een verwacht aantal bezoekers en deelnemers van:

3.2.1.1

van 1.000 of minder

171,50

3.2.1.2

van meer dan 1.000, doch minder dan 5.000

344,05

3.2.1.3

van 5.000 of meer, doch minder dan 10.000

686,20

3.2.1.4

van 10.000 of meer, doch minder dan 15.000

1.109,60

3.2.1.5

van 15.000 of meer, doch minder dan 20.000

1.479,65

3.2.1.6

van 20.000 of meer

1.840,50

Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven

3.3.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag om vergunning of daarmee vergelijkbare beschikking als bedoeld in de Algemene plaatselijke verordening:

3.3.1.1

voor een seksinrichting (artikel 3:4)

644,35

3.3.1.2

voor een escortbedrijf (artikel 3:4)

161,65

Hoofdstuk 4 Splitsingsvergunning woonruimte (gereserveerd)

Hoofdstuk 5 Leefmilieuverordening (gereserveerd)

Hoofdstuk 6 Brandbeveiligingsverordening

3.6.1

Het tarief ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning tot het in gebruik nemen of houden van een inrichting, als bedoeld in artikel 1.1 van de Brandbeveiligingsverordening, bestaat uit:

a.een basistarief van

259,05

verhoogd met:

b.een soort inrichting, vloer- c.q. grondoppervlakte en periode afhankelijk tarief genoemd onder 3.6.2

3.6.2

De verhoging als bedoeld onder 3.6.1, sub b, bedraagt voor:

Buitenterreinen van loodsen, vemen, fabrieken, garagebedrijven opslagplaatsen, bedrijven met onbebouwd terrein dat voor bedrijfsdoeleinden wordt gebruikt, met een grondoppervlakte van:

0-500 m²

71,45

500-2.000 m²

143,00

2.000-5.000 m²

214,45

meer dan 5.000 m²

212,60

verhoogd met € 28,80 per 5.000 m² of gedeelte daarvan.

3.6.3

De verhoging als bedoeld onder 3.6.1, sub b, bedraagt voor:

Kampeerterreinen en jachthavens met een grond-oppervlakte van:

voor de eerste 100 m²

66,40

daarbovenop voor de vierkante meters van 101 tot 500 m²; per m²

0,73

daarbovenop voor de vierkante meters van 500 tot 2.000 m²; per m²

0,37

daarbovenop voor de vierkante meters van 2.000 tot 5.000 m²; per m²

0,07

daarbovenop voor de vierkante meters van 5.000 tot 50.000 m²; per m²

0,03

daarbovenop voor de vierkante meters van meer dan 50.000 m²; per m²

0,03

3.6.4

Het tarief ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning tot het in gebruik nemen of houden van een inrichting, als bedoeld in artikel 2.1.1, eerste lid, van de Brandbeveiligingsverordening, bedraagt voor tijdelijke bouwsels, waaronder circus-, feest- en tentoonstellingstenten voor een periode en aantal tenten van:

3.6.4.1

niet meer dan drie dagen met maximaal drie tenten

71,45

3.6.4.2

niet meer dan drie dagen met 4 doch maximaal 10 tenten

€ 

142,95

3.6.4.3

niet meer dan drie dagen met 11 of meer tenten

214,40

3.6.4.4

langer dan drie, doch niet meer dan zeven dagen met maximaal drie tenten

143,00

langer dan drie, doch niet meer dan zeven dagen met 4 doch maximaal 10 tenten

285,95

langer dan drie, doch niet meer dan zeven dagen met 11 of meer tenten

€ 

428,85

3.6.4.5

langer dan zeven dagen met maximaal drie tenten

215,45

3.6.4.6

niet meer dan zeven dagen met 4 doch maximaal 10 tenten

428,85

3.6.4.7

niet meer dan zeven dagen met 11 of meer tenten

643,25

verhoogd met € 53,60 per zeven dagen.

3.6.5

Ingeval van overdracht van de inrichting, waarbij geen sprake is van een wijziging van de bestemming van de inrichting, of van een bouwkundige wijziging of wijziging van de indeling, bedraagt het tarief ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning, als bedoeld onder 3.6.1

236,40

3.6.6

Indien een vergunning, als bedoeld onder 3.6.1 of 3.6.4, niet wordt verleend dan wel een aanvraag om een vergunning wordt ingetrokken, wordt op aanvraag teruggaaf van 50% van de geheven gelden verleend.

3.6.7

Indien van een verleende vergunning, als bedoeld onder 3.6.1 of 3.6.4, geen gebruik wordt gemaakt, wordt op aanvraag teruggaaf van 25% van de geheven gelden leges verleend.

3.6.8

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van en aanvraag om een ontheffing, als bedoeld in artikel 2.3.5 van de Brandbeveiligingsverordening

39,20

Hoofdstuk 7 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

3.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

39,20

Behoort bij raadsbesluit van 30 november 2017

De griffier van Dronten

D.Petrusma