Verordening Noodfonds Armoedebeleid gemeente Woensdrecht 2017

Geldend van 15-12-2017 t/m heden

Intitulé

Verordening Noodfonds Armoedebeleid gemeente Woensdrecht 2017

De raad van de gemeente Woensdrecht, in vergadering bijeen op 30 november 2017;

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders;

gelet op artikel 149 van de Gemeentewet;

overwegende dat er behoefte is aan een noodfonds op basis waarvan in een acute en schrijnende financiële noodsituatie financiële ondersteuning verleend kan worden;

besluit:

vast te stellen de volgende Verordening Noodfonds Armoedebeleid gemeente Woensdrecht 2017.

Artikel 1 Begripsomschrijving

In deze verordening wordt verstaan onder:

a) College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Woensdrecht.

b) Noodfonds: het Noodfonds Armoedebeleid van de gemeente Woensdrecht.

c) Aanvrager: een inwoner van de gemeente Woensdrecht, die als zodanig staat ingeschreven in de Basisregistratie Personen.

Artikel 2 Bevoegdheid

Het college van burgemeester en wethouders beheert het noodfonds.

Artikel 3 Doelstelling

Het noodfonds heeft tot doel financiële ondersteuning te verlenen aan inwoners van de gemeente Woensdrecht die in een acute en schrijnende financiële noodsituatie verkeren.

Artikel 4 Doelgroep

In aanmerking kunnen komen voor een bijdrage uit het noodfonds inwoners uit de gemeente Woensdrecht die:

a. minimaal zes maanden ingeschreven staan in de Basisregistratie Personen van Woensdrecht;

b. een zelfstandige woonruimte bewonen;

c. een inkomen hebben tot 150% van het sociaal minimum;

d. niet beschikken over een vermogen dat groter is dan de benodigde financiële bijdrage, waarbij eigen woningbezit wordt vrijgelaten.

Artikel 5 Voorwaarden en criteria

  • 1. In een noodsituatie kan een bijdrage verstrekt worden uit het noodfonds, indien deze noodsituatie:

    a. acuut en schrijnend is;

    b. incidenteel is;

    c. van beperkte omvang is;

    d. niet door een andere voorziening kan worden opgelost;

    e. oplosbaar is met een eenmalige bijdrage.

  • 2. Het noodfonds voorziet niet in tegemoetkomingen indien de financiële situatie veroorzaakt is door verwijtbaar en/of onrechtmatig gedrag door de aanvrager.

  • 3. Per jaar kan een aanvrager in beginsel slechts éénmaal een beroep doen op het noodfonds.

Artikel 6 Procedure

  • 1. De aanvraag wordt ingediend bij het college van burgemeester en wethouders.

  • 2. De aanvraag wordt gedaan op een ter beschikking gesteld aanvraagformulier.

  • 3. Enkel volledig ingevulde, ondertekende aanvragen worden in behandeling genomen.

  • 4. Het college nodigt de aanvrager zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen drie werkdagen, uit voor een persoonlijk gesprek of regietafel.

  • 5. De aanvragen worden in volgorde van binnenkomst beoordeeld.

  • 6. Binnen een termijn van vijf werkdagen na ontvangst wordt een besluit genomen.

Artikel 7 Hoogte van het beschikbare budget

Het noodfonds bedraagt € 15.000,00 op 1 januari van ieder jaar.

Artikel 8 Hoogte en vorm van bijdrage

  • 1 Een bijdrage vanuit het noodfonds vindt, afhankelijk van de aard en omvang van de problematiek van de aanvrager, plaats in de vorm van een renteloze lening of een bijdrage om niet.

    a. In beginsel wordt de bijdrage verstrekt in de vorm van een renteloze lening.

    b. Wanneer sprake is van een dringende reden, kan een bijdrage om niet worden verstrekt.

  • 2. De hoogte van de bijdrage is afhankelijk van de omstandigheden van de aanvrager.

Artikel 9 Inhoud beschikking

  • 1. In de beschikking tot verlenen van een financiële bijdrage uit het noodfonds wordt aangegeven of het een renteloze lening of een bijdrage om niet betreft.

  • 2. Bij het verstrekken van een renteloze lening wordt in ieder geval in de beschikking opgenomen:

    a. de termijnen waarin het bedrag wordt terugbetaald;

    b. de uiterlijke datum waarop het bedrag is terugbetaald, zijnde uiterlijk na 36 maanden na datum beschikking;

    c. het minimaal maandelijks terug te betalen bedrag.

  • 3. Bij het verstrekken van een bijdrage om niet wordt in ieder geval in de beschikking opgenomen wat de reden is voor het verstrekken van een bijdrage om niet.

  • 4. In alle gevallen wordt vermeld op welke wijze de financiële bijdrage wordt ingezet.

Artikel 10 Terugbetaling

  • 1. De aanvrager draagt zorg voor tijdige terugbetaling van het verstrekte bedrag.

  • 2. Indien de aanvrager hiertoe om welke reden dan ook niet in staat is, stelt deze het college hiervan onverwijld schriftelijk in kennis.

  • 3. Een verzoek tot uitstel van terugbetaling dient aanvrager schriftelijk in bij het college.

  • 4. Een verzoek tot het omzetten van de renteloze lening naar een bijdrage om niet dient aanvrager schriftelijk in bij het college.

  • 5. Het college neemt hiertoe binnen 10 werkdagen een besluit.

Artikel 11 Terugvordering

Het college kan het uitgekeerde bedrag in een keer terugvorderen indien:

a. aanvrager verwijtbaar en/of onrechtmatig heeft gehandeld;

b. aanvrager onjuiste en/of onvolledige informatie heeft verstrekt.

Artikel 12 Evaluatie

Iedere 4 jaar wordt de Verordening Noodfonds Armoedebeleid Gemeente Woensdrecht geëvalueerd.

Artikel 13 Hardheidsclausule

In zeer uitzonderlijke gevallen kan het college van deze regeling afwijken.

Artikel 14 Citeertitel en inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening kan worden aangehaald als de “Verordening Noodfonds Armoedebeleid gemeente Woensdrecht”.

  • 2. Zij treedt in werking op de achtste dag na datum van publicatie.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van 30 november 2017,
de raad voornoemd,
de griffier, de voorzitter,

Nota-toelichting artikelsgewijze toelichting bij de verordening

Artikelsgewijze toelichting bij de Verordening noodfonds armoedebeleid gemeente Woensdrecht (pdf, 82 kB)