Regeling vervallen per 04-03-2022

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Loon op Zand houdende regels omtrent winkeltijden Winkeltijdenverordening Loon op Zand 2016

Geldend van 09-06-2016 t/m 03-03-2022

Intitulé

Winkeltijdenverordening Loon op Zand 2016

De raad van de gemeente Loon op Zand

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 5 april 2016

Gelet op de winkeltijdenwet.

Gelet op artikel 149 van de Gemeentewet

Besluit vast te stellen de Winkeltijdenverordening Loon op Zand 2016

Artikel 1 begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a)

    de wet: de Winkeltijdenwet;

  • b)

    feestdagen: Nieuwjaarsdag, eerste Paasdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag,eerste Pinksterdag, tweede Pinksterdag, eerste Kerstdag en tweede Kerstdag;

  • c)

    college: het college van burgemeester en wethouders van Loon op Zand;

  • d)

    ontheffing: een ontheffing van de verboden, vervat in artikel 2 van de wet.

  • e)

    werkdagen: maandag tot en met zaterdag.

Artikel 2 beslistermijn

  • 1. Het college beslist op een aanvraag voor een ontheffing binnen 6 weken.

  • 2. Hij kan de beslissing voor ten hoogste 4 weken verdagen.

Artikel 3 overdracht van de ontheffing

  • 1. Ontheffingen op grond van deze verordening zijn overdraagbaar na verkregen toestemmingvan het college.

  • 2. In geval van een voorgenomen overdracht van de in het eerste lid bedoelde ontheffingen doetde houder van de ontheffing hiervan onmiddellijk schriftelijk mededeling aan het college, ondervermelding van de naam en het adres van de voorgestelde rechtverkrijgende.

Artikel 4 intrekken of wijzigen van de ontheffing

Het college kan een ontheffing intrekken of wijzigen indien:

  • a)

    ter verkrijging daarvan onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt;

  • b)

    op grond van een verandering van de omstandigheden of inzichten opgetreden na het verlenen vande ontheffing moet worden aangenomen dat intrekking of wijziging wordt gevorderd door het belangof de belangen ter bescherming waarvan de ontheffing is vereist;

  • c)

    het gebruik van de winkel of de uitoefening van een bedrijf anders dan in een winkel op basis vande ontheffing gevaar oplevert voor de openbare orde, de veiligheid of het woon- en leefklimaat terplaatse;

  • d)

    de aan de ontheffing verbonden voorschriften en beperkingen niet zijn of niet worden nagekomen;

  • e)

    van de ontheffing geen gebruik wordt gemaakt binnen 6 maanden na datum van verlening;

  • f)

    de houder of zijn rechtverkrijgende dit verzoekt.

Artikel 5 zon- en feestdagenregeling

  • 1. De verboden bedoeld in artikel 2 van de wet, eerste lid, onder a en b, gelden niet voorrecreatieterreinen van 06.00 tot 22.00 uur.

  • 2. De verboden, vervat in artikel 2 van de wet, eerste lid onder a en b en tweede lid, gelden nietop zon- en feestdagen tussen 06.00 en 22.00 uur.

  • 3. Het college is bevoegd in bijzondere gevallen te bepalen, dat de in het eerste en tweede lidopgenomen vrijstellingen niet gelden voor één of meer in het desbetreffende collegebesluit aan te wijzen zon- of feestdagen.

Artikel 6 ontheffing zon- en feestdagen voor bijzondere situaties

  • 1. Het college kan ontheffing verlenen van de in artikel 2 van de wet vervatte verboden, voorzover deze betrekking hebben op zon- en feestdagen ten behoeve van:

    • a.

      bijzondere gelegenheden van tijdelijke aard;

    • b.

      het uitstallen van goederen;

    • c.

      tentoonstellingen in kunstateliers en galeries.

  • 2. De in het eerste lid genoemde ontheffing kan worden verleend in geval van: feestelijkheden, bijeenkomsten, veilingen, beurzen, evenementen.

  • 3. De ontheffing kan worden geweigerd indien de woonsituatie of de leefsituatie, de veiligheid of de openbare orde in de omgeving het verkooppunt op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed door de openstelling van het verkooppunt.

Artikel 7 incidentele openstelling op werkdagen na 22:00 en voor 06:00 uur

  • 1. Het college kan op aanvraag ontheffing verlenen van het verbod, bedoeld in artikel 2 lid 1 onder c van de wet,

  • 2. De in het eerste lid genoemde ontheffing kan worden verleend in geval van: feestelijkheden, bijeenkomsten, veilingen, beurzen, speciale (verkoop)acties.

  • 3. De ontheffing kan, onverminderd het bepaalde in het tweede lid, worden geweigerd of ingetrokken indien de woonsituatie of de leefsituatie, de veiligheid of de openbare orde in de omgeving van de winkel op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed door de openstelling van de winkel.

Artikel 8a bepaalde winkels

De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van:

  • a.

    musea;

  • b.

    winkels, waar uitsluitend maaltijden, voor directe consumptie geschikte eetwaren, alcoholvrijedranken en, door middel van een automaat, tabak en tabaksproducten, middelen ter voorkomingvan zwangerschap en damesverband plegen te worden verkocht, onverminderd het bepaalde inartikel 8b;

  • c.

    winkels waar de bedrijfsactiviteit hoofdzakelijk bestaat uit het verhuren van voorbespeeldebeelddragers, mits in die winkel geen andere goederen worden te koop aangeboden of verkochtdan beelddragers, alsmede tijdschriften en catalogi, die betrekking hebben op het te huuraangeboden assortiment.

Artikel 8b kermissen

  • 1. De in artikel 2, tweede lid, van de wet genoemde verboden, gelden niet voor het te koopaanbieden en verkopen van snoepgoed op een terrein waar een kermis wordt gehouden.

  • 2. De in artikel 2, tweede lid, van de wet genoemde verboden, voor zover deze betrekkinghebben op werkdagen, gelden niet voor het te koop aanbieden en verkopen van feestartikelenen speelgoed op een terrein waar een kermis wordt gehouden.

Artikel 8c culturele evenementen

  • 1. De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebbenop de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van gebouwen, waar voorstellingen,uitvoeringen of evenementen van culturele aard plaatsvinden, en waar uitsluitend ofhoofdzakelijk goederen die rechtstreeks verband houden met aldaar te houden voorstellingen,uitvoeringen en evenementen plegen te worden verkocht, vanaf een uur voor de aanvang vande voorstelling, de uitvoering of het evenement tot een uur na afloop daarvan.

  • 2. De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebbenop de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van het ter gelegenheid vanvoorstellingen, uitvoeringen of evenementen van culturele aard te koop aanbieden enverkopen van goederen, die rechtstreeks verband houden met die voorstellingen, uitvoeringenof evenementen, vanaf een uur voor de aanvang van de voorstelling, de uitvoering of hetevenement tot een uur na afloop daarvan.

Artikel 8d sportcomplexen

  • 1. De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van winkels in of op het terrein van sportcomplexen, waar uitsluitend of hoofdzakelijk goederen worden verkocht, die rechtstreeks

    verband houden met de aldaar beoefende sporten, gedurende de openstellingsuren van die sportcomplexen.

  • 2. De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van het in of op het terrein van sportcomplexen te koop aanbieden en verkopen van goederen, die rechtstreeks verband houden met de aldaar beoefende sporten, gedurende de openstellingsuren van die sportcomplexen.

Artikel 8e zorginstellingen

  • 1. De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebbenop de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van winkels in of op het terrein vanzorginstellingen, waar uitsluitend of hoofdzakelijk eet- en drinkwaren, prentbriefkaarten,nieuwsbladen en tijdschriften alsmede bloemen en planten plegen te worden verkocht.

  • 2. De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebbenop de zondag en de feestdagen, gelden in of op het terrein van zorginstellingen niet tenaanzien van het te koop aanbieden en verkopen van eet- en drinkwaren, prentbriefkaarten,nieuwsbladen en tijdschriften alsmede bloemen en planten.

Artikel 9 toezicht

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de door het college aangewezen ambtenaren.

Artikel 10 inwerkingtreding en citeertitel

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van haar bekendmaking en kan worden aangehaald als “Winkeltijdenverordening Loon op Zand 2016".

Op deze dag vervalt de Winkeltijdenverordening Loon op Zand 2013.

Bijlage 1 toelichting winkeltijdenverordening

Algemeen

De Winkeltijdenverordening is gebaseerd op de Winkeltijdenwet (hierna: de wet). De hoofdlijnen vandeze wet zijn:

  • Het is verboden een winkel voor het publiek geopend te hebben

    Op zondag.

    Op Nieuwjaarsdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag en eerste en tweede Kerstdag.

    Op Goede Vrijdag, 4 mei en 24 december na 19.00 uur.

    Op werkdagen (maandag t/m zaterdag) voor 06.00 en na 22.00 uur.

    Gemeenten mogen buiten deze uren geen beperkingen opleggen aan de openstelling van winkels.

  • De gemeenteraad kan bij verordening vrijstelling verlenen van bovengenoemde verboden.

Artikel 1 begripsbepalingen

Voor de omschrijving van het begrip feestdagen is aansluiting gezocht bij artikel 2 van de wet. Koningsdag is in de wet niet aangemerkt als een feestdag. De wet noemt eerste Paasdag, eerste Pinksterdag niet omdat deze altijd op zondag vallen.

Artikel 2 beslistermijn

In de praktijk worden verzoeken per omgaande beantwoord (binnen twee weken). Bij verzoeken die gevolgen kunnen hebben voor de openbare orde, de veiligheid of het woon- en leefklimaat ter plaatse van de winkel kan het nodig zijn advies van bijvoorbeeld de politie in te winnen. In die gevallen zal een beslissing langer op zich kunnen laten wachten.

Artikel 3 overdracht van de ontheffing

De bepaling bindt de overdracht van de ontheffing aan de toestemming van het college. Deze tussenkomst geeft het college de gelegenheid om inzicht te krijgen in de handel en wandel van de opvolger.

Artikel 4 intrekken of wijzigen van de ontheffing

In de Algemene wet bestuursrecht (Awb) is niet aangegeven in welke situaties een besluit ingetrokken kan worden. Dit moet dan ook in de verordening worden bepaald. Op het besluit tot intrekking van een ontheffing is de Awb van toepassing (bezwaar- en beroep mogelijkheden).

Artikel 5 zon- en feestdagenregeling

Op grond van het bepaalde in lid 1 wordt vrijstelling verleend aan winkels op recreatieterreinen. De winkels mogen alle dagen geopend zijn van 06.00 tot 22.00 uur.

Op grond van het bepaalde in lid 2 is het verboden om anders dan op genoemde dagen en tijden goederen te koop aan te bieden of te verkopen aan en in rechtstreekse aanraking met particulieren. Het verschil met de recreatieterreinen is dat op recreatieterreinen de vrijstelling alleen voor winkels geldt. Buiten recreatiebedrijven worden ook nog evenementen georganiseerd. Om voor een evenement binnen de genoemde tijden geen ontheffing te verlenen is lid 2 breder getrokken.

In de verordening blijft wel een mogelijkheid om buiten genoemde tijden een ontheffing voor evenementen te verlenen. Dit is bepaald in artikel 6.

De wet geeft aan dat de gemeente bevoegd is om bij verordening af te wijken van het verbod op winkelopenstelling van 06.00 tot 22.00 uur.

Van deze uitzondering wordt gebruik gemaakt door in de verordening op te nemen dat de winkels op alle dagen van de week tussen 06.00 en 22.00 uur geopend mogen zijn.

Op grond van het bepaalde in lid 3 kan het college van burgemeester en wethouders verbieden om op een beperkt aantal zon- of feestdagen de winkels te openen. Het college streeft ernaar dit minimaal 6 weken voor de betreffende zon- of feestdag bekend te maken.

Artikel 6 ontheffing zon - en feestdagenregeling voor afzonderlijke situaties

Enerzijds gaat het in dit artikel over bijzondere gelegenheden van tijdelijke aard, anderzijds gaat het over het uitstallen van goederen. In lid 2 van dit artikel worden de bijzondere gelegenheden nader gedefinieerd. Van dit artikel kan in bijzondere situaties gebruik worden gemaakt indien er reden is om op een van de in artikel 5 aangegeven feestdagen of vastgestelde openingstijden af te wijken. Bij het verkrijgen van een ontheffing zal moeten worden aangetoond dat de gelegenheid die als reden voor de aanvraag dient van bijzondere aard is. Deze bijzondere gelegenheden van tijdelijke aard zullen moeten afwijken van de reguliere activiteiten die in de winkel, het winkelcentrum of het verkooppunt (zoals een vaste standplaats of marktkraam) plaatsvinden om voor ontheffing in aanmerking te komen. Hierbij kan worden gedacht aan activiteiten die, onafhankelijk van de openstelling, zelfstandig publiek trekken. Zo is de ontheffingsmogelijkheid voor evenementen met name bedoeld voor de situatie waarin in het betreffende gebied een groot publiek aantrekkend evenement plaats vindt. De hierdoor gegenereerde bezoekersstroom kan voor de in het gebied gevestigde ondernemers aanleiding vormen een aanvraag in te dienen om geopend te mogen zijn. Het is niet de bedoeling ontheffing te verlenen voor een evenement dat uitsluitend ten doel heeft de openstelling van de winkels of verkooppunten mogelijk te maken. Naast deze ontheffingsmogelijkheid is er de mogelijkheid ontheffing te verlenen ten behoeve van specifieke winkels, verkooppunten of winkelcentra bijvoorbeeld in geval het gaat om een bestaansjubileum of een heropening.

Artikel 7 incidentele openstelling na 22:00 en voor 06:oo uur

Artikel 7 van de wet geeft de mogelijkheid de openingstijden op werkdagen na 22.00 en voor 06.00 uur te reguleren.

Bij een ontheffing voor een incidentele openstelling zal moeten worden aangetoond dat de gelegenheid die als reden voor de aanvraag dient van bijzondere aard is.

In dit artikel is een ontheffingsmogelijkheid opgenomen voor bijzondere verkoopacties na 22.00u en voor 06.00u. Hierbij kan worden gedacht aan ontheffingen ten behoeve van openstelling van winkels bij bijvoorbeeld een evenement of een wereldwijde uitgave van een boek of game of daarmee vergelijkbare acties.

Bij het verlenen van de ontheffing zal tevens een beoordeling plaatsvinden of de woonsituatie of leefsituatie, de veiligheid of de openbare orde in de omgeving van de winkel op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed door de openstelling van de winkel. Het voorstel leggen we voor aan de medewerkers belast met veiligheid en handhaving als ontheffing samenvalt met evenementen.

Artikel 8 algemeen

Met de wijziging van de Winkeltijdenwet zijn substantieel aantal bepalingen uit het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet van rechtswege vervallen. Het gaat onder meer vrijstellingen voor snackbars, ijscomannen, (bloemen)winkels bij begraafplaatsen en in bejaardenoorden, evenals openstellingen bij bijzondere gelegenheden van religieuze aard.

Zo zijn er geen aanvullende regels meer nodig voor openstelling ten behoeve van de verkoop van bloemen nabij begraafplaatsen en tijdens Allerzielen en Allerheiligen, voor openstelling anders dan voor verkoop (bv. toetreding van een lunchroom via een winkel of fietsverhuur) en voor openstelling van feestartikelenwinkels tijdens carnaval.

Artikel 8b kermissen

De verkopers van voor directe consumptie geschikte eetwaren vielen voor de wijziging van de winkeltijdenwet onder de vrijstelling van artikel 12 van het Vrijstellingenbesluit, in de huidige verordening is dit geregeld in artikel 8a. De verkoop van snoepgoed (zuurstokken, kaneelstokken enz. enz.) vallen hier niet onder. Daarom wordt kermisexploitanten conform het eerste lid toegestaan snoepgoed tot sluitingstijd aan de man te mogen brengen.

Het tweede lid van dit artikel biedt de mogelijkheid aan kermisexploitanten die feestartikelen en speelgoed verkopen dit ook te kunnen doen op werkdagen na 22.00 uur tot sluitingstijd van de kermis.

Artikel 9 toezicht

Deze bepaling maakt het mogelijk dat het college ambtenaren aanwijst, die toezicht houden op naleving van de verordening. Te denken is aan ambtenaren van de afdeling Handhaving. Daarnaast is op grond van het Wetboek van Strafvordering de Politie al bevoegd op te treden tegen wetsovertredingen en overtredingen van de op de wet gebaseerde verordening.

Artikel 10 inwerkingtreding

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Loon op Zand van 19 mei 2016.