Regeling vervallen per 01-01-2020

Mandaat-, volmacht- en machtigingsbesluit maatschappelijke opvang en beschermd wonen 2017 gemeente Amstelveen

Geldend van 19-07-2017 t/m 31-12-2019 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2017

Intitulé

Mandaat-, volmacht- en machtigingsbesluit maatschappelijke opvang en beschermd wonen 2017 gemeente Amstelveen

Z-2017/030446

Het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente Amstelveen, ieder voor zover het zijn bevoegdheden betreft:

overwegende dat:

  • op 1 januari 2015 de nieuwe Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (hierna: de Wet) in werking is getreden, welke gemeenten opdracht geeft om zorg te dragen voor maatschappelijke ondersteuning, waaronder onder meer het bieden van maatschappelijke opvang en beschermd wonen wordt verstaan;

  • de Wet voor het bieden van maatschappelijke opvang en beschermd wonen geen formeel onderscheid meer kent tussen centrumgemeenten en regiogemeenten;

  • voor maatschappelijke opvang en beschermd wonen tussen het Rijk en de VNG is afgesproken om de in 2014 bestaande materiele situatie, dus de constructie met de centrumgemeenten, voorlopig te handhaven;

  • over de periode 2015-2016 de gemeente Amsterdam de uitvoering van de Wet voor de onderdelen maatschappelijke opvang en beschermd wonen heeft uitgevoerd voor de gemeenten Diemen, Uithoorn, Ouder-Amstel, Aalsmeer en Amstelveen (hierna gezamenlijk te noemen: regiogemeenten);

  • het wenselijk is dat deze constructie wordt voortgezet voor een periode van minimaal 3 jaar, ingaande 1 januari 2017, in verband met de te verwachten verdergaande decentralisatie van beschermd wonen met ingang van 2020;

  • de gemeente Amstelveen eindverantwoordelijk is voor het leveren van maatschappelijke opvang en beschermd wonen aan hen die zich bij de gemeente melden en voor een voorziening in aanmerking komen;

  • het voor het kunnen afleggen van deze eindverantwoording door het college nodig is dat beleidsmatig en cijfermatig wordt vastgelegd hoe de Wet en onderliggende regelgeving door de gemeente Amsterdam wordt uitgevoerd namens de gemeente Amstelveen;

  • door de gemeente Amsterdam en de regiogemeenten een gezamenlijk Koersbesluit Maatschappelijke Opvang en Beschermd Wonen 2016-2020 is opgesteld;

  • de Verordening maatschappelijke ondersteuning 2015 van de gemeente Amsterdam en onderliggende regelingen, inclusief wijzigingen, door de regiogemeenten worden gehanteerd als beleidsdocumenten voor de uitvoering van maatschappelijke opvang en beschermd wonen, zoals op hoofdlijnen beschreven in dit Koersbesluit;

  • de voor de gemeente Amstelveen bestemde middelen voor de uitvoering van maatschappelijke opvang en beschermd wonen door het Rijk worden uitgekeerd aan de gemeente Amsterdam;

  • door de gemeente Amsterdam en elk der regiogemeenten is afgesproken dat deze middelen door de gemeente Amsterdam als centrumgemeente worden ingezet ter uitvoering van hetgeen over eerdergenoemde taakvelden is beschreven in het Koersbesluit Maatschappelijke Opvang en Beschermd Wonen 2016-2020 inclusief onderliggende regelingen;

  • tussen de centrumgemeente Amsterdam en elk der regiogemeenten dienstverleningsovereenkomsten op basis van het Koersbesluit Maatschappelijke Opvang en Beschermd Wonen zijn afgesloten voor de periode 2017-2020;

  • ter uitvoering van deze dienstverleningsovereenkomsten door de gemeente Amsterdam, aan deze gemeente door de colleges van burgemeester en wethouders en de burgemeesters van elk der regiogemeenten mandaat/machtiging/volmacht dient te worden verleend om de gemeente Amsterdam als centrumgemeente, in de persoon van de directeur van de RVE Onderwijs, Jeugd en Zorg, welke afdeling is belast met uitvoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en onderliggende regelingen) bevoegd te maken om namens hen besluiten te nemen/te handelen inzake maatschappelijke opvang en beschermd wonen, zoals beschreven in de dienstverleningsovereenkomsten;

  • de directeur van de RVE Onderwijs, Jeugd en Zorg van de gemeente Amsterdam zich schriftelijk akkoord heeft verklaard met de mandaatverlening;

gelet op afdeling 10.1.1. van de Algemene wet bestuursrecht

artikel 2.32. en verder van de Wet;

besluiten:

  • 1.

    Mandaat, volmacht en machtiging te verlenen, met recht van substitutie en het recht van het verlenen van ondermandaat, -volmacht en -machtiging, aan de directeur van de RVE Onderwijs, Jeugd en Zorg van de gemeente Amsterdam voor de navolgende bevoegdheden ten aanzien van maatschappelijke opvang en beschermd wonen, zoals bedoeld in artikel 1.1.1. van de Wmo 2015:

    • de collegebevoegdheden in het kader van artikel 2.3.2, 2.3.3. en 2.3.4 van de Wet indien er sprake is van een behoefte aan maatschappelijke opvang en/of beschermd wonen (o.a. het ontvangen van meldingen en het doen van onderzoek);

    • de collegebevoegdheid tot het bepalen van de toegang tot een maatwerkvoorziening) ten behoeve van maatschappelijke opvang en/of beschermd wonen, waaronder begrepen het nemen van beslissingen tot (her-)indicatie;

    • de collegebevoegdheden in het kader van artikel 2.3.5 van de Wet ten aanzien van het beslissen op aanvragen om een maatwerkvoorziening ten behoeve van maatschappelijke opvang en beschermd wonen;

    • de collegebevoegdheden in het kader van artikel 2.36. van de Wet ten aanzien van het beslissen op aanvragen om een maatwerkvoorziening ten behoeve van maatschappelijke opvang en beschermd wonen;

    • de collegebevoegdheden in het kader van art. 2.3.8 van de Wet voor zover er sprake is van een beslissing inzake een maatwerkvoorziening of PGB en behoeve van maatschappelijke opvang en beschermd wonen;

    • alle collegebevoegdheden in het kader van de Verordening maatschappelijke ondersteuning Amstelveen voor zover het een maatwerkvoorziening maatschappelijke opvang en/of beschermd wonen betreft;

    • alle collegebevoegdheden met betrekking tot de uitvoering van de Wet openbaarheid van bestuur en de Wet bescherming persoonsgegevens inzake de Wet, het koersbesluit met onderliggende regelingen, de verordening maatschappelijke ondersteuning 2015 van de gemeente Amsterdam en de verordening maatschappelijke ondersteuning Amstelveen, met onderliggende regelingen;

    • de bevoegdheid tot het besluiten tot het voeren van civiele en publiekrechtelijke rechtsgedingen, bezwaarprocedures en/of bestuursrechtelijke/administratieve procedures, inclusief het vertegenwoordigen van de gemeente hierbij alsmede het verrichten van handelingen ter voorbereiding daarop. Rechtsgedingen omvat ook het instellen van een kort geding, de voeging in strafzaken, de instelling van beroep, het verzoek tot schorsing van een aangevochten beslissing of het aanvragen van een voorlopige voorziening, een en ander onder de voorwaarde van voorafgaande informeren en raadpleging van gemeente Amstelveen.

  • 2.

    De mandaten/bevoegdheden zoals hierboven bij (1) beschreven te verlenen onder de voorwaarde dat deze worden uitgeoefend binnen de vastgestelde lokale beleidskaders en lokale financiële kaders.

  • 3.

    Tevens mandaat te verlenen, met recht van substitutie en het recht van ondermandaat, aan de directeur van de RVE Onderwijs, Jeugd en Zorg van de gemeente Amsterdam, tot ondertekening van beslissingen ter uitoefening van voornoemde beslissingsmandaten en overige bevoegdheden in het kader van dit besluit.

  • 4.

    Mandaat te verlenen voor het behandelen van en beslissen op klachten. Voor de afdoening van klachten bij de uitvoering van de dienstverleningsovereenkomst, is de klachtenregeling van de gemeente Amsterdam van toepassing.

  • 5.

    Slotbepalingen

    • Dit besluit treedt in werking op de dag na bekendmaking, heeft terugwerkende kracht tot 1 januari 2017 en geldt voor drie jaar.

    • Dit besluit wordt aangehaald als het mandaatbesluit 2017 maatschappelijke opvang en beschermd wonen gemeente Amstelveen.

Ondertekening

Burgemeester en wethouders van de gemeente Amstelveen.
De secretaris,
drs. H.H. Winthorst
De burgemeester,
drs. M.M. van 't Veld