Uitvoeringsbesluit Afvalstoffenverordening Nieuw-West 2013

1. Als inzameldienst belast met het inzamelen van afvalstoffen als bedoeld in artikel 2, eerste lid van de verordening wordt aangewezen:

De Resultaat Verantwoordelijke Eenheid Afvalinzameling, gevestigd te Amsterdam

2. Als inzamelaar als bedoeld in artikel 2, tweede lid van de verordening worden aangewezen:

De Resultaat Verantwoordelijke Eenheid Afvalinzameling, gevestigd te Amsterdam

De volgende omschrijvingen van categorieën huishoudelijke afvalstoffen worden op grond van artikel 3, derde lid, van de verordening vastgesteld:

1. asbest en asbesthoudend materiaal: afval waarin zich asbest bevindt;

2. bouw- en sloopafval: harde steenachtige materialen zoals puin, gasbeton, dakpannen, serviesgoed, sloophout en isolatiematerialen;

3. elektrische en elektronische apparatuur: de producten zoals genoemd in de Regeling beheer elektrische en elektronische apparatuur;

4. fietswrak; fiets die rijtechnisch in onvoldoende staat van onderhoud verkeert, zich bevindt in een kennelijk verwaarloosde toestand en waarvan de herstelkosten hoger zijn dan de economische waarde van de fiets in de aangetroffen staat;

5. glas:eenmalige glasverpakkingen zoals flessen, potten en andere glazen verpakkingen, met uitzondering van vlakglas, (glas)keramiek, gloei- en spaarlampen, TL-lampen, nagellakflesjes, stenen kruiken, porselein, kristal, spiegels, doppen van flessen, kunststofflessen en kurken;

6. groente-, fruit- en tuinafval: dat deel van de huishoudelijke afvalstoffen dat van organische oorsprong is, beperkt is van omvang en apart wordt ingezameld;

7. grof huishoudelijk afval: volumineus of zwaar huishoudelijk afval dat door afmeting of gewicht niet in een inzamelmiddel of via een inzamelvoorziening ter inzameling kan worden aangeboden, met in begrip van elektrische en elektronische apparatuur, fietswrakken, grof tuinafval en verduurzaamd hout

8. grof tuinafval: plantaardige of organische afvalstoffen door aard, samenstelling of omvang niet vallend onder gft-afval en vrijkomend bij de aanleg, het onderhoud of verwijdering van particulier groen, zoals grof loofafval, snoeihout et cetera, met uitzondering van bielzen, tuinhekken en tuinschuttingen;

9. huishoudelijk restafval: afval afkomstig uit particuliere huishoudens, dat overblijft na scheiding van andere deelstromen genoemd in artikel 3 van de verordening;

10. klein chemisch afval: huishoudelijke afvalstoffen zoals vermeld op de KCA-lijst van het ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu;

11. kunststof verpakkingsafval: eenmalige verpakkingen van kunststof, zoals flessen, flacons, potjes, tubes, tassen, zakken en folies, met uitzondering van verpakkingen van chemisch afval;

12. oud papier en karton: huishoudelijk oud papier en karton dat droog en schoon en niet vervuild is met andere afvalfracties, met uitzondering van drankenkartons voor zuivel en frisdranken, ordners en ringbanden met metaal en/of plastic onderdelen, geplastificeerd papier, sanitair papier, behang, vinyl en doorslagpapier;

13. textiel: kleding, lakens, dekens, handdoeken en dergelijke, schoeisel, grote lappen stof en gordijnen die schoon zijn, niet vervuild met andere afvalfracties en niet eerder gebruikt als bijvoorbeeld poets- of verflappen;

14. verduurzaamd hout: hout dat is geïmpregneerd, te herkennen aan groene of bruine kleur, zoals bielzen of tuinhout.

1. Huishoudelijk restafval wordt ingezameld middels ondergrondse inzamelvoorzieningen voor meerdere huishoudens;

2. In afwijking van het tweede lid, wordt bij de percelen / adressen genoemd in bijlage 1 A huishoudelijk restafval ingezameld door middel van huisvuilzakken;

3. In afwijking van het tweede lid, wordt bij de percelen / adressen genoemd in bijlage 1 B huishoudelijk restafval ingezameld door middel van inzamelmiddelen bestemd voor één huishouden (grijze rolcontainer);

4. In afwijking van het tweede lid, wordt bij de percelen / adressen genoemd in bijlage 1 C huishoudelijk restafval ingezameld door middel van inpandig geplaatste inzamelvoorzieningen voor meerdere huishoudens

1. Huishoudelijk restafval dient in een ondergrondse inzamelvoorziening voor meerdere huishoudens te worden aangeboden;

2. In afwijking van het eerste lid, dienen bewoners van de percelen / adressen genoemd in de bijlage 1 B tot en met 1 D huishoudelijk restafval ter inzameling aan te bieden aan de rand van de openbare weg voor het eigen perceel / adres, of indien van toepassing, op een daartoe aangewezen plaats;

3. In geval de gebruikelijke plek voor het aanbieden van huishoudelijk restafval door wegopbrekingen of wegafzetting niet bereikbaar voor het inzamelvoertuig, dan dient het afval te worden aangeboden op een plek waar dat voertuig wél kan komen. Bijvoorbeeld: de hoek van de straat.

1. De ondergrondse inzamelvoorzieningen voor huishoudelijk restafval zijn iedere dag van 0 tot 24 uur beschikbaar;

2. Bewoners van de percelen / adressen genoemd in bijlage 2 dienen huishoudelijk restafval op de in deze bijlage aangewezen ophaaldag ter inzameling aan te bieden. Het ter inzameling aanbieden van huishoudelijk restafval is toegestaan tussen 21.00 uur op de dag voorafgaande aan de aangewezen ophaaldag en 7.30 uur op de aangewezen ophaaldag.

1. Bij de percelen / adressen genoemd in bijlage 3 wordt groente-, fruit- en tuinafval ingezameld door middel van inzamelmiddelen bestemd voor één huishouden (groene rolcontainer).

2. Bewoners van de percelen / adressen genoemd in bijlage 3 dienen groente-, fruit- en tuinafval ter inzameling aan te bieden aan de rand van de openbare weg voor het perceel / adres, of indien van toepassing, op een daartoe aangewezen plaats.

3. In geval de gebruikelijke plek voor het aanbieden van groente- fruit- en tuinafval door wegopbrekingen of wegafzetting niet bereikbaar voor het inzamelvoertuig, dan dient het afval worden aangeboden op een plek waar dat voertuig wél kan komen. Bijvoorbeeld de hoek van de straat.

4. Bewoners van de percelen / adressen genoemd in bijlage 3 dienen groente-, fruit- en tuinafval op de in deze bijlage aangewezen ophaaldag ter inzameling aan te bieden. Het ter inzameling aanbieden van groente-, fruit- en tuinafval is toegestaan tussen 21.00 uur op de dag voorafgaande aan de aangewezen ophaaldag en 7.30 uur op de aangewezen ophaaldag.

1. Grof huishoudelijk afval kan ter inzameling worden aangeboden bij één van de in artikel 14 van dit besluit aangewezen brengdepots.

2. Grof huishoudelijk afval kan op de in bijlage 4 aangewezen ophaaldag ter inzameling worden aangeboden. Het ter inzameling aanbieden van grof huishoudelijk afval is toegestaan tussen 21.00 uur op de dag voorafgaande aan de aangewezen ophaaldag en 7.30 uur op de aangewezen ophaaldag.

1. Artikel 11 is niet van toepassing op asbest en asbesthoudend materiaal.

2. Asbest en asbesthoudend materiaal kan ter inzameling worden aangeboden bij één van de in artikel 14 van dit besluit aangewezen brengdepots.

1. Artikel 11 is niet van toepassing op bouw- en sloopafval.

2. Bouw- en sloopafval kan ter inzameling worden aangeboden bij één van de in artikel 14 van dit besluit aangewezen brengdepots.

1. Bij het ter inzameling aanbieden dienen huishoudelijke afvalstoffen zodanig te zijn verpakt dat er geen voorwerpen uitsteken waaraan mensen of dieren zich kunnen verwonden.

2. Bij het ter inzameling aanbieden mogen huishoudelijke afvalstoffen ook geen stoffen of objecten bevatten die anderszins een direct gevaar voor mens, dier of omgeving kunnen opleveren.

1. Bij het aanbieden van huishoudelijk afval in vuilniszakken dient gebruik te worden gemaakt van een deugdelijke zak die het gewicht van de inhoud kan dragen.

2. De vuilniszakken dienen gesloten ter inzameling te worden aangeboden.

3. De totale inhoud van de vuilniszak mag niet zwaarder zijn dan 8 kilogram.

Voor het gebruik van de van gemeentewege verstrekte inzamelmiddelen gelden de volgende regels:

1. het beheer van de inzamelmiddelen die in bruikleen zijn verstrekt door of namens de gemeente, berust bij de inzameldienst;

2. de inzameldienst kan de inzamelmiddelen voorzien van een sticker waarop staat vermeld: een barcode, de afvalstroom waarvoor het inzamelmiddel is bestemd, het volume, een postcode, een plaatsnaam, een straatnaam of een huisnummer;

3. de door of namens de gemeente verstrekte inzamelmiddelen behoren bij de woning;

4. de gebruiker van een woning dient zich tot het stadsdeel te wenden als bij een verhuizing naar de woning geen of een kapot inzamelmiddel wordt aangetroffen en tevens bij verdwijning, vermissing of beschadiging van een inzamelmiddel;

5. de inzamelmiddelen blijven eigendom van de verstrekker en worden bij normale slijtage voor haar rekening onderhouden;

6. de gebruiker is verantwoordelijk voor het gebruik en het onderhoud van de in bruikleen ontvangen inzamelmiddelen;

7. de gebruiker dient de inzamelmiddelen en inzamelvoorzieningen zodanig te gebruiken dat deze geen overlast voor derden veroorzaken;

1. De houder van een inzamelmiddel dient er voor te zorgen dat het inzamelmiddel (rolcontainer) zo snel mogelijk na lediging op de dag van de inzameling van de weg wordt verwijderd.

2. De houder van een inzamelmiddel voor meerdere huishoudens (inpandige container) dient er voor te zorgen dat het inzamelmiddel zo snel mogelijk na lediging van de weg wordt verwijderd.

1. Huishoudelijk afval dient op zodanige wijze in een inzamelvoorziening te worden gedeponeerd dat geen afvalstoffen buiten de inzamelvoorziening achterblijven.

2. De inzamelvoorziening dient na het deponeren van de afvalstoffen goed gesloten te worden.

3. Het is verboden tussen 21.00 uur ‘s avonds en 7.00 uur 's morgens glas in de glasbak te deponeren.

1. Grof huishoudelijk afval mag zonder inzamelmiddel, maar wel in afzonderlijke fracties (met name elektrische en elektronische apparatuur) aan de inzamelaar worden overgedragen.

2. Grof huishoudelijk afval dient zoveel mogelijk in één of meer bundels met een maximale lengte van 2 meter samengedrukt en/of samengebonden aan de inzamelaar te worden overgedragen.

1. Grof huishoudelijk afval dient op de daartoe aangewezen plaats aan de inzamelaar te worden overgedragen.

2. In afwijking van het eerste lid dienen bewoners van de percelen / adressen, genoemd in bijlage 4, grof huishoudelijk afval aan de rand van de openbare weg voor het eigen perceel, zo dicht mogelijk langs de rijroute van het inzamelvoertuig aan de inzamelaar te worden overgedragen. Deze plaatsing dient zodanig te geschieden dat het verkeer, voetgangers daaronder begrepen, zo min mogelijk hinder daarvan ondervindt.

3. Grof huishoudelijk afval dient zodanig aan de inzamelaar te worden overgedragen dat er geen voorwerpen uitsteken waaraan mensen of dieren zich kunnen verwonden.

4. Bij het aan de inzamelaar overdragen mag grof huishoudelijk afval ook geen stoffen of objecten bevatten die anderszins een direct gevaar voor mens, dier of omgeving kunnen opleveren.

5. Het is verboden grof huishoudelijk afval in de directe omgeving van een inzamelvoorziening te plaatsen.

1. . Bedrijfsafvalstoffen die op grond van het vorige artikel zijn aangewezen mogen, als ze gelijktijdig met huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling worden aangeboden, uitsluitend op de in paragraaf 1 en 2 aangegeven dagen, tijden, plaatsen en wijzen worden aangeboden of overgedragen.

2. Het is verboden meer dan 400 liter per week van de in het eerste lid bedoelde bedrijfsafvalstoffen ter inzameling aan te bieden.

3. Het is verboden de in het eerste lid bedoelde bedrijfsafvalstoffen ter inzameling aan te bieden of achter te laten als de afvalstoffen niet afkomstig zijn van een bedrijfsvestiging die is gelegen in het stadsdeel Nieuw-West.

1. Het ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen dient plaats te vinden vanuit de inrichting of vanaf het bedrijfsterrein, op dusdanige wijze dat de inzamelmiddelen en/of vuilniszakken nimmer onbeheerd aan de openbare weg staan.

2. Als voor het ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen gebruik wordt gemaakt van (rol)containers dienen deze, niet zichtbaar vanaf de openbare weg, binnen het bedrijfsgebouw of terrein van de aanbieder te blijven, behalve tijdens het aanbieden aan de inzamelaar.

3. De (rol)containers dienen op zodanige wijze aan de weg te zijn geplaatst dat het verkeer, voetgangers daaronder begrepen, daarvan zo min mogelijk hinder ondervindt en moeten na lediging onmiddellijk van de openbare weg worden verwijderd.

1. Het materieel voor het inzamelen en vervoeren van de afvalstoffen dient in goede staat te verkeren en zodanig te zijn ingericht en afgedekt dat geen verontreiniging van de omgeving kan plaatsvinden tijdens het inzamelen, laden, lossen of vervoeren.

2. Het materieel dient zodanig te zijn uitgevoerd en onderhouden dat geluidshinder zoveel mogelijk wordt beperkt.