Verordening cliëntenparticipatie Participatiewet Maastricht-Heuvelland 2017 e.v.

Geldend van 01-07-2017 t/m heden

Intitulé

Verordening cliëntenparticipatie Participatiewet Maastricht-Heuvelland 2017 e.v.

Verordening cliëntenparticipatie Participatiewet Maastricht-Heuvelland 2017 e.v.

  • Ø

    Overwegende dat op grond van artikel 47 van de Participatiewet de gemeenteraad bij verordening regels stelt over de wijze waarop de personen bedoeld in artikel 7, eerste lid, of hun vertegenwoordigers worden betrokken bij de uitvoering van deze wet;

  • Ø

    Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders, hierna te noemen het College,

Besluiten de Raden van de gemeenten Eijsden-Margraten, Gulpen-Wittem, Maastricht, Meerssen, Vaals en Valkenburg a/d Geul de Verordening cliëntenparticipatie Participatiewet Maastricht-Heuvelland 2017 e.v. vast te stellen.

Artikel 1. Doelstelling en vertegenwoordiging

  • 1. Met deze verordening wordt uitvoering gegeven aan het bepaalde omtrent de cliëntenparticipatie in artikel 47, eerste lid, van de Participatiewet.

  • 2. De Cliëntenraad Participatiewet Maastricht-Heuvelland (hierna: CPMH) behartigt de collectieve belangen van de personen genoemd in artikel 7, eerste lid, van de Participatiewet.

Artikel 2. Taken en bevoegdheden

  • 1. De CPMH heeft de bevoegdheid gevraagd en ongevraagd advies uit te brengen aan de gemeente(n) met betrekking tot uitvoering en beleid van de Participatiewet.

  • 2. De CPMH is niet bevoegd te adviseren naar aanleiding van:

    • a.

      klachten, bezwaarschriften en andere zaken die op individuele cliënten betrekking hebben, met uitzondering van de hierbij gehanteerde procedures en regelingen;

    • b.

      verplichte uitvoering door de gemeentelijke organen van wettelijke voorschriften, voor zover bij deze uitvoering geen ruimte voor eigen gemeentelijk beleid aanwezig is.

  • 3. De CPMH dient via periodieke cliëntenspreekuren contact te onderhouden met de personen als bedoeld in artikel 1 lid 2 van deze verordening.

Artikel 3. Samenstelling en zittingsduur

  • 1. Het maximale aantal leden (exclusief voorzitter) van de CPMH bedraagt twaalf, waarvan zes leden woonachtig zijn in Maastricht en de andere zes leden woonachtig zijn in de vijf Heuvellandgemeenten. Alle leden van de CPMH dienen te behoren tot de gemeentelijke doelgroep van de Participatiewet.

  • 2. De CPMH kiest zelf een voorzitter, waarbij ondersteuning geboden kan worden door de gemeente(n). De voorzitter hoeft niet tot de gemeentelijke doelgroep van de Participatiewet te behoren.

  • 3. De maximale zittingsduur van voorzitter en leden van de CPMH bedraagt vier jaar. Deze termijn kan worden verlengd met ten hoogste vier jaar. In geval van dringende redenen kan hier van worden afgeweken.

  • 4. De zittingsduur van leden van de CPMH eindigt tussentijds wanneer ze niet meer tot de gemeentelijke doelgroep van de Participatiewet behoren. Om praktische redenen stop het lidmaatschap dan één maand nadat het lid van de CPMH niet meer tot de doelgroep behoord.

Artikel 4. Periodiek overleg

  • 1. De voorzitter en leden van de CPMH voeren minimaal vier keer per jaar ambtelijk overleg met de gemeente(n) over de uitvoering van de Participatiewet alsook over strategische en tactische beleidszaken in dat kader.

  • 2. Het overleg over strategische en tactische beleidszaken kan in voorkomende gevallen ook plaatsvinden binnen de regionale inspraakpanels, die in het leven zijn geroepen met het oog op de doorontwikkeling van het beleid sociaal domein Maastricht-Heuvelland. Vertegenwoordigers van andere adviesraden en cliëntenorganisaties kunnen in die panels mede advies uitbrengen.

  • 3. De voorzitter en een lid van de CPMH voeren één keer per jaar en voorts op verzoek bestuurlijk overleg met de verantwoordelijk portefeuillehouder(s) sociale zekerheid over de uitvoering van de Participatiewet alsook over strategische en tactische beleidszaken in dat kader. Dit overleg vindt, afhankelijk van de bespreekpunten, plaats in het Portefeuillehoudersoverleg Sociale Zaken Maastricht Heuvelland (uitvoering) dan wel het Portefeuillehoudersoverleg Sociaal Domein Maastricht-Heuvelland (beleid).

  • 4. Voorzitter en leden van de CPMH kunnen zowel gevraagd als ongevraagd onderwerpen aandragen voor de agenda van het betreffende overleg.

Artikel 5. Ambtelijke ondersteuning

  • 1. De CPMH krijgt ondersteuning van een ambtelijk secretaris, welke geen lid is van de CPMH.

  • 2. De ambtelijk secretaris coördineert de contacten tussen de CPMH en de gemeente(n) en zorgt ervoor dat de CPMH tijdig de benodigde informatie ontvangt, zodat een adequate deelname aan de in artikel 4 vermelde overleggen voldoende gewaarborgd is.

Artikel 6. Subsidie

  • 1. Door de gemeente(n) worden financiële middelen beschikbaar gesteld ten behoeve van de werkzaamheden van de CPMH.

  • 2. De middelen worden voor de zes Maastricht-Heuvellandgemeenten jaarlijks via Maastricht als centrumgemeente verstrekt, in de vorm van een subsidie en onder toepassing van de vigerende Algemene Subsidieverordening van de gemeente Maastricht.

  • 3. Ten behoeve van de subsidieverkrijging zal de CPMH jaarlijks een begroting moeten overleggen. Aan de hand daarvan kan worden bepaald welke activiteiten / kosten (deels) voor subsidie in aanmerking komen. Door de gemeente(n) kunnen aan de subsidieverlening nadere voorwaarden worden verbonden, waar de CPMH bij het aanwenden van de subsidie rekening mee dient te houden. Definitieve vaststelling van de subsidie vindt plaats na tijdige ontvangst van de jaarrekening.

Artikel 7. Nadere regelgeving en huishoudelijk reglement

  • 1. Het College is bevoegd, met de mogelijkheid van ondermandaat, nadere regels te stellen aangaande de bepalingen genoemd in deze verordening.

  • 2. De CPMH kan een huishoudelijk reglement vaststellen in aanvulling op deze verordening. Het huishoudelijk reglement mag geen bepalingen bevatten die in strijd zijn met deze verordening.

Artikel 8. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op 1 juli 2017.

  • 2.

    Deze verordening kan worden aangehaald als Verordening cliëntenparticipatie Participatiewet Maastricht-Heuvelland 2017 e.v.

Aldus besloten door:

de Raad van de gemeente Eijsden-Margraten in de openbare vergadering van 6 juni 2017

de griffier, de voorzitter,

mr. G.A.J.T. Verbeet D.A.M. Akkermans

de Raad van de gemeente Gulpen-Wittem in de openbare vergadering van 29 juni 2017

de griffier, de voorzitter,

A.F.M. Askamp (waarnemend) ing. N.H.C. Ramaekers-Rutjens

de Raad van de gemeente Maastricht in de openbare vergadering van 16 mei 2017

de griffier, de voorzitter,

J.L.L. Goossens J.M. Penn-te Strake

de Raad van de gemeente Meerssen in de openbare vergadering van 8 juni 2017

de griffier, de voorzitter,

Mr. Y.R.G. Dreessen M.A.H. Clermonts-Aretz

de Raad van de gemeente Vaals in de openbare vergadering van 29 mei 2017

de griffier, de voorzitter,

mr. B.G.P. Hoevenagel drs. R.L.T. van Loo

de Raad van de gemeente Valkenburg aan de Geul in de openbare vergadering van 29 mei 2017

de griffier, de voorzitter,

mr. J.W.L. Pluijmen dr. J.J. Schrijen (waarnemend)

TOELICHTING

ALGEMEEN

Artikel 47 van de Participatiewet verplicht gemeente(n) bij verordening regels te stellen over de wijze waarop personen of hun vertegenwoordigers worden betrokken bij de uitvoering van deze wet, waarbij in ieder geval wordt geregeld de wijze waarop deze personen of hun vertegenwoordigers:

  • -

    vroegtijdig in staat worden gesteld gevraagd en ongevraagd advies uit te brengen bij de besluitvorming over verordeningen en beleidsvoorstellen;

  • -

    worden voorzien van ondersteuning om hun rol effectief te kunnen vervullen;

  • -

    deel te kunnen nemen aan periodiek overleg;

  • -

    onderwerpen voor de agenda van dit overleg kunnen aanmelden;

  • -

    worden voorzien van de voor een adequate deelname aan het overleg benodigde informatie.

ARTIKELGEWIJS

Artikel 1. Doelstelling en vertegenwoordiging

Met ingang van 2017 is sprake van een regionale cliëntenraad voor de Participatiewet. De Raad voor Uitkeringsgerechtigden Maastricht en de Cliëntenraad Mergelland gaan daartoe op in de nieuwe Cliëntenraad Participatiewet Maastricht-Heuvelland (hierna: CPMH). Deze nieuwe raad vertegenwoordigt de gemeentelijke doelgroep voor alle zes Maastricht-Heuvellandgemeenten (Eijsden-Margraten, Gulpen-Wittem, Maastricht, Meerssen, Vaals en Valkenburg aan de Geul) zoals genoemd in artikel 7, eerste lid van de Participatiewet. De doelgroep is daarmee behoorlijk ruim. Het gaat dan om alle inwoners die aanspraak (kunnen) maken op ondersteuning door de gemeente ingevolge de Participatiewet.

Artikel 2. Taken en bevoegdheden

De advisering door de CPMH aan de gemeente(n) kan plaatsvinden in de reguliere overleggen zoals aangegeven in de verordening, maar kan ook onderdeel uitmaken van de overleggen die in het kader van de doorontwikkeling van het regionaal beleid sociaal domein worden georganiseerd.

Indien het besluitvormingstraject dat verlangt, kan een beleidsstuk ook in een tussentijds overleg met de CPMH worden besproken. Het document moet dan wel tijdig bij de CPMH worden aangeleverd.

De CPMH heeft geen adviseringsbevoegdheid daar waar bijvoorbeeld een bepaalde rechtsgang of procedure open staat, zoals bij bezwaar op een beschikking of bij een klacht. Hiermee wordt voorkomen dat formele trajecten doorkruist worden.

Het voeren van een cliëntenspreekuur is van groot belang, omdat daarmee vanuit de CPMH voortdurend voeling wordt gehouden met de achterban. Op die manier kan de CPMH signalen ontvangen over de dienstverlening en zich ook een beeld vormen van de effecten van bepaalde beleidsvoorstellen in de uitvoering. De CPMH kan de doelgroep informeren, verwijzen en indien nodig ondersteunen bij het doen van aanvragen. De spreekuren moeten een bepaalde periodiciteit kennen.

Artikel 3. Samenstelling en zittingsduur

Omdat het van belang geacht wordt dat de cliëntenparticipatie Participatiewet wordt vormgegeven met ervaringsdeskundigen, is een voorwaarde dat alle leden van de CPMH behoren tot de gemeentelijke doelgroep van de Participatiewet.

Ondanks de maximale zittingsduur van acht jaar, kan het bijvoorbeeld voorkomen dat nieuwe instroom zich niet of onvoldoende aandient. In een dergelijke situatie kan van de maximale termijn worden afgeweken.

Artikel 4. Periodiek overleg

Het ambtelijk overleg is enerzijds bedoeld om informatie uit te wisselen over de uitvoering van de Participatiewet, waarbij dan in het bijzonder kan worden gekeken naar eventuele knelpunten in die uitvoering en het bieden van oplossingen daarvoor. Anderzijds heeft het ambtelijk overleg tot doel beleidsontwikkelingen onder de aandacht van de CPMH te brengen. Het overleg kan dan ook gebruikt worden om de CPMH mondeling dan wel schriftelijk te laten reageren op geagendeerde beleidsstukken.

Het ambtelijk overleg over de gezamenlijke uitvoering van de Participatiewet door Sociale Zaken Maastricht Heuvelland vindt plaats met het management van de uitvoeringsorganisatie. Het ambtelijk overleg over de beleidsaspecten vindt plaats met een vertegenwoordigend beleidsmedewerker van de samenwerkende gemeenten. Zo mogelijk vinden deze overleggen uiteraard in gezamenlijkheid plaats.

Artikel 5. Ambtelijke ondersteuning

De ambtelijke ondersteuning is hoofdzakelijk secretarieel en coördinerend van aard en wordt geboden door de gemeente(n).

Artikel 6. Subsidie

De CPMH ontvangt jaarlijks een subsidie voor de te verrichten taken, voor het bekostigen van huisvesting, kantoormiddelen etc. Alle zes Maastricht-Heuvellandgemeenten leveren daartoe een financiële bijdrage. Maastricht zal die bijdragen bundelen en als centrumgemeente een jaarlijkse subsidie verstrekken conform de vigerende subsidieverordening. Daarbij wordt het uitgangspunt gehanteerd dat de kosten van de nieuwe cliëntenraad niet meer mogen bedragen dan de kosten in de oude situatie (RvU en CRM).