Regeling vervallen per 28-06-2017

Financiële verordening van de gemeente Lochem 2017

Geldend van 28-06-2017 t/m 31-12-2023

Intitulé

Financiële verordening van de gemeente Lochem 2017

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1. Begripsbepaling

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • -

    afdeling: iedere organisatorische eenheid binnen de gemeentelijke organisatie met een eigen rechtstreekse verantwoordelijkheid aan de directie;

  • -

    inkomsten: totaal van de baten voor onttrekking reserves;

  • -

    netto schuld: bruto schuld minus de omvang van de geldelijke bezittingen die niet zijn ingezet voor de publieke taak. Onder bruto schuld wordt verstaan het totaal van langlopende leningen, kortlopende schulden, crediteuren en overlopende passiva. Onder geldelijke bezittingen die niet zijn ingezet voor de publieke taak wordt verstaan het totaal van langlopende uitzettingen, vorderingen, liquide middelen en overlopende activa;

  • -

    overheidsbedrijf: onderneming met privaatrechtelijke rechtspersoonlijkheid, niet zijnde een personenvennootschap met rechtspersoonlijkheid, waarin een publiekrechtelijke rechtspersoon, al dan niet tezamen met een of meer andere publiekrechtelijke rechtspersonen, in staat is het beleid te bepalen of een onderneming in de vorm van een personenvennootschap, waarin een publiekrechtelijke rechtspersoon deelneemt;

  • -

    programma-item: onderdeel van een programma bestaande uit een samenstel van een aantal samenhangende producten of een enkel product van de productenraming en productenrealisatie.

Hoofdstuk 2. Begroting en verantwoording

Artikel 2. Programma-indeling

  • 1.

    De raad stelt bij de aanvang van de nieuwe raadsperiode een programma-indeling vast.

  • 2.

    De raad stelt bij aanvang van iedere raadsperiode op voorstel van het college de taakvelden per programma vast.

  • 3.

    De raad stelt op voorstel van het college per programma de beleidsindicatoren vast. Het voorstel van het college bevat ten minste de verplichte beleidsindicatoren, bedoeld in artikel 25, tweede lid, onder a, van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten.

  • 4.

    Het college draagt zorg voor het verzamelen en vastleggen van gegevens over de geleverde prestaties en de maatschappelijke effecten, opdat de doelmatigheid en doeltreffendheid van het beleid zoals vastgesteld door de raad, kunnen worden getoetst.

  • 5.

    De raad stelt bij aanvang van iedere raadsperiode vast over welke onderwerpen hij in extra paragrafen naast de verplichte paragrafen in de begroting en rekening kaders wil stellen en wil worden geïnformeerd.

Artikel 3. Inrichting begroting en jaarstukken

  • 1.

    Bij de begroting en de jaarstukken worden de programma’s, het overzicht van algemene dekkingsmiddelen en het overzicht van de overhead de lasten en baten per taakveld weergegeven.

  • 2.

    Bij de uiteenzetting van de financiële positie in de begroting wordt van de nieuwe investeringen per investering het benodigde investeringskrediet weergegeven.

  • 3.

    In de jaarrekening wordt van de investeringen en meerjarige projecten de uitputting van de geautoriseerde investeringskredieten weergegeven.

Artikel 4. Kadernota

  • 1.

    Het college biedt jaarlijks aan de raad een kadernota ter vaststelling van het beleid en de financiële kaders voor het volgende begrotingsjaar en de drie opvolgende jaren.

  • 2.

    De uiterste datum van aanbieding van deze kadernota door het college en het moment van vaststelling door de raad worden jaarlijks vastgesteld in de planning van de Planning & Control (P&C) cyclus.

Artikel 5. Autorisatie begroting en investeringskredieten

  • 1.

    De raad autoriseert met het vaststellen van de begroting de baten en de lasten per programma.

  • 2.

    Bij de begrotingsbehandeling autoriseert de raad nieuwe investeringen middels een zwart blokje in het investeringsplan. De overige nieuwe investeringen worden op een later tijdstip met een apart voorstel voor autorisatie aan de raad voorgelegd.

  • 3.

    Het college informeert de raad als ze verwacht dat de lasten de geautoriseerde lasten of de investeringsuitgaven de geautoriseerde investeringskredieten dreigen te overschrijden of de baten de geautoriseerde baten dreigen te onderschrijden. Dit kan door middel van een afzonderlijk voorstel, of bij de behandeling van de tussenrapportages. Hiermee doet het college de raad een voorstel voor het wijzigen van de geautoriseerde budgetten en de investeringskredieten en eventueel het bijstellen van het beleid.

  • 4.

    Voor een investering waarvan het investeringskrediet niet met het vaststellen van de begroting is geautoriseerd, legt het college vooraf aan het aangaan van verplichtingen een investeringsvoorstel met een voorstel voor het vaststellen van een investeringskrediet aan de raad voor.

Artikel 6. Tussentijdse rapportage en informatie

  • 1.

    Het college informeert de raad minimaal één maal per jaar door middel van een tussentijdse rapportage, de bestuursrapportage, over de realisatie van de begroting van de gemeente van het lopende boekjaar.

  • 2.

    De bestuursrapportage wordt aan de raad aangeboden op het tijdstip als jaarlijks vastgesteld in de bestuurlijke planning.

  • 3.

    De inrichting van de bestuursrapportage sluit aan bij de programma-indeling van de begroting.

  • 4.

    De rapportage gaat in op afwijkingen, zowel wat betreft baten als lasten, de activiteiten en indien daar aanleiding voor is op de maatschappelijke effecten alsmede op nieuwe beleidsmatige ontwikkelingen.

  • 5.

    Het college besluit niet voor zover het betreft niet bij begroting vastgestelde afzonderlijke verplichtingen over:

    • a.

      de aan- en verkoop van goederen, werken en diensten groter dan € 100.000;

    • b.

      het verstrekken van leningen, waarborgen en garanties groter dan € 100.000; en

    • c.

      het verstrekken van kapitaal aan instellingen en ondernemingen groter dan € 100.000, dan nadat de raad is geïnformeerd over het voornemen en hiertoe in de gelegenheid is gesteld zijn wensen en bedenkingen ter kennis van het college te brengen.

Artikel 7. EMU-saldo

Het Rijk bericht de gemeente alle gemeenten over het collectieve aandeel van gemeenten in het EMU-tekort, bedoeld in artikel 3, zesde lid, van de Wet houdbare overheidsfinanciën. Als het college een aanpassing nodig acht, doet het college een voorstel voor het wijzigen van de begroting.

Hoofdstuk 3. Financieel beleid

Artikel 8. Waardering, activering en afschrijving vaste activa

Het college biedt gedurende elke nieuwe raadsperiode¹ een nota aan over de waardering, activering en afschrijving van de vaste activa. Deze nota wordt door de raad vastgesteld en behandelt in ieder geval:

  • a.

    de afschrijvingstermijnen van investeringen in materiële en immateriële activa;

  • b.

    de wijze van afschrijving;

  • c.

    een omschrijving van activa met meerjarig maatschappelijk nut zoals bedoeld in artikel 35 van het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten;

  • d.

    hoe om te gaan met bijdragen van derden en aanwending van reserves bij investeringen in activa met meerjarig maatschappelijk nut.

Artikel 9. Voorziening voor oninbare vorderingen

Voor openstaande vorderingen wordt een voorziening wegens oninbaarheid gevormd op basis van de volgende staffel:

Ouderdom

Oninbaarheid

Tot 1 jaar

5%

Tussen 1 en 2 jaar

25%

Tussen 2 en 3 jaar

80%

Ouder dan 3 jaar

100%

Artikel 10. Reserves en voorzieningen

  • 1.

    Het college biedt gedurende elke nieuwe raadsperiode¹ een nota reserves en voorzieningen aan. Deze nota wordt door de raad vastgesteld en behandelt in ieder geval:

    • a.

      de vorming en besteding van reserves;

    • b.

      de vorming en besteding van voorzieningen;

    • c.

      de rentetoerekening aan reserves en voorzieningen.

Artikel 11. Kostprijsberekening

  • 1.

    Voor het bepalen van de geraamde kostprijs van rechten en heffingen waarmee kosten in rekening worden gebracht, en van goederen, werken en diensten die worden geleverd aan overheidsbedrijven en derden, wordt een extracomptabel stelsel van kostentoerekening gehanteerd. Bij deze kostentoerekening worden naast de directe kosten, de overheadkosten en de renteomslag voor de financiering van de in gebruik zijnde activa betrokken.

  • 2.

    Bij de kosten worden betrokken de bijdragen aan en onttrekkingen van reserves en voorzieningen voor de noodzakelijke vervanging van de betrokken activa, de kapitaallasten van de in gebruik zijnde activa en voor zover van toepassing voor rechten, heffingen en leges de compensabele BTW en de kosten van het kwijtscheldingsbeleid.

  • 3.

    Voor de toerekening van de overheadkosten aan de kostprijs van rechten en heffingen waarmee kosten in rekening worden gebracht, en van goederen, werken, diensten die worden geleverd aan overheidsbedrijven en derden. De toerekening van overhead geschied op basis van een opslag met een vast percentage. Het percentage wordt vastgesteld met de formule Overhead gedeeld door de totale lasten taakvelden, exclusief overhead.

  • 4.

    Het percentage van de omslagrente voor de toerekening van rente voor de financiering van de in gebruik zijn de activa, bedoeld in het eerste lid, wordt jaarlijks met de kadernota vastgesteld.

  • 5.

    In afwijking van het eerste lid worden bij vennootschapsbelastingplichtige activiteiten het rentepercentage bepaald op basis van het gewogen gemiddelde rentepercentage van de bestaande leningenportefeuille van de gemeente, naar verhouding vreemd vermogen/totaal vermogen, indien er geen sprake is van projectfinanciering.

Artikel 12. Prijzen economische activiteiten

  • 1.

    Voor de levering van goederen, diensten of werken aan overheidsbedrijven en derden en met welke bijbehorende activiteiten de gemeente in concurrentie met marktpartijen treedt, wordt tenminste de geraamde integrale kostprijs in rekening gebracht. Bij afwijking doet het college vooraf voor elk van deze activiteiten afzonderlijk een voorstel voor een raadsbesluit, waarin het publiek belang van de activiteit wordt gemotiveerd.

  • 2.

    Bij het verstrekken van leningen of garanties aan overheidsbedrijven en derden brengt de gemeente de geraamde integrale kosten in rekening. Bij afwijking doet het college vooraf een voorstel voor een raadsbesluit, waarin het publiek belang van de lening of garantie wordt gemotiveerd.

  • 3.

    Bij het verstrekken van kapitaal door de gemeente aan overheidsbedrijven en derden gaat het college uit van een vergoeding van tenminste de geraamde integrale kosten van de verstrekte middelen. Bij afwijking doet het college vooraf een voorstel voor een raadsbesluit, waarin het publiek belang van de kapitaalverstrekking wordt gemotiveerd.

  • 4.

    Raadbesluiten met de motivering van het publiekbelang als bedoeld in de vorige leden zijn niet nodig als sprake is van:

    • a.

      leveringen van goederen, diensten of werken en het verstrekken van leningen, garanties en kapitaal aan andere overheden voor zover deze leveringen en verstrekkingen zijn bedoeld voor de uitoefening van de publieke taak door die andere overheid;

    • b.

      een bevoordeling van activiteiten in het kader van een bij wet opgedragen publiekrechtelijke taak;

    • c.

      een bevoordeling van activiteiten in het kader van een toegekend bijzonder of uitsluitend recht waarvoor prijsvoorschriften gelden;

    • d.

      een bevoordeling van sociale werkplaatsen;

    • e.

      een bevoordeling van onderwijsinstellingen;

    • f.

      een bevoordeling van publieke media-instellingen; en

    • g.

      een bevoordeling die valt onder de reikwijdte van de staatssteunregels van het Werkingsverdrag van de Europese Unie en daarmee verenigbaar is.

Artikel 13. Vaststelling hoogte belastingen, rechten, heffingen en prijzen

  • 1.

    Het college doet de raad jaarlijks een voorstel voor de hoogte van de gemeentelijke tarieven voor de belastingen, de rechten, de heffingen en de leges.

  • 2.

    Het college biedt gedurende elke nieuwe raadsperiode¹ een nota ter vaststelling aan met de kaders voor de prijzen voor de levering van gemeentelijke goederen, werken en diensten aan overheidsbedrijven en derden en voor de huren en de erfpachten.

  • 3.

    Het college legt bij een tussentijdse wijziging van prijzen, huren en erfpachten ten opzichte van de kaders uit de nota vooraf een besluit voor aan de raad.

Artikel 14. Financieringsfunctie

  • 1.

    Het college draagt bij de uitoefening van de financieringsfunctie zorg voor:

    • a.

      het aantrekken van voldoende financiële middelen om de programma’s binnen de door de raad vastgestelde kaders van de begroting uit te kunnen voeren;

    • b.

      het beheersen van de risico’s verbonden aan de financieringsfunctie zoals renterisico’s, koersrisico’s en kredietrisico’s;

  • 2.

    Verstrekken van leningen en garanties en het aangaan van financiële participaties worden uitsluitend gedaan uit hoofde van de publieke taak. Bij het uitzetten van middelen, het verstrekken van garanties en het aangaan van financiële participaties uit hoofde van de publieke taak bedingt het college, indien mogelijk, zekerheden. Het college motiveert in zijn besluit het openbaar belang van dergelijke uitzettingen van middelen, verstrekkingen van garanties en financiële participaties.

  • 3.

    Het college stelt regels op ter uitvoering van het gestelde onder het eerste en tweede lid en legt deze regels evenals de regels voor taken en bevoegdheden, de verantwoordingsrelaties en de bijbehorende informatievoorziening vast in een treasurystatuut. Het college zendt het treasurystatuut ter kennisgeving aan de raad.

Artikel 15. Verstrekking subsidies

  • 1.

    Het college biedt gedurende elke nieuwe raadsperiode¹ een algemene subsidieverordening aan. Deze verordening wordt door de raad vastgesteld en bevat het kader voor de verstrekking van gemeentelijke subsidies.

  • 2.

    Het college draagt zorg voor en legt (in een besluit) vast de interne regels (protocol) voor de toekenning van subsidies. De regels waarborgen, dat wordt gehandeld in overeenstemming met de regels terzake van de Europese Unie en de subsidieverordening van de gemeente Lochem.

Artikel 16. Aanbesteding en inkoop

Het college draagt zorg voor en legt in een besluit vast de interne regels (beleid) voor de inkoop en aanbesteding van werken, diensten en leveringen. De regels waarborgen, dat wordt gehandeld in overeenstemming met de regels terzake van de Europese Unie.

Hoofdstuk 4. Paragrafen

Artikel 17. Weerstandsvermogen en risicobeheersing

Het college biedt gedurende elke nieuwe raadsperiode¹ een nota weerstandsvermogen en risicobeheersing aan. Deze nota wordt door de raad vastgesteld. In deze nota wordt ingegaan op het risicomanagement, het opvangen van risico’s door verzekeringen, voorzieningen, het weerstandsvermogen of anderszins. In de nota wordt tevens de gewenste weerstandscapaciteit bepaald.

Artikel 18. Onderhoud kapitaalgoederen

  • 1.

    Het college biedt gedurende elke nieuwe raadsperiode¹ een nota onderhoud openbare ruimte (Integraal Beleid Openbare Ruimte (IBOR)) aan. De raad stelt de nota vast. De nota geeft het kader weer voor het beoogde onderhoudsniveau, de planning van het onderhoud en de kosten van het onderhoud voor het openbaar groen, water, wegen, kunstwerken en straatmeubilair. De raad stelt de nota vast.

  • 2.

    Het college biedt ten minste eens in de vier jaar een Afvalwaterketenplan/Gemeentelijk rioleringsplan (GRP) aan. Het plan geeft het kader weer voor het beoogde onderhoudsniveau, de planning van het onderhoud, de uitbreiding van de riolering en de kosten van het onderhoud en de eventuele uitbreidingen. De raad stelt het plan vast.

  • 3.

    Het college biedt gedurende elke nieuwe raadsperiode¹ een Meerjaren Onderhoudsplan Gebouwen (MOP) aan de raad ter vaststelling aan. Het plan bevat de voorstellen voor het te plegen onderhoud en de bijbehorende kosten aan de gemeentelijke gebouwen. De raad stelt de nota vast.

  • 4.

    Bij de begroting en de jaarstukken doet het college in de paragraaf onderhoud kapitaalgoederen naast de verplichte onderdelen op grond van artikel 12 van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten verslag over de voortgang van het geplande onderhoud en het eventuele achterstallige onderhoud.

Artikel 19. Financiering

Bij de begroting en de jaarstukken doet het college in de paragraaf financiering naast de verplichte onderdelen op grond van artikel 13 van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten in ieder geval verslag van:

  • a.

    de liquiditeitsplanning en de financieringsbehoefte voor de komende vier jaar;

  • b.

    de rentevisie voor de komende vier jaar en

  • c.

    de rentekosten en renteopbrengsten verbonden aan de financieringsfunctie.

Artikel 20. Bedrijfsvoering

  • 1.

    Onder bedrijfsvoering wordt verstaan de zorg voor de ambtelijke organisatie met alle elementen die een bijdrage leveren aan het juist en adequaat functioneren van de organisatie.

  • 2.

    In de bedrijfsvoeringsparagraaf in de begroting wordt ingegaan op de tijdelijke en actuele onderwerpen die aandacht behoeven. In de bedrijfsvoeringsparagraaf in het jaarverslag wordt gerapporteerd over de bij de begroting bepaalde onderwerpen aangaande de bedrijfsvoering alsmede over nieuwe ontwikkelingen.

  • 3.

    Het college rapporteert in de bedrijfsvoeringsparagraaf van de begroting en jaarstukken tevens over de voortgang van de onderzoeken naar de doelmatigheid en doeltreffendheid, bedoeld in artikel 213a Gemeentewet en de uitputting van de bijbehorende budgetten.

Artikel 21. Verbonden partijen

  • 1.

    Het college biedt gedurende elke nieuwe raadsperiode¹ een nota verbonden partijen aan. De raad stelt de nota vast.

  • 2.

    De nota bevat de kaders voor het beleid aangaande (het aangaan van nieuwe) participaties met name de condities waaronder het publiek belang is gediend met behartiging door verbonden partijen, de taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de verbonden partijen en de financiële voorwaarden.

  • 3.

    In de begroting en de jaarstukken wordt in de paragraaf verbonden partijen naast de verplichte onderdelen op grond van artikel 15 van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten in elk geval ingegaan op nieuwe verbonden partijen, het beëindigen van bestaande verbonden partijen, het wijzigen van bestaande verbonden partijen en eventuele problemen bij bestaande verbonden partijen.

Artikel 22. Grondbeleid

  • 1.

    Het college biedt gedurende elke nieuwe raadsperiode¹ een nota grondbeleid aan ter vaststelling door de raad. In deze nota wordt aandacht besteed aan:

  • a.

    de strategische visie van het toekomstig grondbeleid van de gemeente;

  • b.

    te ontwikkelen en in ontwikkeling genomen projecten;

  • c.

    de voorraadverwerving en uitgifte van gronden;

  • d.

    de uitgangspunten voor de verkoopprijzen van gronden; en

  • e.

    de uitgifte van gronden in erfpacht en de bijstelling van erfpachtvergoedingen.

  • 2.

    In de paragraaf grondbeleid van de begroting en de jaarstukken wordt naast de verplichte onderdelen op grond van artikel van 16 van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten ingegaan op de uitvoering van de nota grondbeleid, in het bijzonder de belangrijkste financiële ontwikkelingen zoalsverlies/winstverwachtingen, de verwerving van gronden e.d. en de relaties van het grondbeleid met de programma’s.

Hoofdstuk 5. Financiële organisatie en financieel beheer

Artikel 23. Administratie

  • 1.

    De administratie is zodanig van opzet en werking, dat zij in ieder geval dienstbaar is voor:

  • a.

    het sturen en het beheersen van activiteiten en processen in de gemeente;

  • b.

    het verstrekken van informatie over ontwikkelingen in de omvang van de vaste activa, voorraden, vorderingen, schulden, contracten, enzovoorts;

  • c.

    het verschaffen van informatie over de stand van zaken van budgetten en investeringskredieten en voor het maken van kostencalculaties;

  • d.

    het verschaffen van informatie over indicatoren met betrekking tot de gemeentelijke productie van goederen en diensten en de maatschappelijke effecten van het gemeentelijke beleid;

  • e.

    het afleggen van verantwoording over de rechtmatigheid, de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het gevoerde bestuur in relatie tot de gestelde beleidsdoelen, de begroting en relevante wet- en regelgeving; en

  • f.

    de controle van de registratie van gegevens als zodanig en van de daaraan ontleende informatie, alsmede voor de controle op de rechtmatigheid, de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het gevoerde bestuur in relatie tot de gestelde beleidsdoelen, de begroting en relevante wet- en regelgeving.

  • 2.

    Onder administratie wordt verstaan het systematisch verzamelen, vastleggen, verwerken en verstrekken van informatie ten behoeve van het besturen, functioneren en beheersen van de gemeentelijke organisatie en de verantwoording die daarover moet worden afgelegd.

Artikel 24. Financiële organisatie

Het college draagt zorgt voor:

  • a.

    een eenduidige indeling van de gemeentelijke organisatie en een eenduidig toewijzing van de gemeentelijke taken aan de afdelingen;

  • b.

    een adequate scheiding van taken, functies, bevoegdheden, verantwoordelijkheden;

  • c.

    de verlening van mandaten en volmachten voor het aangaan van verplichtingen ten laste van de toegekende budgetten en investeringskredieten;

  • d.

    de interne regels voor taken en bevoegdheden, de verantwoordingsrelaties en de bijbehorende informatievoorziening van de financieringsfunctie;

  • e.

    de te maken afspraken met de afdelingen over de te leveren prestaties, de daarvoor beschikbare middelen en de wijze en frequentie van rapportage over de voortgang van de activiteiten en uitputting van middelen;

  • f.

    de kostenverdeelsleutels voor het eenduidig toewijzen van de lasten en baten aan de taakvelden;

  • g.

    het beleid en de interne regels voor de inkoop en de aanbesteding van goederen, werken en diensten;

  • h.

    het beleid en de interne regels voor de steunverlening en de toekenning van subsidies aan ondernemingen en instellingen; en

  • i.

    het beleid en de interne regels voor het voorkomen van misbruik en oneigenlijk gebruik van gemeentelijke regelingen en eigendommen, opdat aan de eisen van rechtmatigheid, controle en verantwoording wordt voldaan.

Artikel 25. Interne controle

  • 1.

    Het college draagt ten behoeve van het getrouwe beeld en de rechtmatigheid van de jaarrekening zorg voor de jaarlijkse interne toetsing van de getrouwheid van de informatieverstrekking, en de rechtmatigheid van de beheershandelingen. Bij afwijkingen neemt het college maatregelen tot herstel.

  • 2.

    Het college biedt gedurende elke nieuwe raadsperiode¹ een nota aan betreffende de bestrijding van misbruik en oneigenlijk gebruik van de gemeentelijke regelingen. De raad stelt deze nota vast. De nota is bedoeld om uitleg te geven over het begrip Misbruik en Oneigenlijk (M&O) gebruik, om structuur aan te brengen in de voorbereiding van beleidsprocessen waarbij Misbruik en Oneigenlijk gebruik van toepassing kan zijn. Ook wordt een toetsingskader voor de controle van het M&O-criterium aangegeven.

  • 3.

    Het college draagt zorg voor de jaarlijkse interne toetsing van een aantal afdelingen of processen op juistheid, volledigheid en tijdigheid van de bestuurlijke informatievoorziening, de rechtmatigheid van beheershandelingen en op misbruik en oneigenlijk gebruik van de gemeentelijke regelingen.

  • 4.

    Het college zorgt op basis van de resultaten van de toets bedoeld in het derde lid indien nodig voor een plan van verbetering. Het college neemt op basis van het plan van verbetering maatregelen voor herstel van de tekortkomingen.

  • 5.

    De resultaten van de toets en het plan van verbetering worden ter kennisgeving aan de raad aangeboden.

  • 6.

    De resultaten van de uitvoering van het plan van verbetering worden ter kennisgeving aan de raad aangeboden.

Hoofdstuk 6. Slotbepalingen

Artikel 26. Intrekken oude verordening en overgangsrecht

De “Verordening art. 212 Lochem 2016” wordt ingetrokken, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de jaarrekening en het jaarverslag en bijbehorende stukken van het begrotingsjaar voorafgaand aan het jaar waarin deze verordening in werking treedt en op de begroting, jaarrekening en jaarverslag en bijbehorende stukken van het begrotingsjaar dat samenvalt met het jaar waarin deze verordening in werking treedt.

Artikel 27. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op 28 juni 2017.

  • 2.

    Deze verordening wordt aangehaald als: “Financiële verordening gemeente Lochem 2017”.

Aldus vastgesteld in de vergadering van de raad van 26 juni 2017

de voorzitter, de griffier

S.W. van 't Erve, M. van Veenbergen

Bijlage bij de Financiële verordening van de gemeente Lochem 2017: Planning herziening c.q. nieuwe beleidsnota’s, verordeningen en plannen

Artikel

Naam

Datum vaststelling raad huidige beleidsnota

Planning vaststelling raad nieuwe beleidsnota

Vakafdeling

Opmerking

Artikel 8.Waardering, activering en afschrijving vaste activa

Nota waarderen, activeren en afschrijvenvan de vaste activa

6-12-2010

2017

Financiën

Artikel 10. Reserves en voorzieningen

Nota reserves en voorzieningen

30-6-2014

2018

Financiën

Artikel 13. Vaststelling hoogte belastingen, rechten, heffingen en prijzen

Nota kaders voor de prijzen voor de levering van gemeentelijke goederen, werken en diensten aan overheidsbedrijven en derden en voor de huren en de erfpachten

2

2017

Financiën

2 Deze nota kennen wij op dit moment niet. Voorstel is om in 2017 een eerste nota op te stellen en aan te bieden aan de raad.

Artikel 15. Verstrekking subsidies

Algemene subsidieverordening

13-5-2013

2018

Maatschappelijke Ontwikkeling

Artikel 17. Weerstandsvermogen en risicobeheersing

Nota weerstandsvermogen en risicobeheersing

20-6-2016

2020

Control

Artikel 18. Onderhoud kapitaalgoederen

Nota onderhoud openbare ruimte (Integraal Beleid Openbare Ruimte (IBOR))

3

2017

Ruimte

3 Een IBOR kennen wij op dit moment niet. Voorstel is om in 2017 een eerste nota op te stellen en aan te bieden aan de raad.

Afvalwaterketenplan / Gemeentelijk rioleringsplan (GRP)

7-12-2015

2019

Ruimte

Meerjaren Onderhoudsplan Gebouwen (MOP)

19-1-2009

2017

Financiën

Artikel 21. Verbonden partijen

Nota verbonden partijen

6-6-2011

2017

Bestuur, Personeel en Communicatie

Artikel 22. Grondbeleid

Nota grondbeleid

9-12-2013

2017

Financiën

Artikel 25. Interne controle

Nota betreffende de bestrijding van misbruik en oneigenlijk gebruik van de gemeentelijke regelingen

9-1-2017

2021

Control