Regeling vervallen per 01-01-2018

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Sittard-Geleen 2017

Geldend van 01-01-2017 t/m 31-12-2017

Intitulé

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Sittard-Geleen 2017

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Sittard-Geleen;

gelet op de artikelen 11, vierde en vijfde lid, 12, derde lid, 16, en 20, vierde lid van de Verordening Wet maatschappelijke ondersteuning gemeente Sittard-Geleen 2017,

besluit vast te stellen het Besluit maatschappelijke ondersteuninggemeente Sittard-Geleen 2017

Hoofdstuk 1: Persoonsgebonden budget

Artikel 1. Hoogte pgb; algemene bepaling

Een maatwerkvoorziening kan volgens de Wmo 2015 alleen in de vorm van zorg in natura of een pgb worden verstrekt.

Verstrekking van een toegekende maatwerkvoorziening in de vorm van een persoonsgebonden budget vindt slechts plaats op verzoek van de aanvrager.

De hoogte van een pgb:

  • a.

    wordt bepaald aan de hand van een door de cliënt opgesteld plan over hoe hij het pgb gaat besteden;

  • b.

    is toereikend om veilige, doeltreffende en kwalitatief goede diensten, hulpmiddelen, woningaanpassingen en andere maatregelen die tot de maatwerkvoorziening behoren, van derden te betrekken, en wordt indien nodig aangevuld met een vergoeding voor onderhoud en verzekering, en

  • c.

    bedraagt niet meer dan de kostprijs van de in de betreffende situatie goedkoopst adequate voorziening in natura, rekening houdend met de eventueel door de gemeente te ontvangen korting.

Artikel 2. De maximale hoogte van een Pgb:

De hoogte van een pgb voor huishoudelijke ondersteuning is afgeleid van de tarieven die horen bij de overeenkomst ‘Voorziening Hulp bij het huishouden’.

De bedragen voor een persoonsgebonden budget voor huishoudelijke ondersteuning:

  • a.

    Voor hulp bij het huishouden door een niet daartoe opgeleid persoon die niet werkzaam is voor een instelling of als ZZP’er: € 13,83 per uur.

  • b.

    Voor hulp bij het huishouden door een daartoe opgeleid persoon werkzaam voor een instelling of als ZZP’er: € 17,03 per uur.

  • c.

    Voor hulp bij het huishouden plus, waarvoor bijzondere deskundigheden zijn vereist, door een persoon die daarvoor in het bijzonder is opgeleid, werkzaam voor een instelling of als ZZP’er: € 21,28 per uur.

De hoogte van een pgb voor een maatwerkvoorziening ondersteuning:

De bedragen voor een persoonsgebonden budget voor een maatwerkvoorziening ondersteuning wordt bepaald per arrangement, op basis van het basistarief voor het betreffende arrangement in natura. Afhankelijk van de uitvoerder van de maatwerkvoorziening ondersteuning worden de volgende percentages van dit basistarief gehanteerd:

  • a.

    Ondersteuning door een persoon die behoort tot het sociale netwerk dan wel een niet daartoe opgeleid persoon: 90% van het natura tarief.

  • b.

    Ondersteuning door een daartoe opgeleide professional of instelling: 95% van het natura tarief.

  • c.

    Rolstoelvervoer binnen de maatwerkvoorziening ondersteuning wordt indien nodig bepaald op basis van 100% van het rolstoelvervoer tarief in natura.

De hoogte van een pgb voor een maatwerkvoorziening kortdurend verblijf:

De bedragen voor een persoonsgebonden budget voor een maatwerkvoorziening kortdurend verblijf wordt bepaald per dag, op basis van het basistarief voor kortdurend verblijf in natura. Afhankelijk van de uitvoerder van de maatwerkvoorziening kortdurend verblijf worden de volgende percentages van dit basistarief gehanteerd:

  • a.

    Kortdurend verblijf door een door een niet daartoe opgeleid persoon of ZZP’er: 90% van het natura tarief.

  • b.

    Kortdurend verblijf door een instelling (eventueel door de gemeente gecontracteerd): 95% van het natura tarief.

Artikel 3. Vrij besteedbaar bedrag:

Het persoonsgebonden budget voor een maatwerkvoorziening ondersteuning of een maatwerkvoorziening huishoudelijke ondersteuning kent een vrij besteedbaar bedrag waarover geen verantwoording verschuldigd is. Dit bedrag bedraagt € 150,– per jaar.

Artikel 4. Weigeringsgronden:

Verstrekking van een toegekende maatwerkvoorziening in de vorm van een persoonsgebonden budget vindt niet plaats als:

  • a.

    Op grond van aanwijzingen die tijdens het onderzoek duidelijk zijn geworden het ernstige vermoeden bestaat dat de aanvrager problemen zal hebben met het omgaan met een persoonsgebonden budget of;

  • b.

    Een persoon die schulden heeft of in een schuldhulpverleningstraject zit, waaronder tevens begrepen een schuldsanering op grond van de Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen;

  • c.

    Op grond van de progressiviteit van het ziektebeeld de aangevraagde voorziening zo snel weer door een aangepaste voorziening vervangen dient te worden dat deze verstrekking zich daardoor niet leent voor een persoonsgebonden budget.

  • d.

    Indien er sprake is van verslavingsproblematiek.

  • e.

    Indien de cliënt niet voldoet aan de eisen zoals gesteld in artikel 11 van de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Sittard-Geleen 2015.

Artikel 5. Afleggen verantwoording persoonsgebonden budget

  • a. Degene aan wie een pgb als bedoeld in hoofdstuk 4 van dit Besluit (voor hulpmiddelen en/of een niet bouwkundige woontechnische voorziening) is toegekend, verstrekt binnen 3 maanden na het verlenen van de voorziening de hierop betrekking hebbende originele factuur aan het college.

  • b. Degene aan wie een pgb als bedoeld in hoofdstuk 4 van dit Besluit voor woningaanpassing is toegekend, dan wel de eigenaar van de woning, meldt zo mogelijk binnen een termijn van maximaal 12 maanden nadat het pgb werd verleend, op basis van een door het college aan te reiken gereedmeldingsformulier, inhoudende dat de woningaanpassing is gerealiseerd onder overlegging van de hierop betrekking hebbende originele facturen.

  • c. De vaststelling van de hoogte van het pgb (voor bouwkundig en niet bouwkundige (woon)voorzieningen) vindt plaats nadat het gereedmeldingsformulier met bijbehorende facturen door het college zijn ontvangen en het college heeft vastgesteld dat de aanpassing heeft plaatsgevonden overeenkomstig het programma van eisen.

  • d. Het vastgestelde persoonsgebonden budget betreft een maximum vergoeding. Indien de ingediende nota lager is dan het toegekende budget, zal het pgb gelijk gesteld worden met het bedrag vermeld in de nota

  • e. Bij overlijden van de cliënt, na de 15e in een kalendermaand, zal het pgb voor de maatwerkvoorziening in de vorm van een dienstverlening worden stopgezet per eerste dag van de maand volgend op de maand van overlijden. Valt de overlijdensdatum voor of op de 15e in een kalendermaand dan zal het pgb over de tweede helft van die kalendermaand door het college worden teruggevorderd.

Artikel 7. Maximale looptijd

  • a.

    De maximale looptijd van een beschikking voor huishoudelijke ondersteuning betreft 5 jaar.

  • b.

    De maximale looptijd van een beschikking voor een maatwerkvoorziening ondersteuning betreft 5 jaar.

  • c.

    De maximale looptijd van een beschikking voor een maatwerkvoorziening kortdurend verblijf betreft 6 maanden.

Indien het college daartoe aanleiding ziet kan er eerder een herbeoordeling plaatsvinden.

Hoofdstuk 2: Eigen bijdrage

Artikel 8. Bijdrage voor maatwerkvoorzieningen of pgb’s

De bedragen per vier weken, de inkomensbedragen en de percentages die gelden voor de berekening van de eigen bijdrage zijn gelijk aan die genoemd in artikel 3.1, eerste lid, van het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015.

Hoofdstuk 3: Waardering mantelzorgers

Artikel 9. Waardering mantelzorgers

De jaarlijkse blijk van waardering voor mantelzorgers van cliënten in de gemeente bestaat uit een geldbedrag. ter waarde van € 175. De criteria om in aanmerking te komen voor de mantelzorgwaardering staan beschreven in de Beleidsregels Wmo gemeente Sittard-Geleen 2017.

Hoofdstuk 4: Maatwerkvoorzieningen met betrekking tot wonen, verplaatsen en vervoer

Artikel 10. Woonvoorziening:

  • 1. Eenvoudige woningaanpassingen:

    • a.

      Voor het berekenen van de kosten van eenvoudige standaard woningaanpassingen gelden de normbedragen, zoals opgenomen in de genormeerde lijst van prijzen van woningaanpassingen (bijlage 2 bij dit besluit). Deze normbedragen worden jaarlijks door de gemeente vastgesteld. De standaardaanpassingen kunnen conform de vastgestelde normbedragen uitgevoerd worden (bijvoorbeeld door aannemers of installateurs).

  • 2. Bouwkundige of woontechnische woonvoorzieningen:

    • a.

      De hoogte van het PGB voor een bouwkundige of woontechnische woonvoorziening en de daarmee eventueel samenhangende kosten van onderhoud, verzekering, keuring en reparatie wordt bepaald aan de hand van door de belanghebbende opgevraagde vergelijkbare offertes, waarbij de prijs van de leverancier die de goedkoopst adequate voorziening kan leveren doorslaggevend is. De gemeente is gemachtigd om een tegenofferte op te vragen.

    • b.

      De kosten van onderhoud, verzekering, keuring en reparatie zal het bedrag als bedoeld in bijlage 4 van dit Besluit niet te boven gaan.

    • c.

      De hoogte van het PGB voor een bouwkundige of woontechnische woonvoorziening wordt vastgesteld op basis van de tegenwaarde die vermeld staat in de door het college geaccepteerde offerte voor de goedkoopst adequate voorziening.

    • d.

      Bij het vaststellen van de hoogte van een persoonsgebonden budget van een bouwkundige of woontechnische woonvoorziening, wordt rekening gehouden met de volgende kosten:

      • i.

        De aanneemsom (hierin begrepen de loon- en materiaalkosten) voor het treffen van de voorziening. Indien de voorziening in zelfwerkzaamheid wordt getroffen, vervalt de post loonkosten en worden alleen de materiaalkosten vergoed.

      • ii.

        Het architectenhonorarium inclusief BTW, indien het omgevingsvergunnings-plichtige werkzaamheden betreffen, tot maximaal 10% van de aanneemsom, met dien verstande dat dit niet hoger is dan het maximale honorarium zoals vastgelegd in de vigerende DNR . De noodzaak van het inschakelen van een architect is aantoonbaar en is een voorwaarde voor de subsidieverstrekking van deze kosten.

      • iii.

        De leges voor zover deze betrekking hebben op het treffen van de voorziening met betrekking tot de woonvoorziening.

      • iv.

        De verschuldigde en niet verrekenbare of terugvorderbare omzetbelasting.

      • v.

        Renteverlies, dat ontstaat indien de belanghebbende noodzakelijke betaling aan derden moet doen voordat tot vergoeding is overgegaan, maar uitsluitend indien deze betalingen verband houden met de bouw dan wel het treffen van voorzieningen.

      • vi.

        De prijs van bouwrijpe grond indien de aanschaf van de grond noodzakelijk is omdat niet binnen het oorspronkelijke kavel gebouwd kan worden.

      • vii.

        Na de oorspronkelijke raming ontstane kosten, die ten tijde van de raming van de kosten redelijkerwijs niet voorzien konden worden, mits het college schriftelijk toestemming geeft voor de uitgave van deze extra bedragen.

      • viii.

        De kosten van noodzakelijk technisch onderzoek en voor advisering over de te treffen aanpassing, indien deze kosten zijn gemaakt voorafgaand aan de aanbesteding en geen deel uitmaken van de aanneemsom. Over de te vergoeden onderzoekskosten bij de complexe woningaanpassingen zal de verhuurder vooraf met de gemeente overleggen.

      • ix.

        De kosten van heraansluiting op de openbare nutsvoorziening.

      • x.

        Met de woningstichtingen is een convenant gesloten wanneer en in welke mate bepaalde kosten in rekening gebracht mogen worden.

  • 3. Afschrijvingstermijn:

    • a.

      Het afschrijvingsschema wordt bepaald op basis van een genormeerde lijst van prijzen van woningaanpassingen (bijlage 2 en 3 bij dit Besluit).

  • 4. Terugbetaling van een bouwkundige of woontechnische woonvoorziening:

    • a.

      vindt slechts plaats indien de kosten van de woningaanpassing, minimaal € 10.000,– heeft bedragen en de woningeigenaar binnen 7 jaar na de datum van gereedmelding van de werkzaamheden de woning verkoopt.

    • b.

      Bij terugvordering wordt de terugbetalingsverplichting aan de hand van onderstaand schema berekend.

      • i.

        1e jaar afschrijving 25% totale afschrijving 25%

      • ii.

        2e jaar afschrijving 20% totale afschrijving 45%

      • iii.

        3e jaar afschrijving 15% totale afschrijving 60%

      • iv.

        4e jaar afschrijving 10% totale afschrijving 70%

      • v.

        5e jaar afschrijving 10% totale afschrijving 80%

      • vi.

        6e jaar afschrijving 10% totale afschrijving 90%

      • vii.

        7e jaar afschrijving 10% totale afschrijving 100%

      • viii.

        De afschrijvingstermijn gaat in op de datum van de verkoop van de woning.

Artikel 11. Vervoer

  • 1. Collectief vervoer:

    • a.

      Voor gebruik van het collectief vervoer met een Wmo-pas is een ritbijdrage per zone conform het openbaar vervoer verschuldigd. Bij de inwerkingtreding van dit besluit bedraagt de ritbijdrage € 0,75 per zone.

  • 2. Auto aanpassingen:

    • a.

      Autoaanpassingen worden uitsluitend in de vorm van een persoonsgebonden budget verstrekt en enkel indien de auto niet ouder is dan 3 jaar.

    • b.

      Het maximale bedrag voor een autoaanpassing bedraagt € 1.500,–.

      Overige vervoersvoorzieningen worden in de vorm van zorg in natura verstrekt (indien maatwerk niet mogelijk is op basis van zorg in natura, dan wordt een persoonsgebonden budget verstrekt).

Artikel 12. Rolstoel

  • 1. Sportrolstoel

    • a.

      Sportvoorzieningen worden uitsluitend in de vorm van een persoonsgebonden budget verstrekt.

    • b.

      De hoogte van een persoonsgebonden budget voor een sportvoorziening bedraagt maximaal €3.500-, welke is bedoeld als tegemoetkoming in aanschaf, onderhoud en reparatie voor een periode van drie jaar.

Hoofdstuk 5. Het betrekken van ingezetenen bij het beleid

Artikel 13. Betrekken van ingezetenen bij het beleid

Het betrekken van inwoners bij het beleid verloopt via de Wmo-adviesraad en andere cliëntvertegenwoordigers.

Hoofdstuk 6. Inwerkingtreding en citeertitel

Artikel 14. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2017.

  • 2. Het Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Sittard-Geleen 2016-2 wordt ingetrokken met ingang van 1 januari 2017 met dien verstande dat zij van toepassing blijven voor cliënten die voor 1 januari 2017 een beschikking hebben ontvangen o.g.v. het Besluit maatschappelijke ondersteuning 2016-2.

  • 3. Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Sittard-Geleen 2017.

Ondertekening

Aldus besloten door het college van de gemeente Sittard-Geleen in zijn vergadering van

6 december 2016.

De Burgemeester
Drs. G.J.M. Cox
De Secretaris
mr. J.W.C Aalders MCCCC

Bijlage 1 Maximale normbedragen (inclusief BTW) per 1 januari 2017 bij woningsanering ingevolge van artikel 10 lid 7 van dit besluit.

Prijs (incl. BTW)

Per eenheid

Bedragen incl. BTW

Vloerbedekking vinyl

€ 46,82

Meter [4 meter breed]

Jaloezieën

€ 17,14

Meter [1,75 meter hoog]

Bijlage 2. Maximale normbedragen bij woningaanpassingen (inclusief BTW, materialen, opslag- en arbeidskosten, excl. administratiekosten) per 1 januari 2017 bij woningaanpassingen ingevolge artikel 10 van dit Besluit.

Rubriek

Omschrijving voorziening

Afschrijvings-

termijn

Normbedrag

2017 (incl. BTW)

eenheden

1.

Rolstoeltoegankelijkheid

1.01

Verwijderen dorpel buitendeur

20 jaar

€ 281,57

/st

1.02

Verwijderen dorpel binnendeur

20 jaar

€ 187,69

/st

1.03

Verbreden buitendeur

20 jaar

€ 3.428,08

/st

1.04.01

Verbreden binnendeur nastelkozijn

20 jaar

€ 978,04

/st

1.04.02

Verbreden binnendeur inmetselkozijn

20 jaar

€ 2.017,36

/st

1.05

Beschermingsprofiel kozijn

20 jaar

€ 242,05

/st

1.06

Schopplaat tegen deur

20 jaar

€ 151,15

/st

1.07.01

Verhoging toegangspad

20 jaar

€ 151,15

/m2

1.07.02

Verhoging+verbreden toegangspad

20 jaar

€ 141,27

/m2

1.08.01

Hellingbaan buiten staal recht

15 jaar

€ 817,01

/m2

1.08.02

Hellingbaan buiten staal met bordes

15 jaar

€ 797,25

/m2

1.08.03

Hellingbaan buiten traditioneel recht

15 jaar

€ 908,89

/m2

1.08.04

Hellingbaan buiten traditioneel met bordes

15 jaar

€ 978,05

/m2

1.09

Vlonder bij toegangsdeur

7 jaar

€ 534,75

/m2

1.10

Vlinderbrugje (oploopdrempel) voor binnendrempel

7 jaar

€ 403,07

/st

1.11

Vlonder balkon

15 jaar

€ 544,35

/m2

1.21

Aanbouw nieuwe entree woning

20 jaar

€ 3.732,39

/m2

1

Scootmobielstalling

20 jaar

offerte

2.

Sanitair

2.01.01

Douchevloer op afschot [antislip norm R11]

20 jaar

€ 474,21

/m2

2.01.01a

Slidex tot 5 m2

6 jaar

€ 608,56

/st

2.01.01b

Slidex tot 10m2

6 jaar

€ 695,52

/st

2.01.02

Verlaagde douchebak 50mm

12 jaar

€ 907,91

/st

2.02a

Vervangen wandtegels

20 jaar

€ 231,17

/m2

2.02b

Vervangen vloertegels

20 jaar

€ 333,92

/m2

2.03.01

Wandbeugel 700mm

8 jaar

€ 100,77

/st

2.03.02

Wandbeugel 800mm

8 jaar

€ 103,74

/st

2.03.03

Wandbeugel 900mm

8 jaar

€ 106,69

/st

2.03.05

Contraplaat tbv wandbeugel

8 jaar

€ 15,81

/st

2.04.01

Opklapbare toiletbeugel 600mm

8 jaar

€ 280,57

/st

2.04.02

Opklapbare toiletbeugel 830mm

8 jaar

€ 290,46

/st

2.04.03

Opklapbare toiletbeugel 830mm+toiletrolhouder

8 jaar

€ 298,35

/st

2.05.01

Beugel opklapbaar met statief 600mm

8 jaar

€ 391,22

/st

2.05.02

Beugel opklapbaar met statief 830mm

8 jaar

€ 407,03

/st

2.05.03

Beugel opklapbaar met statief 830mm + toiletrolhouder

8 jaar

€ 413,95

/st

2.06.01

Douchezit opklapbaar wandmontage

8 jaar

€ 342,81

/st

2.06.02

Douchezit opklapbaar wandmontage + armleuning

8 jaar

€ 451,47

/st

Verplaatsen douchezitje

N.v.t.

€ 76,50

/st

2.06.03

Contraplaat tbv douchezit

8 jaar

€ 51,37

/st

2.06.04

Hulppootset tbv douchezit

8 jaar

€ 113,61

/st

2.10

Rolstoelspiegel bij wastafel

10 jaar

€ 230,19

/st

2.11

Stoma-wastafel

10 jaar

€ 2.899,57

/st

2.12.01

Wastafel onderrijdbaar

10 jaar

€ 831,84

/st

2.12.02

Wastafelmodule, verstelbaar

10 jaar

€ 1.555,00

/st

2.20

Demonteren fonteintje

N.v.t.

€ 111,64

/st

2.21

Ergonomisch plaatsen kraan

N.v.t.

€ 211,42

/st

3.

Keuken

3.01.01

Keuken onderrijdbaar

15 jaar

€ 5.748,75

/st

3.01.02

Hoekkeuken onderrijdbaar

15 jaar

€ 9.078,08

/st

3.02.01

Keuken onderrijdbaar en verstelbaar

15 jaar

€ 11.861,07

/st

3.03

Aanpassen keuken tbv onderrijdbaarheid [losse onderkasten]

15 jaar

€ 3.499,25

/st

3.04

Aanpassen keuken tbv onderrijdbaarheid [met onderblok

15 jaar

€ 3.932,95

/st

3.05

Verplaatsen keukenkast

15 jaar

€ 61,25

/st

4.

Verticaal verplaatsen

4.01.01

Stoeltraplift tbv rechte steektrap

12 jaar

Offerte

/st

4.01.02

Stoeltraplift tbv trap met kwart

12 jaar

Offerte

/st

4.01.02a

Stoeltraplift tbv trap met dubbele kwart

1 jaar

Offerte

/st

4.01.11

Smetplank verwijderen

10 jaar

€ 50,96

/m1

4.01.12

Wand op verdieping verplaatsen

15 jaar

€ 376,40

/m2

4.01.13

Bouwkundige aanpassing traplift

15 jaar

€ 3.243,38

/st

4.02

Aanbrengen extra trapleuning

10 jaar

€ 96,81

/m1

5.

Deuropenersystemen

5.01

Deurautomaat op buitendeur

10 jaar

€ 3.460,72

/st

5.02

Automaat op buitendeur met intercom

10 jaar

€ 4.135,49

/st

5.03

Deurautomaat voor grote belasting

10 jaar

€ 4.034,70

/st

5.04

Binnendeurautomaat

10 jaar

€ 2.924,28

/st

5.05

Schuifdeur met automaat

10 jaar

€ 5.849,53

/st

5.06

Wand opdikken boven kozijn

10 jaar

€ 242,05

/st

5.07

Intercom + elektrische voordeurontgrendeling

10 jaar

€ 1726,90

/st

5.08

Garagedeuropener

10 jaar

€ 618,44

/st

5.09

Plaatsen schuifdeur met lange hendel

10 jaar

€ 1.146,00

/st

6.

Diversen

6.01

Aanleg wandcontactdoos

15 jaar

€ 223,27

/st

6.02

Aanleg wandcontactdoos buiten 10m1

15 jaar

€ 786,38

/st

6.05

L-vormige beugel [Linido LI2611.003]

N.v.t.

€ 174,86

/st

6.10

Trapspilbeugel Links/rechts

N.v.t.

€ 196,59

/st

6.15

Scootmobielsafe

15 jaar

€ 4.620,53

/st

6.20

Demonteren en herplaatsen toilet

15 jaar

€ 42,48

/st

6.21

Demonteren en herplaatsen wastafel

15 jaar

€ 42,48

/st

7

Drempel/dorpel/ballustrade/vlonder modulair van Q-netics

7.01

Vlak

NV

10 jaar

€ 212,40

/m2

7.02

Helling+vlak

NHV

10 jaar

€ 218,33

/m2

7.03

Helling+vlak+helling

NHVH

10 jaar

€ 284,86

/m2

7.04

Helling

NH

10 jaar

€ 232,32

/m2

7.05

Galerijverhoging noppenplaat

BV

10 jaar

€ 212,40

/m2

7.06

Roosteroprit vlak

RV

10 jaar

€ 217,34

/m2

7.07

Roosteroprit helling

RH

10 jaar

€ 244,01

/m2

7.08

Roosteroprit aanloopprofiel

RA

10 jaar

€ 68,17

/m2

7.09

Balustradeverhoging aluminium

BAL

10 jaar

€ 76,07

/m1

7.10

Balustradeklem

KLE

10 jaar

€ 18,77

/st

7.11

Balustrade aluminium 0-1m

HEK1

10 jaar

€ 296,38

/m1

7.12

Balustrade aluminium >1m

HEK2

10 jaar

€ 236,11

/m1

7.13a

Schegplaat

SP20/30/40

10 jaar

€ 61,25

/st

7.13b

Schegplaat

SP50/60/XX

10 jaar

€ 119,54

/st

7.20a

Dorpelvervanging 10x100cm

DV10

10 jaar

€ 32,61

/st

7.20b

Dorpelvervanging 13x100cm

DV13

10 jaar

€ 37,54

/st

7.20c

Dorpelvervanging 16x100cm

DV16

10 jaar

€ 40,51

/st

7.20d

Montage dorpelvervanging

N.v.t.

€ 43,47

/st

7.30

Schoprand

SR

10 jaar

€ 44,46

/m1

7.35

Deur inkorten

DI

10 jaar

€ 72,12

/st

7.40

Tussenstap trap

TS

10 jaar

€ 111,64

/st

Bijlage 3. Aanpassing badkamers en keukens ingevolge artikel 10 van dit Besluit

Deze afspraak is van toepassing voor badkameraanpassingen waarbij een ligbad of douche wordt verwijderd en een inloopdouche/douche met verlaagde instap wordt gerealiseerd.

  • Wanneer in deze werkafspraak wordt gesproken wordt over ‘kosten’ dan wordt hiermee bedoeld de aanpassingskosten die nodig zijn om de belemmering van de cliënt op te heffen en niet de totale renovatiekosten.

  • In geval van aanpassing van badkamers met een leeftijd tot en met 20 jaar komen de kosten volledig ten laste van de gemeente.

  • In geval van aanpassing van badkamers met een leeftijd vanaf 30 jaar kunnen aanpassingen in een renovatie worden meegenomen. De kosten komen dan volledig ten laste van de woningeigenaar.

  • In geval van aanpassing van badkamers met een leeftijd tussen 20 en 30 jaar wordt een kostenverdeling gemaakt tussen gemeente en woningeigenaar volgens een glijdende schaal.

  • Deze kostenverdeling is als volgt:

Leeftijd badkamer

Aandeel Gemeente

Aandeel Eigenaar

t/m 20 jaar

100%

0 %

21 jaar

90%

10%

22 jaar

80%

20%

23 jaar

70%

30%

24 jaar

60%

40%

25 jaar

50%

50%

26 jaar

40%

60%

27 jaar

30 %

70%

28 jaar

20 %

80%

29 jaar

10%

90%

Vanaf 30 jaar

0%

100%

  • Standaard aanpassingen, welke niet gerelateerd zijn aan de leeftijd van de badkamer (bv. douchezitje of opklapbare toiletbeugels), worden volledig vergoed via de Wmo.

  • Werkwijze voor gemeente

  • Deze werkafspraak houdt in dat bij een badkamer met een geschatte leeftijd tussen 20 en 30 jaar wel een aanvraag wordt ingenomen wanneer er een indicatie bestaat voor aanpassing (instap ligbad of douchebak). Vervolgens wordt een offerte opgevraagd in deze.

  • Bij een badkamer waarvan redelijkerwijs kan worden aangenomen dat deze ouder is dan 30 jaar, wordt zónder aanvraag doorverwezen naar de woningeigenaar. Er zal in een dergelijke situatie wel in het gespreksverslag opgenomen worden in hoeverre een aanpassing noodzakelijk wordt geacht. De eigenaar kan zelf bepalen of hij tot renovatie over zal gaan.

  • Bij twijfel over de leeftijd van een badkamer wordt hierover contact opgenomen met de woningeigenaar.

Bijlage 4. Vergoeding per 1 januari 2017 voor de kosten van onderhoud, keuring en reparatie ingevolge artikel 10 van dit Besluit.

Alleen de werkelijk gemaakte kosten van keuring, onderhoud (met een maximum van de in de tabel genoemde bedragen) en reparatie (niet gebonden aan een maximum) aan de hieronder genoemde onderdelen komen in aanmerking voor een financiële tegemoetkoming:

  • a.

    Stoelliften

  • b.

    Rolstoel- of sta-plateauliften

  • c.

    Woonhuisliften

  • d.

    Hefplateauliften

  • e.

    Balansliften

  • f.

    De mechanische inrichting voor het verstellen van een in hoogte verstelbaar keukenblok, bad of wastafel

  • g.

    Elektromagnetisch openings- en sluitmechanisme van deuren

  • h.

    Personentilliften

De maximale vergoeding van de kosten voor onderhoud en keuring van diverse soorten liften in de woning en\of trappenhuizen bedraagt:

Keuringen

Onderhoud

Soort lift

Frequentie

Kosten incl. BTW

Frequentie

Kosten incl. BTW

Stoellift *)

1x per 4 jaar

€ 246,94

1x per jaar

€ 506,43

Rolstoelplateaulift

1x per 4 jaar

€ 300,90

1x per jaar

€ 506,43

woonhuislift

1x per jaar

€ 300,90

2x per jaar

€ 1.012,86

Hefplateaulift

1x per jaar

€ 305,29

2x per jaar

€ 1.012,86

Balanslift **)

1x per jaar

€ 87,41

1x per jaar

€ 506,43

(bron : liftinstituut)

*) Deze afspraken over keuring en onderhoud gelden alleen voor de stoelliften die geleverd zijn in opdracht van de woningcorporatie en waarvoor de woningcorporatie een onderhoudsfactuur ontvangt.

**) Balansliften worden niet meer nieuw gemaakt. Bestaande balansliften kunnen nog wel gekeurd en onderhouden worden. Het liftinstituut berekent de kosten voor periodieke keuring van de balansliften op grond van een uurtarief van € 87,41.

Maximale toeslagen op bovengenoemde tarieven:

  • 50% voor installaties geplaatst buiten de woning

  • 50% voor installaties die meer dan 1 verdieping overbruggen

  • 50% voor installaties uitgevoerd met elektrisch aangedreven plateaus en\of afrijdbeveiliging respectievelijk elektrisch wegklapbare raildelen.

Reparatie:

De werkelijke kosten van reparatie komen voor vergoeding in aanmerking mits gedeclareerd binnen 12 maanden na betaling.