Regeling vervallen per 01-01-2018

Verordening op de heffing en invordering van leges 2017

Geldend van 02-02-2017 t/m 29-03-2017 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2017

De raad van de gemeente Delft;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 11 oktober 2016;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet;

gezien het advies van de commissie Economie, Financiën en Bestuur;

b e s l u i t

vast te stellen de volgende

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2017

(Legesverordening Delft 2017).

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    Invorderingswet: de Invorderingswet 1990 (Stb. 1990, 221);

  • b.

    Algemene termijnenwet: de Algemene termijnenwet (Stb. 1964, 314);

  • c.

    Faillissementswet: de wet van 30 september 1893 (laatst gewijzigd: Stb. 2007, 192).

Artikel 2 Aard van de heffing en belastbaar feit

Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

  • a.

    het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

  • b.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument;

een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4 Grondslag en maatstaf van heffing en tarieven

  • 1. De leges worden geheven naar de grondslagen, maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid voor een volle eenheid gerekend.

  • 3. Indien de heffing van de leges geschiedt bij wijze van abonnement, zoals bedoeld in hoofdstuk 4 van titel 1 van de tarieventabel, wordt bij opzegging van het abonnement voordat de helft van de geldigheidsduur is verstreken, ontheffing verleend tot de helft van de verschuldigde leges.

  • 4. De tarieven worden verhoogd met omzetbelasting indien het gehanteerde tarief betrekking heeft op een activiteit die door de Minister van Financiën wordt aangemerkt als een belaste prestatie.

  • 5. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van de besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid van de Crisis- en herstelwet.

Artikel 5 Belastingjaar

Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven bij wege van aanslag of mondelinge dan wel gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Tijdstip van betaling en betaling in termijnen

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet moeten de leges worden betaald:

    • a.

      ingeval van mondelinge kennisgeving: op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      ingeval van schriftelijke kennisgeving of aanslag: op het moment van uitreiken;

    • c.

      ingeval van toezending: binnen een maand na de dagtekening van de kennisgeving of aanslag.

  • 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het voorgaande lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Vrijstelling

De leges worden niet geheven voor:

  • a.

    het afgeven van verklaringen omtrent inkomen en vermogen;

  • b.

    het afgeven van stukken, nodig voor de ontvangst van pensioenen, lijfrenten, wachtgelden, loon of bezoldiging;

  • c.

    het afgeven van een uittreksel uit de basisregistratie personen, nodig voor de aanvraag van een gerechtelijke schuldsaneringsregeling (WSNP) en volgend op een verklaring ex. artikel 285 Faillissementswet;

  • d.

    het afgeven van beschikkingen op verzoekschriften en bezwaarschriften ter zake van gemeentelijke belastingen, dan wel het eenmalig afgeven van een duplicaat van een aanslagbiljet;

  • e.

    de aan belanghebbende uitgereikt wordende beschikkingen of afschriften daarvan, houdende beslissingen op een aanvraag om subsidie uit de gemeentekas;

  • f.

    vervallen;

  • g.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) worden verhaald;

  • h.

    het oprichten of veranderen, of het veranderen van de werking, of het in werking hebben van een (milieu)inrichting of mijnbouwwerk (art. 2.1,lid1 onder e Wabo).

Artikel 9 Nadere regels door het college van B&W

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de leges.

Artikel 10 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als "Legesverordening gemeente Delft 2017".

Artikel 11 Inwerkingtreding

  • 1.

    De Legesverordening gemeente Delft 2016 wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2017.

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 10 november 2016.

J.M. van Bijsterveldt-Vliegenthart ,burgemeester.

drs. R.G.R. Jeene CMC ,griffier.

Gewijzigd bij raadsbesluit van 22 december 2016.

TARIEVENTABEL LEGES DELFT 2017

Inhoudsopgave

Titel 1 Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de basisregistratie personen

Hoofdstuk 5 Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens

Hoofdstuk 6 Vastgoedinformatie

Hoofdstuk 7 Overige publiekszaken

Hoofdstuk 8 Huisvestingswet / Huisvestingsverordening

Hoofdstuk 9 Leegstandwet

Hoofdstuk 10 Marktstandplaatsen

Hoofdstuk 11 Winkeltijdenwet

Hoofdstuk 12 Kansspelen

Hoofdstuk 13 Telecommunicatie

Hoofdstuk 14 Verkeer en vervoer

Hoofdstuk 15 VOGD

Hoofdstuk 16 APV-vergunningen

Hoofdstuk 17 Huisnummering

Hoofdstuk 18 Milieuvergunningen

Hoofdstuk 19 Diversen

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevings-vergunning

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordelen conceptaanvraag

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

Hoofdstuk 4 Vermindering

Hoofdstuk 5 Teruggaaf

Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning

Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

Hoofdstuk 9 Vervallen

Hoofdstuk 10 In deze titel niet benoemde beschikking

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

Hoofdstuk 1 Horeca

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen

Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven

Hoofdstuk 4 Splitsingsvergunning woonruimte

Hoofdstuk 5 Brandbeveiligingverordening

Hoofdstuk 6 Reclamevergunningen

Algemeen

De tarieven worden verhoogd met omzetbelasting indien het gehanteerde tarief betrekking heeft op een activiteit die door de Minister van Financiën wordt aangemerkt als een belaste prestatie.

Titel 1 Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 1

Burgerlijke stand

1.1.1

Het tarief bedraagt voor het voltrekken van een huwelijk, het registreren van een partnerschap of het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk op andere tijd of andere wijze dan waarop deze ingevolge artikel 4 van de Wet rechten burgerlijke stand kosteloos plaatsheeft

1.1.1.1

op maandag tot en met donderdag,

tussen 09.00 en 12.00, en tussen 14.00 en 16.30 uur

425,65

1.1.1.2

op vrijdag tussen 09.00 en 19.30 uur

€ 

584,60

1.1.1.3

op zaterdag om 09.00, 10.15, 11.30, 12.45, 14.00, 15.15, 16.30, 17.45 en 19.00 uur

1.053,80

1.1.1.4

op zon- en algemeen erkende feestdagen om 12.45, 14.00, 15.15, 16.30, 17.45 en 19.00 uur

1.964,35

1.1.1.5

Op maandag tussen 09.00 uur en 10.30 uur wordt gelegenheid gegeven tot kosteloze huwelijksvoltrekking, registratie van een partnerschap of omzetting van een geregistreerd partnerschap

1.1.2

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap in een bijzonder huis ingevolge artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek

362,30

1.1.3

Het tarief bedraagt voor het annuleren of verzetten van een reeds gereserveerde huwelijksvoltrekking, registratie van partnerschap of omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk

62,70

1.1.4

Het tarief bedraagt voor het van gemeentewege beschikbaar stellen van getuigen bij een huwelijksvoltrekking of het opmaken van een akte van geregistreerd partnerschap

37,90

1.1.5

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van

1.1.5.1

een trouwboekje of partnerschapboekje in een normale uitvoering

19,75

1.1.5.2

een trouwboekje of partnerschapboekje in een luxe uitvoering

40,70

1.1.5.3

Voor een gekalligrafeerde versie van het trouwboekje of partnerschapboekje wordt het tarief verhoogd met

24,25

1.1.6

Het tarief bedraagt voor het doen van naspeuringen in de registers van de burgerlijke stand, voor ieder daaraan besteed uur of gedeelte daarvan

61,05

1.1.7

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand.

Hoofdstuk 2

Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart

1.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag

1.2.1

tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een zakenpaspoort of een faciliteitenpaspoort (10 jr. geldig)

1.2.1.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

64,75

1.2.1.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

51,45

1.2.2

vervallen

1.2.3

vervallen

1.2.4

tot het verstrekken van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen (5 jr geldig)

51,45

1.2.5

tot het verstrekken van een Nederlandse identiteitskaart (5 jr. geldig)

1.2.5.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

50,65

1.2.5.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

28,60

1.2.6

tot een spoedlevering van de in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemde documenten, de in die onderdelen genoemde leges vermeerderd met een bedrag van

47,55

Hoofdstuk 3

Rijbewijzen

1.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs

38,95

1.3.2

Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met

 €

34,80

1.3.3

Vervallen

Hoofdstuk 4

Verstrekkingen uit de basisregistratie personen

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.3 en 1.4.4, wordt onder één verstrekking verstaan het leveren van één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.

1.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag

1.4.2.1

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

9,75

1.4.2.2

tot het afsluiten van een abonnement op het verstrekken van gegevens gedurende de periode van één jaar:

1.4.2.2.1

voor 100 verstrekkingen

831,80

1.4.2.2.2

voor 500 verstrekkingen

3.212,65

1.4.2.2.3

voor 1.000 verstrekkingen

5.074,70

1.4.3

Het tarief bedraagt voor het doen van naspeuringen in de basisregistratie personen, per ieder daaraan besteed uur

58,70

1.4.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag

1.4.4.1

tot het verstrekken van gegevens langs geautomatiseerde weg

1.4.4.1.1

per persoon

0,30

met een minimum van

151,40

1.4.4.1.2

per tape

0,05

met een minimum van

23,95

1.4.4.1.3

per plaketiket

0,05

met een minimum van

23,95

1.4.4.2

tot het verstrekken van gegevens per fax

1.4.4.2.1

per eerste 3 vellen A4

1,85

1.4.4.2.2

per ieder volgend vel A4

0,70

Hoofdstuk 5

Verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens

1.5.1

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een bericht als bedoeld in artikel 35 van de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) geldt het maximumtarief zoals dat is opgenomen in het Besluit kostenvergoeding rechten betrokkene Wbp

1.5.2

Voor het in behandeling nemen van een verzet als bedoeld in artikel 40 van de Wbp geldt het maximumtarief zoals dat is opgenomen in het Besluit kostenvergoeding rechten betrokkene Wbp

Hoofdstuk 6

Vastgoedinformatie

1.6

Het tarief voor het verlenen van

1.6.1

inzage van de kadastrale registratie via het kadastrale netwerk (Kadaster on-line) bedraagt per kadastrale informatie het tarief zoals dat laatstelijk door het Rijkskadaster is vastgesteld. Het betreft de producten:

a.Hypothecair bericht object

b.Kadastraal bericht object

c.Uittreksel kadastrale kaart.

1.6.2.1

inzage of schriftelijke informatie in stukken betreffende een bestaand bouwwerk, bestemmingsplan of bouwvoorschriften voor elk bouwwerk, indien gewenst, inclusief mondelinge bouwkundige toelichting per ½ uur of deel daarvan benodigd voor het leveren van deze informatie (exclusief kosten kopieerwerk)

38,55

1.6.2.2

Leges als bedoeld in 1.6.2.1. zijn niet verschuldigd

ingeval van inzage ten behoeve van wetenschappelijk onderzoek door een student, die een geldige collegekaart op eigen naam toont.

1.6.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek om bodeminformatie, zijnde een uittreksel uit het gemeentelijk bodeminformatiesysteem betreffende de milieuhygiënische bodemgesteldheid van onroerende zaken binnen de gemeente Delft, per adres

51,15

1.6.3.2

Leges als bedoeld in 1.6.3.1. zijn niet verschuldigd voor het verstrekken van mondelinge informatie, het bekijken van bodemrapporten en andere informatie uit het bodemarchief.

Hoofdstuk 7

Overige publiekszaken

1.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag

1.7.1.1

tot het verkrijgen van een bewijs van in leven zijn

9,75

1.7.1.2

tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening

9,75

1.7.1.3

tot het verstrekken van een gewaarmerkt afschrift of stuk

9,75

1.7.1.4

tot het verstrekken van een ambtelijke verklaring

9,75

1.7.2

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een verklaring omtrent gedrag geldt het tarief zoals dat is opgenomen in de Regeling leges en afdracht vergoeding afgifte verklaring omtrent het gedrag voor natuurlijke personen en rechtspersonen.

1.7.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van

1.7.3.1

een besluit als bedoeld in artikel 17 van de Wet op de Lijkbezorging

48,85

1.7.3.2

een zogenaamd laissez-passer voor lijken als bedoeld in artikel 3 van de Overeenkomst inzake het vervoer van lijken, Straatsburg 26-10-1973, Trb, 1975, 95

26,60

Hoofdstuk 8

Huisvestingswet / Huisvestingsverordening

1.8

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag

1.8.1

tot het verkrijgen van een huisvestingsvergunning als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Huisvestingswet

58,95

1.8.2

tot het verkrijgen van een voorrangsverklaring (urgentie) op grond van de Regionale Huisvestingsverordening van het stadsgewest Haaglanden

63,00

1.8.2.1

tot verlenging van de onder 1.8.2 genoemde vergunning:

van het tarief zoals genoemd onder 1.8.2.

31,50

1.8.3

Het tarief genoemd in 1.8.2 wordt niet geheven van degene, die als gevolg van door de overheid getroffen maatregelen verplicht wordt naar een andere woongelegenheid te verhuizen.

Hoofdstuk 9

Leegstandswet

1.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van

1.9.1

een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte, als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet

58,45

1.9.2

verlenging van de onder 1.9.1 genoemde vergunning:

van het tarief zoals genoemd onder 1.9.1.

29,20

Hoofdstuk 10

Vervallen

Hoofdstuk 11

Winkeltijdenwet

1.11

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.11.1

voor een vergunning of ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet

81,40

Hoofdstuk 12

Kansspelen

1.12.1

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen

1.12.1.1

voor één speelautomaat

229,00

1.12.1.2

voor twee speelautomaten

320,50

1.12.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de Kansspelen (loterijvergunning)

80,25

Hoofdstuk 13

Telecommunicatie

1.13.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en werkwijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid van de Telecommunicatiewet

1.13.1.1

van 0 tot en met 100 strekkende meter sleuf

439,70

1.13.1.2

van 100 tot en met 500 strekkende meter sleuf

640,20

1.13.1.3

van 500 tot en met 1000 strekkende meter sleuf

1.091,35

1.13.1.4

van 1000 strekkende meter sleuf en meer

2.344,60

1.13.2

Het tarief wordt verminderd met de van de melder verkregen of te verkrijgen privaatrechtelijke vergoeding voor beheerskosten in verband met de werkzaamheden, met dien verstande dat de uitkomst van de vermindering niet minder dan nihil kan bedragen.

Hoofdstuk 14

Verkeer en vervoer

1.14

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van

1.14.1

een ontheffing als bedoeld in de Beleidsregels ontheffingverlening artikel 87 RVV voor Delft

1.14.1.1

voor zover de ontheffing geldig is op één dag,

uitgezonderd exceptioneel transport

31,35

1.14.1.2

voor zover de ontheffing, langer geldig dan één dag,

wordt verleend aan een bewoner

75,20

1.14.1.3

op grond van artikel 10 en 11 van de genoemde verordening

0,00

1.14.1.4

voor overige ontheffingen,

uitgezonderd exceptioneel transport

122,35

1.14.1.5

in geval van vervanging van het voorwerp in de zin van artikel 7, lid 10 onder c van deze verordening

6,05

1.14.1.6

In afwijking van 1.14.1 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing milieuzonering op basis van artikel 87 juncto artikel 62 van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990, per dagontheffing

€ 

25,60

1.14.2

een ontheffing als bedoeld in de Verordening ontheffingverlening autoluwplusgebied

1.14.2.1

op grond van artikel 7 van deze verordening

85,65

1.14.2.2

op grond van artikel 6 van deze verordening

1.14.2.3

in geval van vervanging van het voorwerp in de zin van artikel 2, lid 14 onder 2 van deze verordening

6,05

1.14.3

een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) of de Regeling gehandicaptenparkeerkaart of de Regionale gehandicaptenparkeerregeling:

1.14.3.1

voor een landelijke of regionale gehandicaptenparkeerkaart waarbij medisch onderzoek noodzakelijk is

219,40

1.14.3.2

voor een landelijke of regionale gehandicaptenparkeerkaart waarbij dossieronderzoek noodzakelijk is

160,75

1.14.3.3

voor een landelijke of regionale gehandicaptenparkeerkaart waarbij geen medisch of dossieronderzoek noodzakelijk is

60,95

1.14.3.4

in geval van vervanging van de gehandicaptenparkeerkaart

12,05

1.14.4

een vergunning of ontheffing als bedoeld in de Verordening parkeerregulering en parkeerbelastingen Delft

1.14.4.1

op grond van artikel 3 lid 3 onder a, b, c of d van deze verordening (parkeervergunning of bezoekerskaart)

10,30

1.14.4.2

op grond van artikel 3 lid 3 onder a, b, c of d van deze verordening (parkeervergunning of bezoekerskaart) via internet aangevraagd

5,15

1.14.4.3

Vervallen

1.14.4.4

Vervallen

1.14.4.5.1

op grond van artikel 7 lid 3 van deze verordening, tenzij voor het gebruik van de grond precariobelasting verschuldigd is en het belastingbedrag gelijk is aan het legestarief of dit te boven gaat

9,20

1.14.4.6

een wijziging of vervanging van een parkeervergunning op grond van artikel 6 van deze verordening

10,20

1.14.4.7

een wijziging of vervanging van een parkeervergunning op grond van artikel 6 van deze verordening via internet aangevraagd

3,55

1.14.4.8

een dagvergunning zoals bedoeld in artikel 1 onder n van deze verordening

6,55

1.14.4.9

een dagvergunning zoals bedoeld in artikel 1 onder n van deze verordening via de parkeerautomaat, belparkeren of internet

1.14.4.10

het onttrekken van een weg of weggedeelte aan het openbaar verkeer als bedoeld in artikel 11 van de Wegenwet

1.556,95

1.14.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor:

1.14.5.1

het aanleggen van een gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats op kenteken bij een woon- of werkadres

559,10

1.14.5.2.1

het wijzigen van de locatie van de gehandicaptenparkeerplaats, waarbij een nieuw verkeersbesluit noodzakelijk is

€ 

397,30

1.14.5.2.2

het wijzigen van de locatie van de gehandicaptenparkeerplaats, waarbij geen nieuw verkeersbesluit noodzakelijk is

€ 

150,65

1.14.5.3

het vervangen van een kentekenbord als gevolg van het wijzigen van het kenteken

€ 

144,55

1.14.5.4

Indien de aanvraag wordt geweigerd, worden de verschuldigde leges zoals genoemd in 1.14.5.1 t/m 1.14.5.3 verminderd met

75%

1.14.6

het aanleggen van een gereserveerde deelautoparkeerplaats

1.152,55

1.14.7

Bij gelijktijdige aanvraag van meerdere vergunningen als bedoeld in 1.14.1 bedraagt de leges voor de aanvraag van een tweede en volgende vergunning

van de leges genoemd in 1.14.1

50%

Hoofdstuk 15

VOGD

1.15.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning en/of ontheffing als bedoeld in de Verordening Openbaar Gemeentewater Delft:

1.15.1

voor een ontheffing als bedoeld in artikel 4 lid 2 VOGD

96,05

1.15.2

voor een ontheffing als bedoeld in artikel 5 lid 2 VOGD

96,05

1.15.3

voor een ontheffing als bedoeld in artikel 6 lid 2 VOGD:

1.15.3.1

voor een recreatief schip

76,85

1.15.3.2

voor een schip langer dan 12 meter

76,85

1.15.3.3

voor een dekschuit

96,05

1.15.3.4

voor een terrasboot (seizoensontheffing)

222,40

1.15.3.5

voor een terrasboot (korte ontheffing)

96,05

1.15.3.6

voor een woonschip

439,80

1.15.3.7

voor een woonschip - overname

153,65

1.15.4

voor een ontheffing als bedoeld in artikel 8 lid 4 VOGD:

1.15.4.1

van het bepaalde in artikel 8 lid 2 VOGD

96,05

1.15.4.2

om een vaartuig af te meren aan, of door middel van, andere dan de daarvoor bestemde voorwerpen als bedoeld in artikel 8 lid 3 sub a VOGD

96,05

1.15.4.3

om een vaartuig onder, dan wel in de onmiddellijke nabijheid van een brug af te meren dan wel neer te leggen als bedoeld in artikel 8 lid 3 sub b VOGD

96,05

1.15.4.4

om een vaartuig af te meren op een afmeerplaats waarvoor aan een ander ontheffing is verleend als bedoeld in artikel 8 lid 3 sub c VOGD

96,05

1.15.4.5

om een vaartuig af te meren dat niet voorzien is van een deugdelijk kenmerk dan wel van een deugdelijke naamaanduiding en indien uitgereikt van de jaarsticker als bedoeld in artikel 8 lid 3 sub d VOGD

106,15

1.15.4.6

om in het belang van het aanzien van de gemeente, een vaartuig af te meren dat in kennelijk verwaarloosde toestand verkeert als bedoeld in artikel 8 lid 3 sub e VOGD

106,15

1.15.4.7

om met uitzondering van de Nieuwe Haven twee of meer vaartuigen naast elkaar af te meren als bedoeld in artikel 8 lid 3 sub f VOGD

96,05

1.15.4.8

anders dan op of aan het terrein van een scheepswerf een vaartuig geheel of gedeeltelijk te bouwen, te verbouwen, te slopen, of meer dan routinematig onderhoud te verrichten als bedoeld in artikel 8 lid 3 sub h VOGD

96,05

1.15.5

voor een ontheffing als bedoeld in artikel 16 lid 2 VOGD

133,95

1.15.6

voor een ontheffing als bedoeld in artikel 17 lid 2 VOGD:

1.15.6.1

om te baggeren, te dreggen, of te steken in de waterbodem als bedoeld in artikel 17 lid 1 sub a VOGD

133,95

1.15.6.2

om veranderingen te brengen in of aan kaden, bermen, groenstroken, beschoeiingen, glooiingen, jaagpaden, ed., in eigendom van of beheer bij de gemeente, grenzend aan openbaar gemeentewater als bedoeld in artikel 17 lid 1 sub b VOGD

133,95

1.15.6.3

om in, of langs of boven openbaar gemeentewater een aanleg-, los- of laadplaats, paal, damwand, trap, stoep, steiger, voetpad, oprit, leuning, ed. te maken, te hebben, te veranderen of op te ruimen als bedoeld in artikel 17 lid 1 sub c VOGD

106,15

1.15.6.4

om schade toe te brengen aan de vegetatie op, of in het water of aan de kademuren als bedoeld in artikel 17 lid 1 sub j VOGD

151,65

1.15.7

voor een ontheffing als bedoeld in artikel 18 lid 2 VOGD

96,05

Hoofdstuk 16

APV-vergunningen

1.16

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning en/of ontheffing als bedoeld in de Algemene plaatselijke verordening voor Delft

1.16.1

vervallen

1.16.2

vervallen

1.16.3

vervallen

1.16.4

vervallen

1.16.5

voor een reguliere standplaats voor maximaal 5 jaar

265,90

1.16.5.1

voor een reguliere standplaats op niet-gemeentegrond

290,15

1.16.6

voor een tijdelijke standplaats ten behoeve van de verkoop van oliebollen, kerstbomen of andere activiteiten

142,55

1.16.7

voor het plaatsen van winkelwagentjes op de openbare weg

103,10

1.16.8

vervallen

1.16.9

vervallen

1.16.10

voor enig ander vergunning- of ontheffingplichtig feit, niet vallend onder een specifiek artikel van deze tabel

98,00

1.16.11

Het tarief als bedoeld in dit hoofdstuk wordt, indien de aanvraag wordt ingediend nadat de voorziening is uitgevoerd of activiteit is gestart verhoogd met

50%

Hoofdstuk 17

Huisnummering

1.17.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek om intrekking, wijziging of afgifte van één of meer huisnummer(s), per huisnummer

€ 

182,00

1.17.2

Indien het verzoek meer dan 10 huisnummers betreft, bedraagt het tarief

1.817,80

Hoofdstuk 18

Milieuvergunningen

18.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een

18.1.1

ontheffing afvalwater niet-inrichtingen als bedoeld in artikel 10.63 van de Wet Milieubeheer

118,70

18.1.2

ontheffing route gevaarlijke stoffen als bedoeld in artikel 22 van de Wet vervoer gevaarlijke stoffen

293,65

Hoofdstuk 19

Diversen

1.19

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag

1.19.1

tot het verstrekken van gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per afschrift

5,40

1.19.2

tot het verstrekken van afschriften, gedrukte stukken, fotokopieën, doorslagen en dergelijke, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen,

1.19.2.1

per pagina formaat A4

1.19.2.2

per pagina formaat A4 in kleur

0,70

1.19.2.3

per pagina formaat A3

1.19.2.4

per pagina formaat A2

8,10

1.19.2.5

per pagina formaat A1

9,10

1.19.2.6

per pagina formaat A0

10,10

1.19.3

tot het verstrekken van een gunstige of niet geheel afwijzende beschikking op een verzoekschrift, een vergunning, dan wel een ander stuk in het persoonlijk belang van de aanvrager opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per beschikking, vergunning of stuk

5,40

1.19.4.1

nadeelcompensatie als bedoeld in artikel 3 van de Algemene nadeelcompensatieverordening Delft

151,65

1.19.4.2

Indien de aanvraag nadeelcompensatie wordt gehonoreerd, wordt aan de aanvrager teruggaaf verleend van het volledige legesbedrag.

1.19.5

vervallen

1.19.6

voor de afgifte van een verklaring in verband met onderhoudswerkzaamheden aan monumenten

151,65

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevings-vergunning

Hoofdstuk 1

Begripsomschrijvingen

2.1.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

2.1.1.1

aanlegkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;

2.1.1.2

bouwkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de bouwkosten, exclusief omzetbelasting, bedoeld in het normblad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

2.1.1.3

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

2.1.2

Het college van burgemeester en wethouders kan de bij aanvraag opgegeven aanleg- of bouwkosten ambtshalve aanpassen, indien de opgegeven kosten kennelijk niet overeenstemmen met de werkelijke kosten zoals genoemd in art 2.1.1.1 en 2.1.1.2.

2.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

2.1.4

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

Hoofdstuk 2

Vooroverleg & voorleggen bouwplan

2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om

2.2.1

advies inzake monumentale of cultuurhistorische uitvoeringsaspecten van een bouwplan

155,70

2.2.2

advies in hoeverre een bouwplan of gewijzigd gebruik

past binnen het bestemmingsplan

165,80

2.2.3

advies in hoeverre ontheffing van het bestemmingsplan mogelijk is voor een bouwplan of gewijzigd gebruik (alleen als vervolg op 2.2.2.)

290,15

2.2.4

advies in hoeverre een bouwplan of de ingebruikname daarvan voldoet aan de parkeernormen (alleen als vervolg op 2.2.2 of 2.2.3)

290,15

2.2.5

eenmalig advies van of overleg met de Commissie voor Welstand en Monumenten

362,95

2.2.6

toetsing van een plan aan wet- en regelgeving, zoals Wabo, lokaal beleid en onderzoek naar de eventueel benodigde ontheffingen en vrijstellingen daarvan, met uitzondering van de toets aan het Bouwbesluit

1.205,10

Hoofdstuk 3

Omgevingsvergunning

2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

2.3.1

Bouwactiviteiten

2.3.1.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.1.1.1

indien de bouwkosten minder dan € 1.000.000 bedragen:

0,00

vermeerderd met:

3%

van de bouwkosten, met een minimum van:

106,15

2.3.1.1.2

indien de bouwkosten € 1.000.000 tot € 5.000.000 bedragen:

7.658,35

vermeerderd met:

2,55%

van de bouwkosten;

2.3.1.1.3

indien de bouwkosten € 5.000.000 tot € 20.000.000 bedragen:

45.949,95

vermeerderd met:

1,91%

van de bouwkosten;

2.3.1.1.4

indien de bouwkosten € 20.000.000 of meer bedragen:

199.116,45

vermeerderd met:

1,28%

van de bouwkosten, met een maximum van

663.721,50

2.3.1.1.5

vervallen

Extra welstandstoets

2.3.1.2.1

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien zich tijdens de beoordeling van de in dat onderdeel bedoelde aanvraag, op initiatief van de aanvrager, wijzigingen voordoen in het bouwplan en daarvoor een nieuwe welstandstoets noodzakelijk is:

305,30

2.3.1.2.2

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien zich na verlening van de omgevingsvergunning, op initiatief van de vergunninghouder, wijzigingen in het bouwplan voordoen en daarvoor een nieuwe welstandstoets noodzakelijk is

305,30

Verplicht advies agrarische commissie

2.3.1.3

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1, bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld:

305,30

Achteraf ingediende aanvraag

2.3.1.4

Onverminderd het bepaalde in de onderdelen 2.3.1.1, 2.3.6.1 en 2.3.7.1 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit of sloopactiviteit:

15%

van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges.

Beoordeling aanvullende gegevens

2.3.1.5

Niet van toepassing

2.3.2

Aanlegactiviteiten

2.3.2.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:

538,85

2.3.2.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, ter bescherming van de archeologische waarden, bedraagt het tarief:

538,85

2.3.2.3

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, met betrekking op sloopwerkzaamheden, bedraagt het tarief:

538,85

2.3.3

Planologisch strijdig gebruik waarbij al dan niet sprake is van andere activiteiten

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en al dan niet sprake is van een andere activiteit als bedoeld in de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het in deze titel bepaalde voor de overige activiteiten:

106,15,

vermeerderd met

2%

van de bouwkosten, met een maximum van

7.946,45

2.3.3.1 t/m 2.3.3.8

Vervallen

2.3.4

Vervallen

2.3.5

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.5.1

voor inrichtingen met een oppervlak van 0 tot 500 m2:

404,40

vermeerderd per m2 met

1,30

2.3.5.2

voor inrichtingen met een oppervlak van 500 tot 2.000 m2:

1.103,00

vermeerderd per m2 met

€ 0,50

2.3.5.3

voor inrichtingen met een oppervlak van 2.000 tot 5.000 m2:

2.093,80

vermeerderd per m2 met

0,16

2.3.5.4

voor inrichtingen met een oppervlak boven 5.000 m2:

2.971,35

vermeerderd per m2 met

€ 0,06

2.3.6

Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten

2.3.6.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening of de Monumentenverordening 2009 aangewezen monument, waarvoor op grond van die provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

2.3.6.1.1

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument:

1,30%

van de som van sloop- en bouwkosten, met een minimum van

158,75

en een maximum van

158.578,40

2.3.6.1.2

Niet van toepassing

2.3.6.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, van de Wabo, op het slopen van een bouwwerk in een krachtens provinciale verordening aangewezen stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder c, van de Wabo, waarvoor op grond van die provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

1,5%

van de sloopkosten, met een minimum van

158,75

en een maximum van

€ 

158.578,40

2.3.7

Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:

528,75

2.3.8

Aanleggen of veranderen weg

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2:8 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

538,85

2.3.9

Uitweg/inrit

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief:

73,80

2.3.10

Kappen

Indien de aanvraag omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 1 van de Bomenverordening Delft 2008 een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 

134,45

2.3.11

Opslag van roerende zaken

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de provincie, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

2.3.11.1

indien de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder j, van de Wabo:

538,85

2.3.11.2

indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder k, van de Wabo:

120,30

2.3.12

Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998

Niet van toepassing

2.3.13

Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet

Niet van toepassing

2.3.14

Andere activiteiten

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:

2.3.14.1

behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:

120,30

2.3.14.2

behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.14.2.1

als het een gemeentelijke verordening betreft

120,30

2.3.14.2.2

als het een provinciale of waterschapsverordening betreft

120,30

2.3.15

Omgevingsvergunning in twee fasen

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.15.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

2.3.15.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

2.3.16

Beoordeling bodemrapport

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:

2.3.16.1

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport

305,30

2.3.16.2

voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport

305,30

2.3.17

Advies

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning:

305,30

2.3.18

Verklaring van geen bedenkingen

2.3.18.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:

2.3.18.1.1

indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:

120,30

2.3.18.1.2

indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:

305,30

2.3.19

Cultuurhistorisch onderzoek

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het uitvoeren en/of beoordelen van eenvoudig cultuurhistorisch onderzoek (een quickscan) ten behoeve van activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- en dorpsgezichten:

264,90

2.3.20

Ontheffing Bouwbesluit

Indien de aanvraag om ontheffing betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in Afdeling 8.1 van Bouwbesluit bedraagt het tarief:

2.3.20.1

indien artikel 8.3, derde lid van het Bouwbesluit wordt toegepast (geluidhinder):

101,10

vermeerderd met:

5%

van de bouwkosten, met een maximum van

2.022,00

2.3.20.2

indien artikel 8.4, tweede lid van het Bouwbesluit wordt toegepast (trillingshinder):

101,10

vermeerderd met:

0,50%

van de bouwkosten, met een maximum van

2.022,00

Hoofdstuk 4

Vermindering

2.4.1

Vervallen.

2.4.2

Indien de aanvraag omgevingsvergunning betrekking heeft op meer dan vijf activiteiten, bestaat aanspraak op vermindering van leges, met uitzondering van het legesdeel in verband met adviezen of verklaringen van geen bedenkingen als bedoeld in de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18. De vermindering bedraagt:

2.4.2.1

bij 5 tot 10 activiteiten:

1%

van de voor die activiteiten verschuldigde leges;

2.4.2.2

bij 10 tot 15 activiteiten:

2%

van de voor die activiteiten verschuldigde leges;

2.4.2.3

bij 15 of meer activiteiten:

4%

van de voor die activiteiten verschuldigde leges.

2.4.3

Indien de aanvraag omgevingsvergunning valt onder het project "Keurmerk garantiewoningen werkplan" en als gevolg hiervan de Bouwbesluittoets en het toezicht door een hiertoe gecertificeerde marktpartij worden uitgevoerd in plaats van de gemeente Delft, bedraagt de vermindering

10%

van de verschuldigde leges.

Hoofdstuk 5

Teruggaaf

2.5.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten of de activiteit planologisch strijdig gebruik

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.3, 2.3.6, 2.3.7 en 2.3.8 intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

2.5.1.1

indien de aanvraag via het omgevingsloket wordt ingetrokken binnen 24 uur nadat deze digitaal is ingediend op www.omgevingsloket.nl

100%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

2.5.1.2

indien de aanvraag wordt ingetrokken voordat de brief is verstuurd waarin staat dat de aanvraag volledig is en in behandeling is genomen

75%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

2.5.1.3

indien de aanvraag wordt ingetrokken voordat het besluit de vergunning te verlenen of te weigeren is verzonden

50%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.5.2

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 2 jaren na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:

25%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.5.3

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

2.5.3.1

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6, 2.3.7 of 2.3.8 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

25%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.5.3.2

Een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6, of 2.3.7 waarbij de beschikking, onherroepelijk en zonder mogelijkheid van herziening van dit besluit, is vernietigd bij rechterlijke uitspraak, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

75%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges

2.5.4

Teruggaaf als gevolg van het buiten behandeling stellen van een aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten of de activiteit planologisch strijdig gebruik

2.5.4.1

Als een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.3, 2.3.6, 2.3.7 en 2.3.8 buiten behandeling wordt gesteld, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

75%

2.5.5

Bedrag voor teruggaaf

2.5.5.1

Bij teruggaaf als bedoeld in 2.5.1 tot en met 2.5.4.1 blijft tenminste verschuldigd het minimumbedrag van

134,45

2.5.6

Geen teruggaaf overige tarieven

Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen die niet zijn genoemd in dit hoofdstuk wordt geen teruggaaf verleend.

Hoofdstuk 6

Intrekking omgevingsvergunning

2.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is:

134,45

Hoofdstuk 7

Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

2.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project: de voor de oorspronkelijke bouwactiviteit geheven leges verrekend met het bedrag dat verschuldigd is door toepassing van het tarief als vermeld in hoofdstuk 3 onder 2.3.1, met een minimum van:

182,00

Hoofdstuk 8

Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

2.8.1

Onverminderd de kosten die krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) worden verhaald, bedraagt het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening

1.235,45

2.8.2

vervallen

2.8.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek betreffende de gebruiksbepalingen volgens het functielimiteringssysteem

182,00

Hoofdstuk 9

vervallen

Hoofdstuk 10

In deze titel niet benoemde beschikking

2.10

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:

535,85

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

Hoofdstuk 1

Horeca

3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van

3.1.1.1

een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet

860,35

3.1.1.2

een wijziging in een reeds verleende vergunning als bedoeld in 3.1.1.1

199,15

3.1.1.3

een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet

68,25

3.1.2

een ontheffing of verlof als bedoeld in artikel 4 of 5 van de Drank- en horecaverordening

73,80

3.1.3.1

een coffeshopvergunning als bedoeld in artikel 2:27 b, eerste lid van de Algemene plaatselijke verordening voor Delft

904,85

3.1.3.2

een vergunning horecabedrijf met terras, als bedoeld in artikel 2:27 b, eerste lid van de Algemene plaatselijke verordening voor Delft, voor onbepaalde tijd

218,40

3.1.3.3

een vergunning horecabedrijf met terras, als bedoeld in artikel 2:27 b, eerste lid van de Algemene plaatselijke verordening voor Delft, voor bepaalde tijd

€ 

428,65

3.1.3.4

een wijziging van een vergunning als bedoeld in artikel 2:27 b, eerste lid van de Algemene plaatselijke verordening voor Delft

199,15

3.1.3.5

een voorschrift als bedoeld in 2:28 a, derde lid van de Algemene plaatselijk verordening voor Delft

526,75

3.1.3.6

een ontheffing als bedoeld in artikel 2:28 b, eerste lid van de Algemene plaatselijk verordening voor Delft

22,40

Hoofdstuk 2

Organiseren evenementen

3.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een evenement, indien het betreft:

3.2.1

een groot evenement als bedoeld in artikel 2:17, eerste lid van de Algemene plaatselijke verordening voor Delft

695,55

3.2.2

een evenement als bedoeld in artikel 2:17, tweede lid van de Algemene plaatselijke verordening voor Delft

436,75

Hoofdstuk 3

Prostitutiebedrijven

3.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3:4 van de Algemene plaatselijke verordening voor Delft

899,80

3.3.2

Indien de vergunning wordt geweigerd, wordt een teruggaaf verleend van 50% op de op grond van 3.3.1 betaalde leges.

Hoofdstuk 4

Splitsingsvergunning woonruimte

3.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van

een splitsingsvergunning als bedoeld in artikel 26 van de Huisvestingsverordening stadsgewest Haaglanden

3.4.1

bij minder dan 6 te creëren woningen, appartementen of eenheden

518,65

vermeerderd per woning appartement of eenheid met

25,30

3.4.2

bij minder dan 11 te creëren woningen, appartementen of eenheden

543,90

vermeerderd per woning appartement of eenheid met

20,20

3.4.3

bij meer dan 10 te creëren woningen, appartementen of eenheden

647,05

vermeerderd per woning appartement of eenheid met

10,10

tot een maximum van

5.187,45

3.4.4

Vervallen

3.4.5

Vervallen

Hoofdstuk 5

Brandbeveiligingsverordening

3.5.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verkrijgen van

3.5.1

een vergunning met betrekking tot het brandveilig gebruik van een inrichting, als bedoeld in artikel 2 van de Brandbeveiligingsverordening,

indien het een vergunning voor een maximale duur van 7 x 24 uur betreft voor een inrichting waar in totaal

3.5.1.1

a.maximaal 150 personen aanwezig zullen zijn

177,00

3.5.1.2

b.151 of meer, maar maximaal 250 personen aan-

wezig zullen zijn

265,00

3.5.1.3

c.251 of meer, maar maximaal 1000 personen aan-

wezig zullen zijn

347,85

3.5.1.4

d.meer dan 1000 personen aanwezig zullen zijn

516,70

3.5.1.5

indien het een vergunning voor een periode van meer dan 7 x 24 uur betreft

604,65

3.5.2

vervallen

3.5.3

een ontheffing voor het aanleggen, stoken of hebben van een vuur op grond van artikel 5.24, tweede lid, van de Algemene plaatselijke verordening voor Delft

25,60

3.5.4

een ontheffing om een bouwwerk in afwijking van de voorschriften van de gebruiksvergunning te gebruiken,

indien het een ontheffing voor de maximale duur van 7 x 24 uur betreft voor een gebouw waar in totaal

3.5.4.1

a.maximaal 150 personen aanwezig zullen zijn

57,30

3.5.4.2

b.151 of meer maar maximaal 250 personen aanwe-

zig zullen zijn

111,50

3.5.4.3

c.251 of meer, maar maximaal 1000 personen aan-

wezig zullen zijn

178,05

3.5.4.4

d.meer dan 1000 personen aanwezig zullen zijn

223,05

3.5.4.5

indien het een ontheffing voor een periode van meer dan 7 x 24 uur betreft

337,65

3.5.5

een ontheffing voor het bezigen van vuurwerk

3.5.5.1

uitsluitend te gebruiken door een deskundige met een vergunning van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat

109,45

3.5.5.2

dat voldoet aan de eisen van het Vuurwerkbesluit voor particulier gebruik

25,60

Hoofdstuk 6

Reclamevergunningen

Vervallen

Behoort bij en maakt deel uit van het raadsbesluit van 10 november 2016 tot vaststelling van de Legesverordening Delft 2017.

TOELICHTING

Op de legesverordening Delft 2017

Toelichting tarieven

Algemeen

De meeste tarieven zijn uitsluitend verhoogd met het CPI inflatiecorrectiecijfer van 1,1%.

Enkele tarieven worden door het Rijk bepaald en enkele zullen vanwege nieuwe regelgeving, een hogere kostendekking of bevriezingsafspraken meer of minder stijgen. Deze zijn hieronder nader toegelicht.

Titel 1

Hoofdstuk 1

Het geraamde aantal huwelijken is neerwaarts bijgesteld in lijn met de verminderde kosteloze huwelijken in 2016. De verhaalbare kosten zijn in verhouding gebracht met verminderd aantal onbetaalde huwelijken.

De overige tarieven zijn met de CPI index van 1,1% verhoogd.

Hoofdstuk 2 en 3

De tarieven zijn nog niet aangepast, omdat de rijkstarieven nog niet bekend zijn. Zodra deze bekend zijn, zal een wijzigingsvoorstel aan de raad worden voorgelegd.

Hoofdstuk 12

De tarieven voor speelautomaten zijn niet aangepast: dit zijn wettelijk vastgestelde tarieven. Het tarief voor een loterijvergunning is extra verhoogd t.b.v. de kostendekking.

Hoofdstuk 14

Er zijn enkele kleine tekstuele wijzigingen doorgevoerd; de tarieven stijgen met het CPI-cijfer.

Titel 2

Bij de leges omgevingsvergunning (Titel 2) is op te merken dat de afgelopen vier jaar, vanuit het dieptepunt van de crisis in de bouwsector een positieve trend te zien in het aantal omgevingsvergunningenaanvragen met eind 2014 een piek als gevolg van een wijziging in wet- en regelgeving. Het saldo van de egalisatiereserve Omgevingsvergunningen is daardoor fors toegenomen. Voor de kleinere aanvragen zal de trend in de aanvragen zich naar verwachting voortzetten, maar als gevolg van de piek in 2014 wordt er een dempend effect op de grote aanvragen verwacht. Deze ontwikkeling, gecombineerd met de begin 2016 doorgevoerde verlaging van het legestarief, zal met het oog op egalisatie naar verwachting leiden tot een negatief saldo van baten en lasten in 2017. Omdat er ruim voldoende saldo is in de egalisatiereserve, wordt dit opgevangen binnen de egalisatiereserve en is het op dit moment niet aan de orde om de legestarieven voor omgevingsvergunningen aan te passen, behalve de CPI aanpassing.

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese Dienstenrichtlijn

Hoofdstuk 1

De meeste tarieven van hoofdstuk 1 zijn geïndexeerd, om tot 100% kostendekking te komen.

Hoofdstuk 2

De tarieven zijn verhoogd met het CPI inflatiecorrectiecijfer en rekenkundig afgerond.

Hoofdstuk 3

Het tarief voor een vergunning prostitutiebedrijf is extra verhoogd om naar kostendekkend niveau te komen.

Hoofdstuk 4, 5

De tarieven zijn verhoogd met het CPI inflatiecorrectiecijfer van 1,1 % en rekenkundig afgerond.