Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR418238
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR418238/1
Regeling vervallen per 13-03-2021
Verordening geurhinder en veehouderij Asten 2016
Geldend van 09-09-2016 t/m 12-03-2021
Intitulé
Verordening geurhinder en veehouderij Asten 2016De raad van de gemeente Asten;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van
8 december 2015;
gehoord het advies van de Commissie Ruimte van 14 juni 2016;
gelet op artikel 6 van de Wet geurhinder en veehouderij;
gelet op de door hem bij besluit van 5 juli 2016 vastgestelde gebiedsvisie als bedoeld in artikel 8 van de Wet geurhinder en veehouderij,
besluit:
vast te stellen de volgende verordening houdende regels met betrekking tot beslissingen inzake vergunningen krachtens de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, voor zover betreft geurhinder vanwege tot veehouderijen behorende dierenverblijven:
Verordening geurhinder en veehouderij Asten 2016
Artikel 1. Begripsbepaling
In deze verordening wordt verstaan onder:
Veehouderij: |
inrichting die tot een krachtens artikel 1.1, derde lid van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht aangewezen categorie behoort en is bestemd voor het fokken, mesten, houden, verhandelen, verladen of wegen van dieren. |
Wet: |
de Wet geurhinder en veehouderij. |
Geurgebiedsvisie: |
de onderbouwing van de geurverordening als bedoeld in artikel 8 van de Wet |
Geurgevoelig object: |
zoals bedoeld in artikel 1 van de Wet geurhinder en veehouderij. |
Geurbelasting: |
de waarde ter plaatse van de gevel van het gevoelige object, berekend met V-Stacks, uitgedrukt in Europese odour units per tijdseenheid. |
Odour units (ouE/m3. P98): |
geurconcentratie als aantallen Europese odour units in een volume-eenheid lucht (ouE/m3), gemeten volgens de NEN-EN 13725:2003 “Luchtbepaling van de geurconcentratie door dynamische olfactometrie”. In deze verordening wordt voor de geurbelasting uitgegaan van het gebruikelijke 98-percentiel geurconcentratie. Hetgeen betekent dat de – met een verspreidingsmodel – berekende geurconcentratie gedurende 98 procent van de tijdseenheid niet wordt overschreden. |
Emissiearme huisvesting melkkoeien ouder dan 2 jaar: |
ammoniakemissiearme stallen opgenomen in de Regeling ammoniak en veehouderij anders dan categorie A 1.100. |
Artikel 2. Aanwijzing gebieden
Als gebieden als bedoeld in artikel 6 van de Wet worden de volgende gebieden aangewezen:
- 1.
Het grondgebied van de gemeente Asten, met uitzondering van het gebied als bedoeld in lid 2.
- 2.
Het (fijnstofconcentratie)gebied rondom de woonkern Heusden.
- 3.
De gebieden als bedoeld in lid 1 en 2 wordt aangegeven op de bij deze verordening behorende en als zodanig gewaarmerkte Gebiedsvisie en bijbehorende gewaarmerkte kaart (Geurnormenkaart behorende bij de Verordening geurhinder en veehouderij 2016 gemeente Asten).
Artikel 3. Andere waarden voor de geurbelasting
-
1. In afwijking van artikel 3, lid 1 van de Wet bedraagt de maximale waarde voor de geurbelasting van een veehouderij op een geurgevoelig object in het gebied als genoemd in artikel 2 lid 1 van deze verordening:
- A.
Woonkernen Asten en Ommel 1,0 odour units.
- B.
Buitengebied 10,0 odour units.
- A.
-
2. In afwijking van artikel 3, lid 1 van de Wet bedraagt de maximale waarde voor de geurbelasting van een veehouderij op een geurgevoelig object in het gebied als genoemd in artikel 2 lid 2 van deze verordening:
- C.
Woonkern Heusden 0,5 odour units.
- D.
Buitengebied 5,0 odour units.
- C.
Artikel 4 Andere waarden voor de afstanden melkveehouderij
In afwijking van artikel 4, eerste lid van de Wet, bedraagt de minimale afstand tussen een melkveehouderij met melkkoeien (categorieën A1 uit de Regeling geurhinder en veehouderij) en een geurgevoelig object in het gebied als genoemd in artikel 2 lid 1 van deze verordening, de in tabel 1 genoemde waarde.
Tabel 1: aan te houden afstanden melkveehouderijen tot geurgevoelige objecten in de bebouwde kom en in het buitengebied. De andere afstanden zijn van toepassing bij de bouw van nieuwe stallen.
Aantal volwassen melkkoeien |
|||||
0-200 |
201- 300 |
301-600 |
601-900 |
>900 |
|
Afstand tot geurgevoelige objecten in de bebouwde kom |
100 |
250 |
350 |
550 |
700 |
Afstand tot geurgevoelige objecten in het buitengebied |
50 |
125 |
150 |
250 |
300 |
Artikel 5 Andere waarden voor de afstanden pelsdierhouderij
In afwijking van artikel 4, eerste lid van de Wet, bedraagt de minimale afstand tussen een pelsdierhouderij met fokteven en een geurgevoelig object in het gebied als genoemd in artikel 2 lid 1 van deze verordening, de in tabel 2 genoemde waarde.
Tabel 2 : aan te houden afstanden pelsdierhouderijen tot geurgevoelige objecten in de bebouwde kom en in het buitengebied. De andere afstanden zijn van toepassing bij de bouw van nieuwe stallen.
Aantal fokteven |
||||||
0-2000 |
2001-4000 |
4001-6000 |
6001-8000 |
8001-10000 |
meer dan 10000 |
|
Afstand tot geurgevoelige objecten in de bebouwde kom |
200 |
300 |
400 |
500 |
550 |
650 |
Afstand tot geurgevoelige objecten in het buitengebied |
125 |
175 |
200 |
225 |
250 |
300 |
Artikel 6 Inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking op de dag na publicatie.
Artikel 7 Citeertitel
Deze verordening kan worden aangehaald als de “Verordening geurhinder en veehouderijAsten 2016”.
Ondertekening
Geurnormenkaart Verordneing geurhinder en veehouderij Asten 2016
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl